Zondag 14 Juli.
1878.
N°. 474.
SRTH,
STER,
in een klein
Ister,
gevraagd,
'denbij H.
hoven; hoog
eekerij bekend
)t aanbeveling,
lijk in dienst
SS,
IT,
rtigjaar, tegen
een. Aanmel-
Weekblad voor Zuid-Holland en Utrecht.
TN,
DEN
DHL
FF,
genieten vrije
S. W. N. VAN NOOTEN te Schoonhoven
Uitgeven.
i
verken wordt
>ndl
per-
ILLEM MAK
ringei
als ’t
een
i'NÓWraf.
Deze Courant wordt geregeld iederen Zaterdag-middag
verzonden. Prijs: voor Schoonhoven per drie maanden 0,70.
Franco per post door het geheelo rijk 0,80.
f 1,50.
m) 00 cents.
derinf
over i
congres g
goamuseei
de
in
DIRECTIE,
jven de Con-
■Ö1WÏMIB COURANT.
ie
'AN, Timmer-
len.
voor-
J.ste
rniak-
t van
ijk een
i liefst in
asfreeh t.
et een Winkel
;en hoog loon,
IEE8 te Bles-
LEN. Deze
nnen niet te
genezing der
chheid onder-
ikt voor het
angt als voor
Zalf is eon
kneuzingen^,
in de kinder -
minder krach-*
duurzaam ge-
zeere boenen,
lende voor de
eene tijdige
i, die om ieder
zijn, kan een -«
gaafd, de on-
mgdurige on-
n.
f 0,80, fl,85,.
in op franco
i alle Apothe-
)LLO WAY’S
Ixford Street,
Prijs der Advertentiën: Van 1 tot 5 regels ƒ0,50. leder*
regel meer 0,10. Groote letters naar plaatsruimte. Inzending
franco, en uiterlijk tot Zatordags-voormiddags ten 10 ure.
vegD 81
oote sorteering
13 en hooger.
HÉN, REGU-
KLOKKEN,
izers, die met
een iiitata|(je
loen, heeft de
enst op de
dd, als:
terug:
d f 0,25.
0,20-
terug:
d f 0,20.
0,15-
gewone passa-
wachtend tot zij geroepen wordt om het avond
eten binnen te brengen. Wij vragen u, mejuf
frouw, of, zijt gij gesteld op deü titel van
mevrorw. ook al goed, is dat verantwoord? Stel bajonnetten toch s
u eens fpor, dat gij eens tot armoede kwaamt te geschaard, dia het
vervallen, zoodat uw eigen dochter.... maar gij
haalt de schouders op en verwijt ons dat we dwaas
heden verkoopen; we zullen dien volzin dan
maar niet voltooien. Maar is het wonder, dat
do meid, die ge tot oen soort van cellulair-go-
vangene maakt, reikhalst naar hot oogenblik dat
zij de deur uit mag gaan, dat zij zooveel mo
gelijk marchandeert om het getal „uitgaans-
uurtjes1’ te vermeerderendat zijbij gebreke
aan fatsoenlijke lieden bij wie zij die uren kan
doorbrengen, tot straatslijperij vervalt, daf* de
lokstem der verleiding bij haar minder tegen
stand vindt dan wenschehjk is, en dat, per
slot vau rekening, gij, mejuffrouw of mevrouw,
en niemand anders dan gij, zedelijk schuldig zijt
aan haar val? Probeer het eens, als gij een
fatsooi lijke meid hebt getroffen, daar zijn er
nog wel, hoewel mevrouw Van Stekelen huizon
op het laatste kransje met don meesten nadruk
het tegendeel beweerde, en zelfs driftig werd
toon zij hierin werd tegengesproken, probeer
het dan eens, haar te behandelen als behoordo
zij, wat toch eigenlijk hot geval is, tot uw
gezinheb oenig hart voor haar belangen, maak
haar het leven een beetje aangenaam door haar
vriendelijk te bejegenen en gij zult eens wat zien.
Wat drommel, gisterenavond heeft uw echtge
noot nog mot het meeste genoegen een voorle
zing bijgewoond over vrijen arbeid in Indië,
waarin word beweerd dat bij een humano be
handeling.... Zijn dan onze dienstmeisjes minder
geschikt dan Javjiansche koelies?
