IN 1881. N’. 633. Zondag 31 Juli. [ACHINES AVERIJ Premie f 25, lie f 10. Jodenvervolging. Weekblad voor Zuid-Holland en Utrecht. rk. E IANK, FLAIMD, UPPER te op de Sluis, jenheid der te Gorcrnn, p den 11. AUGUS- m des morgens ten GOROUM na afloop i« Utaat- Landbouw. undige, Kinderdijk eer kleine winst ezelve franco en geeft i garantie. gustus 1881, HAAN, BINNENLAND. BUITENLAND. 4 ■ente en conditie der in eens of bij gedeel- IH. wordt foor het eerste druks of 96 bladzijden. )D. ien: eitje. Een Legaat. je. Fortuin. Over i Poezy. De heeren \nd. Standhouden. ■snacht van den Beul. gebruik, zijn te ver- i van Toezigt, 1SENDAAL, Notaris, ticulier ’s Haf fOORDELOOl SCHOOiïHOVEHSCHE COURANT. acht. Toch worden zij iht wil gaarne kennis zoo dikwijls heeft hoo- B 247, ons, het incaaeeeren .TNG: sn Onutreken,” wer- Le vlaggen uitgestoken, ter afzwering van Philips II; kamer beslissing genomen. De toestand van President Garfield is r nog zeer bevredigend. Een stukje klee- dingstof, met den kogel binnengedrongen, is van zelf er weder uitgekomen. Een oogonblik begon men voor bloedbederf te vreezen; wat echter zich niet bevestigd heeft. Men heeft naast de wond eene in snijding gemaakt om den afvoer van stoffen gemakkelijker te maken. De operatie ge lukte uitstekend. De laatste berichten waren weder gunstiger. Ie het aan met water, lij haar gisterenmiddag te vinden zijn en die orden verteld. ooteren omvang opge- k verschenen, en, gelijk schonden hadden gehouden. Dat de Jood zoo diep zonk, is niét stjn schande; wel die van (jen Cferjsten hem zoo diep 'VëFhederde. In ons volgend artikel zullen wij nagaan onder welke omstandigheden de afstamme lingen van het volk Israëls de hun toeko mende plaats in de huishouding van den Staat hebben bekomen. ildelijk daartoe aange- t 8vo. verkrijgbaar te n en het familieleven, erdaad, die titel wordt ich slechts de periode soenhjk en arm, doch raarin KELLER reeds t, waarin deze familie 10 uren, aarden uitsluitend uit llblasrar waard, die prjjs of premie non hebben. morgens ten 9 ure i F. TRAPMAN te keuring en loting ard. )rden verzocht opgave irs, berijders en paar- m ook kleur en ge- an het adres van den r of 5 Augustus a. s. De Secretaris, H. C O E R T. Ie verhaal, waarin op rantwoording van één Prijs der AdvertentiSn: Van 1 tot 5 regels 0,50. Iedere regel meer 0,10. Groote letters naar plaatsruimte. Inzending francoen uiterlijk tot Zaterdags-voormiddags te 10 uren. Alle binnonlandsche Advertontiënwaarvan de plaatsing 3 maal wordt opgegeven, worden slechts 2 maal in rekening gebracht Z. M. heeft benoemd tot nota ris te Dordrecht M. C. Sigmond, thans notaris te ’s-Gravendeel. Doctor Vinkhuizen, lijfarts des Koning, heeft een bezoek gebracht op het Loo, ten einde een onderzoek in te stellen naar de uitwerking der badkuur, welke Z. M. ondergaan heeft. Naar wij vernemen, vond de geneesheer den gezond heidstoestand van den Koning in alle op zichten zeer bevredigend. *11H. MM. de Kon in, giiy zullen de wedloopen op i Bussum e- woordigheid CSOHE WEG, Deze Courant wordt geregeld lederen Zaterdag-middag verzonden. Prys: voor Schoonhoven per drie maanden 0,70. Franco per post door het geheele,. rijk 0,80. Men kan zich abonneeren bij alle Boekhandelaren, Postdirecteuren en Brievengaarders. ontwerp. De ondoelmatigheid en onzeker heid van uitvoering van het Vallei-kanaal waren zoo overtuigend gebleken, dat hij het niet voor zijn rekening had durven ne men. Het enkel nadeel van eenig tijdver lies bij de Keulsche Vaart wordt door zoo veel bezwaren bij het Vallei-kanaal opge wogen, dat de Minister niet aarzelt met volle overtuiging