Zondag 15 December.
1878.
N°. 496.
pcuiming
-1877) f 3,50.
ot uit0. Dec. e. k.
IGM.
evraagd.
OH.
Graveur,
NECHT,
KElV.
Weekblad voor Zuid-Holland en Utrecht.
I
A K
ferk
IAN,
BUITENLAND.
BINNENLAND.
Laag bij den grond.
N ZOON te
60 Cent§.
'kt aan verkocht.
lito f 1,00 1,15
Biggen voor En-
qual. f 60, 3de
en
■OBWSCHE COURANT.
Deze Courant wordt geregeld iederen Zaterdag-middag
verzonden. Frys: voor Schoonhoven per drie maanden 0,70.
Franco per post door het geheele rijk 0,80.
de ge
engen
)HE
ico brievenon-
slaren S. W. N.
n.
Alle Binnenlandsche Advertentiën, waarvan
de plaatsing 8 maal wordt opgegeven, worden
slechts maal in rekening gebracht.
RIËN, WBBK-
ON enz., in een
vordt feen Deel-
in Kapitaal.
C. L., aan het
o^.llgt
tot de
inaai c
per Heet.
Prijzen: Vette
0 ii 200. Vaar
ten f100 a 120.
veren f 30 a 40.
vluggen handel;
j qual. f20 28,
EEN
RVAK er bij te
in dit Blad.
aam, gehuwd
en, nabij Gouda,
)OM te Groot-
m Nieuwjaar, een
ware 48 50 ct.,
5 ct. per kilo;
i,50 a 8 per stuk,
lito f 1,18 k 1,22
40 de 26 stuks.
Aangevoerd
«kalveren, 958
ns, 202 biggen,
rige Zeeuwsche
9,60, ordinaire
re dito f 9,00 k
Inge en blauwe
re f 6,90 k 7,50.
en Vlaamsche
30 tot f6,20.
en Vlaamsche
o gestort f7,20
c. 6,50 k 7,00,
she Zomer-zak-
lakk. f5 k 6.
jFnooten.
0
ECHTSCHE en
IN voor 1879
VAN NOOTEN
richt, of zij
it karakter
er twee, die
overgelaten
m letter-
letterlie-
ITEN.
1ste qual. 68 ct.,
is f24 26, vette
f 6 k 8, schapen
rdappelen Klein-
f4,5O, Wolkam-
suwsche, Flakk.
mindere f 7,50
i0.
wsche f 6,30 A
f5,70 k 6,70.
Overm. winter
10 k 7,00, beste
00 k 6,20.
nge f2k4,90.
mindere f 6,00
le namarkt, hoe-
l andere jaren,
dan*"de vorige
eveer 700 stuks
hand en konden
de vorige weken,
en f280 k 340,
vaarzen f 140 k
kelingossen f 100
i zittingen vaji het Engelaehe Parlement geopend
I zij», wondt de aanleiding tot het conflict met
Afghanistan in weinige woorden herinnerd, en
het onvermijdelijke van de expeditie aangetoond.
Vorder wordt verzekerd dat de verhoudingen
mot alle Europeesche mogendheden van vriend-
schappelijken aard zijn en dat er allen grond
bestaat om te gelooven dat het Berlijnsche. trac-
taat eerlijk zal worden ten uitvoer gelegd.
Natuurlijk kwam bij do beraadslagingen het
conflict met Afghanistan ’t eerst aan de oude.
Do oppositie in Hooger- en Lagerhuis, waarbij
zich ook Lord Derby en Lord Cornarvonbeidé
oud-leden van het Kabinet, aansloten, legde na
breedvoerige debatten met de verschillende minis
ters, hare afkeuring van de staatkunde derre-
geering neer in eene resolutie, die ten doel had
do gevolgde gedragslyn te veroordeelenzonder
evenwel de middelen te onthouden om den oor
log tot een goed einde te brengen. Het Huis
der Lords heeft die motie bereids met groote
meerderheid verworpen en zonder twijfel Zal het
Lagerhuis dat voorbeeld volgen-.
Hoewel het nog. niet officieel door de regee
ring is medegedeeld, is het bekend dat de Emir
eindelijk iets van zich heeft doen hooren. In
zjjn schrijven, dat een antwoord is op het be
kende ultimatum van Engelsche zijde, en,
hoewel gedagteekend 19 November, hoogstwaar
schijnlijk eerst na de verovering van Ali-Mushid
is verzonden, tracht de Emir de schuld van zich
af en op de schouders van Engeland te schuiven.
