1878.
Zondag 5 Mei.
N°. 464.
akkerij
RENEN AN.
ton deze ge
snoten gunst,
Weekblad voor Zuid-Holland en Utrecht.
DORP.
EMAN.
ERTH.
I
VAY.
BER,
it.
BUITENLAND.
VIJZE
BINNENLAND.
Vrede.
in de Pro-
S. W. N. VAN NOOTEN te Schoonhoven
Uitgevers.
i voomoomd,
gewogen) per
opei
Wot
1
NOOTEN.
Deze Courant wordt geregeld iederen Zaterdag-middag
verzonden. Prys: voor Schoonhoven per drio maanden 0,70.
Franco per post door het geheele ryk 0,80.
heeft do eer
berichten dat
Prinses Maria van Pruisen
laatst van Juni zal plaats
ulo 65 Cents,
ctogr.) 20 Cts.
■OffiöfflB «W.
i Uwe gunst
IEBODEN
jaar oud.
OUDEN, to
bovenstaande
minzaam in
io solide en
en waardig to
choots mocht
f 0,80, f 1,85,
jn op franco
i allo Apothe-
JLLOWAY’S
)xford Street,
ibeonen, won-
van zweren
t en gedurig
ireiding. Om
ezen door de
sn te brengen
huid zamen-
iekelijke zelf-
i binnen wei
de weder uit
en duurzame
langewezen, is
wond te ver
in te stillen,
door de vaten
htigo, etterige
en gezond te
te gelijkertijd
het bloed to
i uit hot go-
Cts. per stuk.
Cts per potje.
1,50 per potje.
i0 per pot.
5R por kilo
E alleen ia
die, evenals
slijk getoond
Geneeswijze
rerbazing-
i verkregeu,
irde werk
17 April 1.1.;
an den Hoer
iie-Komman-
.pril 1.1.;
ibendon, dat
i Geniebrug,
uht vóór do
plaats heb-
laar van don
October aan-
itremming in
ien voorzien-
roertuigon
men door do
ij de Kanse-
Prijs der AdvertentiënVan 1 tot 5 regels 0,50. Iedere
regel meer 0,10. Groote letters naar plaatsruimte. Inzending
franco, en uiterlijk tot Zaterdags-voormiddags ten 10 ure.
Staten van Zuid-Holland
gegeven tot het oprichten van een
.ooi in de gemeente Rietveld bij
Overzicht.
In plaats van oplossen van moeiehjkheden ko
men dagelijks nieuwe opdagon, die den toestand
in het Oosten steeds ingewikkelder maken en
bepaaldelijk Rusland in uiterst moeielijke om
standigheden brengt. De overgave van de bij
het vredesverdrag aan Rusland toobedeelde ves
tingen in Klein-Aziëwaarvan do termijn van
overgave reeds verstreken is, ondervindt vertra
ging en tegenstand. De bevelhebber van Batum
weigert zelfs formeel met do wapenen in de hand''
die overgave. Rumelie is in opstandde zooge
naamde mustaphut of nationaal-gardistendie
tijdens <|en oorlog op do oproeping van de Porte
het le^^-an Suleiman-Pacha versterktendóch
zich sinds weder verspreidden, hebben thans de
wapenen weder opgevat, omdat zij niet tevreden
zjjn met het bestuur hunner bevrijders. Ver
scholen in bergpassen en holenwaaraan het
terrein aldaar zoo rijk isvoeren zij een guerilla-
knjg tegen de goregelde Russische troepen daar
aanwezig en bedreigen zelfs de gemeenschap met
het hoofdkwartier to San Stefano. In Rusland
zelf steken de „Nihilisten” het hoofd weder op
en hoewel hun voorloopig bestuur wel vooreerst
niet aan de regeering komen zaleischen hunne
woelingen toch de aandacht en voorzorgsmaat
regelen der regeering. Onder dit alles toeft de
Britsche vloot nog altijd in de nabijheid van
Constantinopel en zijn de onderhandelingen zoo
wel over de verwijdering van vloot en leger, als
over het te houden congres of de conferentie
nog altijd hangende. Grootvorst Nikolaas heeft
zijn afscheidsbezoek bij den Sultan gebracht en
het opperbevel aan generaal Todtleben overge
dragen die* dan ook de aangewezen man is om
moet het zijntegen do Turksche hoofdstad te
ageeren. Uit al die moeiehjkhedendie zich
voor Rusland opdoenvoorspelt menen mis
schien wel met eenigen gronddat de Russische
regeering eindelijk tot toegeven gedwongen zal
worden en dat Engeland dus door zijn lijdelijk
verzet, door zijne oorlogstoeboreidselen en ook
door zijn geld, waarmede hot meer dan waar
schijnlijk den Turkschen opstand levendig houdt,
eindelijk nog zijn zin zal krijgen. Wat het wil,
komt volgens de Weener Presse hierop neer:
beperking van het nieuwe vorstendom Bulgarije
tot de strook tusschen don Donau on de Balkan
hervormingen in Rumelie en Macedoniëafstand
van Thessalië en Epirus aan Griekenland behoud
van Bessarabië voor Rumaniö en van Batum voor
Turkije. Door die voorwaarden zou Grieken
land gewonnen en Tnrk(ji‘ tevreden gesteld zijn.
