Zondag 24 Juli. N'. 632. X 'me AMSTERDAM, Handelskade. an „goeie en van „goede - menschen. Weekblad voor Zuid-Holland en Utrecht. Hervormd d begeerlijk h ten te viering van >ndag 29 Mei’ VCD: ÖOOO, DIS en LANDEk •de. 1 BUITENLAND. Overzicht. BINNENLAND. I ^G^éj^iMe.1 iWf zwlwater, msterdam, in balen '8 OF LOS, elbrtd i gelere rd. SCHOOKBOVEBSCHE GOMT iONTOIB HOB- legde BILLABD- yoor het eerste of 96 bladzijden. S. W. N. VAN NOOTEN te Söhoonhoven, Uitgever». ETV I UU OTMNMR JILOGE in etui. PENDULE met aan met water, r gisterenmiddag nden zijn en dia verteld. in omvangopge- shenen, en, gelijk daartoe aange*' verkrijgbaar te - Een Legaal. Fortuin. Over y. De heeren Standhouden. van den Beul.— j con- Itrecht lijn l-.tr. on- is igen ;ee- ioor aph an m lev RREES. 'ionen. i Boekhandelaren lejste eigenschap uitdrukt, die L ware andere n in zich sluit; dat de aan- »st goed, alle andere zedelyke overbodig maakt. kunnen loopèn zei. Als' hg. h( njoeten bi. Soortgelt met eén ijzel beteekenis wandelén iL -- baremimt rond. In onze, van waardeering niet overrytA maatschappij, vemenjen we zoo nu en d| een onzer vr Toch worden xy il gaarne kennis ikwjjls heeft hoo- rhaal, waarin op oording van één het familieleven, d, die titel wordt echts de periode jk en arm, doch KELLER reeds irin deze familie Prfls der Advertentién: Van 1 tot 5 regels 0,50. Iedere regèl meer 0,10. Groote letters naar plaatsruimte. Inzending francoen uiterljjk tot Zaterdags-voormiddags te 10 uren. Alle binnenlandscho Advertontiën, waarvan de plaatsing 3 maal wordt opgegeven, worden slechts 1 maal in rekening gebracht. N NOOTEN te jeren: III I. onder letten KL, fi® 'dam, I EERDER, rllet, No. 1. en de (hg du i wordt nader ver- sandag, Dinsdag, laatste berichten zouden er tusschen de Ko ninklijke Commissie en de Boeren nog al belangrijke punten van verschil bestaan en zouden de eischen om schadevergoeding door de zoogenaamde loyalen ingediend de som van 17000000 gulden beloopenl Vorst Alexander van Bulgarije heeft zijne komedie goed afgespeeld. De nieuwe nationale vergadering, waarin de enkele oppositiemannen, die gekozen werden, tot nog toe hunne zetels niet innamen, heeft bij acclamatie ’s Vorsten wenschen bewil ligd. Daarop heeft deze eene proclamatie aan zijn volk uitgevaardigdwaarin hij verzekert dat de grondwet de grondslag zal uitmaken voor de in te voeren hervor mingen van het bestuur, waarmede zoo spoedig mogelijk een aanvaag zal gemaakt worden. Een Rus is benoemd tot Minister van Oorlog in het nieuwe Kabinet, dat slechts één Bulgaar onder zijne leden telt. Van de bekwaamheden der nieuwe Ministers is niets bekend; misschien is het daarmede niet veel beter gesteld dan met de ontwik keling van de leden der Nationale Ver gadering, waarvan de meeaten niet eens schryven kunnen zoo althans luidt het bijna ongeloofelijk bericht. Met de ontruiming van het aan Grieken land toebedeelde grondgebied gaat hot naar wensoh. Zelfs plaatsen, die volgens de bepa lingen van het tractaat eerst over 3 maan den behoefden ontruimd te worden, werden nu reeds door de Porte afgestaan. De be volking schijnt over het algemeen met de bestuursverandering zeer ingenomen. Wij selijk onthoudt de Porto er zich ook van om Frankrijk verdere moeieljjkheden in den weg te leggen, met betrekking tot de Noord-Afri- kaansche aangelegenheden. Trouwens ook zonder dat heeft Frankrijk genoeg werk om de talrijke vijandige stammen, die het grondgebied van Tunis en Algerië onveilig maken en de bevolking trachten op te hitsen, in bedwang te houden. De haven plaats Sfax is, na plat geschoten te zijn, op „schitterende