TEN
Zondag 26 September.
N°. 589.
1880,
'ER,
iknecht,
Imakers,
HUIS
URING.
RUIS
DE,.
TBODE,
genegen, adres-
uigen voorzien,
Weekblad voor Zuid-Holland en Utrecht.
IDE,
DHT.
CD
Wat we te verwachten hebben.
BUITENLAND.
Donderdag
het zittingjaar 79/80
ibillijk zijn.
gen
der letter L. 8.,
■staan, behoeven
tter A. Z., aan
IN NOOTEN.
S. W. N. VAN NOOTEN te Schoonhoven,
Uitgever».
Deze Courant wordt geregeld lederen Zatordag-middag
verzonden. Prijs: voor Schoonhoven per drie maanden 0,70.
Franco per post door het geheele rijk 0,80.
Oude Haven,
met Nov. eene
Alle binnenlandsche Advertentiën, waarvan
do plaatsing 3 maal wordt opgegeven, worden
slechts 2 maal in rekening gebracht.
t. weduwe, liefst
•dt gevraagd als
scMHomsm courant.
igschriften voor-
te Nieuw poort
voor winter- en
iSON te Jaars-
November eene
met de wasch
voorzien.
ERF, GROND
ie van het dorp
*r».
1325 en 1328,
L- irfte]
n qtfac
i- de d
I lijke macht. Inmiddels
i voldoende werd geacht. De
nanliindfinha <lin
EK,
traat.
ere inlichtingen
otaris.
ris BODDE te
al Woensdag
nber 1880 bij
ber 1880 bjj
tiddags 10 uur,
het openbaar
ris BODDE te
zal Donder-
ptember 1880,
ROMEIJN te
luren, voor den
i eenig BOOM-
OILAND, ge-
rk en Lexmond,
orende aan den
K BLARICUM
memens, om op
ember 1880,
►tel „DOELEN”
te verkoopen:
ieuw gebouwde
iEN,
of PLAATSJE,
Zaterdag is mot goed gevolg van
do werf van den heer P. Boele Pz. te Slikker
veer te water gelaten de ijzeren schroefsleep-
boot „Germania II”, gebouwd voor rekening
der heeren Gebr. Neumann to Baorl. Machine
en ketel zijn vervaardigd bij de hoeren Burger
hout en Zoon.
en WETHOU-
icht maken be-
e houden
larkten
Vrijdagen den
ivember a. a.
iber 1880.
Iers voornoemd,
Burgemeester,
P. J. SMITS.
ïfflT
MOLEN onder
nber aanstaande
AAR, waarvoor
n Voorzitter van
ikerk, den Heer
Oudekerk'.
van Dordrecht,
met 1 November
jaar, die goed
in persoon of
Prijs der Advertentiën: Van 1 tot 5 regels 0,50. Iedere
regel meer 0,10. Groote letters naar plaatsruimte. Inzending
franco, en uiterlijk tot Zaterdags-voormiddags ten 10 ure.
der tegenwoor-
w MEIJBOOM
>er e. k., eene
Nederlands staatkundige nieuwjaarsdag be-
hoorj weer tot het verleden. Zoo al niet onbe
merkt, dan toch zonder veel geestdrift zijn we
„van *t oude in ’t nieuwe overgegaan, en de
parlementaire arbeid, door een niet aï te lang
recès afgebroken, is wederom aangevangen.”
Do oudejaarsavond van het zittingjaar 79/80
gaf nu juist zoo heel veel stof niet tot verruk
king. ’t Is zoo, de Minister van Binnenlandsche
Zaken, die namens Z. M. den Koning de ver
gadering der Staten-Generaal sloot, verklaarde
„Een terugblik op uw werkzaamheden laat niet
onbevredigd,” doch we zouden oer geneigd zijn
die zinsnede te beschouwen als een beleefdheids-
uiting, dan wel als de werkelijke indruk van den
omvang en de diepte van den jongsten wetge-
venden arbeid. En te meer komen wij tot die
meening, wanneer we de daarop volgende lijst
van wetten in oogenschouw nemen, die, al is
er nagenoeg niets in vergeten dan misschien
eenige naturalisatie-voordrachten, toch er vrij
schraaltjes uitziet en op enkele uitzonderingen
na, maatregelen bevat die van ingrijpend belang
kunnen geacht worden.
