IN
1881.
N’. 633.
Zondag 31 Juli.
[ACHINES
AVERIJ
Premie f 25,
lie f 10.
Jodenvervolging.
Weekblad voor Zuid-Holland en Utrecht.
rk.
E
IANK,
FLAIMD,
UPPER te
op de Sluis,
jenheid der
te Gorcrnn,
p den 11. AUGUS-
m des morgens ten
GOROUM na afloop
i« Utaat-
Landbouw.
undige,
Kinderdijk
eer kleine winst
ezelve franco en geeft
i garantie.
gustus 1881,
HAAN,
BINNENLAND.
BUITENLAND.
4
■ente en conditie der
in eens of bij gedeel-
IH.
wordt foor het eerste
druks of 96 bladzijden.
)D.
ien:
eitje. Een Legaat.
je. Fortuin. Over
i Poezy. De heeren
\nd. Standhouden.
■snacht van den Beul.
gebruik, zijn te ver-
i van Toezigt,
1SENDAAL, Notaris,
ticulier ’s Haf
fOORDELOOl
SCHOOiïHOVEHSCHE COURANT.
acht. Toch worden zij
iht wil gaarne kennis
zoo dikwijls heeft hoo-
B 247,
ons, het incaaeeeren
.TNG:
sn Onutreken,”
wer-
Le vlaggen uitgestoken, ter
afzwering van Philips II;
kamer beslissing genomen.
De toestand van President Garfield is
r nog zeer bevredigend. Een stukje klee-
dingstof, met den kogel binnengedrongen,
is van zelf er weder uitgekomen. Een
oogonblik begon men voor bloedbederf te
vreezen; wat echter zich niet bevestigd
heeft. Men heeft naast de wond eene in
snijding gemaakt om den afvoer van stoffen
gemakkelijker te maken. De operatie ge
lukte uitstekend. De laatste berichten
waren weder gunstiger.
Ie het aan met water,
lij haar gisterenmiddag
te vinden zijn en die
orden verteld.
ooteren omvang opge-
k verschenen, en, gelijk
schonden hadden gehouden. Dat de Jood
zoo diep zonk, is niét stjn schande; wel
die van (jen Cferjsten hem zoo diep
'VëFhederde.
In ons volgend artikel zullen wij nagaan
onder welke omstandigheden de afstamme
lingen van het volk Israëls de hun toeko
mende plaats in de huishouding van den
Staat hebben bekomen.
ildelijk daartoe aange-
t 8vo. verkrijgbaar te
n en het familieleven,
erdaad, die titel wordt
ich slechts de periode
soenhjk en arm, doch
raarin KELLER reeds
t, waarin deze familie
10 uren,
aarden uitsluitend uit
llblasrar waard, die
prjjs of premie
non hebben.
morgens ten 9 ure
i F. TRAPMAN te
keuring en loting
ard.
)rden verzocht opgave
irs, berijders en paar-
m ook kleur en ge-
an het adres van den
r of 5 Augustus a. s.
De Secretaris,
H. C O E R T.
Ie verhaal, waarin op
rantwoording van één
Prijs der AdvertentiSn: Van 1 tot 5 regels 0,50. Iedere regel
meer 0,10. Groote letters naar plaatsruimte. Inzending francoen
uiterlijk tot Zaterdags-voormiddags te 10 uren. Alle binnonlandsche
Advertontiënwaarvan de plaatsing 3 maal wordt opgegeven, worden
slechts 2 maal in rekening gebracht
Z. M. heeft benoemd tot nota
ris te Dordrecht M. C. Sigmond, thans
notaris te ’s-Gravendeel.
Doctor Vinkhuizen, lijfarts
des Koning, heeft een bezoek gebracht op
het Loo, ten einde een onderzoek in te
stellen naar de uitwerking der badkuur,
welke Z. M. ondergaan heeft. Naar wij
vernemen, vond de geneesheer den gezond
heidstoestand van den Koning in alle op
zichten zeer bevredigend.
*11H. MM. de Kon in,
giiy zullen de wedloopen op i
Bussum e-
woordigheid
CSOHE WEG,
Deze Courant wordt geregeld lederen Zaterdag-middag verzonden.
