il
I
II
Wffl.
N°. 713.
1883.
Zondag 11 Februari.
KMEID
ELS
n
i
I*
-fl
i.
Weekblad voor Zuid-Hólland en Utrecht.
i
4
h
u Nooten.
Coupons,
6,
A.
I I
It
rJ
-Honig,
BINNENLAND.
Het kruitmsgazjjn van
Europa.
BUITENLAND.
I
BNS te Moord*
85, wei- dito
lo. Kipeieren
j
t op zegel.
S. W. N. VAN NOOTEN te Schoonhoven,
Uitgeven.
t., 2de qual.
ilverenlate
00; Schapen
evering 48 a
n 6 a 8 weken
SCHOOKHOVEN8GHE COURANT.
Terral.
onnoodig zich
kunnende te-
het licht
van ler-
Londen
ngev. 9 paar-
m, 99 vette
re kalveren,
371 varkens
47. jeen, te-
i, mits een halve
inde.
0 en daarboven
ndsen verstrekt.
de zegelwet, zijn
registratie en do-
i. de volgende in-
I
r kilo.
e qual. £76,
&80 ets.
e weekmarkt
uu, 11 wa-
Bgende 2125
f 27 30,00,
ar 1 wagen
’g-
Schoonhoven.
ITEN.
)ter: le qual.
alf kilo; kaas
28 ct, overloo-
30, lammeren
a 26 ets. per
10 per stuk;
Zeeuwsche
f4,80, Roode
toliter.
,00.
lint f 16 i 18,
epzaad £8il0.
Witte polder-
dito f 9,50 i
9,75 k 10,50.
£5,10 i 6,00.
zaad £9,75 h
8,75.
,50, 2e qual.
f33 34,50.
andel buiten
verbetering kunnen komen.
Niet dat wy zoo i
met de manier waarop
Europa
neeien
maar
>er half kilo.
15 ot. per half
1,50 per week,
titere kalveren
k 18.
arwe f9,75 a
75, witte dito
f6,75 k 7,00.
f8,75 k 4,00.
«r 150 stuks
weder minder
>r kalikoeien
>n.
f koeien f220
i, dito vaarzen
k 175, melk-
an f30 k 65,
aan de Boek'
NOOTEN te
DO.
den persoon des Konings te uiten, door een
voorstel tot vermindering van diens inko
men met 80.000 kronen!
Spanje» Cortes hebben met bjjna alge-
meene stemmen verklaard den gebruikelijken
eed te willen behouden. Veel voorstanders
voor de afschaffing vindt men dus nog niet.
«kenden, door
van Financiën
n van Gezegeld
dat de nieuwe
irknjgbaar zyn.
ien en k 6 Cents
8CH, P. G,
aigen tijd bij de
rmoezerij
ich terstond of
m verder opge-
Prijs der Advertentiën: Van 1 tot 5 regels 0,50. Iedere regel
meer 0,10. Groote letters naar plaatsruimte. Inzending francoen
uiterlijk tot Zaterdags-voormiddags te 10 uren. AUe binnenlandsche
Advertentiën, waarvan de plaatsing 3 maal wordt opgegeven, worden
slechts maal in rekening gebracht.
ember 1877.
EIMER Maias,
in vriend werd
myn hoesten
ieerdgelieve
den.
urgemeester.
amber 1877.
ik van den mij
ig zeer veel be-
eenige flacons,
urgemeester.
t verkrijgbaar
n fl. 2.— die
ons van fl. 1.—
le, en flacons
die van witte
sieu zijn, waar-
te
Wolff Zn.:
Gorinchem bij
bij J. D. den
lasveldLek-
re; Oudewater
Iwjjk by C. G.
aan waarvan we zouden meenen dat zij pas
gisteren zijn geschreven, zoo weinig ver
andering is er, ondanks al hetgeen er ge-
i sommige Russische .toestanden
De voorrede van gezegd werk reeds,
waarin de schryver meest over zichzelf
spreekt, werpt een eigenaardig licht op
Russische toestanden. We lezen daar:
>Myn vertrek naar het buitenland is
sinds lang voorbereidde eerste gedachte
daaraan is in 1852 bij mij opgekomen.