Niettemin, laat ons niet onbillijk zijn, 't Is
volkomen waar, wat do Minister er nog bijvoegdo
„De arbeid, bovendien door u besteed aan do
voorbereiding van gewichtige aangelegenheden,
zal, naar men vertrouwen mag, een volgend jaar
vruchten dragen.” Er is in het vorig zitting
jaar zeer veel in de afdeelingen der Tweede
Kamer gewerkt; van verscheidene hoogst be
langrijke wetsvoorstellen zijn de voorloopige ver
slagen gereed en reeds door de Regeering be
antwoord, zoodat, als ’t niet verbazend tej
loopt, de oogst een volgend jaar oneftdig ruimer
zal zjjn. Echter, de ervaring heeft het ons ge
leerd, het kan tegenloopen, en daarom, al ho
pen, al verwachten we zelfs veel, de moge
lijkheid van bittere teleurstellingen is geenszins
buitengesloten.
Wanneer we aan de naaste toekomst denken,
dan houden we allereerst het oog gevestigd op
het strafwetboek, dat bestemd is in Nederland
een der breedste sporen van do Fransche over-
heersching uit te wisschen, en reeds door bui-
tenlandsche deskundigen is aangehaald als een
getuigenis voor een krachtig nationaal leven.
Juist de constitutioneele regeeringsvorm maakt
de vaststelling van zoo uitgebreide wetten moeie-
lijk, omdat alle schakeeringon van de publieke
opinie zich daarbij kunnen laten gelden, ter
wijl het absoluut gezag eenvoudig decreteert.
Die veelheid van inzichten heeft ongetwijfeld
zijn schaduwzijde, en kan een bron worden van
machteloosheid, indien aan de eischen van het
gemeen overleg geen offers worden gebracht.
Nederlands volksvertegenwoordiging toone dus
hier, dat zij haar roeping begrijpt.
Bovendien om van andere onderwerpen niet
te sprekenhouden we met gespannen opmerk
zaamheid het oog gericht op de wet tot beper
king van drankmisbruiken op de financiëele
voorstellen. Beide gedoogen geen uitstel. Voor
de eerste is de openbare meening rijp en de
wet heeft niets anders te doen dan de regelen
te formuleeren binnen welke de eerste schreden
op dit nog nauwelijks ontgonnen terrein voors
hands bepaald zullen blijven. De laatstewaartoe
we rekenen de rentebelasting en de geldelijke
verhouding tusschen Nederland enlndië, zullen
nog heel wat oppositie te overwinnen hebben
doch zij zijnook met het oog op het tekort
van 20 millioen op de uanstaande begrooting
van zoo dringenden aard, dat de beslissing niet
kan uitblijven.
Het moet voor Z. M. den Koningbij het
openen der nieuwe zitting op Maandag jl., een
aangename gewaarwording zijn geweestte mo
gen wijzen op menig lichtpunt in onzen tegen-
woordigen toestand, ’t Is zoohet doorgaand
karakter van iedere troonredezoowel in Ne
derland als eldersisdat zij de dingen meest
van de lichtzijde beschouwt; maar we zouden
ons aan ondankbaarheid schuldig maken indien
we niet blijmoedig mede erkenden„In handel
en nijverheid is eenige verbetering op te merken.
Landbouw en veeteelt bloeien. Do berichten
omtrent den oogst zijn over het algemeen zeer
gunstigde besmettelijke longziekte is nagenoeg
geweken. Van ’s Rijks belastingen mag een rui
mere opbrengst dan ten vorigen jare worden
verwacht. Met den aanleg van wegen voor
handel en verkeer wordt ijverig voortgegaan.”