wijze” zooals de Fran- sche bladen melden ingenomen. Op ver schillende andere plaatsen, o. a. ook in den onmiddelljjken omtrek van Tunis, zwer ven benden roovers en opstandelingen rond, waartegen nu de Fransehe troepen en die van den Bey gezamonthjk zullen optrekken. Het groote nationale feest, dat in het laatst van de vorige week vooral te Parijs met grooten luister gevierd is, heeft zich, jammer genoeg, ook door ongelukken ge kenmerkt. Bij de plaats gehad hebbende wapenschouwing in het Bois de Boulogne zijn door de groote hitte ruim 200 men schen, waaronder vele militairen, door een zonnesteek getroffen, die voor menigeen den dood ten gevolge had. Aan 1450 veroor deelden werd bij gelegenheid van het feest ontheffing of vermindering van straf toege kend. Twee bekende personen zijn in de laatste dagen door de regeering verwijderd. Andrieux, die altijd met het Parijsche ge meentebestuur overhoop lag, is als prefect van politie ontslagen. Aan Don Carlos, die in den laatsten tijd weder geducht aan het kuipen was, is op verzoek van den Spaanschen gezant het langer verblijf op Fransch grondgebied verboden. Hij gehoor zaamde onder protest van het onrecht hem, als bloedverwant van Hendrik IV en Lo- dewijk XIV, aangedaan. Bij de overbrenging van het lijk van Paus Pius naar de daarvoor in gereedheid gebrachte definitieve rustplaats in de kerk van San Lorenzo, hebben in Italië betreu- renswaardige ongeregeldheden plaats gehad. De stoet, die misschien wel met wat al te veel ophef het lijk vergezelde, werd ge stoord door een bende onruststokers, die onder den kreet Leve Garibaldi op de be geleiders aanvielen. De plèchtigheid ont aardde toen in eene zeer onstichtelijke klop partij, die thans aan de clericale bladen nieuwe wapens in de hand geeft, nu de waarborgenwet te bestrijden. Intusschen zijn eenige der belhamels reeds tot gevan genisstraf veroordeeld. DultscMands en Oostenrijks Keizers zul len elkander in de volgende wijek te Isdil ontmoeten. Vorst Bismarck sterkt zich te Kissingen tegen de teleurstellingen die de verkiezingen hem schijnen te zullen brengen. In Beieren hebben de clericalen bij de verkiezingen voor den Landdag met groote meerderheid gezegevierd en ook elders spant de centrumpartij alle krachten in, ’t geen natuurlijk weinig goeds voorspelt voor de Rjj ksdag-v erkiezingen. Deze week hoopt men in Engeland ein delijk gereed te komen met de behandeling van de lerscho landwet. Daarna zal do Transvaalsche quaestie nog eens in hot La- Dexe Courant wordt geregeld iederen Zaterdag-middag verxonden. Prijs: voor Schoonhoven per drie maanden 0,70. Franco per post door hei geheele rj|k J 0,80. Men kan zich abonneeren bij alle Boekhandelaren, Postdirecteuren en Brievengaarders. 8TATBN-GENERAAL. In het Voorloopig Verslag der commissie van Rapporteurs der Eerste Kamer over het ontwerp van wet tot aanleg van een kanaal ter verbinding van Amsterdam met de Merwede wordt de opportuniteit breedvoerig besprokenook uit een financiöel en eco nomisch oogpunt. Na medodeeling van ver schillende bezwaren vroeg men, of dit wets ontwerp niet veroordeeld is, indien op even voldoende of betere wijze het beoogde doel kan worden bereikt. Meenende dat het niet aangaat millioenen te besteden aan hetgeen het verlangde resultaat niet zal geven, verbaasde het den bestrijders van dit ontwerp niet dat de hoofdstad met be zielde overtuiging waarschuwt tegen de aanneming. De voorstanders bestreden de geopperde bezwaren en stelden de voor dooien van het regeeringsplan in het licht. Met klem bestreed men de opvatting dat de Minister de voordracht niet voldoende zou hebben