ZONDAG 10 DECEMBER. 1876. QOUDA. an Dekens, ITW veereu- M. EN, WEEKBLAD VOOR ZUID-HOLLAND EN UTRECHT. ring. Zn., IIP Novemberstormen. BUITENLAND. OVERZICHT. BINNENLAND. SCHDONKVEM COURANT 5EL, IO merd te tien. bet president- N NOOTEN. Deze Courant wordt geregeld iederen Zaterdag-middag verzonden. Prijs: voor Schoonhoven per driemaanden 0,70. Franco per post door het geheele rijk 0,80. sprake geven i in zij het Alle binnenlandsche Advertentiën, waarvan de plaatsing 3 maal wordt opgegeven, worden slechts 2 maal in rekening gebracht. B. VAW oven zal op 1876, des «timmerwerf i R, in den Oostzijde, bruik van na- op te brengen. dl, f 22, gelling, qual. 75 it 80 kaas f 28,00 overloopers f 8 7vette kal- nucntere idem leingeel f 4,00, kammera f 2,70 S. W. N. VAN NOOTEN, Uitgevers. aanroer van on- idel heden weder a vierde gedeelte, lagiug, opruimde, f 200 4 270, min- f 110 180, Ij- f 15 4 35. 58 464 et., die kilo; fukvarkena dus oudere f 16. i aanwend» leze niet, d. ohjllen uit mijdelijken oorlog a de eerste de beste doen van afterdin: Hij deed lanc HEK ring van :nz. ,au BEDDE- n zoo spoe- Prijs der AdvertentiënVan 1 tot 5 regels f 0,50. Iedere regel meer f 0,10. Groote letters naar plaatsruimte. Inzen ding franco, en uiterlyk tot Zaterdags-voormiddags ten 10 ure. aren geweest jt 79 Ton, nd WANT, EN eu .er- e recept van Cheinisten. attent maakt, riivot. ijn door ons bbele doozen, sluitend ver- lect. met vluggen [)0, Kalikoeien a f 13U, Guiste iug; aangevoerd icht en qual. l 4 1,60 per kilo, voor Engeland biggen f 1,00 oerd3 paarden, -aska i veren, 6 of lammeren, en of geiten. 3 qual. 72 cL, i*l. f 1.15, 2de er kilo. Voor Londen 13de qual. f 68. wsche f 10,40 4 laasche f 10,00 4 !f 11,804 12,25, i (10,70411,70. iaamsche f 8,20 abantache (8,00 wsche en Over- mindere (5,80 4 lere (5.60 4 6,60. 25 per 21ü0 kilo. (4,25 4 5,50, ge- 25. >re (730 4 8,30. 'ee-jarige Zeeuw - 504 12,00, jarige wsche V Iaamsche ndere en blauwe 10,50. amsche 8,40 a s f 8,30 a 8,60. nsche winter sak- >7,60, O vermaas- we Zeeuwsche en to gestort f 6,80 8 f 6,00 4 6,30. ir 2,50 4 4,50, 't Fleeft er dan eens duchtig gespookt, in ’s Lands Vergaderzaal, gedurende de laatste dagen der vorige maand. Reeds eenigen tijd wees de barometer storm aan. De verklaringen van den Minister van Koloniën, in zake het grondbezit op Java, had den de liberalen heel prettig gestemd, en dat was voor de conservatieven al reden genoeg om zich niet pleizierig te gevoelen. Daar kwam nog heel wat meer bij. Het schijnt voor de hand te liggen dat een gouvernement, waarvan de hoofd persoon het zich een eer re kent tot diezelfde conservatieve partij te be- hooren, dan ook in behoudenden, dat is, naar veler opvatting, in reactionairen zin re geert. Dat schijnt evenwel niet te kunnen. Ai beeft men vroeger, toen men tegenover een liberaal Kabinet stond, ernstige bedenkin gen tegen het regeeringsbeleid met veel ophef onder woorden gebracht, men moet toch wel eindigen met de richting te volgen, die voor waarts streeft. Ook hier is een noodzakelijk verschil tusschen beschouwingen en han delingen. Geen wonder, dat sommige Heeren Kamer leden den lust niet konden onderdrukken, hun ontevredenheid daarover eens flink te doen luchten. Het recht daartoe zal niemand hun betwisten. Maar, dat zij voor de blootlegging hunner grieven een vorm hebben gekozen, die alles behalve overeenstemt met de parlementaire gebruiken, dat zij werkelijk als in blinde woede zijn los gestormd op de groene tafel, dat zij, steeds ijverende voor hetgeen zij het gezag noemen, ditmaal hnndelden als of dat beginsel hun geheel onbekend was, dat tan er waarlijk met door! Nog' erger heeft het de ultramontaausche partij gemaakt. Haar leden, anders zoo flink gedisciplineerd, stonden ditmaal, in figuur lijken zin natuurlijk I met gebalde