Alleen omtrent de koloniën isnaar het ons
voorkomt, de toon, ofschoon veel minder hoog
gestemd dan anderstoch nog niet geheel in
overeenstemming met de werkelijkheid. Dat is
niet van toepassing op onzo West-Indische be
zittingen „Levendiger belangstelling in land
bouw en nijverheid oefent op den financiëelen
toestand der kolonie Suriname een gunstigen
invloed uit.” Maar wanneer wo omtrent het
tooneel van den oorlog op Sumatra lezen: „Hoe
wel in Atjeh het gewapend verzet nog niet ge
heel werd bedwongenis het Nederlandsch ge
zag toch in die mate aldaar gevestigddat de
Regeering zich kan voorbereiden op de inrich
ting van een geregeld bestuur,” dan treden
onwillekeurig de jongste gebeurtenissen in Sala-
mangan ons voorden geest, en wo vragen of het
militair gezag aldaar niet nog vele jaren het
leeuwenaandeel zal moeten hebben in de regee-
ringstaak. Een volkomen pacificatie ligt, naar
het ons voorkomt, nog in een verwijderd ver
schiet, on evenals we vóór ruim veertig jaren
nog lang waakzaam onwerkzaam moesten bljjvon
om in de Padangsche gewesté'n de strjjdlustige
bevolking aan een vreedzaam on geregeld be
stuur te gewennen, zal dit in niet mindere mate
met de stamverwante en even veerkrachtige
Atjehers het geval moeten zijn.
Ook de volgende paragraaf over Koloniën
geeft stof tot nadenken„De algemeeno toestand
van Nederlandsch-Indiö zou bevredigend mogen
hoe ten, indien niet in sommige streken ver
woestende ziekten zoowel de bevolking ais den
veestapel teisterden.” Het woord „bevredigend”
is wel zeer rekbaar, en staat nog onmetelijk ver
van „gunstig” of „bloeiend”; in dit opzicht kun
nen we er ons bij nederleggen, de hoop uit
sprekende dat de Regeering al het mogelijko
zal doen om met milde hand Indië de crisis te
boven te helpen, waaronder het thans lijdt. Ver
geten we het niet de welvaart der Koloniën
is een levensvoorwaarde, ook voor ons.
Doch genoeg over het verledene en het te
genwoordige; ook op de toekomst houdt de
troonrede de aandacht gevestigd.
Een onafwijsbare eisch is nedergelegd in deze
woorden: „Met het oog op de onvermijdelijke
toeneming der Staatsuitgaven blijft versterking
van ’s Rijks middelen noodig.” De toeneming
waarvan hier wordt gesproken hangt nauw samen
met de nieuwere begrippen omtrent Staatsbe
moeiing, on van de toepassing van dat beginsel
moet vermeerderde welvaart en dien ten gevolge
verhoogde draagkracht der ingezetenen het uit
vloeisel zjjn. Welnu, men deinze dan niet terug
voor de meerdere offers, die we ons daarvoor
moeten getroosten. De beste politiek is niet,
de burgers zoo min mogelijk te belasten, -
maar hen in staat te stellen tot meerdere op
brengst. Als we daarmee de onmiddeilijk vol
gende paragraaf in vetband brengen, waarvan
het tweede gedeelte aldus luidt: „Nieuwe voor
stellen tot verbetering van waterwegen zullen
u worden aangeboden,” dan zien we er het be
wijs, dat de gevraagde offers ons stoffelijk wel
zijn ten goede moeten gedijen. Het spreekt
vanzelf dat we het eerst denken aan de voltooiing
van den Rotterdamschen waterweg, aan de
betere verbinding van Nederlands beide grootste
koopsteden, aan de gemeenschap van Amster
dam met den Rijn.
Het departement van Justitie komt nog met
een belangrijke mededeeling: „Een voordracht
tot verdere beperking vaneen arbeid van kin
deren zal u in’ deze zitting worden voorgelegd.”
Welk landgenoot zal deze kbrte maar veelzeg
gende belofte niet warm toejuichen?
Oorlog Iaat zich evenmin onbetuigd. Het
spreekt van „gewichtige maatregelen betreffende
het krijgswezendie de voltooiing van ’s Lands
weerbaarheid ten doel hebbenen van wetsvoor-
drachten nopens de nationale militie en de schut
terij." Ten hoogste zouden we het waardeeren,
indien de Minister mocht goedvinden het laatst
genoemde op den voorgrond te plaatsenimmers,
naar een betere regeling van onze „levende strijd
krachten" wordt sinds jaren reikhalzend uitge
zien en de vele millioenendie het departement
van Oorlog verslindt, kunnen geen vruchten af
werpen zoolang we niet verzekerd zijn een leger
te bezitten dat inderdaad dion naam mag dragen.