In de zeven laatste jaren van de re-
geering van Keizer Nicolaas, 18481855,
was het règeerings-systeem dat op Rusland
drukte afschuwelykmen moet er de
zwaarte van gevoeld hebben om het op zijn
juiste waarde te schatten. De pers geboeid,
het woord telkens bedreigd, het reizen be
lemmerd, overal spionnen binnengeslopen,
staatkundige politie over geheel het land
heerschende, aanhoudende verbanningen,
de hokken in de vestingen van Petersburg
en Schlusselburg vol ongelukkigendaar
neder geworpen zonder onderzoek en be
waard zonder proces
Ik had eerst plan gemaakt beurtelings
een jaar in den vreemde en een jaar tus-
schen Moscou en mijn landgoederen door
te brengen In 1851 vroeg ik een buiten-
landschen pas. Prins Orlof, chef van de
Staatkundige politie, liet my antwoorden
dat hij meende er den Keizer niet over te
moeten spreken, aangezien hy zeker was
van een weigering. (Destyds was de Kei
zerlijke machtiging onmisbaar om een pas
te krijgen voor een reis buiten de grenzen.)
In Maart 1852 kreeg ik verlof te Peters
burg te wonen, hetgeen my sinds 1844
verboden was geweest. In November van
eerstgenoemd jaar waagde ik een tweede
poging om een pas te krijgen
mij tot generaal Dinitri Bibikow, die pas
tot Minister van Binnenlandsche Zaken was
benoemd. Z. Exc. ontving myn verzoek
met welwillendheid en beloofde mij het
den Keizer te zullen voorleggen. Generaal
Doubelt, onder-chef van de staatkundige
politie, en die haar als onbeperkt heerscher
bestuurde m naam van den zeer luien en
zeer zorgeloozen Prins Orlof, ontbood my
bij zich, en verklaarde my dat, zoo ik myn
aanvraag niet introk, ik mij zou blootstellen
aan het gevaar, de grootste onaangenaam-
'heden te ondervinden en bitter berouw te
gevoelen over mijn stijfhoofdigen aandrang
tot het verkrijgen van een pas. Ik nam
vier-en-twintig uur beraaden begreep dat
het dwaasheid was met een onzinnig en
tevens onbeschoft gouvernement in discussie
te willen treden. Ik besloot myn verzoek
terug te nemen, en tevens om het vader
land te verlatenom mij te onttrekken aan
deze slavernij, teneinde mijn verder leven
in vrije landen te slijten. De hoop op het
verkrijgen van een pas verloren hebbende,
maakte ik plan tot de vlucht, en ik zou
het ten uitvoer hebben gebrachtals Keizer
Nicolaas langer had geleefd en men aan
myn wettelyk geoorloofd vertrek by voort
during hinderpalen in den weg had gelegd.
Teneinde my in den vreemde een onaf
hankelijk bestaan te verzekeren, moest ik
voorzorgen nemen met betrekking tot myn
fortuindaartoe waren drie of vier jaren
noodig.
In 1853 barstte de oorlog los. Gedurende
den strijd wilde ik het land niet verlaten,
dat zou ongepast geweest zijn. De krijg
duurde nog voort toen Keizer Nicolaas stierf
en Keizer Alexander den troon besteeg.