vuist te genover elkander, en over en weer klonken verwijtingen zoo scherp, zweepslagen zoo snij dend, aantijgingen zoo ongehoord, als bevond men zich in de Franscbe Nationale Vergadering gedurende de heetste dagen van bet president sschap van den heer Thiers. Jules Verne vertelt in een van zijn popu laire romans, van vLe Docteur Ox,” die door de lucht te bezwangeren met een overmatige hoeveelheid zuurstofgas de kalmste lui van de wereld in een staat van overspanning bracht, waarin zij allerlei dolheden uithaalden. Waar lijk scheen het, alsof deze of gene leerling van den dokter in 't geheim zijn toestel ge plaatst had in een hoekje van de vergaderzaal op het Binnenhof te 's Graven hage, en dat de liberale leden, te voren gewaarschuwd, een middel bezaten om zich tegen den opwinden den invloed te beveiligen. Want, ieder zal erkennen moeten, dat onze geestverwanten in het Parlement zich hebben onderscheiden door een waardigen toon, een vastberaden houding. Trouwens, zij hadden reden tot zelfvoldoening. Toch was er geen spoor van leedvermaak te ontdekken in de wijze waarop zij de onmacht der conservatieven als regeenngspartij constateerden, en het was iets waardigere dan zelfverheffing, toen zij deden uitkomen dat de liberalen vast aaneengesloten staan, geheel anders dan de op alle punten verdeelde bestrijders der vrijzinnige beginselen. Aan die verzekering bad het land behoefte, en in zooverre kan men zeggen dat de Novem berstorm verfrisschend heeft gewerkt op de po litieke atmosfeer. Er lag een edele verontwaar diging in het gezegde, waarmede de aanvoerder der linkerzijde, de heer Kappeijne, de beschul diging dat de liberalen er op uit zijn om in troebel water te visschen, afwees met de bestraf fende vraagvis het u w taak, conservatieven, het water troebel te makeu En weder, toen dezelfde spreker hen opriep, om in den strijd tusschen Syllabus én Grondwet, zich aan de zijde der laatste te scharen. Het lu<t ons niet, een bloem lezing te maken van de liefelijkheden, die de algemeene beraadslagingen over de «taatsbegrooting vau 1877 hebben gekenmerkt. Het had er al den schijn van, dat de //vrienden” van het gouver nement den heer Heemskerk bang wilden ma ken, om hem langs dien weg te dwingen, nog te elf Ier ure, indien het althans niet reeds ware geschied, in de onderwijswet belangrijke concessien te doen aan de eischen der clericalen van beiderlei kleur. Waarom anders zou de heer Heijdenrijck hebben gesproken van een eerloosheid (infamie) van de zijde des Mi nisters, daarin bestaandedat Z. Exc. recht zou weigeren aan de minderheid, of zou dulden dat de tegenpartij zulks deed. Mocht dat, het ongeloofelijke, gebeuren, dan zou hij, de heer Heijdenrijck, tegenover den Minister staau met een gerust geweten, en hij zou zijn oogen fier opslaan, terwijl de Minister de zijne zou moeten uederslaan. Zooals men ziet, zijn groote woorden ook al gangbare munt bij de kampi oenen van Rome. De anti-revolutionairen slaan op hetzelfde aam beeld. Voldoe aan onze eischen, of ducht onzen toorn, roepen zij de regeeriug toe. En waan niet, Excellentie, dat het u zoo erg gemakkelijk zal vallen ons te voldoen. Geen invoering van verplichte schoolgeldbeffing zal u genade doen vinden in onze oogen. sMet zulk een kluitje laten de christelijk-historische mannen zich niet in ’t riet sturen,” verklaarde de heer Schim- melpenninck van der Oije. De heer Heemskerk zal, hopen we, met dezen wenk zijn voordeel doen. Zoo hij nog de verwachting heeft kunnen hebben, den tegen stand der clericalen te bezweren door conces sien, dan zal bij nu wel genoodzaakt zijn, die illusie te laten varen. Hoeveel maal zal, gedurende de woelige Ka merzittingen waarvan wij sprekenden heer Heemskerk het volksgezegde voor den geest hebben gezweefd; vVan je vrinden moet je ’t maar