Alles bij elkander genomen, hebben wo reden
om iets goeds te verwachten. Op de vertegen
woordigers des volks is thans de hoop geves
tigd: mogen zij meer en meer gaan inzien, dat
niet hij de grootste verdienste bezit, die uitmunt
door een groot getal lange redevoeringen, maar
die toont diep doordrongen te zijn van het be
sef zijner roeping, namelijk den wotgevendon
arbeid rijk te doen zijn in rijpe vruchten. Ge
schiedt zulks, dan zullen we ons troosten over
menig vroeger jaar van misgewas.
Overzicht.
Frankrijk heeft in de afgeloopen week niet
minder dan twee kabinetscrisissen doorleefd. De
eerste duurde nog geen 24 uren en werd ver
oorzaakt door het ontslag nemen van de Mi
nisters van Binnenlandsche ZakenJustitie en
Oorlog, die echter zeer spoedig op hun besluit
terugkwamen. Bij de tweede was Freycinet de
spelbrekerbij wien zich de Minister van Open
bare werken en Marine aansloten. Zooals bij
allo zaken van gewicht, die tegenwoordig in
Frankrijk voorvallen, speelde Gambetta ookhierin
weer een gewichtige rol en zag zijn haan dan
'ook koning kraaien. Het voornaamste, misschien
wel heteenige, punt van geschil betrof de toe
passing der decreeten tegen de congregaties. De
en Cremers, zegevierden slechts na een zeker
aantal herstemmingen.
De zitting der Tweede Kamer van
met de voorlezing van een Kpn. Besluit
uvuuvuuó benoeming van den heer DuIIert tot
Voorzitter, waarop deze uit handen van den
tijdelijken presidentden heer De Bieberstein
(oudste lid in jaren)den haTner overnam en het
presidium met een toespraak aanvaardde.
De afdeelingen werden op nieuw samengesteld
en benoemden
Tot haar voorzitters de hoeren Kops Van
DeldenMackay, Lenting en Van dor Linden.
Tot onder-voorzitters do heeren TakBlussó
Wijbonga, Cremers en Van Roos.
Tot leden der commissie voor de verzoekschrif
ten do heerenHoltzman, Vermeulen, Lambrechts,
Van Dedem on Schaepman.
Tot die voor hot ontworpen van het adres vin
antwoord op de troonredede heeren Sandberg,
Van Delden, Wijbonga, Wassenaer en Patijn.
Z. M. heeft aan Jhr. E. C. U. Van
Doorn’s Konings Commissaris in Utrechteen
pensioen verleend van f2691.
Bij Koninklijk besluit is pensioen
verleend aan J. Van Dalen, brievengaarder te
Arkel, f 149.
De Koningin is reeds in zooverre
hersteld, dat zij Woensdag voor het eerst sedert
haar bevalling eenige oogenblikken in den tuin
van het Paleis heeft gewandeld.
Bij den Raad van State, afdeeling
voor de geschillen van bestuur, is ingekomen
een koninklijk besluit, houdende beschikking op
het beroep van den gemeenteraad te Hoog-
Blokland, tegen besluiten van Gedqp. Statén van
Zuid-Holland, houdende toepassing van art. 212
der gemeentewet op de begrooting dier gemeente
over 1880. Gehandhaafd de besluiten van Gedep.
Staten en het beroep ten deele niet-ontvankehjk
en ten deele ongegrond verklaard.
Bij resolutie van den Minister van
Financiën is tegemoet gekomen aan den wensch
van vele ontvangers der directe belastingen
invoerrechten en accijnzenom vrouwelijke be
dienden als geagreëerden op hunne kantoren toe
te laten.
De provinciale inspecteurs dier middelen zijn
gemachtigd, om, voorloopig bijwijze van proef,
do vrouwelijke leden van het huisgezin der ont
vangers van kantoren der zesde en lagere klas
sen te agreëerenmits zij blijken geven van be
kwaamheid en geschiktheid en minstens achttien
jaar oud zijn.