Hij is een loyaal, een goed vorst, be
zield met de beste bedoelingen. Ware hy
een constitutioneel monarch geweest, der
halve in een positie geplaatst die hem ver
gunde goed te doen en te regeeren naar
den wensch der openbare meeningzonder
dat zijn omgeving in zyn naam kan re
geeren en kwaad doen, dan ware Alexander
II aangebeden geworden door zyn pnder-
danen, en het nageslacht zou zyn naam
gezegend hebben. In plaats daarvan, en
ongelukkig voor hem op den Russischen
troon gbkomen op een tydstip waarop ons
land, op straffe van verval, een algeheele
gedaanteverwisseling moet ondergaan
waarop het oude gebouw van alle kanten
kraakt en in puin dreigt te storten waarop
het dringend noodig is geen tijd te ver
liezen orn een nieuw op te richten, voor
welks grondvesting het genie en de geest
kracht van een Peter I niet overbodig zou
den geweest zyn, op zulk een tijdstip
vond Alexander II zich in een toestand
geplaatst gelijk het noodlot méérmalen be
reid heeft voor vorsten even uitnemend en
loyaal als hij: den toestand, om misschien
geroepen te worden de misslagen en de
misdaden van zyn voorgangers te boeten;
onverbiddelijke wet der onbeperkte mo
narchieën
Bij de tijding van den dood van Keizer
Nicolaas, herademde geheel Rusland, en
ik evenals al myn landgenooteneen kleine
mindeiheid uitgezonderdik verheugde mij
een einde te zullen zien aan een gehaat
stelsel. Echter, zij die even als ik de
mannen kenden die aan het loer waren
geplaatst of op het punt stonden er aan
te komendie den werkelyken staat van
zaken wistendeelden geenszins in de fraaie
doch bedriegelyke illusiën waarmede de
meerderheid des volks zich gedurende drie
of vier jaar liet in slaap, wiegen.
De leger zal het^et.onsv eens zijn, dat
Prins Peter Dolgoroukof’ eeh zeer juisten
blik slaat in den toestand van zijn land
hetgeen hij verwacht of met bijna profeti-
schen blik voorspelt, is juist zoo gegaan.
Wanneer wij dus in een volgend artikel
bij sommige deelen van zijn werk »De
waarheid over Rusland” wenschen stil te
staan, om aan te toonen dat het in vele
opzichten nog eveneens gesteld is in het
Ryk van den Czaar als omstreeks den tijd
van den Krim-oorlog, dan gelooven we
eenige opmerkzaamheid te kunnen vragen
voor de denkbeelden van een schryver, die
wellicht een der voorloopers was van den
Russischen Prins Krapotkin en zyn geest
verwanten, maar zedelyk oneindig hooger
stond.
tot 31 Meiverbljjf te honden.
Den zomer zullen HH. MM. gedeeltelijk
op het Loo en gedeeltelik op Soeatdgk
doorbrenger».
Tot voorzitter vin den pol
der Vliet en Dijkveld, onder de gemeenten
Haastrecht en Hoenkoop is (in de plaats van
den heer C. B. Verheul te Ondewater)
gekozen de heer H. A. Montijn Azn. te
Roosendaal, gemeente Haastrecht, met 60
stemmen. De heer T. G. Gaikhorst te
Hoenkoop had 22 en de heer J. De Ruwe
te Oudewater 3 stemmen op zich vereenigd.
Aan Dijkgraaf en Hoogheem
raden van de „Krimpenerwaard” is door de
heeren Johannes Meyer, Hermanus Van
Woudenberg en Albertus Van Woudenberg
te Schoonhoven vergunning gevraagd tot
het afgraven van den Hemschen boomgaard
(aau den Lekdijk onder Berg-Ambacht),
tot eene diepte van minstens 0.25 M. boren
gewoon Berg-Ambacht’s zomerpeil. Zooals
men weet, wenschen genoemde heeren al
daar een steenfabriek aan te leggen.
De heer P. M. Montijn, notaris
te Goudadoet een beroep op alle Neder
landers die belang stellen in de toekomst
der Transvaalom aan de Boeren als blijk
van hulde eenige kanonnen aan te bieden.