zijn plan aan te bevelen als het beste, meest practisohe en goed koopste. Nog eenige bestrijders van het ontwerp, de heeren Van Limburg Stirum, Insinger, Den Tex en Van Tienhoven hielden den tegenstand vol; na replieken van den Mi nister en den laatstgenoemden spreker, Am sterdams Burgemeester, had de stemming plaats. De uitslag was dat de regeorings- voordracht werd aangenomen met 21 tegen 17 stemmen. De Kamer ging daarna op reces. ig en Konin- _r de heide nabij en Hilversum met hunne tegen- ‘id vereeren. Z. K. H. Prins Froderik der Nederlanden heeft het eere-voorzittersohap aanvaard van de hoofd-commiesie tot voor bereiding van het feest, hetwelk te Am sterdam op 5 Aug. a. 8. zal gevierd worden, ter herinnering aan den zeeslag van Dog- -Met "2 Aug. s. zullen o. a. de volgende adelborsten 2e klasse le afdeeling voor de marine tot adelborst le klasse benoemd worden: T. Bot, van Sliedrecht; G. H. Pfeiffer, van Gorinohem; H. Van Praag, van Oudewater. In antwoord op een adres van verschillende steenbakkers in de provincie Utrecht, waarin bij de Regeering wordt aan gedrongen om in het vervolg bij Rijkswerken alleen steenen van Nederlandschen oorsprong te gebruiken, heeft de Minister van Wa terstaat enz. te kennen gegeven, dat de Duitsche steen, voor bestratingen niet ge schikt gebleken zjjnde, het gebruik daarvan voor dat doel niet meer zal worden toege laten dat hieruit evenwel geeno aanleiding kan worden genomen, om gebakken steenen van vreemden oorsprong bij de Rijkswerken onvoorwaardelijk te verbieden. De heeren A. J. F. Hofman en J. Paling Hzn., concessionarissen van de stoomtram van Woerden naar Utrecht, heb ben de desbetreffende stukken aan den Mi nister van WaterstaatHandel en Nijverheid opgezonden en tevens concessie aangevraagd voor een stoomtram van Woerden naar Leiden. De gemeenteraad van Rotter dam heeft beslotenom aan de Rotterdam- sche Tramwegmaatsohappij vergunning te verleenen den stoomtram van Delfshaven door te laten loopen langs den Mauritsweg en door de v. Oldenbarneveldstraat tot aan den Coolsingel, zoodat aldaar aansluiting wordt verkregen aan den Rotterdamschen Tramweg. Naar men verneemt, zjjn de heeren Kaptijn en Gentis er in geslaagd het kapitaal te vinden voor de spoorweglijn Harlingen—Salzbergen. Slechts eene zeer geringe medewerking van den Staat, de betrokken provinciën en gemeenten zal vol doende zijn om het tot stand komon dezer zoo hoogst belangrijke lijn te verzekeren. Aan de Vrij dag-namiddag te Dordrecht gehouden harddraverij met paar den van zessen klaar namen 11 paarden deel. De prijs ad f 300, werd behaald door do „Prinses” van P. Smit Jr. te Rotterdam, bereden door P. Van Santen, en de premie ad f 100, door den „Barton” van W. Doon te ’s-Gravenhage, bereden door A. Bos. Het gerechtshof te ’s-Graven hage heeft A. R., laatst ontvanger der re gistratie en bewaarder der hypotheken te Goes, wegens verduistering van gelden en valschheid in geschriften veroordeeld tot 5 jaren tuchthuisstraf en 13 boeten: 1 van f 7114 en 12 van f50. Het gerechtshof to Leeuwar den heeft Agoma, ‘koetsier bij don heer Bieruma Oosting te Heerenvoen, die in eerste instantie tot 6 maanden celstraf was veroordeeld wegens moordbedreiging togen zijn meester, vrijgesproken van het hem ten laste gelegde. Na de uitspraak weer klonk een daverend hoera door de rechtzaal. Uit Amsterdam wordt gemeld, dat de reis van Dr. A. Kujjper naar don Transvaal voorloopig is uitgesteld en althans dit jaar daarvan niets zal komen. In vele plaatsen des lands den Dinsdag d( herinnering aan de I. Er behoort wel een vasteen onwrikbaar geloof aan de