Vrijdag 17 dezer heeft de Commis
saris des Konings in de provincie Utrecht, ver
gezeld van den griffier der Statenaan de ge
meenten Jutfaas, IJselstein en Benschop een
bezoek gebracht.
Te Jutfaas werd de secretarie, de openbare
schoolwaar de leerlingen een paar coupletten
zongen, en het brandspuithuis bezocht.
Te IJselstein werd na afloop der audiëntie op
het Raadhuis een bezoek gebracht aan de open
bare schoolen de fabriek van de heeren
Schilte Zn. Bij die gelegenheid, bood de
heer H. J. Schilte den Commissaris een fraai
bewerkten voorzittershamer ten geschenke aan,
die met groote erkentelijkheid werd aanvaard.
Daarna werd het praalgraf van Gijsbrecht Van
Amstel in de Ned. Herv. kerk bezichtigd en nog
een bezoek gebracht aan het Ewoudsgasthuis.
Ook te Benschop was de ontvangst allerhar
telijkst. 'De schoolkinderen voerden daar, onder
leiding van den hoofdonderwijzer, eenigo zang
stukjes voor hot gemeentehuis uit.
In alle gemeenten gaven de ingezetenen door
het uitstoken der driekleur hunne ingenomenheid
met het bezoek te kennen.
Woensdag werd aan het Departe
ment van waterstaat, handel en nijverheid aan
besteed het maken van de aardebaan, de kunst
werken, den bovenbouw, do overgangs- en eenige
andere werken voor den spoorweg Geldermalseu—
Tie^ Minste inschrijvers waren de heeren G. A.
V<n Hattum te Sliedrecht en G. Goedhart te
Dordrecht, voor f369.800.
Ten hureele van den garnizoens-
kommandant te Venloo werd Zaterdag aanbe
steed de levering van 70 HL roode of Rijntarwo
en 210 HL witte of Zeeuwsche tarwe, wegende
minstens 77 en 76 kilo per HL. Voor de roode
tarwe werd het minst ingeschreven door den heer
J. Hoogwinkei, van Gorinchem, f 10,38 per HL.
De Koningin van Zweden, is Zon
dag met haar gevolg te Amsterdam aan hetAmstel-
hotel afgestapt, waar zij drie maanden onder
behandeling van dr. Mezger zal blijven. Het
hoogo gezelschap heeft negen kamers voor zich
in beslag genomen.
Prof. Loncq herdacht 23 dezer den
dag van zijn 40-jarig professoraat aan do hooge-
school te Utrecht.
Zaterdag is met
Ministerraad was het hierin eerst eens gewor
den de toepassing der decreeten zou nl. worden
uitgesteld totdat het „tribunaal der conflicten”
spraak zal gedaan hebben in de aanhangige ving aan
icsties tusschen de hoofden der ordenwaarop f houdende
Je decreeten reeds zijn toegepast en de wereld-
werden de hoofden der
congregaties aangemaand om zich aan de wet
te onderwerpendaar hunne verklaring niet
’5 Minister van Bin
nenlandsche Zakendie de noodzakelijkheid
voor onmiddellijke tenuitvoerlegging had betoogd,
bukte dus voor het gevoelen van Freycinet, die
voor uitstel was. Dit strookte echter niet met
Gambetta’s bedoelingen die het nu eenmaal op
Freycinet gemunt had. Hij wist den Minister
van Binnenlandsche Zaken Constanszóó te
bewerken dat deze zijn ontslag vroeg en twee
zijner collega’s mede daartoe overhaalde. Een
nieuwe Ministerraad in haast belegdverzoende
de heeren weder onderling, doch nauwelijks
thuis gekomen had de andere partijFreycinet
en de zijnen zich weer bedachton stelde op
haar beurt, hare portefeuilles beschikbaar. Voor
zeker inziende, dat eene duurzame verzoening
niet wel mogelijk zou zijn, nam de President
het ontslag aan en zoo kwam Frankrijk, na heel
wat hoofdbrekens van Jules Ferry, die thans aan
het Kabinet zijn naam zal geven, in het bezit
van nieuwe Ministers voor Buitenlandsohe Zaken,
Openbare Werken en Marino.