Hij verklaart voorts geenerlei gevoelens van vij
andschap tegen Engeland te koesteren en bereid
te zjjn een klein gezantschap, doch slechts tij
delijk te ontvangen. Het antwoord, dat trouwens
ook door de pers als geheel onvoldoende wordt
beachóujvd, heeft geen verandering gebracht in
de troepenbewegingen van het expeditie-leger.
Integendeel de operation zijn in de laatste dagen
met kracht doorgezet. Djellalabod en Candahar
worden reeds bedreigd en de derde legerafdee-
ling, onder generaal Roberts slaat hare winter
kwartieren op in de Perivar-pas.
Met groote meerderheid heeft de Fransclie
Kamer de verkiezing van den ex-minister Decazes
vernietigd.
Het Deensche Folkething is afweer ont
bonden, omdat het steeds weigert met de regec-
ring mede te werken, zooals thans opnieuw bleek
ten aanzien van eene voordracht betreffende de
kolonie St. Croix.
Prijs der Advertentiën: Van 1 tot 5 regels 0,50. Iedere
regel meer 0,10. Groote letters naar plaatsruimte. Inzending
j franco, en uiterlijk tot Zaterdags-voormiddags ten 10 ure.
Overzicht.
De staat van beleg diehoewel niet in al zijne
gestrengheid toegepasttoch behalve de oproer
stokers ook velen rustige burgers tot nadeel strekt,
heeft toch geen invloed gehad op de feestelijke
ontvangst van den Duitschen keizer te Berlijn.
De bevolking gaf op ondubbelzinnige wijze blijk
van hare vreugde en dankbaarheiddie zich uitte
in toespraken, feestelijkheden en eene schitterende
illuminatie. De Keizer zag er goed uitdoch
droeg den arm nog steeds in een band. Hij ver
toonde zich meermalen aan de bevolking., die
hem telkens met donderende hoerah’s begrootte.
Zoowel uit de antwoorden van den Keizer op de
gelukwenschen van de talrijke deputation welke
dagelijks hunne opwachting bij Z. M. maken
als uit de ophelderingen door den minister Von
Eulenburgin den Landdag gegevenomtrent
de genomen maatregelen te Berlijgj, schijnt te
blijken, dat werkelijk onderhandeld wprdt over een
internationale overeenkomst, tegen de socialisti
sche en andere geheime genootschappen. Ten
aanzien van de afkondiging van den staat van
beleg te Berlijn verklaarde de ministerdat men
hiertoe reeds had willen overgaan onmiddelhjk
na den herhaalden aanslag op het leven van den 1
Keizermaar bij nader inzien besloot eerst de
werking van de sociaHsten-wet af te wachten.
Eerst nadat gebleken was, dat deze niet geëer- i
biedigd werd en dat integendeel nieuw# com- 1
plotten zich vormdenheeft de regöering van hare j
bevoegdheid gebruik gemaakt.
ï>e mogendheiddie zich met de Duitsche
regpering zou verstaan hebben om pogingen.aan
ipen van eene
hierboven be-
S. W. N. VAN NQOTEl|;TE Schoonhoven,
Uitgever»!
ht moest zijn, ’t Is M.u klaagt, eu niet ton onrechteover de
zijn, dan dat men gelu^lfkjge toepassing van het beginsel der broe-
lisnen” zou betitelen; derlyko liefde in de maatschappij. Soms schijnt
het, alsof de individuen slechts ten koste van
elkander hun positie kunnen handhaven; alsof
de wereld een groot worstelperk iswaarin elke
tegenspoed die een der strijdenden overkomt, een
voordeel voor zijn mededingers is. Ja, zelfs in
de familiën zelve openbaart zich dat treurig ver
schijnsel, en talloos zijn de voorbeelden van
broeders en zusters, die elkander op straat zonder
groeten voorbijgaan, omdat zij eens, bij het ver
doelen eener erfenis, zich verongelijkt achtten,
Is er een beter beveiligingsiniddel tegen die jam
merlijke oneenigheid dan de zorg voor een lief
derijke verhouding in de eerste kindsheid? Het
maatschappelijk leven ontwikkelt zich in con
centrische kringen, evenals men waarneemt bij
de rimpels op de wateroppervlakte, waarin een
steen geworpen is. Stort goede en edele in
drukken in de harten uwer kinderen, en
volgen zullen zich doen zien eerst in den
kring des gezins, vervolgens in de gemeenschap
der medeburgers, en zich eindelijk uitstrekken
tot de gansche menschheid.