Volg onzen»?aad, en waarschijnlijk zal 1. Uw
dienstbode liever in haar vrijen tijd thuis blij
ven, zich mot iets nuttigs bezighouden, dan langs
de straat slenteren. 2. Prijs stellen op uw te
rechtwijzingen, al is het maar alleen om u ge
noegen te geven. 3. Niet zoo heel gauw van
u wegloopon, zoodat gij regel in uw huishou
ding kunt hebben, hetgeen bij voortdurende ver
wisseling niet kan geschieden.
Nu weten we wol, dat onze wenken noch door
alle dienstboden en dienstzoekenden, noch door
allo meesteressen ter harte genomen zullen wor
den. Dit was echter voor ons geen genoegzame
reden om zo achterwege te laten.
BUITENLAND.
Overzicht.
Terwijl het congres zich in zijne laatste zit
tingen bezig hield met het regelen van eenige
punten van ondergeschikt belang on do groote
hinderpalen dus allen uit don weg geruimd wa
ren achtte Engeland het geschikte oogenblik
daar om zijne rekening in te jjienen, die zij voor
zichtigheidshalve vooraf hoeft laten accopteeren.
Ook de sluier, die tot nog toe do geheimzin
nige politiek van Lord Beaconsfield dokteis
gevallen. De gevolmachtigden te Berlijn hebben
aan elk der bij het Oostersche vraagstuk recht
streeks betrokken Mogendheden een aandeel in door onzen
den buit toegekendEngeland koos zich het wet belast,
zijne buiten het congres om.
Bij de verbrokkeling van het Turkscho grond
gebied in Europawas Engelands belang niet
zoozeer betrokken mits de vrjje vaart op don
Donau gewaarborgd do Dardanellenquaestie on
aangeroerd en Rusland van de Middellandsehe
zee verwijderd bleef. Vandaar dat het zoowel aan
Rusland als aan Oostenrijk aanwinst in grond
gebied on aan invloed toestond. Maar het kwam
er op aan om den meerderen invloed dien de
oude vijand in Klein-Azië zou erlangenonscha
delijk te maken ’en zich het vrije bezit van don
handelsweg naar Indië te verzekeren. Dit doel
is volkomen bereikt*. Bij een verdrag tusschen
Engeland en Turkije geslotenneemt Engeland
do verplichting op zich omzoolang Rusland
KarsErzorum en Batum blijft bezetten
integriteit van het grondgebied dat Turkije
Klein-Azië rest, te helpen verdedigen tegen eiken
toekomstigen aanval. Om aan die verplichting
te kunnen voldoenverkrijgt Engeland de vrij
heid om het eiland Cyprus te bezqtten fen te
boheeren alsof het eene Engelsche bezitting ware,
met deze reserve alleendat de zuivere opbrengst
van het eiland ten bate van Turkyo komt.
Men zal moeten erkennen de laatste zet op
het politieke schaakbord wint het in beteekenis
en gewicht van al de vorigen. Van af het
oogenblik dat de Russische legers voor de poor
ten van Constantinopel de Porte tot volkomen
onderwerping dwongen was Husland ten ge
volge vooral van Engelands houdinggenood
zaakt concessie op concessie te doen. Het ver
drag van St.’ Stefano weqj, artikel voor artikel
door de waarborgende Mogendheden gewogen en
gewijzigd hoofdiakeljjk naar den zin van Enge
land en Oostenrijk. De aanwinst van grondge
bied in Klein-Azië met de vestingen Kara, Er-
zerum en Batum, zij ’t ook met de bepaling,
dat deze laatste vesting ontmanteld en tot vrijha
ven zou worden, liet echter aan Rusland de hoop
om eenmaal te kunnen voortzetten wat het nuten
gevolge van het verzet van Engelands politiek,
had moeten staken. Ook deze hoop wordt ten
slotte grootendeels verijdeldachter de Turkache
metten toch staan voortaan de Engelsche
guvouuHTUf uia hut „tot hiertoe en niet verder”
toeroepen. Waarlijk de Engelsche politiek wint
het van de Russische wapenen en Lord Beacons
field kan, in zijn land teruggekeerd, nu veilig
op zijne lauweren gaan rusten, indien die rust maar
niet nu en dan gestoord wordt door de herinne
ring aan de minder eerlijke wapenen, waarmede
de lauweren behaald werden.
