N°. 757. 1883. Zaterdag 15 December. J .000 RK WAA6EN, en Coupons, A 146, I D A, «ito k 4»/, jaars, te en tyde, mits een halve schuwende. Mlompen j- Hand en Utrecht. Weekblad voor Zuid-i ELENBOOM. i te Huur, ile gemakken voorsten. geluk de hand! iber a. uin dezen dag de epelljk begint. II l C0., Wisselzaak, nber a. s. BUITENLAND. BINNENLAND. De derde aanval. Volgens het de quaestie der Rijks- ton TEN, Schoonhoven. SCHOOÏÏHOYENSCHE COURANT. dros een n zijn volgens het wteld. lende prjjstrekking ewaatborgde Geld- BÜHG. >r het tot nu toe en en terwyl wij juwe verloting ter ;en, zal ook ver* door reëele be leid onzer geëer- erwerven. nnen. ia! bedraagt in het le Hoofdprijs, welke iirger Geldloterij te jkkingen beginnen en teurd door de Re- borgd met het ge en. De Hambur- juiat zoo ingericht e klaMenloterjj, met dat de Hamburger pryzen bevat, die eken worden en als zijn: lark 300,000 200,000 100,000 90,000 80,000 70,000 60,000 50,000 30,000 20,000 10,000 10,000 5000 3000 2000 1500 1000 500 20) 1Ö0 145 4, 100, 94, 67, 40, i f 1000 en daarboven alide fondsen verstrekt. Deze Courant wordt des Zaterdag-morgens uitgegeven, PrQs: voor Schoonhoven per drie maanden 0,70. Franco per post door het geheele rijk 0,80. Men kan zich abonneeren bjj alle Boekhandelaren, Postdirecteuren en Brievengaarders. Winkel van Schoenen Overzicht Al heeft do Fransche Kamer het door de regeering verlangde crediet van 9 mil- lioen franca tot voortzetting van de expeditie in Tonkin ook bevrtlligd, toch kunnen de voorstemmers niet allen geacht worden de politiek der regeering goed te keuren. eeds van het ge- stigd en hebben and in de laatste winsten uitbetaald 250,000,100,000, X) Mark etc. zien dat deze so ar veel deelnemen wij derhalve, om len uit voeren, de ledig mogelijk, in Brussel geheel vernield. Ook do bibliotheek, 250.000 nommers tellendewaaronder stuk ken van hooge waarde, werd een prooi der vlaiwM»u. Moi moeite werden de belendende Ministerie-gebouwen gespaard. Prijs der Advertentiën: Van 1 tot 5 regels 0,50. Iedere regel meer 0,10. Groote letters naar plaatsruimte. Inzending franco, uiterlijk tot Vrijdags-namiddags. Alle binnenlandsche Advertentiën, waarvan de plaatsing 3 maal wordt opgegeven, worden slechts 2 maal in rekening gebracht te zijn op de aannemingssommen. Redenen waarom adressanten zich met gepaste vrijmoedigheid tot Uwe Excellentie wenden met het verzoek, de bepaling van „de steenen moeten zijn van do Waal” uit de bestekken te lichten en te vervangen door de bepaling: „de steenen moeten don Waalvorm hebben” en voorts het gehalte, de kleur en de soorten nader te omschrijven. Naar aanleiding van het Kon. besluit, waarbij de gemeente Muiden is aangewezen als plaats voor de weder op te richten buskruidfabriek „De Krijgsman”, heeft het bestuur der genoemde gemeente zich tot den Koning gewend meteen adres, waarin verzocht wordt, dat als voorzorgs maatregelen het volgende zal worden be paald lo. dat de kruidmagazijnen moeten worden geplaatst op veel verderen afstand van de kom der gemeente dan tot heden het geval was; 2o. dat ten hoogste een voorraad van 10.000 Kgr. buskruid in elk magazijn te gelijk mag worden bewaard; po. dat de noodige bliksemafleiders op do gebouwen moeten worden geplaatst4o.dat van Rijkswege het vereischte toezicht zal worden gehouden, en 