Prys: voor Schoonhoven per drie maanden 0,70. Franco per post
door het geheele,. rijk 0,80. Men kan zich abonneeren bij alle
Boekhandelaren, Postdirecteuren en Brievengaarders.
ontwerp. De ondoelmatigheid en onzeker
heid van uitvoering van het Vallei-kanaal
waren zoo overtuigend gebleken, dat hij
het niet voor zijn rekening had durven ne
men. Het enkel nadeel van eenig tijdver
lies bij de Keulsche Vaart wordt door zoo
veel bezwaren bij het Vallei-kanaal opge
wogen, dat de Minister niet aarzelt met
volle overtuiging zijn plan aan te bevelen
als het beste, meest practisohe en goed
koopste.
Nog eenige bestrijders van het ontwerp,
de heeren Van Limburg Stirum, Insinger,
Den Tex en Van Tienhoven hielden den
tegenstand vol; na replieken van den Mi
nister en den laatstgenoemden spreker, Am
sterdams Burgemeester, had de stemming
plaats. De uitslag was dat de regeorings-
voordracht werd aangenomen met 21 tegen
17 stemmen. De Kamer ging daarna op
reces.
ig en Konin-
_r de heide nabij
en Hilversum met hunne tegen-
‘id vereeren.
Z. K. H. Prins Froderik der
Nederlanden heeft het eere-voorzittersohap
aanvaard van de hoofd-commiesie tot voor
bereiding van het feest, hetwelk te Am
sterdam op 5 Aug. a. 8. zal gevierd worden,
ter herinnering aan den zeeslag van Dog-
-Met "2 Aug. s. zullen o. a. de
volgende adelborsten 2e klasse le afdeeling
voor de marine tot adelborst le klasse
benoemd worden: T. Bot, van Sliedrecht;
G. H. Pfeiffer, van Gorinohem; H. Van
Praag, van Oudewater.
In antwoord op een adres van
verschillende steenbakkers in de provincie
Utrecht, waarin bij de Regeering wordt aan
gedrongen om in het vervolg bij Rijkswerken
alleen steenen van Nederlandschen oorsprong
te gebruiken, heeft de Minister van Wa
terstaat enz. te kennen gegeven, dat de
Duitsche steen, voor bestratingen niet ge
schikt gebleken zjjnde, het gebruik daarvan
voor dat doel niet meer zal worden toege
laten dat hieruit evenwel geeno aanleiding
kan worden genomen, om gebakken steenen
van vreemden oorsprong bij de Rijkswerken
onvoorwaardelijk te verbieden.
De heeren A. J. F. Hofman en
J. Paling Hzn., concessionarissen van de
stoomtram van Woerden naar Utrecht, heb
ben de desbetreffende stukken aan den Mi
nister van WaterstaatHandel en Nijverheid
opgezonden en tevens concessie aangevraagd
voor een stoomtram van Woerden naar
Leiden.
De gemeenteraad van Rotter
dam heeft beslotenom aan de Rotterdam-
sche Tramwegmaatsohappij vergunning te
verleenen den stoomtram van Delfshaven
door te laten loopen langs den Mauritsweg
en door de v. Oldenbarneveldstraat tot aan
den Coolsingel, zoodat aldaar aansluiting
wordt verkregen aan den Rotterdamschen
Tramweg.
Naar men verneemt, zjjn de
heeren Kaptijn en Gentis er in geslaagd het
kapitaal te vinden voor de spoorweglijn
Harlingen—Salzbergen. Slechts eene zeer
geringe medewerking van den Staat, de
betrokken provinciën en gemeenten zal vol
doende zijn om het tot stand komon dezer
zoo hoogst belangrijke lijn te verzekeren.
Aan de Vrij dag-namiddag te
Dordrecht gehouden harddraverij met paar
den van zessen klaar namen 11 paarden deel.
De prijs ad f 300, werd behaald door do
„Prinses” van P. Smit Jr. te Rotterdam,
bereden door P. Van Santen, en de premie
ad f 100, door den „Barton” van W. Doon
te ’s-Gravenhage, bereden door A. Bos.
Het gerechtshof te ’s-Graven
hage heeft A. R., laatst ontvanger der re
gistratie en bewaarder der hypotheken te
Goes, wegens verduistering van gelden en
valschheid in geschriften veroordeeld tot 5
jaren tuchthuisstraf en 13 boeten: 1 van
f 7114 en 12 van f50.