Wij allen willen hot goede bevorderen, de
wereld doen vooruitgaan, het kwade bestrijden.
Willen wjj resultaten van dat streven aanschou
wen, laat ons dan niet in de eorste plaats de
maatschappij in haar geheel tot ons arbeidsveld
nemen. De onbegrensde ruimte van dat terrein
is te overweldigend. Laat ons laag bij den grond
blijven.
Z. M. heeft benoemd tot ontvanger
der dir. bel. en ace. te Ameide c. a. H. J. J.
A. Lulofs, thans te Gemert c. a.
De Raad van State (geschillen van
Bestuur) heeft eergisteren behandeld het beroep
van de weduwe Van Riet, te Linschotpn, van
een besluit van Gedep. Staten van Utrecht dd.
18 Juli 1878, no. 29, waarbij is afgewezen haar
reclame tegen den ligger der onderhoudsplichti
gen van de Achterkade. Rapporteur de staats
raad Van Vladeracken. Voor de appellante trad
als gemachtigde op mr. H. M. Van Andel, van
’s Hage, en voor het waterschap van Wulver-
hor’st en dé beide Troostdijken, rar. Van Bol
huis, van Utrecht. De appellante heeft ook zelve
hare belangen voorgestaan en verdedigd. De
voorzitter van het polderbestuur heeft insgelijks
zelf onderscheidene inliéhtingen gegeven.
Bij do Maandag te Gouda gehou
den herstemming voor drie leden van de Kamer
van Koophandel,Jn Fabrieken zün gekozen de
hoeren C. C. H. Prince,.C. IJsselstijn en H. C.
Kórtenöever.
Bi) gedegenheid der behandeling
va(iW». geraeeutebegrooting voor 1879 werd in
den Goudschen gemeenteraad de wenscheljjkheid
betoogd van een geregeld onderzoek der ver
schillende levensmiddelen, om voorkomende ver-
valschingen aan het licht- te brengen. Thans
is gebleken dat de gezondheids-epmmissie te
Gouda daartoe wil medewerken. Met- het oog op
gemeld onderzoek heeft zij den raad verzocht
hare commissie te willen uitbreiden tot een
college met 9 leden.
Tot secretaris der gemeente Cap-
pelle is benoemd de heer E B. Fremery Kolff
thans ambtenaar ter gemeente secretarie te Lin-
schoten.
Tot lid van het Burgerlijk- of z
Heilige-Geest-Armbestuur te.v,Berg-Ambacht i8
herbenoemd de heer W. Verduijn Jz.
De jacht op klein wild in deze pro
vincie wordt gesloten op 31 dezer met zonson
dergang met uitzondering van het vangen van
houtsnippen met laat-, war- of valflouwen, dat
Blijft toegelaten tot en met 29 Maart e. k.
Van de werf van don scheepsbouw-,
meester M. v. d. Kujjl te Slikkerveeris 6 dezer
te water gelaten, de ijzeren goederen-schroef-
stoomboot „Maria Johanna Cicilia”, gebouwd
voor rekening van den heer M. J. Dp Jager te
’sGravephage en bestemd koor den dienst tus-
pelten. ’s Gravenhage Amsterdam en Zaandarm
Tot veldwachter te Nieuwpaort is
benoemd D. Schmidt, schoenmaker te Niejjwland
2de qual. 66 ct,
ite qual. f 1,00,
./alles per kilo,
•oor Londen 42
te. wenden tot het in leken toe;
internationale overeenkomst als 1
doeld wprdt, is Spaiye.
Tusschen onderhandelen over en het sluiten
van overeenkomsten ligt evenwel meestal een
vrij langen weg. Men ziet het in het Oosten.