5o. dat de eigenaars der kruidfabriek zich moeten verbinden om bij eenige ramp de daaruit te ontstane schade te vergoeden. Aan het Departement van Waterstaat werd 12 dezer aanbesteed: Het maken van verdedigingswerken aan den zuidelijken oever van de Swetsplaat, gelegen langs den rechteroever der Boven-Merwedo, tusschen de kilometerraaien 100 en 101, onder de gemeente Hardinxveld. Minste inschrijver de heer W. Volker te Sliedrecht voor f7960. Burg, en Woth. te ’s Hage hebben 10'dezer o. a. aan besteed Het leveren "van Waal- en Rijnstraatsteen. Minste inschrijvers: voor de Waalsteen de heer P. H. Don Ouden te Zalt-Bommel, h f 14,94, en voor den Rijnsteen, de heer J. H. Meister te Woerden, h f 11,50 de leggen van hardsteenen trottoirbanden. Minste inschrijvers: voor het leveren, de heer A. P. Schotel Gz. te Dordrecht, a f2,07, voor het leggen, de heer H. Jon- genburgor te Waddings veen, f0,65 en voor het herleggen, de heer L. Philips te ’s Hage, a f 0,33 per meter. Gelijk bekend is zal er in het aanstaande jaar 1884 te Amsterdam oene internationale tentoonstelling van vee ge houden worden. Ten einde nu te zorgen dat uit de provincie Utrecht goed puik vee wordt gezonden, hoeft het hoofdbestuur van het genootschap voor Landbouw en Kruid kunde in de proviucie Utrecht de afdeelings- besturen uitgenoodigd, eene commissie te vormen, om zulk veo aan te wijzen en voor primo Februari 1884 het verslag uit te brengen aan het hoofdbestuur. Dat aan gewezen vee wordt dan door eene provin ciale commissie herkeurd, en zoodoende wordt het boste uit de provincie aan het hoofdbestuur bekend, dat daarop trachten zal dat het beste vee wordt tentoonge steld. Te dien einde heeft de commissie voor de afdeeling IJselstein, na daartoe door den voorzitter dier afdeeling te zijn uitgenoodigd, zich geconstitueerd als volgt de heeren G. De Kruijf te Jutfaas, G. Van Bemmel te Lopik, 0. Do Wit te Vreeswijk, G. Van Beuzekom en Jac. Van Vliet, beiden te IJselstein, F. Verweij en Jac. De Groot, beiden te Benschop en ij. Lekkerkerker te Linschoten. Genoemde heeren zullen in de eerstvolgende weken bij de veehouders het vee in oogénschouw nemen en verwachten zij met welwillend heid te zullen worden bejegend. De gemeenten, die door hen worden be zocht, behooron tot de afdeeling IJselstein, en zijn: Benschop, Polsbroek, Lopik, Jaars- 1 veld, Vreeswijk, IJselstein, Jutfaas, Mont- foort, Willige-Langerak en Linschoten. Ingeval de heer G. De Kruijf verhinderd mocht zijn bij de te doene bezoeken tegen- woordig te zijn, dan zal de heer D. Do Kruijf in diens plaats optreden. Het hotel „Coomans”, in do Hoofdsteeg te Rotterdam, zal eerstdaags electrisch verlicht worden. Ten behoeve van dit hotel is namelijk met de firma Willem Smit on Co. te Slikkerveer een contract gesloten tot het exploiteeron eener electrische verlichting gedurende óón jaar, bestaande uit 130 Swanlampen van 35 kaarsen, verdeeld in het hotel, en dón boog- I licht voor den gevel in ’t midden dor j straat, waarvoor een ijzeren boog aldaar 1 wordt aangebracht. Door de Arr.