voorbereid met een beroep op de gewisselde stukken, de mondelinge ge dachtenwisselingen en de redevoeringen van den Minister. Nog werden een paar stellige vragen en enkele verdoeken tot de Regeering gericht: 1. Volhardt de Minister van Waterstaat bij het voornemen om over het ontworpen kanaal hooge spoorwegbruggen temouwen? Zoo ja, kan hij thans ook opgeven welke daarvan de kosten zullen zijnmet inbegrip der vergoeding aan de spoorwegmaatschap pijen P 2. Is de Minister van plag bij aan neming van dit ontwerp afzonderlijke voor zieningen te nemen tegen o verstrooming F 3. Men zou het op prijs stellen wanneer de Minister kon goed vinden bij de memorie van antwoord tevens zjjn oordeel over de nota van den heer Dirks, behelzende een repliek op een van ’s Ministers redevoe ringen, kenbaar te maken. 4. Van ver schillende zijden werd de Minister van Wa terstaat uitgenoodigd om bij zjjn antwoord gedrukt over te leggen het adres van den hoofdinspecteur Galand (rapport van 5 Au gustus 1880) en de nota van den inspecteur Rose (van 31 Augustus 1880.) Bij Kon. boel, zijn benoemd tot inspecteur der registratie en domeinen van de 2e klasse in de divisie van inspectie 's Hertogenbosch G. Mulderthans inspec teur van de 3e klasse in de divisie van inspectie Gorinchem. Van de 3e klasse in de divisie van inspectie Gorinchem C. Nierstrasz, thans ontv. der registratie en dom. te Sluis. In de zitting der Provinciale Staten van Zuid-Holland op 11. Donderdag werd behandeld de ontwerp-verordening op het bouwen op of in de zee- of rivier-wa- terkoerende dijken en het graven in deze. Bij art. 2 werd verworpen een amendement van den heer Leis, die wenschte opgeheven te zien het verbod van het maken van wa terputten, terwijl evenzeer verworpen werd een amendement van den heer Hein^ die verlangde dat het reglement reeds -op 1 Januari 1883 zou komen te vervallen. Voorts werd behandeld het advies van Ged. Staten betrekkelijk het adres van de heeren J. P. Mahlstede, notaris te Berg- Ambacht, J. Paul, architect te Zevenhuizen en H. E. Oving Jr., industrieel en koopman te Rotterdam, houdende verzoek, om ten behoeve eener door hen voorgenomen droog making der veenpiassen onder de gemeente Reen wijk en de voormalige gemeente Sluip wijk en strekkende om hun eene subsidie van f 100.000 uit de provinciale fondsen te verleenen voor dat doel. Nadat de heer Van Weel (van Rotterdam) het provinciaal belang had ontkend om voor de droogmaking van 800 hectaren een sub sidie van f 100.000 te verstrekken, en dat het raadzamer was, ook met het oog op de ondervinding bij de droogmaking der plas sen beoosten Rotterdam opgedaan, derge- Ijjke ondernemingen aan de particuliere krachten over te laten, heeft de heer Van Bergen IJzendoorn namens de commissie hare conclusie tot verleening van het sub sidie verdedigd, en daarbij het werkelijk provinciaal belang van deze landaanwinning doen uitkomen, waarna ook de heer Blussé zijne argumenten aanvoert in het belang van het subsidie. Een amendement van den heer Stoop, om te bepalen dat de concessie vervalt na een zeker tijdstip, wordt, na bestrijding door de commissie en den heer Blussé, omdat in de voorwaarden in het geval van te lang tijdsverloop voorzien wordt, verworpen met 29 tegen 24 stemmen en het voorstel tot verleening van het subsidie aangenomen met 44 tegen 7 stemmen. De vergadering is door den Voorzitter in naam des Konings gesloten. Bij de Maandag ten behoeve van de garnizoensbakkerij te Breda gehou- gerhuis ter sprake komen. Volgens de den aanbesteding van granen waren 7 tot sparen opwekt. 