Het gerechtshof to Leeuwar
den heeft Agoma, ‘koetsier bij don heer
Bieruma Oosting te Heerenvoen, die in
eerste instantie tot 6 maanden celstraf was
veroordeeld wegens moordbedreiging togen
zijn meester, vrijgesproken van het hem
ten laste gelegde. Na de uitspraak weer
klonk een daverend hoera door de rechtzaal.
Uit Amsterdam wordt gemeld,
dat de reis van Dr. A. Kujjper naar don
Transvaal voorloopig is uitgesteld en althans
dit jaar daarvan niets zal komen.
In vele plaatsen des lands
den Dinsdag d(
herinnering aan de
I.
Er behoort wel een vasteen onwrikbaar
geloof aan de zegepraal van het goedeaan
den vooruitgang van het menschelijk geslacht
toe, om niet somtijds den moed te verlie
zen. Te midden van de juichtonendie we
aanheffen ten einde onze ingenomenheid uit
te drukken met deze of gene overwinning,
door den denkenden geest op de ziellooze
stof behaald, worden we plotseling opge
schrikt door schrille kreten, die ons als
door tooverslag terugvoeren naar het ver
leden, met al zyn onwetendheid en bar-
baarschheidmet zyn gruwelen die we
in onze eeuw en die haar volgen zullen,
onmogelijk waanden. Het gebeurt dat in
hetzelfde deel der aarde en op denzelfden
tijd waarin congressen worden gehouden om
te beraadslagen over de hoogste belangen
der menschheid, troepen gewapenden ge
reed staan tot een stryd op leven en dood
en in het land der vverstandelijke ontwik
keling” bij uitnemendheid, Waar ieder
den mond vol heeft van den lof des grooten
Lessings, die ruim honderd jaar geleden
in zijn >Nathan de Wyze” de heerlijkste
lessen van godsdienstige verdraagzaamheid
gaf, in het land van denkers en dichters,
de bakermat van wetenschap en kunstaan
schouwen we tooneelen van geloofevervol-
ging, die ons met afschuw vervullen.
De Jodenhaat van onze dagen is, helaas!
een verschynsel waarmede rekening gehou
den moet worden. De toekomstige geschied
schrijver zal er zyn aandacht op te vestigen
hebben, en de oorzaken moeten opsporen.
Op dit oogenblik kan zulks nog niet met
volkomen juistheid geschiedenen het is
alzoo niet om op het histoi isch onderzoek
vooruit te loopen, dat we hier het feit be
spreken, maar alleen om de plaits aan
te wyzen, die het in het maatschappelijk
verkeer der volken inneemt In de onver-
zettelüke overtuiging, dat verdraagzaamheid
zoo met een deugd is we kunnen haar
slechts het niet aanwezig zyn van een on
deugd noemen dan toch een noodzake-
iyke voorwaarde vormt om het elkander
hier beneden niet lastig te makenzul
len wy de zaak bespreken zonder harts
tocht, zonder vooropgezette antipathieën,
maar ook met de noodige vrijmoedigheid.
Dat in vroegere tijden de Israëlieten in
onderscheiden landen van Europa scherp
Zyn vervolgd, vloeide voort uit de samen
werking van vele oorzaken. Aan weerszijden
was de geestelyke bekrompenheid onzettend
groot.
Toen in de eerste eeuw onzer jaartelling
en later het wapengeweld der Romeinen de
zonen van den Joodschen staat in alle rich
tingen uitdreef en hen in zekeren zin tot
ballingen en zwervers maakte, voerden zij
met zich, waarheen zij zich ook begaven,
het denkbeeld van hun nationale grootheid,
hun minachting voor allen die niet tot hun
volk behoorden, hun schoone verwachtin
gen voor de toekomst, als wanneer hun
Koninkryk hersteld zou worden niet alleen,
doch hun natje heerschappy zoir uitoefenen
over alle omwonende volken. Inmiddels
was een scherp contrast waar te nemen
tusschen den geest van uitsluiting, destyds
door hen gehuldigd, en de vrijgevigheid
waarmede de >Heidenen” hen in hun mid
den opnamen. In de voornaamste steden
van Klein-Azië vinden wy in de eerste eeuw
een niet onaanzienlijke Joodsche bevolking,
die op goeden voet met haar omgeving
verkeerdedoch zich in zeden en gebruiken
zooveel mogelyk isoleerde. Na den val van
Jerusalem werd natuurlyk dit Joden-element
zeer versterkt en uitgebreid, ook tot on
derscheiden steden van Europa.
