N°. 364.
ZONDAG 4 JUNI.
1876.
WEEKBLAD VOOR ZUID-HOLLAND EN UTRECHT.
Scherts.
BINNENLAND.
BUITENLAND.
A
SfflOOmVEME COURANT
en
100
5
7
gevoel
ten.
S. W. 1ST. VAN ISTOOTKISr,
Uitgevers.
5
2
261
Alle binnenlandsche Advertentien, waarvan de
plaatsing 3 maal wordt opgegeven, worden slecht»
2 maal in rekening gebracht.
Prijs der AdvertentiënVan 1 tot 5 regels /0,50. Iedere
regel meer 0,10. Groote letters naar plaatsruimte. Inzen
ding franco, en uiterlijk tot Zaterdags-voormiddags ten 10 ure.
83
28'/,
17'/,
»»7.
38'/,
117.
»«7.
117.
16'/,
6
5
54./
!0.
mgenamen,
dolksteek,
verbitterd ge-
100
997.
99V»
9P/a
99’/4
917.
813
100
65‘/,
Deze Courant wordt geregeld iederen Zaterdag-middag
verzonden. Prys: voor Schdonhoven per drie maanden 0,70.
Franco per post door het geheele rijk 0,80.
0 i 1,23.
kilo; magere
htere kalveren
2J
3
4
8
3
3
8
3
116. 5
5
5
00. 5
100. 5
en. 4}
69. 4
8
5
5
5
f
5
5
6
7
5
6
6
6
6
6
8
.5
5
5
5
821
W/e
56l/4
5671.
«enwel de faillietverklaring volgde,
«tevredenheid tot verontwaardiging,
lonstantinopel is een groot gedeelte
der staatsschuld oelegd. Daarbij kwam nog de
vernedering
eindelijk
den te
e f 7,30 A
Noord brabaat-
Overmaassche
k 5,80, dito
i0 a 5,70.
3,00 5,50.
r 2100 kilo,
aliteit.
ie de wijn des
er bij voegen Scherts
overstaan
Cheik-ul-iipam
aanvoer van
in de beste
van weinig
mindere qual.
pinken f30
kvarkens van
1,20 per kilo.
r NOOTJE
[evoerd: 1256
58 nueb-
ren, 244 var-
i 1 ezel,
qual. 76
I. fl,00,
kilo.
Voor Londen
3de qual. f 58.
10,50 11,00,
lakkeeMbe en
de en mindere
ISO 7.
87.
35
102
104
b. 7
7
3
5
7
6
8
3
m.
schil f 28 h
9 a 10,00, bo-
i 52 ct. per half
27 a 31 et.,
37, lammeren
per half kilo;
k; aardappelen
a 5,50, Roods
xjlea f 10,00,
per 100 stuks,
iggen handel;
voor hooi- naar
op staatkundig gebied, zoodat men
isloot den sultan liet gezag uit han-
nemen. Des nachts lichtte men hem
in zijn paleis op en vervoerde hem naar Stam*
boul, waar men hem dwong de acte van troons*
afstand te teekenen.
De nieuwe sultan is meer de westersche be
grippen toegedaan dan zijn oom, die niets dan
Turksch sprak. Men beschouwt hem als een be
teren staatsman dan zijn oom. Men zegt dat
hij Turkije een constitutie wil geven, en al»
moet men daaromtrent geen iilusiën koesteren,
toch mag men verwachten, dat daardoor een
einde zal worden gemaakt aan het thans vi-
geerend stelsel van despotisme, iptrige en om-
kooperii
De Commissie voor het budget
uit de Cortes te Madrid heeft Woensdag de
afgevaardigden van de Spiansche fondsenhou
ders ontvangen. Deze eischeu maandelijksche
schuldaflossingen van 30 millioen pesetasre
ductie der interesten op niet minder dan de
helftbezuiniging in alle takken van den staats
dienst en vermeerdering der belastingen.
Z. M. heeft herbenoemd, met ingang
van 15 Juni a. s., tot Burgemeester van Ouder
kerk a/d IJsel W. Van Waningsecretaris dier
gemeente.
Z. M. heeft benoemd tot subst.-
gnffier bij de Arr. Rechtbank te 's Hertogen-
bosch Mr. F. Taunay, thans subst.-griffier bij
de Arrl.-rechtbank te Gorinchem.