Tot aanvulling van de mededeclingen in het
jongste overzicht omtrent de afronding van het
Turksche grondgebied moeten we nog vermelden
dat de stad Khotour in Azië aan PerzM is af
gestaan, terwijl de Turksch-Perzische grenzen
mede eenigszins beter geregeld zijn; dat Servië
ook de omliggende strook van do vesting Pirot
erlangt en dat aan Oostenrijk een gedeelte
der kuststreek bij Antivari met de haven van
Spezzia is toobodoeld. Tusschen Oostenrijk
on Turkjje wordt rechtstreeks onderhandeld
over de bezetting van Bosnië en de Herzegowina.
Eveneens wordt, volgens de besluiten van hot
congres, rechtstreeks tusschen Griekenland en
Turkije onderhandeld over do uitbreiding van
grondgebied, die eerstgenoemde staat in Thessalie
en Epirus zal erlangen. Bij verschil van gevoelen
zal de Europeosche commissie, die het congres
opvolgt, bemiddelend tusschen beide komen.
In Frankrijk hebben Zondag jl. weder 22
aanvullings-verkiozingen voor de Tweede Kamer
plaats gehad, waarvan 20 hot gevolg waren van
nietigverklaringen. 17 zetels vielen aan de repu
blikeinen ten deeldrie aan de conservatieven
terwijl twee herstemmingen moeten plaats hebben.
Te Marseille is de rust thans hersteld. De
quaestie of het bisschops-standbeeld zal wórden^
omvergohaald of blijft, die tot deze betreurena-
waardige botsing aanleiding gaf, zal nu door de
regoering worden beslist.
Hödel, de bekende Dultache sluipmoordenaar
is tor dood veroordeeld. Gedurende de terecht
zitting bleef hij koud en onverschillig, terwijl
een hoonlach nu en dan om zijn lippen speelde.
Nobiling wordt langzamerhand boter, zoodat
men hoopt uit zijne bekenfenisson nog een en
ander omtrent zijne medeplichtigen te vernemen.
BINNENLAND.
Z. M. heeft aan II. W. H. K i s top
zijn verzoekeervol ontslag verleend uit zijne
betrekking van hoofdcontroleur van den waar
borg op de gouden en zilveren werken te Rot
terdam, behoudens aanspraak op pensioen.
Bij de Tweede Kamer is ingekomen
een ontwerp tot vaststelling van bijzondere be
palingen tot beteugeling van longziekte onder
het rundvee in bepaalde deelen des lands. Dit
ontwerp, dat vooral het oog heeft op het spoe-
lingdistrict in Zuid-Hollandmaar natuurlijk
toch van algemeenen aard is, luidt:
Art. 1. Door Ons kan worden bevolen, dat
het rundvee in bepaalde gedeelten van het Rijk,
door onzen Minister, met de uitvoering dezer
aan te wijzen, moet worden ingeënt
en gemerkt, of een van beide.
Weigert de eigenaar of houder van dat vee
die inenting of dat merken toe te laten, dan
wordt dat vee door den burgemeester in beslag
genomen en zorgt deze, dat de inenting of het
merken ten koste van den eigenaar behoorlyk
geschiedt.
Is, ten gevolge van eene volgens dit artikel
voorgeschreven inenting, een stuk vee, volgens
verklaring van den districts-veearts of zijn plaats
vervanger, gestorven, dan wordt aan den eigenaar
de volle waarde van dat vee vergoed.
Art. 2. Eigenaars of houders van vee in de
gedeelten van het Ryk, in het vorig artikel be
doeld, zyn verplicht den districtsveearta of zijne
plaatsvervangers en den door Onzen Minister,
met de uitvoering dezer wet belast, daartoe aan
gewezen opzichters in de stallen, weiden of be
waarplaatsen van vee toegang te verleenen tus
schen zons op- en ondergang, op vertoon, des
gevorderd, van hunne akte van aanstelling.