Nadat het Christendom veld had gewon
nen, werd de verhouding anders. Tegen
de prediking der nieuwe leer hadden de
Joden steeds een hoogst vyandige stelling
ingenomen, en ook daar waar zy slechts
een weinig beteekenend onderdeel der be
volking uitmaakten, zich met kracht en
macht er tegen verzet. Meer dan één bloe
dige vervolging moet dan ook op hun reke
ning worden geschoven. Dat bij toeneming
van den invloed van het Christendom de
haat wederkeerig was, is niet te verwon
deren; immers de menschen zyn spoedig
genoeg doordrongen van een soort van on-
heiligen geloofsijver; maar opvolging van
het voorschrift der liefde bewaren zy voor
het laatst. De Christen der eerste eeuwen
zag in den Jood het beeld van al wat af
schuw moest wekken; de omgang met hem
stond byna gelyk met aanraking van den
Booze. De onzinnigste praatjes werden toen
en nog eeuwen later omtrent hen rondge-
strooid en gretig geloofd. Zoo by voorbeeld
was het naar men zei hun vaste gewoonte,
op het Paaschfeest een gestolen Christen
kind te slachten en zich door het drinken
van het warme bloed te verkwikken. Elke
ramp, die den bewoners eener stad trof,
werd den Joden verweten; was er pest,
dan hadden zy de bronnen vergiftigd; was
de oogst mislukt, de Joden hadden door
hun handelingen den toorn des hemels op
gewekt; vernielde een brand de huizen, de
Joden hadden den Booze verzocht, het helsche
vuur aan te brengen. Geen Israëliet was dan
veilig voor de volkswoedewat niet vluchten
kon werd omgebracht. De afzondering der
Joden werd nog dieper dan ooit, en zoo
groot was de afkeer dien men jegens hen
koesterdedat zelfs het vermoeden van on-
wettigen liefdesomgang met een lid van het
verachte ras een beschuldiging van hek
serij en men weet wat dat toen betee-
kende! kon na zich slepen. Van een wet
tige echtverbintenis kon natuurlyk in de
verste verte geen spraak zijnwelk priester
zou zyn stand hebben durven onteeren door
zulk een huwelijk in te zegenen!
Van toen af nam het zwervend leven der
Joden eerst recht eenaanvang, en zelden
heeft een volk aandoenlyker worsteling te
doorstaan gehad. Dat zij in den stryd niet
geheel en al zyn ondergegaan, pleit wel
nadrukkelyk voor de levenskracht hunner
natievoor de onbuigzaamheid van het
eenheidsbegrip, dat hen overal vergezelde,
en voor de macht van de overtuiging dat,
ondanks de tegenwoordige wederwaardig
heden, de geheele aarde eenmaal hun erf
deel zou worden. De loop der tyden
heeft veel van deze en soortgelijke illusiën
weggevoerdmaar het is vry zeker dat
zy de voornaamste en hechtste steunsels
zijn geweest die hen in de verdrukking
hebben staande gehouden.
Afgescheiden van het maatschappelijk ver
keer, in de onmogelijkheid om door han
denarbeid in hun onderhoud te voorzien,
legden zy zich op den handel toe. Alles
werkte daartoe mee. Hun omzwervingen
hadden hun zeker wereldburgerlijk karakter
gegevenzoodat zy goed op de hoogte wa
ren van hetgeen hier te veel, elders te
weinig werd aangetroflenvoorts zat er de
handelsgeest al van ouds indoordien zy af
komstig waren van de Oostkust der Mid-
dellandsche Zee en in veelvuldige aanra
king kwamen met de Phenicicrs. Van lie
verlede, toen zij telkens waren blootgesteld
aan het gevaar, oogenblikkelyk hun woon
plaats te moeten verlaten, en zy dan geen
omvangrijke bezittingen konden medevoe
ren, beyverden zij zich zulke voorwerpen
te bekomen, die gemakkelyk mede te ne
men en zoo noodig te verbergen waren. In
de Middeleeuwen was de handel in kost
baarheden fijne geweven stoffenedelge
steenten, gouden sieraden geheel het pri
vaat domein der Israëlieten geworden, en
de prachtlievende ridderschap, hoezeer ook
besmet door den heerschenden Jodenhaat,
moest zich toch wel van de tusschenkomst
van de vijanden deS »geloofs” bedienen om
haar zucht naar weelde te bevredigen. Er
kwam meer by. De onzekerheid waarin
de Joden steeds leefden, dwong hen tot
spaarzaamheid, die niet zelden in schraap
zucht ontaardde. Deze laatste werd gaan
deweg een der meest in het oog vallende
karaktertrekken van de Joden, en tegelijk
voor hen een bron van nieuwe ellende. Als
straks een aanzienlijke, door buitensporig
hooge uitgaven, door dobbelspel of door de
kansen van den oorlog verarmdomzag naar
middelen om voor een tijd uit den nood te
gerakendan moest zyn aandacht wel val
len op den verachten Jood, met wien hij
niet gaarne onder één dak den nacht zou
doorbrengen, doch in wiens geldkist hij
erg graag een duchtigen greep zou willen
doen. Edellieden van den eersten rang, ja
zelfs vorsten moesten vaak met den Israë
liet in onderhandeling treden, en deze wilde
wel leenenmaar alleen tegen zeer hooge
rente. Het mozaïsch voorschrift dat zich
tegen het nemen van intrest verzet, achtte
hij niet voor zijn onderdrukkers te bestaan.