Dat die toekomst (zegt hy) nog zeer
duister mag heetendat de Transvaalin
weerwil van den persoonlijken moed der
ingezetenennog steeds bedreigd wordt door
vijanden van rondomdat het door hen op
de barbaarschheid veroverd land nog steeds
in zijn ontwikkeling wordt belemmerd door
omstandighedendie ik overbodig acht te
noemenzal niemand mij durven tegen
spreken.
Dese Courant wordt geregeld iederen Zaterdag-middag verzonden.
Prjja: voor Schoonhoven per drie maanden 0,70. Franco per post
door het geheele rjjk 0,80. Men kan zich abonneeren bij alle
Boekhandelaren, Postdirecteuren en Brievengaarders.
Z. M. heeft benoemd tot notaris
te Rotterdam, J. Metz, cand.-not. aldaar.
Bij kon. besluit is pensioen
verleend ten laste van den Staat aan O. J.
Abraas, gewezen rijksveldwachter der 2e kl.
(brigadier), ten bedrage van f350.
De Minister van Oorlog heeft
ter kennis van het leger gebracht, dat zonder
voorkennis geen kopie mag genomen wor
den van kaarten, waarop bestaande verde
digingswerken voorkómen op grooter schaal
dan 150.000, of van andere op de verde
diging des Rijks betrekking hebbende ge
heime gegevens.
Ook het op andere wijze verkrijgen en
nog veel meer het verspreiden of in den
handel brengen van deze en dergelijke ge
gevens omtrent verdedigingswerken of ver-
dedigingsliniën van het Rijk is ten strengste
verboden.
De Minister van Justitie, vol
doende aan de opdracht, hem door Z. M.
den Koning gedaan, heeft aan den briga-
dier-majoor der Rijksveldwacht N. Lamen
en aan de overige Rijks veld wachters, die
dezer dagen op de terreinen van de kruit
fabriek nabij Muiden hebben dienst gedaan,
’s Konings hooge tevredenheid over hun ge
drag betuigd. De namen der Rijksveld-
wachters, die zich bij deze gelegenheid by-
zonder hebben onderscheiden, en de grati
ficatiën, hun toe te kennen, zullen nader
vermeld worden.
Door Gedeputeerde Staten van
Zuid-Holland is bepaald
1°. dat de uitoefening der jachten op wa
terwild wordt gesloten op Donderdag 1
Maart a. s.;
2°. dat do uitoefening van het weispel
met kwartelen met steekgaren en vliegnet,
is toegelaten van 28 a. s. tot en met 7 Juli
d. a. v., doch dat het vliegnet in geen geval
tot het tirasseeren van kwartelen mag wor
den gebruikt;
3n. dat de visscherij in de binnenwateren
waaronder ook worden verstaan rivieren door
sluizen afgeslotenzal zijn gesloten van den
2en April a. s. tot en met 2 Juni d. a. v.,
met uitzonderinga. van de visscherij door
middel van fuiken aalscharen aalkorven
dobbers en door peuren naar aal en paling
6. van de visscherij met de gebbe om kleine
vischjes te scheppen tot aas voor dobbers
4°. dat het visschen met kuilnetten, waar
onder ook behooren ankerkuilen en staalboo-
men van den 2en April a. s. tot en met
16 Juni d. a. v. is verboden;
5°. dat de kooilieden hunne kooieenden
in dit jaar moeten opsluiten of ophokken
van den lOen Maart tot en met 28 April en
van 9 Juni tot de opening der jacht op
waterwild.
Ten gevolge van aan den Mi
nister van Financiën gedane vragen betrek-
keiyk de toepassing van x
door den ontvanger der i
meinen te Dordrecht o. a.
lichtingen ontvangen:
Dat kwitantiön bovon de f 10 al zijn zij
niet geschreven en de handteekening daar
onder met een stempel gesteldja zelfs wan
neer de naam er eenvoudig onder gedrukt
staataan het zegelrecht van 5 centen on
derworpen zyn om reden art. 1 der wet van
11 Juli 1881 de kwitantiën aan dat zegelrecht
onderwerptonverschillig in welken vorm
de stukken zijn opgemaakt.