Nog altijd zijn de onderhandelingen aanhangig
tusschen Rusland en Turkije, over het defini-
tieve vredesverdragde grensregeling met Grie
kenland is nog niet tot stand gekomenmet
Oostenrijk zijn de onderhandelingen over Bosnië
weder begonnen. Toch schijnt er in den laat-
sten tjjd meer licht te komen. Een Hongaarsch
dagblad weet b. v. te melden dat het Russisch-
Turksche vredesverdrag uit 18 artikelen bestaat
en dat Rusland zich daarbij verbindt tot ont
ruiming van het grondgebied tusschen Constan-
•tinopel en Adrianopel in Februari of uiterlijk
in Maart 1879. Do oorlogsschatting van 300
millioen roebels zou door de Porte in jaarlijk-
sche termijnen worden afgedaan. Ook in de wijzi
gingen die het Turksche ministerie onderging
meenen sommigen een goed voorteeken tó zfen.
De Turksche vertegenwoordiger op het Berljjn-
sche congres kreeg een portefeuille en aan goede
vermaningen van den Sultan en goede voorne
mens van de Ministers is geen gebrek. Jam
mer maar dat het Turksche vermaningen
voornemens zijn!
De Oostenri jksch-llongaarsche delegation heb
ben het door de regeering gevraagde credietvan
20 millioen florijnen tot voltooing van de bezet
ting en de regeling van het bestuur van Bosnië
toegestaan. Het Oostonrijksche Huis van afge
vaardigden heeft besloten net verdrag van Berlijn
tot onderzoek in handen eener commissie te stellen.
Een gelijk voorstel werd door het Hongaarsche
Volkshuis verworpen. De regeering verzet zich
niet tegen het ondertoek.
In de troonrede waarmede den 5den dezer de
Mijnheer A., of, om nauwkeuriger te spro
ken Professor dr. A. is een man van zeldzajne
verdienste. Reeds jaren lang bezit hij een gegron
de vermaardheid als storrekundigegeen enkel
verschijnsel in de onbegrensde ruimte is hem
vreemd, in de duizelingwekkende verscheidenheid
der hemellichamen weet hij zoo zeker den weg,
als gij en ik in onze woning. Meer dan één
ontdekking is de wetenschap aan zijn scherpen
blik verschuldigd.
Maar er is één gebied, waar hij volslagen
vreemdeling is: zijn gezin. Hij kent zijn kinde
ren van aanzien, weet hoe zij heeten, vergist
zich slechts een enkele maal in hun leeftijd, doch
verder gaat zijn kennis niet. Zijn studeervertrek,
zijn observatorium en de plaats waar hij zijn
leerlingen om zich heen verzameld ziet, vormen
zijn gausche wereld, alles wat daar buiten
voorvalt ontgaat aan zijn belangstelling. Gebeurt
het eeits, dat hij bij plechtige gelegenheden in
den kring van zijn huisgezin verkeert, dan gevoelt
hij zich niet op zijn gemak: de luidruchtige
dartelheid zijner kinderen steekt ongunstig af
bij de majestueuze stilte waarmede zijn lievelingen,
de sterren, hun banen doorloopen, en zijn
vrouw heeft zich dan ook reeds lang ontwend
aan het denkbeeld, dat zij een krachtigen bond
genoot bezit in de alledaagsche zorgen des levens
en in den arbeid voor de zedelijke en verstan
delijke ontwikkeling der kleinen. Zulke dingen
zijn den beroemden man te nietig.
- Mynheer B. is bij uitnemendheid thuis op
politiek gebied. De geheimzinnige draden, die
de handelingen der staatslieden besturen, liggen
bloot voor zijn blikken. Geen verwikkeling kan
zich voordoen in de staatkundige verhoudingen
van welke natie ook, of hij weet er aanstonds
het fijne van, en de tijdschriftartikelen, waar
mede hij geregeld onze literatuur verrijkt, wor
den met graagte ontvangenden hoog gewaar
deerd. Ook maatschappelijke verschijnselen heeft
hij door en door bestudeerdzijn beschouwingen
over arbeid, over vrijheid, over kapitaalsverdee-
ling, over weezenverpleging, worden bij honderd
en meer gelegenheden als gezaghebbend aan ge
haald.