zegepraal van het goedeaan den vooruitgang van het menschelijk geslacht toe, om niet somtijds den moed te verlie zen. Te midden van de juichtonendie we aanheffen ten einde onze ingenomenheid uit te drukken met deze of gene overwinning, door den denkenden geest op de ziellooze stof behaald, worden we plotseling opge schrikt door schrille kreten, die ons als door tooverslag terugvoeren naar het ver leden, met al zyn onwetendheid en bar- baarschheidmet zyn gruwelen die we in onze eeuw en die haar volgen zullen, onmogelijk waanden. Het gebeurt dat in hetzelfde deel der aarde en op denzelfden tijd waarin congressen worden gehouden om te beraadslagen over de hoogste belangen der menschheid, troepen gewapenden ge reed staan tot een stryd op leven en dood en in het land der vverstandelijke ontwik keling” bij uitnemendheid, Waar ieder den mond vol heeft van den lof des grooten Lessings, die ruim honderd jaar geleden in zijn >Nathan de Wyze” de heerlijkste lessen van godsdienstige verdraagzaamheid gaf, in het land van denkers en dichters, de bakermat van wetenschap en kunstaan schouwen we tooneelen van geloofevervol- ging, die ons met afschuw vervullen. De Jodenhaat van onze dagen is, helaas! een verschynsel waarmede rekening gehou den moet worden. De toekomstige geschied schrijver zal er zyn aandacht op te vestigen hebben, en de oorzaken moeten opsporen. Op dit oogenblik kan zulks nog niet met volkomen juistheid geschiedenen het is alzoo niet om op het histoi isch onderzoek vooruit te loopen, dat we hier het feit be spreken, maar alleen om de plaits aan te wyzen, die het in het maatschappelijk verkeer der volken inneemt In de onver- zettelüke overtuiging, dat verdraagzaamheid zoo met een deugd is we kunnen haar slechts het niet aanwezig zyn van een on deugd noemen dan toch een noodzake- iyke voorwaarde vormt om het elkander hier beneden niet lastig te makenzul len wy de zaak bespreken zonder harts tocht, zonder vooropgezette antipathieën, maar ook met de noodige vrijmoedigheid. Dat in vroegere tijden de Israëlieten in onderscheiden landen van Europa scherp Zyn vervolgd, vloeide voort uit de samen werking van vele oorzaken. Aan weerszijden was de geestelyke bekrompenheid onzettend groot. Toen in de eerste eeuw onzer jaartelling en later het wapengeweld der Romeinen de zonen van den Joodschen staat in alle rich tingen uitdreef en hen in zekeren zin tot ballingen en zwervers maakte, voerden zij met zich, waarheen zij zich ook begaven, het denkbeeld van hun nationale grootheid, hun minachting voor allen die niet tot hun volk behoorden, hun schoone verwachtin gen voor de toekomst, als wanneer hun Koninkryk hersteld zou worden niet alleen, doch hun natje heerschappy zoir uitoefenen over alle omwonende volken. Inmiddels was een scherp contrast waar te nemen tusschen den geest van uitsluiting, destyds door hen gehuldigd, en de vrijgevigheid waarmede de >Heidenen” hen in hun mid den opnamen. In de voornaamste steden van Klein-Azië vinden wy in de eerste eeuw een niet onaanzienlijke Joodsche bevolking, die op goeden voet met haar omgeving verkeerdedoch zich in zeden en gebruiken zooveel mogelyk isoleerde. Na den val van Jerusalem werd natuurlyk dit Joden-element zeer versterkt en uitgebreid, ook tot on derscheiden steden van Europa. Nadat het Christendom veld had gewon nen, werd de verhouding anders. Tegen de prediking der nieuwe leer hadden de Joden steeds een hoogst vyandige stelling ingenomen, en ook daar waar zy slechts een weinig beteekenend onderdeel der be volking uitmaakten, zich met kracht en macht er tegen verzet. Meer dan één bloe dige