En waarlijk, het zou onbillyk zyn hier geen
verzachtende omstandigheden te pleiten.
De Jood was zoo weinig zeker, zyn geld
terug te zullen krygen, dat hy wel door
hooge rente zyn verlieskans eenigermate
moest waarborgen. Tegenover regeerende
personen was hy minder hebzuchtig; en
kon hij door opoffering van kapitaal de be
scherming van hooggeplaatsten voor zich
en zyn geloofsgenooten verkrygendan was
hij daartoe gaarne bereid. Daarmede nam
dan ook de rechtszekerheid van de Israë
lieten toe, en eerlang kwam er een tyd
dat men hen niet meer zoo straffeloos kon
plunderen. Toch bleven zy buiten de maat
schappij staan, bewoonden afzonderlyke
kwartieren der stad die ’s nachts werden
afgesloten, mochten geen uiteilyk vertoon
van weelde dragen, ja, waren hier en daar
genoodzaakt zich van een bepaald voorge
schreven onderscheidingsteeken te voorzien,
en hadden telkens uitbarstingen van do
volkswoede te duchten, waartegen de over
heid niet bij machte was hen te bescher
men, of plotseling opkomende verbannings-
besluitendoor een vorstelyken gril inge
geven, en waardoor zij gedwongen werden
met vrouw en kinderen een goed heenko
men te zoeken. Dat onder zulke omstan
digheden menige ongunstige karaktertrek
zich bij de Joden ontwikkelde, is waarlyk
niet te verwonderen. De Middeleeuwsche,
door onderdrukking zedelyk verminkte Jood
is een woekeraar, een bedriegelyk scha-
cheraar, een slaafsch wezen geworden,
met uitzondering van enkele edele figuren,
die de vroomheid hunner vaderen onge- Dienovereenkomstig
8TATEN-GENERAAL.
In geen langen tijd zijn de vergaderingen
der Eerste Kamer, ofschoon thans vallende
in een tijd waarop gewoonlijk de leden on
zer volksvertegenwoordiging een welver-
diende rust genieten, zoo belangrijk geweest
als deze week. Inzonderheid die waarin de
voordracht betreffende het Rijnvaart-kanaal
werd behandeld, trok zeer de aandachtna
genoeg alle leden waren op hun post, en
de tribunes stampvol.
Maandag werd, nadat de Minister van
Waterstaat geantwoord had op het verslag
der Commissie van Rapporteurs en de heer
Cremers het ontwerp had bestreden, de ver-
hoogingspost ten behoeve van den Rotter
damschen Waterweg aangenomen.