Dat winnen van Griekenland hooft daarom vooral
waarde, omdat het vermoeden dagelijks zekerder
wordt, dat Oostenrijk door Rusland tevreden
gesteld is en dus Engeland’s bondgenoot ineen
mogelijken oorlog niet zijn zou. Do oorlogstoe-
bereidselen worden in Engeland steeds met kracht
voortgezet; zoowel uit Indiö als uit Engeland
worden troepen naar Malta overgebracht. De
regeering blijft dit alles echtef alleen als voor
zorgsmaatregelen voorstellen en blijft op het
behoud van den vrede hopon. De onderhande
lingen worden dan ook nog steeds voortgezet,
al zijn ook tweo der hoofdonderhandelaars, Prins
Gortschakoff en Prins Bismarck, misschien wel ton
gevolge dier bemoeiingen, ernstig ziok geworden.
liiy een nieuwe eorekroon zich om de slapen
'winden. Geheel Europa erkent dat, en dankt
in zijn hart deni grooten Staatsman.
Naar onze meening kan alleen langs dezen
weg de oorlog van lieverlede verdwijnener moet
een onweerstaanbare volksovertuiging geboren
worden dat een strijd om internationale geschil
punten ondernomen of met eer- en hebzuchtige
bedoelingen aangevangen, een misdaad is en
een schande tevens. Wij allen, die lezen en
donkon geleerd hebben, wo moeten leden zijn
van oen vredebond, die alle volken der aarde
oenmaal zal omvatten, een bond, zonder hoofd
bestuur en afdeolingen, waar geen contrubutiën
worden geïnd en geen statuten in discussie ge
bracht, een bond, dat tot zijn leden aanwerft
al wie den naam van mensch draagt. Innig
moeten wij er van doordrongen zijn dat de oorlog
een kwaad, en in do meeste gevallen een niet
noodmkelijk kwaad is, en dat niet hij het recht
aan zijn zijde heeft, die op eon gegeven oogen-
blik het grootst aantal weerbare mannen in do
gunstigste stelling kan samenbrongon. Aan onze
kinderen moeten we leeren, dat de lauweren, op
het slsgveld geoogst, met stroomen bloed en
tranen zijn gedrenkt, om hun dien heiligen af
keer in te boezemen van de gruweltooneelen
des oorlogsdiezoo hij algemeen wordtde
machtigen der aarde zal dwingen niet langer te
spelen met menschenlevens. Wij moeten hun
duidelijk maken, dat niet hij verdient een groot
man genoemd te worden, die in een vlaag van
dolzinnigheid door een kogelregen rent om er
gens een vaandel te planten, maar dat de
eernaam van „groot” alleen hem of haar toe
komt, die met waardigheid on ernst zijn plichten
als mensch vervult, en mot onbezweken moed
arbeidt voor het geluk zijner medemenschen.
Onder deze niet zeer gunstige omstandigheden
is de werdld-tentoonstelling in Frankrijks hoofd
stad geopend en zal die edeler wedstryd tusschen
volken onderling een aanvang nemen.