Art. 3. Weigering of feitelijke verhindering
om de ambtenaren, in art. 2 bedoeld, in stallen,
weiden of bewaarplaatsen van vee toegang te
verleenen, wordt gestraft met gevangenisstraf
van eene /d'aand tot een jaar en geldboete van
f 100 tot f 500. Bij herhaling van misdrijf
worden de daartegen bedreigde straffen verdub
beld.
Art. 4. Art. 463 van het strafwetboek en
art. 20 der wet van 29 Juni 1855 (Staatsblad
no. 102) zyn op de misdrijven, bij het vorig
artikel voorzien, van toepassing.
Art. 5. De bepalingen der wet van 20 Juli
1870 (Staatsblad no. 131) en vqn de krachtens
die wet door Ons genomen besluiten blijven, na
liet in werking treden dezer wet, onverminderd
van kracht.
Art. 6. Deze wet verbindt met don dag barer
afkondiging.
In de zitting der Prov. Staten van
Zuid-Holland van 1.1. Dinsdag heelt de heer-'
Alle Binnenlandsche Advertentiën, waarvan germeisjes elkander verdringen in do concurrentie
de plaatsing 3 maal wordt opgegoven, worden I naar een „betrekking”, en bij honderdtallen ko-
slechts 2 maal in rekening gebracht. j men opdagen op één advertentie. Tevens ont-
--- staat daardoor de schaarschte van dienstboden
I die een ruime plaats inneemt in de huiselijke
Over Dienstboden. I ^ezwaren van onzon tijd, on do noodzakelijkheid
om niet al te kieschkeurig te zijn.
Wij meenen dat de behandeling van de „dienst- Het huisgezin, waarin een meisje als eerstbe-
boden-quaestie niet tot het domein van do kof- ginnond dienstbode optreedtmoest eigenlijk zijn
fiepraatjes of theevisites behoort bepaald te blij- i de leerschool, waar zij zich bekwaamt om zelve,
ven. Vooreerst zijn de discussion in die soort wanneer hot lot haar daartoe bestemteon gezin
van vergaderingen gowoonlijk zeer oppervlakkig j te kunnen beheeren. Menige burgerdochter zou
en op hoogst eenzijdige beschouwingen gegrondI haar eigen belang botor behartigen indien zij
men beziet er niet genoeg do twee kanten van in plaats van een plaatsing als modiste of win
de medaille, is in den regel aanklaagster, advo- keljuffrouw tezoekon, zich in gewone huiselijke
caat en rechter tegelijk, en bezigt eon macht- 1 bezigheden trachtte te bekwamen en daartoe in
spreuk om het eindvonnis te bekrachtigen. De 1 dienstbare betrekking liefst bij een b—~-:-
min-beschaafde burgerjuffrouw laat het in de kwam. Als straks eon flink werkman
keus van haar auditorium of zij haar gedienstige naar een levensgeze
wil rangschikken onder do categorie „slons, I keus dan eon da
varken of dier,” terwijl de dames, die haar ken arbeid afweetwier uanuen u
schoone lippen nimmer met zulke ruwe uitdruk- tot den opschik behoort verkeerd
kingen bezoedelen, eenvoudig verklaren, d;
het tegenwoordig dienstbodenvolk geen hui
te houden is. -
En, indien we eens de wederpartij hoorden I veel gevallei
Wij vreezon dat alsdan de uitspraak evenmin i
onpartijdig zou wezen. Schrijver dezes had eens
het voorrecht, onzichtbaar getuige te zijn van
een congres van dienstmeisjes, ’t Was op eon zich
Zaterdag-avondde lieve spreeksters, uitgezonden baai
om de traditioneole boodschappen te doen, hiel
den haaf bijeenkomst toevallig onder oen raam,
aan welks binnenzijde schr. in zijn eentje en in
’t donker zat te peinzen over ik weet niet meer
welke ondermaansche aangelegenheden. Do luide
toon waarop de jonge dochteren haar grieven
blootlegden, maakte aan alle bespiegelingen een
einde en dwong tot luisteren. Nu, er kwam
heel wat; nu eons werd een niet zeer vleiende
doopceel gelichtdan weer een potsiorlijko
karikatuur geleverd van eon doove mevrouw,
een rhumatiekerigen mjjnheer of een sen timen -
teelo jongejuffrouw oftewel freule; on het eind
van de geschiedenis was, dat de gansche verga-
ig instemde mot de slotmotie: „Maar daar-
niet getreurd, voor die een anderHet
ging uiteen, en^schr. had zich kostelijk
>erd.