vervolging moet dan ook op hun reke ning worden geschoven. Dat bij toeneming van den invloed van het Christendom de haat wederkeerig was, is niet te verwon deren; immers de menschen zyn spoedig genoeg doordrongen van een soort van on- heiligen geloofsijver; maar opvolging van het voorschrift der liefde bewaren zy voor het laatst. De Christen der eerste eeuwen zag in den Jood het beeld van al wat af schuw moest wekken; de omgang met hem stond byna gelyk met aanraking van den Booze. De onzinnigste praatjes werden toen en nog eeuwen later omtrent hen rondge- strooid en gretig geloofd. Zoo by voorbeeld was het naar men zei hun vaste gewoonte, op het Paaschfeest een gestolen Christen kind te slachten en zich door het drinken van het warme bloed te verkwikken. Elke ramp, die den bewoners eener stad trof, werd den Joden verweten; was er pest, dan hadden zy de bronnen vergiftigd; was de oogst mislukt, de Joden hadden door hun handelingen den toorn des hemels op gewekt; vernielde een brand de huizen, de Joden hadden den Booze verzocht, het helsche vuur aan te brengen. Geen Israëliet was dan veilig voor de volkswoedewat niet vluchten kon werd omgebracht. De afzondering der Joden werd nog dieper dan ooit, en zoo groot was de afkeer dien men jegens hen koesterdedat zelfs het vermoeden van on- wettigen liefdesomgang met een lid van het verachte ras een beschuldiging van hek serij en men weet wat dat toen betee- kende! kon na zich slepen. Van een wet tige echtverbintenis kon natuurlyk in de verste verte geen spraak zijnwelk priester zou zyn stand hebben durven onteeren door zulk een huwelijk in te zegenen! Van toen af nam het zwervend leven der Joden eerst recht eenaanvang, en zelden heeft een volk aandoenlyker worsteling te doorstaan gehad. Dat zij in den stryd niet geheel en al zyn ondergegaan, pleit wel nadrukkelyk voor de levenskracht hunner natievoor de onbuigzaamheid van het eenheidsbegrip, dat hen overal vergezelde, en voor de macht van de overtuiging dat, ondanks de tegenwoordige wederwaardig heden, de geheele aarde eenmaal hun erf deel zou worden. De loop der tyden heeft veel van deze en soortgelijke illusiën weggevoerdmaar het is vry zeker dat zy de voornaamste en hechtste steunsels zijn geweest die hen in de verdrukking hebben staande gehouden. Afgescheiden van het maatschappelijk ver keer, in de onmogelijkheid om door han denarbeid in hun onderhoud te voorzien, legden zy zich op den handel toe. Alles werkte daartoe mee. Hun omzwervingen hadden hun zeker wereldburgerlijk karakter gegevenzoodat zy goed op de hoogte wa ren van hetgeen hier te veel, elders te weinig werd aangetroflenvoorts zat er de handelsgeest al van ouds indoordien zy af komstig waren van de Oostkust der Mid- dellandsche Zee en in veelvuldige aanra king kwamen met de Phenicicrs. Van lie verlede, toen zij telkens waren blootgesteld aan het gevaar, oogenblikkelyk hun woon plaats te moeten verlaten, en zy dan geen omvangrijke bezittingen konden medevoe ren, beyverden zij zich zulke voorwerpen te bekomen, die gemakkelyk mede te ne men en zoo noodig te verbergen waren. In de Middeleeuwen was de handel in kost baarheden fijne geweven stoffenedelge steenten, gouden sieraden geheel het pri vaat domein der Israëlieten geworden, en de prachtlievende ridderschap, hoezeer ook besmet door den heerschenden Jodenhaat, moest zich toch wel van de tusschenkomst van de vijanden deS »geloofs” bedienen om haar zucht naar weelde te bevredigen. Er kwam meer by. De onzekerheid waarin de Joden steeds leefden, dwong hen tot spaarzaamheid, die niet zelden in schraap zucht ontaardde. Deze laatste