Voor Frankrijk zelf is die tentoonstelling eene
aangename en voorzeker zeer heilzaamwerkende
vorpoozing, na een tijd van tweespalt en onrust
in eigen boezem, die, al bleef do overwinning
ook aan de partij der orde en der wet, toch
vele wonden achterliet, die de tijd alleen kan
hooien. Het is te hopen en niet onmogelijk,
dat vaderlandsliefde en nationaliteitsgevoel zege
vieren zullen over al te felle partijdriftendie
ook nog in den laatsten tijd ’s lands belang zoo
zeer benadeelen en den geregelden gang van
zaken stremmen.
Rome heeft eindelijk zijn programma duide
lijker dan te voren ontwikkeldPaus Leo XIII
heeft eene encycliek uitgevaardigd, waarin hij
zich, zij het ook in meer gematigde bewoor
dingen, aansluit aan hetgeen door zjjn voorganger
is veroordeeld en bestreden. Hij ook heeft den
oorlog verklaard aan de moderne maatschappij en
de protesten tegen het omverwerpen der wereld-
sche heerschappij van den heiligen stoel vernieuwd.
Nog altijd blijft men hopen dat die strijd, al
zal hij dan ook voortduren, op andere wijze dan
tot heden, zal gestreden worden, en dat men
zich naar het spreekwoord zal weten te gedragen
„Le mieux est l’ennemi .du bien.” Dit
zou reeds veel gewonnen zijn en mogelyk den
grondslag leggen voor een duurzamen vrede
SCHRIFTEN.
>g geneden
icr mogelyk
toevlucht tot
e méér ver-
er geneztyfc,
iasrvoor op-
geneesheeren
itingen daar-
(Uijdéa dikke
ie, prijs één
en aoor het
j door Riek
te het bóèk
vim 90'póst-
anftndU
een soort van waanzin, en met uitdagende kre- J
ten aanvaardt hij het wapentuig dat straks ge-
verfd zal worden met het bloed van een mede-
mensch. Maar niet zelden ook zijn de „helden”,
volkomen onbekend met do oorzaak van den
strijd of hetgeen daarvoor wordt aangevoerd,
geheel gelijk aan bulhonden die men tegen elk
ander ophitst, en die verwoed op elkander los-
ptonnen, alleen omdat hun meesters zulks ver
langen. Ik heb na den Pruisisch Oostenrijkschen
oorlog van 1866 Oostenrijksche soldaten ontmoet,
die met tranen in de oogen spraken van hun
gesneuvelde kameraden en van do doorgestane
ellende, maar van do aanleiding tot den krijg,
van hot beginsel waarvoor zij ten strijde waren
getrokken, wisten zij hoegenaamd niets. De
zoo het heet „Heilige Zaak” was voor hen een
verborgenheid.
Dat een volk, wanneer het door oen overmoe-
digen geweldenaar wordt aangerand, het zwaard
trekt, en mot geestdrift de roepstem volgt die
ter verdediging noodigt, is natuurlijk. Dat do
begedrte, om het juk eens vreemdelings af te
werpen, tot do uiterste krachtsinspanning dringt
en de zwaarste offers licht doet achten, kan
evenmin verwondering baren. Daarom schenken
we ook gaarne onze sympathie aan de Italianen
onder Victor Emmanuel’s leiding, aan de Grie- i
ken van 1830. Doch verreweg de meeste oor
logen ontstaan uit geheel andere motieven, en
hebben met gewettigde zelfverdediging niets te
maken.
In do geschiedenis van sommige natiën komen
tijdvakken voor, waarin we zo geheel zien me-
3esleepen door don maalstroom der „militaire
glorie.” Frankrijk tijdens het eerste Keizerrijk
levert daarvan een merkwaardig voorbeeld. Dan
worden de lauweren, op het oorlogsveld behaald,
hooger geschat dan alle mogehjke genietingen;
dan wordt reeds de knaap gewezen op het vaan
del als do eenige godheid die zijn veree^ing -
waard is, en zijn vurige begeerte is, volwassen
te zijn, opdat ook hij ton strijde kan trekken
on zich scharen aan de zijde dier „helden”, die
de trots des vaderlands uitmaken. Door ieder
denkbaar middel wordt die roes aangewakkerd
wapenfeiten en niets dan dat zijn de onderwer- i
pen der gesprekken, on zelfs grijsaards betreu
ren het, dat zij niet hun restje levensdagen
ten offer mogen brengen. Ongelukkig het volk,
dat in dien toestand verkeert; zoolang de for
tuin het begunstigt, blijft alle bekommering van
verre, maar nauw keert de wisselvallige
krijgskans, of de vroegere overspanning wordt
door moedeloosheid vervangen, een algeheele
verslapping drukt den volksgeest ter neder, de
reactie is des te sterker naarmate de actie he
viger was.