De tweede red<
quaêi
irdon
openbare
len, waarom wij van oordeel zijn
dat onze quaestie niet uitsluitend in klein comité
moet 'worden behandeld, doch een onderwerp
van openbare gedachtewisseling kan uitmaken
is deze, dat het wel degelijk een onderdeel uit
maakt van het algemeen maatschappelijk vraag
stuk. Zoolang er gezinnen zijn, die behoefte
hebben aan huiselijke diensten van vreemden,
en meisjes die zich aanbieden om in die behoefte
te voorzien, is de regeling van de verhouding
tusschen beide partijen geen onbelangrijke zaak.
Nog sterker, zij is een quaestie van moraliteit,
meer dan eenige andere. We behoeven niet ver
te loopen of lang te zoeken om die bewering te
stavenhet gebeurde te Gorinchem, waarop ook
in deze courant de aandacht werd gevestigd, is
in dit opzicht zeer welsprekend. Met het oog
op deze en soortgelijke feiten bespreken we alleen
de vrouwelijko dienstbode, gewone soort,
(juffrouwen van gezelschap, kinderjuffrouwen,
enz., meestal tot den meer beschaafden stand
behoorende, vallen alzoo buiten ons kader,) in
haar verhouding tot haar meesteres.
Over het algemeen is onze tijd zeer geneigd
om te breken met al wat herinnert aan de min
of meer aartsvaderlijke zeden van vroeger dagen,
’t Is waar, ook in vorige eeuwen heeft het niet
ontbroken aan jobsklachten over de slechte eigen
schappen der dienstbodenop menige bladzijde
draagt onze literatuur daarvan de sporen. Toch
gelooven we het thans levend geslacht geen on
recht aan te doen als wij verklaren dat de voor
beelden van trouw en gehechtheid niet zijn ver
meerderd. Het behoort tot de zeldzaamheden,
wanneer een dienstbode tien of meer jaren in
hetzelfde gezin is gebleven, terwijl daarentegen
menige dienstmaagd aan de vingers van één hand
ter nauwernood genoeg heeft om al de „diensten”
op te tellen die zij in don loop van één jaar
gehad heeft. Dat er onder die omstandigheden
van aanhankelijkheid geen sprake kan zijn, be
hoeft geen betoog.
Aan welke oorzaken dat is toe te schrijven
Vooreerst aan een verkeerd toegepaste zucht
tot stundverheffing bij onze minder gefortuneerde
standen. Meisjes die geen ander uitzicht hebben
dan door eigen arbeid in haar onderhoud te voor
zien in afwachting dat de god des huwelijks
een zonnestraal van zijn gunsten op haar doe
vallen, en die toch geen opleiding hebben gehad
voor oen maatschappelijke betrekking die weten
schappelijke kennis vereischt, zoeken bij
keur' een plaatsing als „juffrouw”, als modiste
als naaisterwaardoor zij het wel niet gen
kelyker krijgen, en ook niet in het genot
meerdere inkomsten gerakendoch in eigen oog
een verhevener positie innemen dan wanneer zij
gelijk in den „goeden ouden tyd” eenvoudig wog I
4uit dienen gaan.” Vandaar dat wij onze dienst- I vereischt, laat men de meid in de keuken zitjten,
meisjes meest moeten krijgen uit de alledaagsche meestal zich liederlijk vervelend, met een naar-
kriugenterwjjl aan den andoren kant de bur- geestig lichtje, goed licht kan niet lijden f
FONG, Land-
jeweide, nabij
Jgelijk een
van
be-
het
Ware
ng a
loek
burgergezin
man uitziet
zollindan rest hem geen andere
lametje, dat van geen huiselij-
twier handen bij al wat niet
•keerd staanof
dat met I wel een onbeschaafd wezendat wel werken kan
lis meer I maar welks ruwheid hem afkoer inboezemt. Is
het hem dan wel kwalijk te nomen, dat hij in
“"“’’sn het „bij twijfel onthoud u” in toe
passing brengt? Juist dat vooroordeel, want
1 iets anders is het nietdat een soort van
I* schande ziet in het „uit dienen gaan”, en daarom
r?"h, onder gewijzigden vorm, veel harder dionst-
baarheid getroost, is oen bederf: hot maakt do
oplossing der zoogenaamde „vrouwen-quaostie”
zeer moeielijkstaat het sluiten van huwelijken
in den kleinen burgerstand in den wegon is
alzoo een bron van zedeloosheid daarenboven
voert het in onze gezinnen een element, dat er
eigenlijk niet in thuis behoorton dat slechts
toegelaten wordt bij gebreke aan iets beters.