M. heeft benoemd tot ridder in
de ordé van den Ned. Leeuw den heer J. P. De
Keyserte Arnhem.
Ais candidaat-notaris is na afge
legd examen door de commissie-uit 't geiechts-
hof te 's liage toegelaten de heer Mr. C. M.
Schram de Jong te Sliedrecht.
Ter uitvoering van het Konink
lijk besluit, regelende de tusschenkomst derl
postadministratie, ten einde bet beleggeu van
gelden in spaarbanken te bevorderen, zijn bij
ministerieele beschikking de Postkantoren te
Gorinchem, Leerdam en Vianen, benevens de
Hulpkantoren te Ameide, Arkel, Hoornaar,
Leksmoud eo Meerkerk in betrekking gesteld
met de spaarbank te Meerkerk.
Mr. H. C. Verniers Van der Loeft
heeft voor zijn lidmaatschap van de provinciale
Staten van Zuid*Holland bedankt en heeft daar
door ook opgehouden lid van gedep. Staten te zijn.
De Gemeenteraad te Gouda heeft
besloten de concessie-aanvrage der hh. Kaptijn
en De Vries Kobbé, om een waterleiding in
deze gemeente op te richten, nog niet te be
handelen maar eerst een uitgebreid onderzoek
te doen plaats hebben van bet IJselwater.
Door den gemeenteraad van Go-
rinchem is op voorstel van Burg, en Weth.
bet besluit genomen hun college te machtigen
de noodige overeenkomsten te treffen met de
schuldplichtigen, die den afkoop verlangen
van het tiendrecht gevestigd op nunue lande
rijen gelegen in bet land van Arkel, en zulks met
inachtneming van het bepaalde bij de twee
eerste zinsneden van art. 8 der wet van 12
April 1872 (Stbl. bo. 25) en voorts naar de
waarde der jaarlijksche opbrengst dóór de ge-
I houden verpachtingen.
kUSM.
srs L. Van Zessen
Catharina, ouders
Johanna, on-
tad.
C. Schutter.
- S. Gaillard met
M. Den Hoed,
aren, weduwnaar
Vrijdag, oud 84
rte.
pCL 26 Mei.
96'/.*
95'/,
96
12'/,
1*7>.
51'/,
102
77
9«7.
lOO^
92'/,
927.
I voor te
van alle
(Hooge-
hij derhalve
On-
middellijk daarop werd de Sultan met zijne
moeder en raadgeefster, de Sultane Validé,
gevangen genomen en opgesloten.
Naar de Kölnische Zeitung meldt, is op
hetzelfde oogenbhk beslag gelegd op de veelbe
sproken particuliere schatkist van Abdul-Aziz,
die aanzienlijke sommen in goud moet bevat-
't Was een der eigenaardige genoegens
van den gewezen Sultan, met de handen in
dat goud te woelen.
Als wij mogen aan nemen, dat lachen een
gezonde beweging is, dan is het ook waar dat
zij, die op het gelaat van hun naasten den
lach te voorschijn weten te brengen, als wel
doeners der menschheid zijn te beschouwen.
Het eerste nu wordt algemeen beweerd; dan
bestaat er ook geen enkele reden, om aan het
laatste te twijfelen.
Geestig zijn, het is een benijdenswaardige
gave. Wien het voorrecht te beurt viel, dat
hem dat onbeschrijfelijke nets” werd geschon
ken, hetwelk men geest noemt, hij kan,
mits hij van dien rijkdom een goed gebruik
make, bloemen om zich heen strooien.
Die «geest” moet zijn aangeboren; wel kan
hij, waar hij afcwezig is, worden gevormd, be
schaafd, verfijno; maar wien hij niet bij
zijn komst in de wereld door deze of gene
goedgunstige toovergodin werd toebedeeld,
hij moge doen wat hij wil, iedere poging om
zich er van meester1 te maken is ijdel.
Er is geen noodzakelijk verband tusseben
geestigheid en wetenschappelijke ontwikkeling.