werd gaan deweg een der meest in het oog vallende karaktertrekken van de Joden, en tegelijk voor hen een bron van nieuwe ellende. Als straks een aanzienlijke, door buitensporig hooge uitgaven, door dobbelspel of door de kansen van den oorlog verarmdomzag naar middelen om voor een tijd uit den nood te gerakendan moest zyn aandacht wel val len op den verachten Jood, met wien hij niet gaarne onder één dak den nacht zou doorbrengen, doch in wiens geldkist hij erg graag een duchtigen greep zou willen doen. Edellieden van den eersten rang, ja zelfs vorsten moesten vaak met den Israë liet in onderhandeling treden, en deze wilde wel leenenmaar alleen tegen zeer hooge rente. Het mozaïsch voorschrift dat zich tegen het nemen van intrest verzet, achtte hij niet voor zijn onderdrukkers te bestaan. En waarlijk, het zou onbillyk zyn hier geen verzachtende omstandigheden te pleiten. De Jood was zoo weinig zeker, zyn geld terug te zullen krygen, dat hy wel door hooge rente zyn verlieskans eenigermate moest waarborgen. Tegenover regeerende personen was hy minder hebzuchtig; en kon hij door opoffering van kapitaal de be scherming van hooggeplaatsten voor zich en zyn geloofsgenooten verkrygendan was hij daartoe gaarne bereid. Daarmede nam dan ook de rechtszekerheid van de Israë lieten toe, en eerlang kwam er een tyd dat men hen niet meer zoo straffeloos kon plunderen. Toch bleven zy buiten de maat schappij staan, bewoonden afzonderlyke kwartieren der stad die ’s nachts werden afgesloten, mochten geen uiteilyk vertoon van weelde dragen, ja, waren hier en daar genoodzaakt zich van een bepaald voorge schreven onderscheidingsteeken te voorzien, en hadden telkens uitbarstingen van do volkswoede te duchten, waartegen de over heid niet bij machte was hen te bescher men, of plotseling opkomende verbannings- besluitendoor een vorstelyken gril inge geven, en waardoor zij gedwongen werden met vrouw en kinderen een goed heenko men te zoeken. Dat onder zulke omstan digheden menige ongunstige karaktertrek zich bij de Joden ontwikkelde, is waarlyk niet te verwonderen. De Middeleeuwsche, door onderdrukking zedelyk verminkte Jood is een woekeraar, een bedriegelyk scha- cheraar, een slaafsch wezen geworden, met uitzondering van enkele edele figuren, die de vroomheid hunner vaderen onge- Dienovereenkomstig 8TATEN-GENERAAL. In geen langen tijd zijn de vergaderingen der Eerste Kamer, ofschoon thans vallende in een tijd waarop gewoonlijk de leden on zer volksvertegenwoordiging een welver- diende rust genieten, zoo belangrijk geweest als deze week. Inzonderheid die waarin de voordracht betreffende het Rijnvaart-kanaal werd behandeld, trok zeer de aandachtna genoeg alle leden waren op hun post, en de tribunes stampvol. Maandag werd, nadat de Minister van Waterstaat geantwoord had op het verslag der Commissie van Rapporteurs en de heer Cremers het ontwerp had bestreden, de ver- hoogingspost ten behoeve van den Rotter damschen Waterweg aangenomen. Naar aanleiding van een rotvraag tot bekrachtiging van oredieten, door den Gou- verneur-Generaal van Nederlandsch Indië geopend boven de Indische begrooting over 1879, ontspon zich een debat over de pu- bliceering der Atjeh-stukken, waarop de heeren Van Akerlaken en Fransen van de Putte met kracht aandrongen, in verband ook met de toezegging des Ministers, dat de geheimhouding, den leden der Kamers ten aanzien dier bescheiden opgelegd, zou te ten sprekers ook het eerste. De Min., die zijn belofte erkende en -teveris mededeelde dat hij reeds in 1880 ’s Konings machtiging tot openbaarmaking had gevraagd en ver kregen, meende echter de vervulling dier belofte nog te moeten uitstellen, om den twist over Atjeh, die thans een weinig be gint te verflauwen, niet op nieuw aan te wakkeren. 