Naar aanleiding van een rotvraag tot
bekrachtiging van oredieten, door den Gou-
verneur-Generaal van Nederlandsch Indië
geopend boven de Indische begrooting over
1879, ontspon zich een debat over de pu-
bliceering der Atjeh-stukken, waarop de
heeren Van Akerlaken en Fransen van de
Putte met kracht aandrongen, in verband
ook met de toezegging des Ministers, dat
de geheimhouding, den leden der Kamers
ten aanzien dier bescheiden opgelegd, zou
te
ten sprekers ook het eerste. De Min., die
zijn belofte erkende en -teveris mededeelde
dat hij reeds in 1880 ’s Konings machtiging
tot openbaarmaking had gevraagd en ver
kregen, meende echter de vervulling dier
belofte nog te moeten uitstellen, om den
twist over Atjeh, die thans een weinig be
gint te verflauwen, niet op nieuw aan te
wakkeren. 1
Dinsdag was eerst aan do orde de ver-
hoogingspost voor subsidie aan de water
schappen van Hoog-Hemaal en Oijen, die
met 30 tegen 8 stemmen werd aangenomen,
nadat van weerszijden de billijkheidsgronden
waren besproken. Daarna ving het kanaal-
debat aan. Zes tegenstanders, slechts één
voorstander van het Merwede-Kanaalplan
kwamen aan het woord. De heeren Bor-
sius, Den Tex, Viruly, Blijdenstein, Insinger
en Do Sitter wezen in hun redevoeringen
voornamelijk op het onvoldoende der ver
beterde Keulsche Vaart, op den tegenstand
van Amsterdam, op het verkeerde om 12
millioen uit te geven voor een werk van
twijfelachtig nut, op den schadelijken om
weg en de daaruit voortvloeiende tjjdsver-
spilling in de vaart van Amsterdam over
de Merwedo naar den Rijn; altemaal on
derdoelen der quaestie, die in de Tweede
Kamer met de noodige uitvoerigheid zijn
besproken. De heer Van Naamen van
Eemnes verklaarde zich vóór het ontwerp,
omdat het aangeboden kanaal niet slechts
mot de Amsterdamsche belangen, ook met
die van andere plaatsen rekening houdt;
voorts mogen de Staten-Generaal niet mede
werken om door kunstmatige middelen de
concurrentie met het buitenland mogelijk
te maken.
Woensdag nieuwe bestrijders zonder
nieuwe argumenten; de meeste sprekers,
de voordracht bestrijdende, plaatsten zich
op het standpunt van Amsterdam en van
don handolsstand der hoofdstad. Dit deden
de heeren Van Akerlaken en Carsten, dit
deed met bijzonderen nadruk en overtui
ging de heer Van Tienhoven, die bovendien
liet uitkomen dat de quaestie der kortste
Rijnvaart aan de orde is sedert 1875, toen
de Min. Heemskerk het plan vastknoopte
aan do gedeeltelijke droogmaking der Zui
derzee. De heer Van Limburg Stirum be
pleitte op technische gronden een kanaal
langs Tiel mot bevaarbaarmaking van den
Rijn; over het aanhangige ontwerp was
zijn oordeel eveneens ongunstig. De ver
dedigers der voordracht waren de heeren
Fransen Van de Putto, Stork, Huijdecoper
Van Maarsseveen en Merkes Van Gendt;
dozo sprekers vonden den aandrang van
Amsterdam ongepast, de beschouwing in
do hoofdstad zeer eenzijdig; eerstgenoemde
verwachtte dat na de aanneming van het
ontwerp do storm wol opstoken doch weer
spoedig bedaren zou. De heeren Pické,
Van Swinderen en Cremers maakten de op
merking, dat er moer gesproken was over
do houding van Amsterdam ten opzichte
der voorgedragen wet, dan over die wet
zelve; dat het technisch en financiëel be
wijs, als zou de voorgesteldo uitgaaf vol
doende zijn gebillijkt, door niemand nog
was geleverd. Alle drie loden verklaarden
tegen do voordracht te zullen stemmen.
In do zitting van Donderdag voerde de
Minister het woord ter verdediging van het
een rente van 3 pCt.
Overzicht
Het Engelseh Lagerhuis heeft Zaterdag
onder do daverendste toejuichingen het
laatste artikel van de lersche landwet af
gehandeld, die nu zal verzonden worden
aan het Hoerenhuis. Welk lot die wet
daar beschoren zal zijn, zal te bezien
staan. Zeer zeker zal men hem daar moeten
aannemenmisschien echter na groote
verminkingen. ’t Moet zelfs voor lords
wel eens moei el ijk zijn om hunne bijzondere
belangen beneden die van ’t algemeen te
stellen. Hoe ’t zij, onze oude Gladstone
heeft zich in deze weder kranig gehouden.