Wij kennen onderscheidene mannen van uit
gebreide kennis, die in het gezellig verkeer zoo
droog zijn als brandhoutdie zeer 'Zelden,
en dan nog bij ongeluk I iets aardigs zeg
gen. Daarentegen ontmoeten wij vaak lieden
met een eenvoudig gezond verstand, zonder meer,
wier pittige manier van redeneeren ons aantrekt,
wier talent in het uitpakken van lachwekkende
gezegden onze bewondering verdient. Dat st&t
evenwel vast, dat een dom mensch onmogelijk
geestig kan zijn; zegt zoo een iets, dat wij
grappig vinden dan geschiedt dat zijns ondanks
op dezelfde manier als een koe, indien alle
omstandigheden medewerkten, wel eens een haas
zou kunnen vangen. Hij alleen is geestig, die
snel en zonder moeite twee of meer met bij
elkander beboerende denkbeelden tot een be
hagelijk en gepast geheel weet te vereenigen.
Voor de meesten onzer is bet bedenken van
een aardigheid zoo heel moeielijk niet; maar
dat te doen op het juiste oogenblik, als we
haar noodig hebben, daar zit de knoop.
Hoe vaak gebeurt het ons niet, als iemand
zich in een gezelschap te onzen koste vroolijk
maakt, dat het snedig antwoord, waarmede wij
hem met woeker betaald konden hebben, -
ons eerst invalt als we weer thuis zijn geko
men, terwijl we op het gewenschte oogenblik
schier weerloos tegenover den spotvogel ston
den. Daar is niets aan te doen, dan te hopen
dat wij een andermaal gelukkiger zullen zijn.
Bezit iemand echter «geest,’' dan zal het nog
van zijn karakter en zijn geaardheid afhangen,
op welke wijze hij die gave zal aanwenden.
De een is tot de ontdekking gekomen, dat
hij iets zeer grappigs kan zeggen, en dat zijn
vrienden wel geneigd zijn, hem de schatting hun
ner hilariteit te brengen. Dat heeft zijn ijdelheid
gestreeld en zijn begeerte naar nieuwe lauweren
opgewekt. Nu begint hij zijn gansebe streven
daarheen te richten, dat hij altijd met een gees
tigheid voor den dag kan komenbij treedt op als
comiek, en bij iedere gelegenheid, te pas of te
onpas, tracht hij een ui te slaan. Dat het gehalte
zijner grappen niet altijd onberispelijk is, spreekt
van zelf; want wie zijn talent geweld aandoet,
vervalt noodzakelijk tot onnatuur. Op 't laatst
wordt de man werkelijk onuitstaanbaarzijn
pogingenom door woorden, gebaren en ma
nieren den lachlust te ontboeienveroorzaken
eindelijk een gevoel van walgingdat toeneemt
naarmate het allooi van zijn aardigheden min
der wordt. De man, die geen greintje geestig
heid bezitis niet altijd amusantmaar zijn
bijzijn is nog verre te verkiezen boven dat van
den onvermoeiden uieboer.
Een tweede houdt van schertsmaar is niet
altijd even kiesch in de onderwerpen die hij
behandelt. En dan wordt zeer dikwijls de grens
overschreden, die een aardigheid van een grof
heid scheidt. Wij allen, hoe gezellig van aard
we ook zijnen met hoeveel recht ook van ons
de de paleizen en kiosken
i be-
ZLJll spcciguou, zou uuK de
geschut. De Turken zagen
deze spilzucht met leedwezen aan, maar zij
waagden het met iets in het midden te bren
gen. Toen 1
steeg de
want in
Hij was een der meest gevreesde en des-
potieke vorsten en niemand dorst zich tegen
zijn wil en wensch verzetten, zelfs zijn minis
ters moesten hem blindelings gehoorzamen.
Onder zijn bewind nam de schuld verschrikke
lijk toe en toen hij niet meer leenen kon, ver
klaarde hij Turkije op de schaamteloosste wijze
insolvent. De ontvangsten werden verspild om
den sultan in weklde te doen leven. Ieder kent
de pracht waan
waren ingericht; zijne moskeeën waren schoone
monumenten; de kostbaarste pantserschepen
schouwde hij ans zijn speelgoed, zoo ook
kolossale stukken
zucht: «Vroeger lag onze kracht in ons isole
ment, maar waarin ligt zij thans?”