Dat in de bestelboekon van schippers en
bestellers van publieke ondernemingen van
invoer, waarin voor de ontvangst van gel
den door de ontvangers wordt geteekend
voor iedere betaling boven de f 10 een plak-
zegel van 5 centen moet gebezigd worden.
Wanneer de schipper of besteller geld voor
een ander incasseertis hij dat geld schul
dig aan dongeen voor wien hij de incassee-
ring doet, en strekt de afteekening van
dezen tot bewijs van het te niet gaan eener
geldschuld.
Betalen zij voor een ander eene rekening,
dan zullen zij deze wel meestal voldaan ge
teekend terug ontvangenzoodat de aftee
kening in het bestelboek niet te pas komt.
Geschiedt dit toch of wordt goeno afzonder
lijke kwitantie afgegevenalsdan bewijst de
afteekening in het boekdat hij die de
afteekening doethet hem toekomende geld
ontvangen heeft en dat er dus eene geld
schuld is te niet gegaan.
De Koning on do Koningin
zijn voornemens, vergezeld van Prinses Wil
helmina, dit jaar reeds den 27sten Maart
met een talrijk gevolg hun jaarlijksch be
zoek aan do hoofdstad des Ryks te brengen.
Tot 3 April zullen HH. MM. te Amsterdam
verblijven en van daar direct naar Engeland
vertrekken, waar zij voornemens zijn tot 16
April te vertoeven. Op dien datum bege
ven Iw -
Berg in Luxemburg, om daar zes weken,
Het „si vis pacem, para bellum”, is dan
ook volkomen op de Transvalere toepasselijk
zij moeten zich bij tijde weerbaar maken.
Hunne onweerbaarheid toch was eenmaal
het eenige aangegeven motief voor de an
nexatie van hun land. Hoe krachtiger zij
zich dus nu uitrusten hoe meer zijnaar
men gevolgelyk mag aannemenzullen kun
nen worden geacht te handelen in den als-
toen uitgedrukten geest van het Engelsche
gouvernementen hoe minder aanleiding er
zal zijn dat eene gelijke oorzaak voor hen
wederom een gelijk gevolg zou kunnen op
leveren.
Tot medewerking daaraan noodig ik u by
deze uitwaarde landgenooten 1 Op ons toch
rust daartoe min of meer de zedelijke ver
plichting als loten van denzelfden stam
die stamverwantschap herdacht ook de
Franschmandie, tijdens het officieel bezoek
van den Gouverneur van Suriname aan
Cayennede hoofdstad van Fransch Guyana,
in zijn toespraak tot dezen gewaagde van de
Nederlanders als eene natiewelkeklein
in getal, on metelijk groot was door zede
lijke grootheidtentoongespreid tot in den
strijd der Boeren toediezeide hy aan
overgeërfde deugden een meer dan roemrij
ken vrede dankten.
Alle hulde dan ook doende aan de leden
van „Het Groene Kruis”, voor het initiatief
dat zij namen door het aanbieden van een
„album”, als „huldeblijk van Nederlanders
aan dappere stamverwanten in de Transvaal”,
is evenwel een meer tastbaar, meer hoor
baar, meer zichtbaaren wellicht later meer
bruikbaar huldeblijk gansch niet overbodig
te achten.
Het zou mij dan ook zeer verheugental
rijke blijken van adhaesie te mogen ontvan?
gen waartoe voorloopig de toezending van
een briefkaart of naamkaartje voldoende
zal zijn.
Daarna kan een comité van uitvoering
worden benoemd.
Gouda31 Januari 1883. P. M. Montyn.