Daar is echter één maatschappijdie geheel
aan zijn blikken ontsnapt. De quaestiën, die te
den kleinen kring van zjjn huisgezin de rust
dreigen te verstorengenieten de eer zijner ken
nisneming niét. Het onderwijsvraagstuk heeft
t hij door en door bestudeerd, maar als hem ge-
j vraagd werd hoe het gesteld is met het onder
wijs van zijn kinderen, dan zou hij ónmogelijk
een voldoend antwoord kunnen geven. Hij is er
vast van overtuigd, genoeg te hebben gedaan,
Wanneer hij de noodige gelden beschikbaar stelt
om alles te bekostigende rest raakt zijn koude
kleeren niet.
I Mevrouw C. is een beroemde romanschrijfster.
Als weduwe van een vermogend man kan zij de
prozaïsche bemoeiingen des dagelijkschenbestaans
geheel terzijde laten, en ongestoord de „vleu
gelen” uitslaan in haar ideale wereld. Elke hater
pennevrnchten wordt door het publiek met geest
drift ontvangen. Zelfs de critiek is tegenover haar
in de sqhulp gekropen. Vooral bewondert men
de zeldzame juistheidwaarmede zij de ontwik
keling der karakters weet te scheteen: ’t is alsof
zjj de menschen doorziet en doordringt tot de
donkerste schuilhoeken der harten.
Laatst werd tot haar de vraag geri
ook met dezelfde nauwkeurigheid het
kent van haar kinderen, ’t zjjn
geheel aan vreemde leiding zijn
terwijl zjj haar tjjd verdeelt tusschen
kundigen arbeid en het bezoeken van
vende bijeenkomsten. Openhartig antwoordde
zjj dat het haar ontbrak aan tjjd en gelegenheid
om daarvan op de hoogte te komen; dat zjj
voor het overige de zorg voor het lichamelijk
en geestelijk welzijn der twee kleinen had op
gedragen aan volkomen bevoegde personen, die
het volste vertrouwen verdiendenen zjj derhalve
op dit punt gerust mocht zjjn.
Zijn er ook vaders en moeders in onze omge
ving, die, zonder beroemd te zijn als de heeren
A. en B. en mevrouw C., toch in één opzicht
tot hun geestverwanten behooren, namelijk in de
te geringe belangstelling voor de verschijnselen
in den kleinen kring van het gezin?
Zeg niet dat die vraag overbodig isof geen
reden van bestaan heeft. De algemeene klacht,
dat de strijd voor het bestaan, de zorg voor het
dagelijkseh levensonderhoud, al onze krachten
in beslag neemt, en dat we de weinige vrije
uren waarover wij te beschikken hebben wel
mogen wjjden aan gepaste uitspanningenaan
den omgang met vrienden, opdat we niet geheel
versuffen onder den druk der bezigheden, die
klacht wordt maar al te veel te baat’ genomen
als voorwendsel voor het verzuimen van hetgeen
onze eerste en duurste plicht moest zijn,
alsof ,we voor niets banger 5
men ons met den naaffl „hui
hoog geven w*e doorgaans op van onze toewij
ding aan het algemeen belang, misschien wel
om te doen vergeten dat er bijzondere belangen
zijn, die ons veel nader aan het hart moesten
liggen, en die we voor een aanzienljjk deel ver
onachtzamen.
Wezenlijk, er is in ons huisvertrek zeer veel
waar te nomen. De groote menschen, met wie
we* in aanraking komen, dragen veeltijds een
masker, zoodat al bezaten we Salomo’» wijsheid
en bereikten we Methusalem’s ouderdom, wjj
hen toch niet- loeren kennen. Onze kleinen ver-
toonen zich, enkele zoor bedenkelijke gevallen
uitgezonderdin hun natuurstaat, zonder eenige
vermomming. Het spel der hartstochten open
baart zich daar in zijn vollen rijkdom; do strijd
tusschen egoïsme en offervaardigheid wordt daar
niet, gelijk bij ons, onder öon stortvloed van
frazon weggogoocholdmaar in werkelijkheid
geatredbn. Er zijn ton allen tijde wereldher
vormers geweestdie stelsels uitdachten van
grootschen omvang, waarover zij dag en nacht
hadden gepeinsdzij zouden hun theoriëon heb
ben laten varenals zij hot oog gevestigd hadden
op de kleine maatschappjj in de woonkamer, waar
de sociale vraagstukken op geheel andere wijze
worden opgelost dan zij zich voorstellen. Is
het u bijvoorbeeld niet dezer dagen, teen de
Sint-Nicolaaspret u als het waro dwong de
vreugd <der kinderen tot het eerst en eenig voor
werp uwer bemoeiingen te maken, niet gebleken,
hoe sterk bij hen bet gevoel van eigendomsrecht
ontwikkeld is? Geef den kleinen iets in ge
meenschappelijk bezit, en gij opent een reoks
van twistgedingen, die op een verdeeling moeten
uitloopen, hoe moeielijk die ook zij te bewerk
stelligen. De leus: „elk zyn eigen goed,” wordt
uiterste consequentie toegopast, en een-
1 dat beginsel vastgesteld zijnde, dan geeft
het volkje graag de tijdelijke beschikking over,
als slechts bepaald is uitgemaakt, wie eigenaar
is. Met die ondervinding gewapend, ^ult gij
terstond kunnen bewijzen, dat het socialisme,
dat is, de verandering van het individueel eigen
dom in gemeenschappelijk bezit, geen toekomst
heeft, tenzij de menschen zelven een geheel
andere natuur aannemen.