hebben 1 Allerlei onderwerpen zijn gebezigd om de Regeering te bestormen: Javaansch landbezit en lager onderwijs, Atjeh-oorlog en financiën. Er werd gesproken van ministeriën vermoorden, alsof dat de onschuldigste van alle liefhebbe rijen ware. Onder dit alles bleven de heeren Regeerders, wier prestige men aldus trachtte te ondermijnen, doodbedaard, zeker wel het verstandigste wat er onder de gegeven omstan digheden te doen viel. ’t Slechtst van allen kwam er de Minister van Financiën af. Zijn begroeting, die, hoe het ook wordt bemanteld, met een tekort sluit, zijn toegeven aan de hooge eischen van den Minister van Oorlog, zijn afkeer van een doortastende belastinghervorming ten einde de inkomsten gelijken tred te doen houden met de immer stijgende uitgaven, vonden een meer degelijke en afdoende bestrijding dan eenig ander punt van regeeringsbeleid. Hier waren het vooral de liberalen, die de wapens opvatten, en ze met kracht hanteerden. Het zij ons vergund, naar aanleiding der stormachtige debatten te vragen: Welke resultaten heeft de vierdaagsche strijd opgeleverd Rechtstreeksche zeker niet. De feitelijke toe stand, de verhouding der partijen is er niet door veranderd. Naar alle waarschijnlijkheid zal geen enkele begroeting worden afgestemd, dewijl de liberalen vast besloten schijnen, het gewicht vau huu meerderheid in de schaal te leggen ten einde een crisis te voorkomen. Hun tijd is nog met gekomen; een meerderheid van de helft plus 1 of 2 is niet sterk genoeg, om zonder schroom de teugels van het bewind in handen te nemen. Eerst dan, als de onderwijswet van den rooster is genpmen, en deze den politieken toestand niet langer overheerschtmogelijk wel, als de uitslag der Juni-verkiezingen eeni^e wijziging gebracht heeft in de verhoudingen,— kau de taak van contröleereu door die van gou- verneereu worden afgewisseld. De onverzoenlijken op ’t gebied van ’t on derwijs zullen dat wel blijven. Is deze quaestie opgelost, dan zou het niet onmogelijk zijn dat zij, de autirevolutionaireu en ultramontanen, te zamen de oppositie vormden, versterkt wellicht door een paar leden uit het kamp der conser vatieven. Wat de laatsten aangaat, zij zullen eindelijk wel genoodzaakt zijn zich bij de libe ralen aan te sluiten, als een rechtervleugel van de regeenngspartij, want na de geleden neder lagen, ook na de slagen die zij zichzelf hebben toegebracht, kau er van wederopbouwing geen meer zijn. Wel hebben zij boog opge- vaa hun beginselen”, maar bleven daarbij gebreke er één op te noemen waaromtrent t eens zijn. Zelfs over de al- of niet- wenschelijkheid der neutrale school zijn de opi- niën verdeeld. Alles bij elkander genomen, kunnen wij, de voorwaartsstrevende meerderheid der Nederland- sebe natie, de toekomst met gerustheid te gemoet zien. De alarmkreten, die de wanden van 's lands vergaderzaal deden daveren, behoeven ons niet in beroering te brengen. Reactionaire maatre gelen zijn, gelukkig, onmogelijk; vooreerst ver wachten wij ze niet vau den heer Heemskerk, die, misschien wel wat laat, zijn zoogenaamde vvrienden” thans in hun waar karakter heeft leeren kennen; en, al mocht de proef nog eens worden genomen, de liberale partij, sterk door eendracht, zou dien toeleg schitterend doen mislukken. Zoo, onder strijd en tegenkanting, maar met vastberaden ernst bezield, gaan wij vooruit, zij het dan ook niet met duizelingwek kende vaart. De tijd van onmacht, van poli tieke matheid, van malaise, is voorbij, er is leven in de brouwerij. Zoo worden we den tijd naderbij gebracht, waarin met hoop op goeden uitslag grondige hervormingen kunnen worden voorgesteld. Niet minder dan drie ministerieele crisissen, op grooter o( kleiner schaalhebben in de jongste week plaats gehad. In Frankrijk bood het geheele ka- I binet zijn ontslag aanhet ministerie