Naschrift. „Ik heb het oorbaar geacht
omalvorens aan mijn denkbeeld verder ge
volg te gevenaan een mijner vrienden die
in de Republiek eene zeer aanzienlijke Staats
betrekking bekleedtvooraf te vragen in
hoeverre de aanbieding van zoodanig hulde
blijk aldaar gewenscht en aangenaam zoude
zijn. ZEd. schrijft mij, onder dagteekening
van 6 December jl. o. a. ’t navolgende,wIk
heb uwen brief met ingesloten opstel eenige
dagen geleden medegedeeld aaa Z. H. Ed.
den Vice-presidentden heer 8. J. P. Kru-
gerdie zeer gevoelig is voor dit groote
blijk van sympathie.”
Myn berichtgever voegt er in substantie
bij, dat hunne artillerie eene geheele her
vorming vereischt, te meer daar de kanon
nen, hun door de Engelscho regeering ach
tergelaten, in zoo ellendigen toestand ver-
keeren, dat men ze niet durft te gebruiken,
zoodat de regeering der Republiek reeds
bij aanvang zich met de aanschaffing van
eenig geschut onledig houdt, terwijl bij
Staatswet een vast artillerio-korps is ge
organiseerd, waarvoor do regeering gaarne
gepensioneerde Hollandsche militairen zou
wenschen te engageeren.
Uit een en ander volgt, dat, ook wat do
opportuniteit betreftwellicht geen doel
matiger huldeblijk kan worden aangeboden
dan het door mij voorgestelde.
Het O. M. bij het gerechtshof
te ’s Gravenhage heeft tegen don vroogeren
boekhouder J.»der Gorinchemscho bank te
HH. MM. zich naar HDr. landgoederen Gorinchem vijf jaren gevangenisstraf go-
s_ j-- i-—eischt wegens verduistering van gelden.
Tweemaal heeft Fniikr^k. die rei ver'vtRagebracht.
thans moeten wy het aan de andere zijde
van ons werelddeel zoeken. De toestand
van Rusland biedt, gelooven we, voor de
rust van Europa veel meer gevaar op, dan
de woelingen der anarchisten in Frankryk,
der sociaal-democraten in Duitschland,
der fenians in Ierland. Alleen waar
ginds en elders zooveel ontevredenheid
heerscht, zooveel brandstoffen zich op-
hoopen, zooveel verbittering wordt ver
kropt, «—daar is het altijd mogelyk, dat
bij het losbarsten eener oproerige beweging
van eenigen om vang, de revolutionaire
elementen van verschillende landen hun
onderscheiden programma’s buiten werking
stellende, hun byzondere wehschen voor
het oogenblik verschuivende, zich vereenigen
ten einde uit de gezamenlijk gestichte
verwarring de gedroomde voordeelen te
trekken. Dat elke tractie van bet monster
verbond spoedig zou trachten, voor zich
het grootste deel van den buit te veroveren;
dat daardoor de eenheid gauw verbroken
zou worden en de algemeene toestand
weinig verbetering, misschien wel het te
gendeel vertoonen zou, is te natuurlijk en
stemt te zeer overeen met de aanwijzingen
der geschiedenis, dan dnt het nog vermeld
behoeft te worden.
Wij behooren niet tot de alarmisten, die
in elk opstootje op wie weet hu>* grooten
afstand van onze grenzen, den aan vang zien
van de groote sociale revolutie der naaste toe
komst. Het geeft zeker air van diepen
ernst, wanneer men byv. aan het slot van
een redevoering over philanthropic of een
artikel over den arbeid gewaagt van die
geweldige omkeering waarvan het laatste
gedeelte dezer eeuw naar alle waarschijn
lijkheid getuige zal zyn maar, men maakt
er de menschen slechts zenuwachtig door
zonder iets te verbeteren. Op dezelfde
wyze sprak men vroeger aanhoudend van
het vergaan der wereld” als een ding dat
ieder oogenblyk te gebeuren stond.