Bovendien kan de man, die zijn gezin als
zijn arbeidsveld bij uitnemendheid aanmorkt, veel
meer doen aan maatschappelijke verbetering dan
men oppervlakkig zou noemen. Predik het van
alle plaatsen, dat arbeid en spaarzaamheid de
eenig mogelijke middelen zjjn om tot welvaart
te geraken, uitmuntend: maar veel grtioter
dienst nog zult gij aan de samenleving bewij
zen, indien gij die leer in uw eigen gezin in
gang doet vinden, haar door wojrd en daad
dAAr verkondigt, en zorg draagt dat uw kin-
deren haar in praktijk brengen, ’t Is waar, er zyn
veel teveel maatschappelijke hervormers; de tijd
is misschien nabij dat elk, die de kunst van
lezen en schrijven heeft geleerd, met een plan
van wereld-organisatie in den zak loopt en dat
bij gelegenheid ter overweging aanbiedt. Al die
moeite zou vUrmeden kunnen worden, en het
verlangde resultaat veel spoediger verkregen, als
we binnen de grenzen van ons eigen rechtsge
bied de noodige verbeteringen poogden aan te
brengen. Loffelijk is het, dat gij deelneemt aan
don kruistocht tegen onmatigheid en verkwisting;
bestrijd die echter in de eerste plaats achter uw
huisdeur.
Honderd-en-meermalen is in don laatsten tijd
beweerd, dat het ons volk ontbreekt aan zin
voor het verhevene en schoone. We zullen thans
niet onderzoeken in hoeverre die klacht waarheid
bevat; voor ’t oogonblik willen wij den klagers 1
gelijk geven. Vanwaar moet evenwel de bewe
ging uitgaan, die tot een beteren toestand voor
bereidt? Van den Staat, roept de één; de
openbare macht moet muséums stichten, kunstzin
aankweeken, kunstenaars aanmoedigen, kunst
nijverheid bevorderen,. Van de school, zegt
de tweede; het onderwijs moet den al te mate-
rialistischen weg verlaten, waarop hot gevaar
loopt te verdwalen, en meer voedsel geven aan
den zin voor het ideale. Van do kerk, spreekt
de derde; zij is verplicht tegenover de maat
schappij, die slechts van cijfers en reöele feiten
wil,hooren, de rechten van het bovenzinnelijke
Ml handhaven, en de stelling verdedigen, dat de
mensch van brood alléén miet kan leven. Dat
alles is waar, doch het is niet de geheele waar
heid. Men vergeet hét voornaamste. De kracht
ten goede moet in de allereerste plaats uitgaan
van het huisgezin. De harmonie der woonkamer,
het gezamenlijk streven naar hetgeen goed is
en schoon, moet de grondslag zijn waarop een
niéuw levensbeginsel wordt opgebouwd. In die
kamer moet het opkomend geslacht gewapend
worden tegen wansmaak, tegen schrille kleuren,
tegen onbevallige vormen. Vader en moeder
zijn de beste leermeesters in de kennis van het
hoogere, en de man of de vrouw, die in hun
jeugd in dat opzicht zijn verwaarloosd, zullen
nooit, in welke omstandigheden zij ook geplaatst
worden, het geleden verlies herstellen kunnen.
igde Levensver-
ijopgericht in
M. den Koning,