20 stooten, de xonderlnleggeld. ehoudt zich het van redenen, por ie laten. SCHEERDER, eekende looft uit van r as.- i dq politie aan rat heil vermissen -HÓND,' lélen neus, luis- ^Bob”, voor- h al 8 band, go-, jqemdo premie persoon, wiena tot rechtsvèr- menheer die nu in *1 graf leit” enz. Maar ik liet my niet Tin myn besluit te rugbrengen Dat it nu negen maanden geledenen gelóóft ge wel dat er bij die vrouw reeds een zeer merkbare vermeer dering van welvaar^j£jtebespeuren? ’tZal mij benieuwfen of'liaar oegrippen van «goed heid” hiet eenige wyzigjng ondergaan. Voor onze zuivere opvatting van het levenen om de rechts verhoudingen te vinden in den omgang met onze medemen- schen, is het zeker dringend noodig dat wy omtrent de beteekenifl van het woord «goed” een gevestigde overtuiging bezitten. verdient. Maar zoo zyn de menschen nu eenmaal: nooit willen zij iemands goede j hoedanigheden erkennen. Op zekere fabriek, welker eigenaar dik- wyls op reis is, heeft men een meester knecht die alom als een «goeie vent” wordt geprezen. Het werkvdlk kan er zoowat net doen, wat het verkiest, als er maar ge zorgd wordt dat het niet te zeer in den kyker loopt. Zoo wordt er geregeld eiken morgen en eiken avond een kwartiertje «gesmousd”om toebereidselen te maken hetzy voor den arbeidhetzy voor het ver trek. Zoo’n onschuldige versnapering als een «half fleschje” w|ordt edelmoedig door de vingers gezienslechts een enkele maal wanneer het al te érg loopt, waarschuwt de meesterknecht eens dat het zoo niet i kan. Voor het overige laat de onderlinge i verstandhouding weipig te wenschen over en zy zal wel gehandhaafd blyven, net zoolang tot den patroon de oogen open gaan, of, indien dit niet gebeurt, tot hy door het plichtverzuim zyner onderhoorigen ruiter te voet zal zyi) geworden. In zekere kleine gemeente heeft men een burgemeesterwiens goedheid byna spreek- woordelyk is geworden. De veldwachter leidt daar het genoegelykst leven dat zich denken laat; want, daar hij onder de roos de opdracht heeft ontvangen, zooveel mo gelijk door de vingers te zien en de men schen met de tenuitvoerlegging der veror deningen niet te plagen, gebeurt het maar zelden dat hy in de droevige noodzakelijk heid komt iemand te bekeuren. Heeft dat niettemin plaats, dan nog zal de burger vader eerst trachten, den overtreder der geboden door een zachte vermaning tot het inzicht te brengen dat hy niet goed heeft gehandeld, - en is deze nu maar meegaand genoeg om dit te erkennen, dan wordt de zaak gewoonlijk gesust. Nu is het wel waar, dat nergens minder eerbied voor wetten en verordeningen wordt aan getroffen dan in die gemeente; dat de voor schriften, in ’t belang der openbare ge zondheid en veiligheid gemaakt, met de meeste onverschilligheid worden over ’t hoofd gezienmaar de gemeentenaren vin den het niettemin heel aangenaam, zoo’n goeien burgemeester te hebbenen by elke verkiezing bewyzen zij dit voorrecht te waardeeren, door raadsleden af te vaardi gen die hem in zyn loffelyk streven om den lieven vrede tot eiken prys te hand haven, niet zullen dwarsboomen. Wy gelooven aan de medegedeelde voor beelden aan het dageiyksch leven ontleend, genoeg te hebben om wat wii wenschten te betoogen nader toe te lichten. Het is namelyk dit: Er heerscht bij de meeste menschen, wier blik niet een weinig verder reikt dan het gewone kringetje, een allerjammerlykste begripsverwarring tusschen goedheid en strakheid, hetzy de laatste haar oorsprong vindt in gemakzucht, of gebrek aan moed, of zenuwachtige beschroomdheid. Men ver liest geheel uit het oogdat alleen de man of de vrouw, die de hoogste mate van wel willendheid vereenigen met