Maar zal men ons tegenwerpen, do meisjes
uit do laagste maatschappelijke kringen moeten
toch ook leven, moeten toch ook, als ’t kan, ge
vormd worden tot geschikte huismoeders. Zoudt
ge die dan willen weren, of wellicht ze uit
sluitend voor fabrieken, misschien wel voor
veldarbeid willen bestemmen? En dat zou toch
het gevolg moeten worden, indion haar
plaatsing als dienstbode werd ontzegd.
Dat is ook volstrekt onze bedoeling niet. We
wenschten alleen, dat er keus kon zijn tusschen
beschaafde, behoorlijk onderwezen meisjes, en
zulke dio niet de minste opvoeding hebben ge
had. Thans bestaat het gevaar, dat de laatste
soort de macht in handen krijgt on dat zij
dat voorrecht stellig gebruik zulten maken,
hoeft niemand te betwijfelen. Reeds nu is
in dit opzicht hier on daar niet pluis,
nu de keus zoo ruim, dat eenige beschaving als
voorwaarde kon worden gesteldwe bedoelen
niet dat vernis, of dat surrogaat,’t welk hoofd
zakelijk bestaat in het gebruik van uwee of
soortgelijke „fatsoenlijke” woordjes, maar on
derwijs en begrippen van orde, - dan zou ook
de mindere man, die er op’ gesteld was zyn
dochter „onder het volk” te krijgen, zooals de
kunstterm luidt, weten wat hem daarvoor te
doen staat.
Laat ons nu eens zien, of de schuld alleen
bij de dienstbaren ligt. B
Het kind, dat de ouderlijke woning verlaat
om bij vreemden haar brood te zoeken, ontvangt
eerst een aanstelling als loopmeisje. Haar chef
van dienst is dan in den regel de keukenmeid
of de werkmeid, naar wier pijpen zij moet dan
sen, die haar eerste opleiding bestuurt, en haar
tegelijk een aantal dingen leert waarmede zij
veel liever onbekend moest blijven. Daar komt
zij tot de wetenschap, dat „hot volk” en „de
booien” twee machten zijn, bestendig op open
baren of bedekten voet van oorlog: dat men er
vooral naar moot streven „zich de kaas niet van
het brood to laten nomen,” en dat het heel goed'
is zoo men bij gelegenheid eens toont „haar op
de tanden te hebben.” De recruut, vol bewon
dering voor zooveel „kranigheid”, doet haar best
zich een goede leerling te betoonen. De mees
teres neemt van haar weinig notitie, somtijds
weet zij niet eens dat zij er is, vooral’ indion
het loopmeisje ’s nachts buitenshuis slaapt, met
het oog op de belasting. Want dat sommige
menschen, al kunnen zij het nog zoo goed doen,
op dat laatste punt bijzonder knijperig zijn, is
van genoegzame bekendheid.
De tweede periode in het leven der dienst
bode is gewoonlijk do functie van meid-alleon
in een klein-burgerlijk gezin. Werd zij daar
nu maar als lid van hot huisgezin behandeld,
altijd met inachtneming van den behoorlijken
afstand, dan kon er nog wat van terecht ko
men. Maar neen, die ellendige zucht om de
grootelui na te apen, die vooral den onbemid-
delden burgerstand zooveel parten speelt, open
baart zich ook hier. De meid, die toch waar
achtig meer behoefte aan gezellig verkeer heeft
dan de hond of de kat, wordt uit de woonkamer
verbannen. Als het gezin des avonds in het
huishoudvertrek bijeen is, al wordt er niets be
sproken dat in de verste verte geheimhouding
i, uuti iiiwii u<j incni ui ut
zich liederlijk vervelend,