Maandag wachtte hem weder een aange
naam debat. Twee moties in zake de
Transvaalsche politiekeen van Hicks-
Beach gewezen minister, tot afkeuring
en een votum van vertrouwen van Rathbone.
Gladstone verdedigde de gedragslijn der
Regeering, op grond van de gebleken on
wil van de bevolking. Engeland had zich
de contróle over de buitenlandsche aan
gelegenheden voorbehouden en het recht
van veto bedongen, voor alle wetten die
de inboorlingen betroffen. Ook onderhan
delde men ten gunste van deze laataten
om hen het recht van grondbezit te ver
zekeren, en te verkrijgen dat hun een
belangrijk deel van het gebied worde toe
gewezen. Het eind was dat Hicks-Beach
de nederlaag leed door verwerping met een
derheid van 109 stemmen.
Aan boord van een stoomboot to Liver
pool zijn twaalf helsche machines gevonden,
bestemd om op zekeren tijd te ontploffen.
De Minister van Binnonlandsche Zaken ver
klaarde dat deze zaak hoogst waarschijnlijk
met een voorgenomen aanslag der Fenians
in verband staat.
De Pauselijke Secretaris van Staat moet
een circulaire hebben verzonden aan alle
Nuntiussen, om de aandacht der regeerin-
gen te vestigen op de zoogenaamde vervol
gingen waaraan de Katholieken in Italië
blootstaan, waardoor bijv, de Paus, als dit
eens noodig was, niet ongedeerd het Vati-
kaan zou kunnen verlaten. Stellig een ge
volg van het gebeurde bij de overbrenging
van ’s Pausen lijk. Wat do handelingen
van eenige heethoofden te maken hebben
met den toestand van een geheel land kun
nen we veilig aan den heer Jacobini ter
beslissing overlaten. Zooveel is zeker dat,
wanneer de tegenwoordige Paus het Vati-
kaan zou willen verlaten, er wel niemand
zou zijn, die dit Z. H. zou willen beletten
indien althans geen aansloot aan de tegen
standers werd gegeven.
De tusschen Turkije en Frankrijk be
staande moeielijkheden over Noord-Afrika
zijn vereffend, doordien Frankrijk geen an
nexatieplannen voedt. De Havas verklaarde
dit in eene officieuse nota. De Turquie kon
niet nalaten daarover zijne blijdschap te be
tuigen, met het oog op de sedert eeuwen be
staande vriendschap tusschen beide landen.
De veroordeelden wegens den moord op
Sultan Abdul-Aziz hebben gratie gekregen.
Het vonnis is veranderd in opsluiting in
een vesting.
Loris Melikof, door den Czar ontslagen
van do leiding der zaken in Rusland, heeft,
toen hem gevraagd werd weder de zaken
op zich te nemen, voor die eer feestelijk
bedankt. Tien nihilisten zijn te St. Peters
burg gearresteerd ten gevolge der bekente
nissen van een der hunnen, die, door het
lot aangewezen om een moord ten uitvoer
te brengen, de hand aan zich zelf sloeg.
Jesse Helfmann, deelgenoote aan den
moord op Keizer Alexander II, heeft, naar
thans officieel wordt gemeldniet alleen
uitstel van executie van het doodvonnis
gekregen, maar geheele ontheffing, met ver-
oordeeling tot levenslangen dwangarbeid.
Tot verzoening van het Duitsche en
Czechische element in Bohemen is door do
Oostenrijksche regeering een nieuwe stad
houder benoemd, die aan de door hem ont
vangen commissie uit den Landdag ver
klaarde zich buiten alle partijen te zullen
houden en bescherming beloofde aan allen
die de wetten eerbiedigden en Oostenrjjk
lief hadden, onverschillig waartoe zij be
hoorden. Worden deze woorden door daden
bevestigd, dan mag men daar een meer
vredelievenden geest als aanstaande be
schouwen.
De Fransehe Kamer nam deze week de
drukperswet aan, geheel zooals die door don
Senaat was gewijzigd. Die wijzigingen
waren grootendeels in liberalen zin. An
ders zal het zijn met de geheel verminkte
en onbruikbaar gemaakte wet op den leer
plicht. Paul Bert begon voorshands met
het voorstel tot geheele verwerping van alle
door den Senaat gemaakte wijzigingen.
is Dinsdag door de
S. W. N. VAN NOOTZM te Schoonhoven,
Uitgerai-