Die prent heeft mij pijnlijk getroffen
wellicht ook een groot aantal mijner geestver
wanten.
Ieder weet, hoe weinig overeenkomst er be
staat tusschen de beginselen der antirevolutio
nairen ai de onze. Maar dat neemt niet weg
dat wij achting gevoelen voor de kloeke man
nen die haar in den laatsten tijd ontvielen
en het komt volstrekt niet bij ons op, eenige
blijdschap te gevoelen over de zware slagen,
die haar hebben getroffen. We zijn, zoo ge
wiltliberalen tegenstanders van Dr. Kuypers
partijgangers, maar vóór dat alles zijn wij
menschen, en stemt de treurtoon in het
vijandehjk kamp ook ons tot ernst.
Dus, Uiltje, als ge ons een pleizier wilt
doen dan niet meer uit die n toonaard ge
zongen.
Wij hebben gezien hoe de scherts niet moet
wezen en nu hebben we niet veel woorden meer
noodig om aan te toonen wat zij wel kan en
moet zijn.
De heer Ten Kate zei eens, datgelijk de
godsdienst het brood, de poëzie J~*
levens is. Wij kunnen u::-~
is de specerij des levens.
Geen huichelarijgeen verraad geen arg
waan of achterdocht kan er huizen in het hart
van den man uit wiens oog schalksche luim u
tegenstraaltuit wiens mond gulle scherts u
tegenklirikt. Dat ook onze scherts het zegel zij
van onze oprechtheid.
En, moeten we soms, in navolging van het
ri de n do dicere ver urn (lachende de waar
heid zeggen) der Oudeneen geestig woord
bezigen om er een ernstige gedachte mede te
omkleeden laat ons dan toch vooral zorgen
niet te kwetsen. Er zijn omstandigheden waarin
een vuistslageen degenhouw zelfsminder
pijnt dan een naaldepnk.
We moeten onze aangeboren zucht naar en
onze natuurlijke aandrift tot geestigheid gebrui
ken om elkander het leven aangenaam te maken.
Doen we dat nietbezigen wij ons talent
in een omgekeerden zin, om de personen met
wie we in aanraking komen op zweepslagen te
trakteeren dan dunkt mij ware het beter
dat we zoo. bot waren als een oude slof.
He.
-—Op eenstemmigen wensch van de
bevolking is de sultan van Turkije onttroond.
De vermoedelijke troonsopvolger Murad Effendi
werd daarop tot sultan uitgeroepen. Dit bericht,
1.1. Dinsdag algemeen verspreidheeft een gun-
stigen indruk op de beurs te weeg gebracht
waardoor vele effecten een niet onbelangrijke
rijzing ondervonden. De onttroqndè sultan is
nu in zijn eigen paleis opgesloten. In 1830
géborenvolgde hij in 1861 zijn broeder als
Sultan opterwijl thans de zoon van laatstge
noemde aan het bewind is gekomen. Deze
Mehemmed Murad Effendi werd den 21sten
September 1840 geboren en heeft thans drie
punten aangenomen namelijk: eene permanente
vergadering van notabelenafschaffing van het
Serail en vermindering van de civiele lijst des
Sultans tot op 5 millioen piasters.
Des Sultan’s onttrooning duj meldt de
Politische (Jorrespondenz is niet het gevolg
geweest van een volksopstand, maar is recht
streeks uitgegaan van het Ministerie. Toen de
Sultan weigerde ten behoeve der uitgeputte
oorlogskas uit eigen middelen geld
schieten, werd hem, ten -
Ministersdoor den
priester) aangezegd, dat het volk met zijne
Kegeenng met tevreden was en b" J~u~'"“
van den troon werd vervallen verklaard.