in Grieken land werd tot aftreden gedwongen, daar het tot tweemalen toe zijne belastingvoorstellen tot bestrij ding der buitengewone legeruitgaven zag verwerpen de Sultan vau Turkije veegde de baan schoon voor de invoering der hervormingen waartoe de tijds omstandigheden hem dwougendoor het ontslag van den Groot-Vizierden onverzettehjken vertegenwoor- diger van de Turksche of wil men, van de oud- Turksehe partij. De crisis in Frankrijk komt niet onverwacht. Het ministerie Dufaure heeft zijn goeden tijd gehad en is thans versleten. De wispelturigheid van het Fransche volkde tallooze partijschakeerihgen in de vertegen woordiging waar de beslissing meestal is overgelaten aan de middenpartijenzelf nog weer onderverdeeld nu eens rechts dan weer links overhellend, brengen mede, dat in Frankrijk de portefeuilles moeilijk lan gen tijd in dezelfde handen kunnen blijven. De eigen lijke oorzaak voor de tegenwoordige crisis is dan ook niet aan te wijzen. De verwerping van bet bekende voorstel-Gatineau door den Senaat toch kan niet als de eigenlijke aanleiding worden beschouwd. Veeleer zou men aan oneenigheid in den boezem van het kabinet mogen denken. Marcère en Dufaure zijn geen mannen die langen tijd samen kunnen gaan. Vooral in de laatste dagen kwam dit uit bij de behandeling der quaestiebetreffende de burgerlijke begrafenissen waarbij Marcère veel meer de meemug van de meer derheid in de Tweede Kamer bleek toegedaan te zijn dan Dufaure en enkele zijner overige collega’s. Van een geheel nieuw kabinet zal dan ook wel geen sprake zijn; te meer daar het blykt dat de Maarscbalk- president, bij zijne keuze van personen tot samenstel ling van ecu met^v kabinetzijn oog vestigt op de gematigd-republikeinsche partij, waaruit ook de meer derheid van bet demissionaire kabinet is gekozen. Als belast met de vorming van een nieuw ministerie worden genoemd de voorzitters van den Senaat en de Tweede Kamer. Veel meer dan deze crisistrekt op dit oogenblik de aandacht in Europade verklaringen dezer dagen door Duitaohland’a rykskanselier afgelegd, eerst in eene causerie, na afloop van een parlementair diner, later in den Rijksdag. De lezer begrijpt reeds, dat deze verklaringen den staatkundigen toestand vau het oogenblik betreffen. In ‘t kort komen zij hierop neer. De toestand in het Oosten ishoewel nog niet geheel hopeloos, zeer gevaarlijk, Duitschland blijft pogingen aanwenden tot behoud van den vrede. Ge lukken deze niet, dan zal de regeering blijven trach ten versohjllen uit den weg te ruimen en den onver- mijdelijken oorlog zooveel mogelijk te beperken, om óv beste gelegenheid aan te grijpen tot het i nieuwe bemiddelingsvoorstellen. In zijn inerspeech was de Vorst zeer uitvoerig. daarin o. a. uitkomen, dat niet alleen Rus- id en Oostenrijk maar ook zeer stellig Engeland be grepen was onder de Mogendheden waai aan Duitach- land zich, zoo door geschiedenis als ligging, het meest verbonden gevoelde. Bij een eventueelen oorlog tusschen Rusland en Turkije, zou Engeland waarschijnlijk Turkije indirect steunen, indien Rusland zegepraalde. Zoo lang de oorlog zich niet verder uitbreiade, behoefde Duitschland niet handelend op te treden. Dit zou echter wel het geval worden indien de integriteit van Oostenrijk gevaar liep, want deze gaat Duitschland bijzonder ter harte. Men ziet, eigenlijk niets nieuws. Welwillende neu traliteit tegenover Busland, wiens .levensbelangen'* worden geacht in het spel te zijn, een bemoedigend woord voor Oostenrijk, dat anders allicht troost bij Engeland zou zoeken; eene bedekte poging om Enge land van directe deelneming aan den oorlog af te bsuden. In dit Ihatste streven wordt de njkskanselier krachtig geholpen door de openbare meening in Enge land. Zooals de natie er eenmaal krachtig op aandrong, dat ’s lands eer en prestige