vastheid van wil en zelfstandigheid van karakter, goed mogen heeten. Als men van iemand niets anders kan zeggen dan dat hij een «doodgoeie man” is, dan is dit een zeer schrale eeretitel. Veel hooger achten wy dien althans niet dan den naam «sukkel" of «stumper”. »Je kunt wel over hem loopenf” zoo heet het, en Nb vragen wij iedereen of het onze bestemming kan zyn, gedurende ons verblijf in dit. «aardsche tranendal” als brug of loopplank of tapyt dienst te doen. «Hy zal waarlyk het kwaad niet in de wereld brengen.” Bestmaar het i» er nu een maal inhoe ’t er in komt zullen we voor ’t oogenblik maar buiten beschouwing la ten; genoeg, het ie er. Moeten we nu niet allen te zamen en zooveel in ons ver mogen is, ons best doen, om ’t er uit te krygen? En juist by dien allernoodzake- lyksten arbeid laten die «goeie” menschen ons totaal in den steek. Slechts weinige dagen geleden sprak schryver dezes edn armverzorger over het moeièiyke van diens taak en over de voor zorgen die hij te nemen heeft om de gaven aan zyn uitdeeling toevertrouwdzóó te besteden als ’t meest met de belangen der armen overeenkomt. Die heer had onder de voorwerpen van zyn bemoeiingen een weduwe gehad, die door zijn voorganger, «een buitengewoon goed” manaltijd maar ondersteund was, om zoo te zeggen op de eerste aanvraag. Nadat hij den arbeid had overgenomen, had hij gezegd: «Hooreens, we moeten dat veranderen. Gyvrouw, moet wat werken voor den kost; uw kin deren zyn niet meer zoo klein dat ge er den heelen dag by behoeft te blyven gy kunt ze allen naar school sturenwat gy met de beide oudsten tot dusver geheel hebt verwaarloosd. Eerst dat in orde ge bracht, en kom daarna terug." Het hield wat, vertelde myn vriend, eer hel mensch aan dien wenk gehoor gaf; er kwamen tranen met tuiten, zij beklaagde zich over mijn hardvochtigheid in tegen stelling met de «goedheid van dien braven inschrjjvingsbiljetten ingekomeu. Minste inschrijver was voor de witte tarwe de heer J. Hooghwinkel te Gorinchem ad f 10,10 de hectoliter van 76 kilo. De afdeeling Tiel van de Gel- dersche maatschappij van landbouw heeft besloten aan de Tweede Kamer hate bezwa ren kenbaar te maken tegen art. 10 der voor gedragen wet, hondende voorzieningen by ysgang en hoog opperwater. De bezwaren der afdeeling betreffen vooral de omstandig heid dat de macht der dijksbesturen in die gevallen wordt overgedragen aan den eersV aanwezenden ingenieur van den waterstaat, en deze alzoo de beschikking over de gelden der districten erlangt. De richting der stoomtramljj- nen, van Utrecht uitgaande, waarvoor door de Nederlandsohe tramwegmaatschappy cessie is gevraagd, is aldus: Van Utr. loopt in noordwesteljjke richting een over Zuylen, Maarssen, Breukelen, Wilnis en Mijdrecht naar Uithoorn, van waar drie takken uitgaan, eene over Amstelveen en Overtoom naar Amsterdam; eene over den Kwakel, Kudelstaart, Aalsmeer, door den Haarlemmermeer-polder langs Hoofddorp en verder over Zuid-en Noord-Sohalkwijk naar Haarlem; een derde over Vrouwenakker, Nieuwveen, Zevenhoven en Aatde naar Al- fen. Te Alfen sluit deze lijn aan bij de tweede lijn diein Zuidwestelijke richting van Utrecht uitgaande, de hoofdstad van het Sticht in verbinding brengt met Gonda, den HaagRotterdam en Leiden. De rich ting van deze lijn is aldusVan Utrecht over den HommelOudernn Heikoop en de Poort, vanwaar een zijlijn Uitgaat naar Jutfaas naar IJselstein verder over Bie- zendijk, Zevenhoven, LopikerkapelLopik en Cabauw naar Schoonhoven, langs Vlist en Haastrecht naar Gouda en van daar langs BloemendaalWaddinxveen Moerkapelle Kruiswegden HoornZegwaard