-Rechtban k to 1 Dordrecht zijn veroordeeld: G. v. d. H., te Leerdam, wegens boleediging met woor- J den en visscherij-overtreding, tot f 11 boete, i subs. 7 dagen, f 3 boete, subs. 3 dagen en J f 1 boete, subs. 1 dag gev. T. B.huis vrouw van M. P., te Sliedrecht, wegens i vernieling van afsluiting, tot f 1 boete, 1 subs. 1 dag gev. P. d. H.te Spijk, wegens het niet verschijnen als getuige, tot f10 boete, subs. 3 dagen gev. Ds. E. A. Lazondor te Zegveld is beroepen te Zoeterwoudo en te Oud- Beierland. punt van belang is ildloterij opgesloten it geen nieten, maar n worden; een ieder t eind der 7 klassen t te vroezen, reeds de Nederlandsche een niet uitgeloot doende de kans te S. W. N. VAN NOOTENtrE Schoonhoven, Uitgevers. Menig lid gaf dat vóór de stemming on omwonden te kennen. De loop der gebeurtenis^ is echter van diart —rd. dal »an «ii»lr»ö^fer’ontlernemiiig niet te denken viel en de tpgeering alleen de verzekering kon geven, dat zij gereid was tot eene vredelievende, mits eervolle, schikking mede te werken. Intusschen bleek uit de overgelegde beicheiden, dat de zaak van hot beruchte bericht, volgens hetwelk de Chineesche regering haren gezant te Parijs zou godesavomerd hebben, werkelijk niet in het reine vws, en dat China van eenen aanval op Bac-Ninh en Son-Tay inderdaad een casus ielli maakt. Toch moet Courbet, mag men de jongste berichten gelooven, zich tot der aanval op die plaatsen gereed makenalleen het wach ten op versterkingen maakte, dat niet reeds vroeger de operaties zijn begonnen. Wel licht staan we dan aan den vooravond van een worstelstrijd, die allicht gnoter afme tingen kan aannemen. Volgens de Engelsehe Stanford zouden vooralsnog alleen Engeland, Duitschland en de Vereenigde Staten van Amerika zijn overeengekomen tot eene gemtenschappe- lijke bescherming van de vreemdelingen in Canton, indien het werkelijk tol een treffen mocht komen. Dat die zorg niet voorbarig is, bewijst de nieuwe aanval die de Chris tenen aldaar van de zjjde der bevolking hebben moeten verduren, ten gevolge van eene onvoorzichtige proclamatie van een der legerhoofden, die eene bedreiging tegen al wat vreemdeling was, inhield. Met de Engelsch-Transvaalsche onder- handelingen gaat het als met het weer der laatste dagen. Nu eens wordt de loop dier onderhandelingen als zeer gunstig voorge- steld en verneemt men van oen diner, door Lord Derby aan do deputatie aangeboden, dan weer wordt verzekerd, dat de eischen der Boeren te hoog zijn om door de regeering te kunnen worden aangenomen. Die eischen betreffen voornamelijk de westelijke grens- ging voor vrede- en* scho^sgft^^^rTacSo- ner gelegenheid dan thans om bemiddelend op te treden, nu ze in de gelegenheid is, met beide partijen in dezelfde plaats te conferoeren. Krüger zal aan de uitnoodi- ging daartoe Maandag a. s. gevolg geven. We hebben nog niet vermeld dat O’Don nell, de moordenaar van den verklikker Carey, ter dood veroordeeld is, hoewel hij de jury trachtte te doen gelooven, dat hij niet met voorbedachten rado handelde, al werd de reis naar de Kaap ook opzettelijk met het doel om Carey te dooden onder nomen. Een gerucht wil dat de Ameri- kaansche regeering den treurigen moed zou hebben genade voor den sluipmoordenaar to vragen, op grond dat deze een Ameri- kaansch burger zijn zou. Aan Parnell, den meer diplomatieken leider der lerscho beweging, is deze week te Dublin een banket en een geschenk van 38.000 p. st. aangeboden, als bewijs van waardeering zijner bemoeingen wel een teeken dus dat do partij van verzet in Ierland nog krachtig is. Eene nieuwe troepenmacht