1 Dinsdag was eerst aan do orde de ver- hoogingspost voor subsidie aan de water schappen van Hoog-Hemaal en Oijen, die met 30 tegen 8 stemmen werd aangenomen, nadat van weerszijden de billijkheidsgronden waren besproken. Daarna ving het kanaal- debat aan. Zes tegenstanders, slechts één voorstander van het Merwede-Kanaalplan kwamen aan het woord. De heeren Bor- sius, Den Tex, Viruly, Blijdenstein, Insinger en Do Sitter wezen in hun redevoeringen voornamelijk op het onvoldoende der ver beterde Keulsche Vaart, op den tegenstand van Amsterdam, op het verkeerde om 12 millioen uit te geven voor een werk van twijfelachtig nut, op den schadelijken om weg en de daaruit voortvloeiende tjjdsver- spilling in de vaart van Amsterdam over de Merwedo naar den Rijn; altemaal on derdoelen der quaestie, die in de Tweede Kamer met de noodige uitvoerigheid zijn besproken. De heer Van Naamen van Eemnes verklaarde zich vóór het ontwerp, omdat het aangeboden kanaal niet slechts mot de Amsterdamsche belangen, ook met die van andere plaatsen rekening houdt; voorts mogen de Staten-Generaal niet mede werken om door kunstmatige middelen de concurrentie met het buitenland mogelijk te maken. Woensdag nieuwe bestrijders zonder nieuwe argumenten; de meeste sprekers, de voordracht bestrijdende, plaatsten zich op het standpunt van Amsterdam en van don handolsstand der hoofdstad. Dit deden de heeren Van Akerlaken en Carsten, dit deed met bijzonderen nadruk en overtui ging de heer Van Tienhoven, die bovendien liet uitkomen dat de quaestie der kortste Rijnvaart aan de orde is sedert 1875, toen de Min. Heemskerk het plan vastknoopte aan do gedeeltelijke droogmaking der Zui derzee. De heer Van Limburg Stirum be pleitte op technische gronden een kanaal langs Tiel mot bevaarbaarmaking van den Rijn; over het aanhangige ontwerp was zijn oordeel eveneens ongunstig. De ver dedigers der voordracht waren de heeren Fransen Van de Putto, Stork, Huijdecoper Van Maarsseveen en Merkes Van Gendt; dozo sprekers vonden den aandrang van Amsterdam ongepast, de beschouwing in do hoofdstad zeer eenzijdig; eerstgenoemde verwachtte dat na de aanneming van het ontwerp do storm wol opstoken doch weer spoedig bedaren zou. De heeren Pické, Van Swinderen en Cremers maakten de op merking, dat er moer gesproken was over do houding van Amsterdam ten opzichte der voorgedragen wet, dan over die wet zelve; dat het technisch en financiëel be wijs, als zou de voorgesteldo uitgaaf vol doende zijn gebillijkt, door niemand nog was geleverd. Alle drie loden verklaarden tegen do voordracht te zullen stemmen. In do zitting van Donderdag voerde de Minister het woord ter verdediging van het een rente van 3 pCt. Overzicht Het Engelseh Lagerhuis heeft Zaterdag onder do daverendste toejuichingen het laatste artikel van de lersche landwet af gehandeld, die nu zal verzonden worden aan het Hoerenhuis. Welk lot die wet daar beschoren zal zijn, zal te bezien staan. Zeer zeker zal men hem daar moeten aannemenmisschien echter na groote verminkingen. ’t Moet zelfs voor lords wel eens moei el ijk zijn om hunne bijzondere belangen beneden die van ’t algemeen te stellen. Hoe ’t zij, onze oude Gladstone heeft zich in deze weder kranig gehouden. Maandag wachtte hem weder een aange naam debat. Twee moties in zake de Transvaalsche politiekeen van Hicks- Beach gewezen minister, tot afkeuring en een votum van vertrouwen van Rathbone. Gladstone verdedigde de gedragslijn der Regeering, op