Nu kan over het algemeen getuigd worden,
dat de eerbiod voor krijgsroem niet zóó groot
meer is als hij plag to wezen. De berichten van
glorierijke wapenfeiten, door dagbladen en tijd
schriften ter onzer kennis gebracht, trekken nog
wel altijd de aandacht, maar zij laten ons dik
wijls koud, en altijd dringt de gedachte aan de
slachtoffers zich in onze verbeelding nevens het
gevoel voor do stoutmoedigheid der overwin-
naarg. Om ons beweren te staven met een voor
beeld uit den laatsten tijdIeder herinnert zich
nog den moeitevollon tocht van Generaal Sko-
beleff’s leger naar Sofia door do Etropol-passen
van den Balkan, en de vastberadenheid, de doods
verachting bij dio gelegenheid aan den dag ge
legd zoowel door officieren als door minderen.
Inderdaad was dat een feit, ’t welk verdient te
worden gelijk gesteld met de beroemdste mar-
schen uit de wereldgeschiedenis, met dien van i
Hannibal en van Bonaparte over de Alpen.
Welnu, wat is er van de hooggestemde bewon
dering, die eigenlijk het loon moest zijn van de
schier bovenmenschelijke inspanning? We er
kennen, ja, dat de Russische soldaten kloek wa
ren en volhardend, dat zij met beleid werden
aangevoerd, doch, daar blijft het gewoonlijk
bij, en over eenige dagen zijn wij het gebeurde
vergeten. Laat daarentegen gelijke mate van
moed en vastberadenheid eens worden ten toon
gespreid bij eenig werk des vredes, bij den aan
leg van een tunnel door het gebergte, bij de
redding van schipbreukelingen, l’ij een poging
tot behoud van do slachtoffers eener mijngas
ontploffing..., dan geven wij veel luider onze
sympathie te kennen, on we doen ons best om
de namen der dapperen in.’t geheugen te be
waren. Er is in dat verschijnsel iets zeer be
moedigends; want zoo zeker als de overdreven
roemzucht van Vorston on legerhoofden een groot
gevaar aanbiedt voor den vrede, even zoo stellig
mogen we hopen, dat het uitblijven van do ge
hoopte vorgoding hen tot nadenken zal brengen
vóór zij aan het zwaard de beslissing dor ge
schillen opdragon.
Niet alleen de mannen van het zwaard, ook
do strijders mot do pon, do diplomaten, kunnen
er veel aan toebrengen, of de vrede behouden
zal blijven. Als het Vorst Bismarck gelukken
mag, door zijn gematigd on beleidvol optreden
do prikkelbaarheid van do hoeren Beaconsfield,
Gortschakoff en Andrassy te bezworen, en het
dreigend oorlogsgevaar af te wenden, dan zal
Bij Kon. besluit is bewilliging ver
leend op het ontwerp der akte van oprichting
van de naamlooze vennootschap Stoomsleepdienst
„De Vooruitgang”, te vestigen te Siiedrecht.
Do Tweede Kamer heeft het ont
werp «van wet, houdende toestemming tot het
huwelijk van Z. K. H. Prins Hendrik der Ne
derlanden met H. K. H. Prinses Maria van Pruisen,
eergisteren met algemeene stemmen aangenomen,
Thans is bepaald, dat do voltrek
king van het huwelijk van Z. K. H. Prins Hen
drik met H. K. H.
te Potsdam in het
hebben.