Zoeter- meer, AtfilsveenLeidschendamVoorburg, Hoornbrug en Rijswijk naar ’sHage. Bij Kruisweg scheidt zich de lijn af, die over Bleiswjjk Bergschenhoek en Hillegcrsberg naar Rotterdam gaattusschen Bloemendaal en Waddinxveen een andere lijn, die, over Gouweslui»Alfen Oudshoorn Koudekerk en Leiderdorp Leiden bereikt. Aan deze laatste lijn zijn Boskoop en Zwammerdam door zijljjntjes verbonden. Door een aantal predikanten van de meest uiteenloopende richting, de heeren C. S. Adama van Scheltema te Ede, Dr. A. W. Bronsveld te Utrecht, S. H. Buytendijk te IJselstein, Dr. S. Cramer te Enschedé, W. Francken Azn. te Rotterdam, G. P. Kits van Heyningen te Deventer, P. H. Hugenholtz Jr. te Amsterdam, Dr. J. Knappert te Leiden, E. J. W. Koch te MiddelburgH. C. Lohr te Rotterdam J. H. Maronier te Rotterdam, H. Pierson te Zetten, Dr. L. Proes te Leeuwarden, J. A. Tours te Deventer en G. J. Vos FLz. te Rotterdam, is aan al hunne ambtgenoo- ten een circulaire gezonden, welker inhoud wij aan den „Werkmansvriend” ontleenen: „Hooggeachte ambtgenoot!” Hot is u bekend, dat sinds 1 April jl. een Postspaarbank in ons vaderland is op gericht volgens de wet van 25 Mei 1880 (Stbl. no. 88). Ondergeteekenden nemen de vrijheid, in deze regelen uwe aandacht op die nuttige instelling, zoö noodig, te vestigen. ’t Is hunne overtuiging, dat het op den weg der predikanten ligt, ons volk, en vooral de kinderen van ons volk, bekend te maken met deze heilzame inrichting, die eene der volksdeugden, de spaarzaam heid, zoo krachtig bevorderen en het ze- delijk leven van onze natie bepaald ver- hoogen kan. Het onlangs verspreide, zoo goed in den volkstoon gestelde geschriftje, dat de spaar bank in hare werkzaamheid leert kennen, blijft steeds aan alle postkantoren, alsmede aan de voor den dienst der spaarbank ge opende hulpkantoren kosteloos verkrijgbaar. Hetzelfde geldt van de formulieren voor inlagen van één gulden in frankeerzegels, die den lust tot sparen bij ouden en jongen op uitmuntende wijze kunnen aanwakkeren (1). Een goed werk doet de predikant, die bjj geschikte gelegenheid dat geschriftje en dat formulier onder zijne leerlingen en ge meenteleden weet te verspreiden en hen op te wekken om gebruik te maken van deze spaarbank, die hare eigenaardige voor- deelen en gemakken heeft. Aldus doende, werkt hij met de Regt ring mede, en leert het volk ook d( spaarzaamheid en verstandige zorg voor de toekomst zijn eigen welzijn bevorderen. De directeur van de Rijkspostspaarbank te Amsterdam, tot wien een ieder per gefrankeerden brief zich wenden kan, tot het verstrekken van nadere inlichting volgaarne bereid. (1) Een eigenaardig gebruik van dio formulieren kan men maken, indien men, in plaats van de gebruikelijke fooien aan ambachtslieden, dienstboden enz., die zoo dikwijls niet goed besteed worden, zulk een formulier, van eenige blauwe postzegels voorzien, uitreikt en den begiftigde aldus I Aan* den heelen man is geen kwaad haar I tp vinden. uUp myn woord, een goedig mannetje, dip geen kipeenig leed zal doen. 1 Zjoo’n beste kérel, ip zoudt haast over hete ii-izonJer dat hy er iets van hu. het kwaad in de wereld zou irmenkwam het er nooit in. elyxe spreekwijzendie gemakkelyk zeiler aantal van nagenoeg dezelfde vermeerderen zouden zyn, >t dageiyksch leven als gang- ui onzeai maatschappij, toch eens een loftpraak op nden of bekenden, en in dat geval meestal in den voormelden of daar mede gelykstiaanden vorm. fn inderdaad goed te zyn, dat zegt nogal iets. De lieden schynen als bij instinct te gevoelen dat het begrip goed zich in dezelfde richting beweegt als volmaakt: dat het de hoogste