Niettemin ontkennen we volstrekt niet,
dat de kans op schokkende gebeurtenissen
niet slechts aanwezig, maar zelfs vrij groot
isen, zoo als gezegd is de meeste en
zwaarste onweerswolken hangen aan de
zijde van Rusland.
Men geloove echter niet, dat het slechts
sedert korten tijd zoo is. Het nihilisme
moge betrekkelijk nieuw wezen, zijn oor
zaken liggen vry diep in de geschiedenis.
Sommigen beweren dat het ontwikkelings
proces dat van de Russen een beschaafde
natie moet maken, en dat vóór byna twee
honderd jaar begon, toen Czaar Peter I de
regeering aanvaardde, nog in vollen gang
isdat het staatsbewustzyn en de nationale
geest nog bezig zyn zich te vormen. Alles
kookt en bruist nog voor onze oogen;
godsdienstige sekten woelen dooreen, staat
kundige partyen ontstaan en worden op
gelost, maatschappelijke lagen bezinken en
worden weer opgeheven en dat zal duren-
totdat de kroon het middenpunt is geworden
van het nationaal leven en haar steun vindt
in een goed aaneengesloten, door een ge
meenschappelijk streven naar orde en voor
uitgang bezield volk.
Er is waarheid in die voorstelling, De
Russen zyn een zondciling mengelmoes van
half en driekwart barbaarsche volksstammen,
meerendeels eerst in de laatste twee eeuwen
onder het gebied van den heerscher te
Moscou gebracht. We zien daar gebeuren,
wat overal elders voorviel, de overwinnaars
namen het land in bezit, maakten de be
woners tot slaven, dwongen ze om voor
hen te arbeiden, enz. Alleen, de loop der
gebeurtenissen is wat sneller dan voorheen,
omdat men thans overal in den omtrek
brandpunten van verlichting aantreft; ver
bindingswegen, een vrye pers, scholen, enz.;
zoodat, als wij de geschiedenis van West-
Europa gedurende de achtste tot de veer
tiende eeuw vergelyken met die van Rusland
van de achttiende en negentiende, we vry wat
punten van overeenstemming zuilen vinden.
En toch schynt het, alsof men te Pe
tersburg maar volstrekt niet wil leeren.
Zoolang de onbeperkte monarchie daar
heeischt, en onder bescherming van dat
stelsel een aantal schobbejakken gelegenheid
vinden om het arme volk te kwellen, te
onderdrukken, uit te zuigen^— zal er geen
yselijk'veel ophebben
jp in hfet Westen van
de beginselen van den constitutio-
regeeringsvorm worden toegepast;
dat stelsel waarborgt toch tegen veel
dat anders ongehinderd zou kunnen ge
schieden.
Geen Czaar begrypt evenwel iets van
dat alles.
Voor twintig jaar ruim werd te Parijs
in het Fransch uitgegeven een weik ge-
tWd: />De waarheid over Rusland.”
\S4mryver was een uitgeweken Russisch
edelman van zeer aanzienlyk geslacht, Prins
Peter Dolj
dat boek
Overzicht
Ten slotte zal Prins Jeróme Napoleon
zijn doel nog bereiken! Althans indien hij
zoo verstandig is geweest, zich geen groo
ter resultaat van zijn manifest voor te
stellen, dan de zaken in Frankrijk in de
war te sturen, om daarna in troebel water
te vis^chen.
Een crisis; een nieuw ministerie, op de
moraliteit van enkele welks leden nog al
wat te zeggen valt en eene nieuwe crisis,
zoo niet meer, in het vooruitzicht, zijn de
vruchten van ’s Prinsen inval, waarvoor
hij, door den rechter van instructie, naar
de Raadkamer verwezen is, die te oordee-
len heeft over zaken van hoogverraad.