Z. K. H. Prins
Beynen, rector van
venhi„
H. Prinses Maria te gaan inleiden in de kennis
Hoofd voor hoofd gevraagdzou ieder onzer
geen oogenblik aarzelenden oorlog eon der
grootste rampen te noemen, die een volk kun
nen treffen. In de eerste plaats vinden wij het
afschuweljjkdat menschen in de kracht huns
levens bij duizendtallen te gelijk gesteld wor
den tegenover andere menschendie hun per
soonlijk geheel vreemd zijndie hun nooit iets
in den weg hebben gelegdten einde elkander
het moorddadig lood toe te zenden of als ra
zenden worden voortgejaagdzonder andere keus
dan te dooden of gedood te worden. Het denk
beeld alleen is reeds zoo verschrikkelijk en zoo
ten eenenmale in stftjd. met do eenvoudigste be
grippen van humaniteit, dat de mogelijkheid
van een oorlog wel tot de onoplosbaarste raad
sels behoort.
Daar komt nog bij dat niets verderfelijker
is voor de stoffelijke welvaart dan oorlogstoe
stand. Is deze aanwezigdan kwijnt meestal de
handel; do nijverheid laat de armen slap han
gen omdat haar producten geen aftrek vinden
de landbouw is ontmoedigddewijl morgen wel
licht vijandelijke legerbenden de akkers vertre
den zullenhet crediet trekt zich terugwant
de veiligheid van den eigendom is geschorst.
Niet minder geducht zijn de moroele gevolgen
van den krijg. Do booze hartstochten, (lie in
vredostjjd sluimerenkomen tot uitbarstingbe
ginselen van ordedie een volk nopen met vas
ten tred op de baan van den vooruitgang te
vorderenworden door het zwa&rdgekletter weg
gevaagd het .egoïsme treedt te voorschijn in
zijn niwsten vorm. En straksals de strijd is
geëindigd’t zij de overwinning is behaagd of
de nederlaag werd geleden altijd wordt jaren
lang de inspanning van alle krachten gevorderd,
eer de buiten zijn oevers getreden stroom weder
rustig langs do bedding vloeiteer de jamme
ren zijn uitgewischf, die de oorlogsfakkel in het
rond heeft gespreid.
Is het noodig bewijzen aan te voeren
Heeft niet Duitschlandhet zegevierende met
roem bekroonde Duitschlandniet nog heden te
worstelen tegen de naweeën van de duur ge
kochte overwinning, is niet de économische
toestand van dien machtigen staat minstens een
tiental jaren achteruit gegaan door den reuzen
strijd van 1870 Zelfs behoeven wij niet eens
over de grenzen te gaan om dezelfde waarheid
gestaafd te zienOnze eigen staatsfinanciën
werden door den strijd met België in 1830 den
ondergang nabij gebracht, terwijl we thans we
derom te lijden hebben door de gevolgen van
den Atjeh-oorlog.
Men herinnert zichdatniet lang geleden
onze Maatschappij Tot Nut van ’t Algemeen een
prijsvraag uitschreef voor een populair werkje,
waarin aan de hand der geschiedenis de voor-
deelen van den vrede werden uiteengezet. Die
poging is tot dusver vergeefsch gebleven. We
zouden eigenlijk meenen, dat het niet zoo heel
noodig isomtrent die zaak in uitvoerige be
schouwingen te treden de voordooien springen
ieder in het oog die maar een oogenblik wil
nadenken.
Dit zoo zijndedan blijft het voortdurend
bestaan van den oorlog een nog ondoorgronde-
lijker raadsel. Indien de massa het vechten
verafschuwt, indien zij het beschouwt zooals het
inderdaad is, moorderij op groote schaal, indien
ieder weet, dat de zegeningen van den arbeid
slechts dan worden gesmaakt als de vrede heer
schappij voertweldan behoeft de menigte
slechts haar stem te verheffen: dan kan zij den
diplomaten opdragendo internationale geschil
punten op te lossen langs den eenig mogelijken
weg, dien van onderling overlegof door scheids
rechterlijke uitspraak. De mannen van den arbeid
hebben slechts vol te houdendat zij zich niet
beschikbaar stellen voor struikrooverswerk
dat zij menschen zijngeen tijgersdat zij de
ellende van Weduwen en weezendo jammer
klachten van verminktenniet voor hun reke
ning'willen nemenen evenmin gedoogen kun
nen dat hun eigen vrouwen en kinderen van
hun eenige verzorgers worden beroofd
Hoe logisch dit ook zijn mogeongelukkig is
de werkelykheid er mede in strijd. Ondanks al
hetgeen wijsgeeren hebben gedacht en geschre
ven zijn do menschenonder sommige omstan
digheden niets meer dan blinde en stomme
werktuigenautomatendie zich bewegen op
commandozonder te vragen of to redeneeren.