een tuaschen-beide-komen in Bulgarije eischte, zoo oordeelt thans ;een groot deel der natie een oorlog met Turkije onnoodig, nu Rus land gereed staat het Turksche grondgebied te bezetten. Sterker nog evenwel verzet de natie er zich tegen, dat Engeland Ruslands bedoelingen zou tegenwerken en wantrouwen. Intusscben is de quaestie van oorlog of vrede nog arktijd onbeslist. Wanneer de conferentie eindelijk zal beginnen is nog niet bekend. Sommigen meenen den 9den, anderen den 15den. Omtrent de eischeti, die Rus land stellen zal, en omtrent zijne gezindheid om al dan met op sommige punten toe te geven, heerscheu nog altijd de meest tegenstrijdige meeningen. Die on zekerheid zal echter spoedig opnouden. Immers den laatsten dezer maand is de wapenstilstand afgeloopen en zullen de beraadslagingen ten einde gebracht of althans een goed eind gevorderd moeten zijn. Of de Porte, nu zij den Groot-vizier heeft opge offerd, al dadelijk de nieuwe grondwet zal invoeren of voorbereiden, door geen nieuwen titularis te benoe men, wordt betwijfeld. Naar men wil, zou Engeland de Turksche regeering beduid hebben, dat het afkon* digen der grondwet vóór het bijeenkomen der confe rentie, den goeden afloop van deze zeer in de waag schaal zou stellen. De zittingen van het Amerikaanaohe congres zijn geopend met een boodschap van Grant, waarin deze zijn maatregelen ten opzichte van Zuid-Carolina verdedigt. De onzekerheid wie tot President gekozen is kan nog een tijdlang voortduren. De kiezers zijn den 6en November bijeengekomen om tot benoeming van een President en vice-President over te gaan. De gesloten briefjes, waarbij dit geschiedt, worden eerst in Februari geopend. De thans heerschende onzeker heid werkt zeer nadeelig op handel en industrie. Weldra zullen bij de Tweede Ka mer wetsontwerpen tot afschaffing van de lijf straffen bij de zee- en landmacht worden inge diend. Aan het dep. van justitie is een wetsontwerp op de bedelarij in bewerking. De Minister van Binnenlandsche Zaken heeft aan de ambtenaren van den water staat den last verstrekt, in hun officiëele stukken de oude spelling te blijven gebruiken, even als dit door de regeering geschied. Door den Raad der gemeente Lopik is 1.1. Dinsdag aan den heer 8.1. Van Nooten, Burgemeester, op zijn verzoek, behou dens de goedkeuring van Z. M. den Koning, een eervol ontslag verleend als Secretaris dier ge meente, met ingang van 15 Januari 1877. Zooals wij vroeger mededeelden, werd bij arrest van den Hoogen Radd vernie tigd een vonnisgewezen door den Kantonrechter te IJselsteinin zake H. Schep te Willige- Langerak en werd die zaak verwezen naar de rechtbank te Utrecht, om op nieuw te worden behandeld. Bij vonnis van die rechtbankLI. Donderdag uitgesprokenis voornoemde H. Schep vrijgesproken van de hem ten laste gelegde over treding der Keur van het Waterschap Willige- Langerak al de kosten te dragen door den Staat. De rechtbank, heeft daardoor uitgemaakt, dat de Schouw door twee poldermeesters met den bode vau dat waterschap, ui Maart j.L, zonder eenige te voren gedane af kondiging, buiten het bestuur om gevoerd, in strijd was met de bestaande keur van dat waterschap en de door hen bij die gelegenheid gedane bekeuringen waren nietig en van ouwaarde. Naar wij vernemen zullen on derscheidene landbouwers in die gemeente, die tegelijk met Schep waren bekeurd, doch vrij willig de boeten hadden betaaldthans eene actie tegen beide poldermeesters gaan iustellen tot teruggave van de onrechtmatig opgelegde boete eu kostenhun door opbreken van bruggen veroorzaakt. Maandag is te 'sHage aanbesteed bet onderhouden van de brug aan het Rabat te Gouda, gedurende twee jaren, ingaande l Januari 1877 en eindigende 31 December 1878,

Kranten Streekarchief Midden-Holland

Schoonhovensche Courant | 1876 | | pagina 1