Hoewel het punt van geschil een binnenland
sche zaak betreft, heeft de bemoeiing van Gam
betta aan de crisis eene beteekenis gegeven, die
de aandacht van het buitenland in hooge mate
trok, zoodat de keuze van een bezadigd on ge
matigd man als Saint-Hilaire, vroeger particulier
secretaris van Thiers, voor do portefeuille van
Buitenlandsche Zaken eeno gelukkige keus mag
genoemd worden. Voorts kan Hot, na het ge
beurde, moeielijk meer betwijfeld worden, dat de
decreten tegen de overige congregaties zullen
woeien ten uitvoer gelegd.
Zeer opmerkelijk is het, dat juist terwjjl het
Ministerie uiteenging, to St.-Germain en Laye
een standbeeld werd onthuld voor den grond
legger dor Fransche republiek, Thiers. Jules
Simon, die do feestrede hield, herinnerde aan
de uitspraak van den beroemden staatsman„do
conservatieve republiek is voor Frankrijk de
meest gewenschtede alleen mogelijke.” De
onthnllingsfeesten zulle* vier dagen duren.
Behalve de tooneelverandering in Frankrijk
is de eeuwigdurende Oostersclie quaestie het
eenige wat op dit oogenblik in Europa de aan
dacht trekt.
Nhdat de bevelhebbers van het gemengd es
kader, door eene waarschuwing aan de vreemde
Consuls te Scutari en Dulcino, om zich met
hunne gezinnen in veiligheid te stellen, hadden
getoond dat het meenens is, komt de Sultan in
eene nota aan do Mogendheden betoogen, dat
de aanwezigheid van de vloot do eigenlijke oor
zaak is van het verzet der Albaneoaen! Heel
waar misschien, dat vooral de fanatieke Ma-
homedanon zich door die demonstratie te i
meer tot verzet voelen aangespoord, maar des
te zwaarder wordt de verantwoordelijkheid der
Porte, die het zoover liet komen, alvorens zelve
tot dwangmaatregelen over te gaan. Nu laat
het zich aanzien dat de overgave niet zonder
bloedverlies en hevig verzet zal plaats hebben.
Bij al het dwaze en middeleeuwsche dat in
Spanje de geboorte van eene Infante, met niet
minder dan dertien voornamen, vergezeltdoet
het goed daaronder ook iets goeds te kunnen
vermelden. De Koning heeft eeno aanzienlijke
som gelds beschikbaar gesteld tot lossing van
onmisbaar huisraad, dat door minvermogenden
in do banken van leening was verpand. Ook
voor do veroordeelden wegens persdelicten zal
de*geboorte der Infante waarschijnlijk eene ge
lukkige gebeurtenis worden I
binnenland'
STATEN-GENERAAL.
De eerste vergaderingen eener nieuwe zitting
bieden doorgaans weinig bijzonders aan; ’t is
jaar in jaar uit vrijwel hetzelfde.
In de Eerste Kamer namen de op nieuw of
voor het eetst benoemde leden, na goedkeuring
hunner geloofsbrieven, zitting; de voorzitter de
heer Van Eysinga, aanvaardde hot presidium
met een toespraak. Er werd als naar gewoonte
besloteri*, de troonrede mot een adres te beant
woorden. Het concept geeft slechts een zuiveren
weerklank op die rede, met uitzondering van de
financiëele paragraaf, waarin door de Kamer
wordt aangedrongen op beperking van uitgaven.
Jammer dat er niet kan bijgevoegd worden, waar
die beperking gezocht moet worden.
Zonder discussie en met algemeeno stpmmon
werd dit ontwerp-adres in do zitting van Don
derdag aangenomen.
De Tweede Kamer, waarin de heeren Van
Dedem, Gleichman en Van Rees zitting namen,
hield zich onledig met do samenstelling van de
voordracht voor het presidium. Over den eersten
kandidaat, den heer Dullert, was men het spoedig
eens; de beide anderen, de heeren Mirandolle