Of, moeten we onderstellen, dat een volk
hetwelk ten strijde geroepen wordt bezield wordt
door een eenzijdig maar toch niet onverklaarbaar
patriotismedat aan alle bedenkingen het zwij
gen oplegt, en de eer des vaderlands boven elk
ander belang doet verkiezen? In sommige ge
vallen is dat inderdaad zoo. Handige volkslei
ders, eerzuchtige ministers en militairen zwee-
pen de ijdelheid van den minderen man op tot
Alle Binnenlandsche Advertentiën, waarvan
de plaatsing S maal wordt opgegeven, worden
slechts 2 piaal in rekening gebracht.
Hendrik heeft Dr. L. B.
het gymnasium te ’s Gra-
lage, met do eervolle taak belast, om H. K.
Prinses Maria te gaan inleiden in de kennis
van onzo taal en onze geschiedenis.
Gedep. n‘
hebben bevel
inbare school
lorden.
k— Bjj de op 11. Dinsdag te Berg-Am-
bacht gehouden stemming voor een lid van den
gemeenteraad, in plaats van wijlen den heer J.
Voorsluijs, worden uitgebracht 50 geldige stem
men. Gekozen werd de heer D. Blanken Az.
met 31 stemmen.
Op voorstel van Burg, en Weth.
is door den gemeenteraad van Gorinchem 11.
Vrijdag besloten het veergeld op Sleeuwjjk te
verhoogen en te bepalen op 15 cts. per persdon
en voor kinderen beneden de 12 jaar op 7 j- ct.
Tevens zijn in diezelfde vergadering benoemd
aan do volksschool op de gedempte Kalkhaven
de heer A. P. Van der Zande, van Zalt-Bommel,
als hulponderwijzer en mej. T. Ilibma, van Hin-
deloopen, als hulponderwijzeres.
De gemeenteraad van Gouda heeft
benoemd tot lid der openbare gezondheids-Com-
missio in plaats van den heer G. A. Oudijk, die
zijn ontslag heeft genomenden heer J. D. Rijk
en tot Libryemeester in plaats van den heer
Mr. J. Fortuin Droogleever, die te kennen had
gegeven zich niet herkiesbaar te stellen, den heer
Mr. W. J. Fortuijn Droogleever Jr.
Bij den Gemeenteraad van Gouda
is eene missive ingekomen van de openbare ge
zondheidscommissie betreffende de concessie voor
den aanleg en de exploitatie eener waterleiding.
Daarin wordt er op aangedrongen de concessie
niet te vorleenen op de voorwaarden door Burg,
en Weth. voorgestelden als hoofdvoorwaarde
voor eene concessie gesteld: kostelooze levering
van gezuiverd water aan, minvermogenden.
De heer W.-5 Hoogendijk Wz. te
Gouda heeft zijn ontslag genomen als lid van
de Kamer van Koophandel aldaar.
LI. Dinsdag is van de werf van den
heer M. Van derKuyl, te Slikkerveerte water
gelaten een ijzeren tjalkschip „De twee gebroe
ders”, gebouwd voor rekening van don heer T,
Keuste Meppel. Daarna is de kiel gelégd voor
oen ijzeren schroefstoombootvoor rekening van
den heer C. Bonte Zaandam.
Van de werf der heeren J. en K.
Smit te Kinderdijk is op 1 dezer mot goed ge»
volg te water gelaten de ijzeren logger „Zeenimf”,
bestemd voor de haringvisseherij. In dezen log
ger welke zal varen onder directie van den heer
J. Hoogorwerff Lz, te Vlaardingen, zal worden
geplaatst eene stoommachine, welke, behalve
voor het binnenhaljep der néttenook diept tot
het in beweging bréngen eener schroef als voort-