gezegd kan worden dat wij scherts kunnen ver
dragen we hebben toch het een of ander
gevoelig plekje dat bij elke aanraking pijn
doetal is het ook een vriendenhand die het
aanroert. Is onze vriend een man van opvoe
ding en van doorzicht, dan zal hij gewoonlijk
die kwetsbare plaats ontdekken en ont/ien
maar in het tegengesteld geval zal zijn scherts,
zonder dat zulks in zijn bedoeling lagons
wel eens minder aangenaam zijn. Nu zijn er
lui, die zoo kruidje-roer-me-nietachtig zijn, dat
men hen nergens kan aanraken zonder dat zij
pijn gevoelenmet die soort is natuurlijk wei
nig uit te voeren. Maar in het algemeen moe
ten wij ons best doen bij ons schertsen iemands
op zich zelf onschuldige hebbelijkheden te ont
zien niet -spotten met den grooten neus of met
de mislukte vrijerij van onzen broederals wij
weten, dat hij juist op die punten wat teerge
voelig is. Met opzet treden we niet op iemands
eksteroogen laat ons zooveel mogelijk zorgen
het niet uit onvoorzichtigheid te doen. Aan den
anderen kant moeten wij ons harden tegen de
gulle scherts van anderenhoe minder wij
ons beleedigd gevoelen daar waar volstrekt
geen inzicht was ons iets onaangenaams te zeg
gen des te meer voldoen wij aan de eischen
van den gezelligen omgang.
De scherts kan het leven veraai
maar zij kan ook kwetsen als een
Dat is liet geval, als zij uit een
moed haar oorsprong neemt, wanneer men haar
bezigt met het bepaalde doel om een tegen
stander te grieven, om hem in een bespottelijk,
soms zelfs in een verachtelijk daglicht te stellen.
Deze scherts, die dan sarkasme beet, brengt
diepe wonden toe, en zij, die er het slachtoffer
van zijn geweest, vergeten noch vergeven haar*
gemakkelijk. Nu heb ik wel eens hooren be
weren, dat het woord sarkasme altijd een
ongunstige beteekenis heeft, omdat uit fle zaak
zelve nooit iets goeds kan voortvloeien,
maar dat kan ik niet toegeven. Er bestaan
maatschappelijke zonden en krankheden, die zoo
zijn ingeworteld, dat er niet tegen te redenee
ren is; dan kan een sarkastisch woord soms
wonderen verrichten. Zoo had het koninkrijk
Napels eeuwen gezucht onder de tirannie der
Bourbonsde spottende, bijtende, honende toe
spraken van Gavazzi, den veldprediker van Garri-
baldi, brachten het volk in beroering en brach
ten, nog meer dan de wapenen, er toe bij, om
den troon van den //bommenkoning” omver te
werpen. Sarkasme is geen botte, lompe spot,
maar gaat gepaard met een zekere fijnheid, die
er geheel op is aangelegd om te kwetsen.
Onbeduidende, domme, weinig ontwikkelde men
schen kunnen niet sarkastisch zijnmannen
van geest en talent gebruiken het sarkasme soms
als een vreest lijk, wapen om de dwaasheden,
dwalingen en ondeugden van hun tijdgenooten
te hekelen. In de samenleving behoort het zorg
vuldig te worden vermedenhet verstoort de
genoegens des gezelligen levens, bet vergalt de
vreugde door bedekte en hatelijke toespelingen,
en slaat wonden, die misschien nooit te gene
zen zijn.
Zelfs waar publieke zaken behandeld worden,
moet de lust tot spotten zekere grenzen nim
mer overschrijden. Op maatschappelijk en staat
kundig gebied komen toestanden voor, waar de
scherts behoort te zwijgen, en alleen een ernstig
woord mag gehóórd worden. Dat wordt wel eens
uit het oog verloren, ook door hen die zich be
paald tot taak gesteld hebben, de gebeurtenis
sen van den odag van den vroolijken kant te
bekijken.
Een voorbeeld. Wie onzer houdt niet veel
vaü Uilenspiegel, en wie vermaakt zich niet
met de geestigheden, die hij elke week ten beste
geeft? Wat mij aangaat, welke couranten de
postbode ook móge brengen, als vriend Tijl er
bij is pak ik hem bet eerst. Maar onlangs, in
bet nummer van 28 Mei, was hij geheel buiten
den koers geraakt, toen hij ons een plaat gaf
met de volgende voorstelling: Op een zieken
stoel, het hoofd met een doek omwouden, zit
Dr. Kuyper. Door het raam staart bij op een
kerkhof, waarop drie grafteekens de namen
dragen van Groen, Mackay en Van Loon. Een
manneke, in 't bekende kostuum van de predi
kanten uit de dagen van de Dordscbe synode,