en edelst-' a;» we kunnen bezitten, en als het hoedanighedéïi in zich sluit; betaling wr voorschrifteiL Of—tod1 ook dit niets meer zyn dan schyn Zou men algemeen niet het woord goed in zeerdverdrachtelijken zin gebruiken, zoodat als twee personen het bezigen, het nog by lange na niet hetzelfde beteekent? Zou zelfs bij de meesten daaromtrent wel de rechte Opvatting worden gevonden? Laat ons zien. Niets is toch gevaariyker dan valsche voorstellingen op zedelyk ge bied, en dezé worden zeer licht gewekt of levendig gehouden door oi juistheid in de uitdrukking der gedachte. «Mynheer is een echt goeie man,” zegt Betje de dienstmaagd tot een vriendin did met pryzenswaardige belangstelling naar «haar volk” informeert” Al zeg ik eens een woordje te veel,je weet net zoo goed als ik dat ’n mensch niet altyd even goed gemutst is,—- hy doet maar, of ie *t niet hoort en is altoos vrindelyk en wèl: Maar mevrouwpas op, dat is geen poesje, hoorl ’t Minste als ik maar een «onvertogen” woord spreekdan is ’t er van. Dan kijkt ze me zoo giftig aandat een ander dan ik er bepaald bang van zou worden. Gelukkig ben ik zoo heel gauw niet verlegen!” Mejuffrouw Betje noemt alzoo haar «ge bieder” goed, omdat hij met een onver stoorbare kalmte en Jobsgeduld haar on beschofte uitvallen verduurt, misschien wel uit vrees voor erger. «Een goeie meneer, een beste meneer roept een bedelaar. Zoo-even heeft een student hem met jongenachtige brooddron kenheid een kom water over het hoofd geledigd, en daarna een kwartje gegeven als afdrogingsmiddel. Diezelfde schooier komt daar wekelijks terug, om eerst een poosje geplaagd en dan door en fooitje ge troost te worden. Ik ken een huisvaderdie algemeen voor byzonder goedhartig te boek staat. Zijn kinderen iets te weigeren dat hun pleizier kan doenzou niet licht bij hem opkomen, en dezen weten dan ook zeer zeker dat hun wenschen steeds worden ingewilligd. Naarmate de jongelui grooter werden, stegen ook hun begeerten, die zelfs min of meer den vorm kregen van eischen; en daar de oude heer verstandig genoeg was om in te zien dat de voldoening daaraan niet altyd in het wezenlijk belang van zyn kroost zou zyn, poogde hy weleens hun het aandrin gen op hun wensch te ontraden. Maar zooveel kennis hadden de vriendjes wel van het karakter van hun vader, dat zij zeker waren in ’t eind toch te zullen over winnen, en *t bleek dan ook gewoonlijk heel spoedig, dat hij «te goed” was om bij zyn weigering te volharden. Menigeen zou hier liever spreken van «zwakheid” dan van «goedheid,” en gebrek aan moed noemen wat door aangeboren goedhartigheid nauwelyk kan worden ver schoond. Ook vreezen we zeerdat zoowel vader als kinderen op een verkeerden weg zyn, en de laatsten weleens gelegenheid zullen krygen de meegaandheid van den heer papa te betreuren. Een vrouw uit de volksklasse vertelt aan haar buren, dat zij zoo’n «goeien” man heeft. Een ander mag eens mopperen als bet eten niet op zyn tijd klaar is, als de kinderen er wat onordelyk uitzienof als zij, na een gezellig praatje dat een paar uur duurde, geen tijd meer heeft om «de mid- dagpot” gereed te maken en hij zich dus maar met boterhammen vergenoegen moet, de hare nooit! In alles schikt hij zich: zyn vrouw moet het maar maken zooals zy ’t beste kan. Zoo’n echt dood-goeie man is wezenlyk een lot uit de lotery I Lui die altyd kwaad van een ander spreken, zouden foisschien dezen model-echtgenoot een armzaligen stumper noemen, die door moeder de vrouw duchtig onder de pan toffel wordt gehouden en ook niets beters

Kranten Streekarchief Midden-Holland

Schoonhovensche Courant | 1881 | | pagina 1