grond van de gebleken on wil van de bevolking. Engeland had zich de contróle over de buitenlandsche aan gelegenheden voorbehouden en het recht van veto bedongen, voor alle wetten die de inboorlingen betroffen. Ook onderhan delde men ten gunste van deze laataten om hen het recht van grondbezit te ver zekeren, en te verkrijgen dat hun een belangrijk deel van het gebied worde toe gewezen. Het eind was dat Hicks-Beach de nederlaag leed door verwerping met een derheid van 109 stemmen. Aan boord van een stoomboot to Liver pool zijn twaalf helsche machines gevonden, bestemd om op zekeren tijd te ontploffen. De Minister van Binnonlandsche Zaken ver klaarde dat deze zaak hoogst waarschijnlijk met een voorgenomen aanslag der Fenians in verband staat. De Pauselijke Secretaris van Staat moet een circulaire hebben verzonden aan alle Nuntiussen, om de aandacht der regeerin- gen te vestigen op de zoogenaamde vervol gingen waaraan de Katholieken in Italië blootstaan, waardoor bijv, de Paus, als dit eens noodig was, niet ongedeerd het Vati- kaan zou kunnen verlaten. Stellig een ge volg van het gebeurde bij de overbrenging van ’s Pausen lijk. Wat do handelingen van eenige heethoofden te maken hebben met den toestand van een geheel land kun nen we veilig aan den heer Jacobini ter beslissing overlaten. Zooveel is zeker dat, wanneer de tegenwoordige Paus het Vati- kaan zou willen verlaten, er wel niemand zou zijn, die dit Z. H. zou willen beletten indien althans geen aansloot aan de tegen standers werd gegeven. De tusschen Turkije en Frankrijk be staande moeielijkheden over Noord-Afrika zijn vereffend, doordien Frankrijk geen an nexatieplannen voedt. De Havas verklaarde dit in eene officieuse nota. De Turquie kon niet nalaten daarover zijne blijdschap te be tuigen, met het oog op de sedert eeuwen be staande vriendschap tusschen beide landen. De veroordeelden wegens den moord op Sultan Abdul-Aziz hebben gratie gekregen. Het vonnis is veranderd in opsluiting in een vesting. Loris Melikof, door den Czar ontslagen van do leiding der zaken in Rusland, heeft, toen hem gevraagd werd weder de zaken op zich te nemen, voor die eer feestelijk bedankt. Tien nihilisten zijn te St. Peters burg gearresteerd ten gevolge der bekente nissen van een der hunnen, die, door het lot aangewezen om een moord ten uitvoer te brengen, de hand aan zich zelf sloeg. Jesse Helfmann, deelgenoote aan den moord op Keizer Alexander II, heeft, naar thans officieel wordt gemeldniet alleen uitstel van executie van het doodvonnis gekregen, maar geheele ontheffing, met ver- oordeeling tot levenslangen dwangarbeid. Tot verzoening van het Duitsche en Czechische element in Bohemen is door do Oostenrijksche regeering een nieuwe stad houder benoemd, die aan de door hem ont vangen commissie uit den Landdag ver klaarde zich buiten alle partijen te zullen houden en bescherming beloofde aan allen die de wetten eerbiedigden en Oostenrjjk lief hadden, onverschillig waartoe zij be hoorden. Worden deze woorden door daden bevestigd, dan mag men daar een meer vredelievenden geest als aanstaande be schouwen. De Fransehe Kamer nam deze week de drukperswet aan, geheel zooals die door don Senaat was gewijzigd. Die wijzigingen waren grootendeels in liberalen zin. An ders zal het zijn met de geheel verminkte en onbruikbaar gemaakte wet op den leer plicht. Paul Bert begon voorshands met het voorstel tot geheele verwerping van alle door den Senaat gemaakte wijzigingen. is Dinsdag door de S. W. N. VAN NOOTZM te Schoonhoven, Uitgerai-

Kranten Streekarchief Midden-Holland

Schoonhovensche Courant | 1881 | | pagina 1