Met 375 tegen 163 nam de Kamer het
ik wendde pretendenten-wetsontwerpwaarvan de
1 strekking in het laatste overzicht is mede
gedeeld, aan, nadat zij een voorstel van
wijder strekking, ©ogenblikkelijke verban
ning met ongeveer gelijke meerderheid
verworpen had. De Senaat schijnt in deze
gansch niet eenstemmig te zijn met zijne
zuster. De Commissie in wier handen het
ontwerp is gesteld, telt slechts één voor
stander van den maatregel en 9 tegenstan
ders en de verwerping is dan ook zoo
goed als zeker. Te vergeefs hebben de
Ministers van Justitie en Oorlog de
Minister-President is van af zijn optreden
reeds ziek alles in ’t werk gestold om
de Commissie voor hunne inzichten te
winnen. De persoonlijke invloed der Mi
nisters is dan ook niet groot. Twee zyn er
onder, waarbij de Minister van Oorlog,
die, “met verbreking van hun eerewoord, in
1870, misbruik maakten van de vrijheid,
hun door de Duitschers, wier gevangenen
zij warenverleend. Hieraan wordt
voor éen deel toegeschrevendat graaf
Duchatel, ambassadeur te Weenen, ontslag
uit die betrekking verzocht heeft, welk
voorbeeld, naar men vreest, door andere
collega’s zal worden gevolgd.
De toestand is dus alles behalve roos
kleurig en zou wel eens tot zeer bijzondere
gebeurtenissen aanleiding kunnen geven.
Die onverwachte harrewarrerij komt En
geland ten goede, dat daardoor zijn meest
gevreesden tegenstander in de regeling der
Egyptische zaken buiten gevecht ziet ge
steld. Do regeering gaat intusschen rustig
haar gang; door lord Dufferin liet zij don
Egyptisqhen premier weten, dat zij er niets
op tegen heeft, de internationale rechtban--
ken voorloopig te bestendigen. De lersche
zaken brouwen inmiddels nog veel kwaad.
Zooals bij uitgebreide processen bijna altijd
het geval is, hoeft dat, ingesteld togen 21
personen, allen verdacht van betrokken te
zyn geweest in aanslagen op het leven van
Staatsambtenaren, zóóveel aan I
doen komen, dat de Onderkoning
land, lord Spencer, plotseling naar
ontboden of althans vertrokken is, en de
Ministers herhaaldelijk over de zaken van
het eiland beraadslagen. Wanneer straks
het parlement bijeenkomt, dat tegen den
15en is bijeengeroepen, zal er misschien
wel een en ander van uitlekken. Gladstone
is zoo goed als geheel hersteld en zal wel
dra do terugreis van Cannes aannemen.
Eindelijk zal het er toch van komen dat
Rusland's Czar officiéél als zoodanig zal
worden gekroond. Zelfs kondigt hij die
plechtigheid in een manifest aan zijne on
derdanen aan, als reden voor de vertraging
opgevende, de noodzakelijkheid, dat eerst
de gemoederen des volks, in beweging ge
bracht door don moord op zijn vader, wat
bedaarden.
Om zich al vast op de plechtigheid voor
te bereiden, vertoont de Vorst zich wat
moor en wat vrijer in het openbaar.
De revolutionairen hebben het manifest
beantwoord met een nieuwen eisch van staat
kundige hervormingen, ’t Beste ware wel
als een en ander verstandig samenging.
Dr. Forster, de leider der anti-Semitische
beweging in Duitsclilund, heeft, nu hij den
zin niet kon krijgen, besloten met eenige
zijner geestverwanten naar Paraguay te ver
huizen. Dat heet eerst iets over te hebben
voor zijne beginselen
De radicalen in hot Noorweegsche Shir
ting zyn voornemens hunne antipathie tegen
uitgegeven
«De waarheid over
was een uitgeweken
Igoroukof. Welnu, als we thans
lezen, dan treffen we bladzyden