tegen den valschen profeet Mahdi in Soudan af gezonden, heeft niet beter succes gehad dan de eerste. Ook een groot gedeelte van dat nieuwe leger, uit 5 compagnieën be staande, werd vernietigd, zoodat de opera tion nu voorloopig gestaakt zijntot dat Baker-pacha, de opperbevelhebber van het Egyptische legermet versterkingen zal zijn aangekomen. Nog gewichtiger wordt de reis van den Duilsclien Kroonprins, nu besloten is op de terugreisdie van Barcelona zal plaats hebbenook een bezoek te brengen aan don Koning van Italië en aan den Paus. Vooral dit laatste bezoek wordt druk be sproken en algemeen toegqjuioht. Een meer doorslaand bewjjs zijner verzoenende en vredelievende gezindheid kon Duitschland wel niet geven. Van dit voorgenomen bezoek is door den Minister van Eeredienst bereids mododqring gedaan aan de Curie. In den Frulsischen Landdag zal een voorstel worden ingediend tot afschaffing der Staatsloterijdat groote kans heeft van te zullen worden aangenomen. Toen we in het laatste overzicht van de beslissing omtrent Joodsch-Christelijke hu welijken in Hongarije melding maakten als oen teeken van vooruitganghadden we niet gerekend op de conservatieve ge zindheid van het Hoogerhuis aldaar. Het heeft de door den andoren tak van verte genwoordiging bereids aangenomen voor dracht verworpen. Ten behoeve dor Ministers in Noorwegen, dio waarschijnlijk weldra ton gevolgo van het proces, waarin zij door toedoen der radicalen gewikkeld zijnveroordeeld zullen wordenzijn door do conservatieven 2 mil- lioen kronen bijeengebracht, terwijl de ko ning eenige ambten voor hen gereserveerd heeft. Het geheim van het Grfeksche batig saldo, waarvan we verleden week melding maak ten zit in eene nieuwe leoning van 170 millioen drachmen tot verbetering dor Ma rine en den aanleg van spoorwegen. Een hevige braud hoeft het palais national, het zittinggebopw dor Tweodo Kamer, in uoten N.fl. 3,60 ets. 0,90 na inzending van i grootste opmerk- geëffeetaeerd. Het in muntbiljetten, het gemakkelijkste tern. postwissel te ngt een ieder van en, met bet Staats- de halveen kwart- Bij het verzenden noodige ambtelijke oegd en verklaren niet overeenkomst trekking terug te ronden geld te re ien der bestellers -registers dadelijk are trekking ont- an een lot onop- jjke trekkingslyst. pryzen geschiedt Regeering. Door kunnen ook de like trekking, ter maars uitbetaald Z. M. heeft benoemd tot ont vanger der dir. bel. en ace. te Bodegrave M. P. Rasch, thans te Gennep o. a. De Minister van binnenland sche zaken heeft aan do Commissarissen des Konings de volgende aanschrijving gericht Bij kon. besluit van 15 October 1883 (Slbl. No. 143) worden de oude koperen centen en halve centen op 31 December 1883 buiten omloop gesteld en is de uiter ste termijn, binnen welken die pasmunt van Rijkswege tegen gangbare munt wordt in gewisseld, bepaald op 31 Januari 1884. Mijn ambtgenoot van Financiën bericht mij, dat nog steeds betrekkelijk geringe bedragen van de oude muntsoort ter in wisseling worden aangeboden en vermoedt dat do bovenbedoelde bepalingen niet ge noegzaam algemeen bekend zijn. Ik heb daarom de eer u te verzoeken de burge meesters in uw gewest uit te noodigen tegen het midden van deze en het einde van de volgende maand, door publicatie of andere doeltreffende middelen de aandacht der ingezetenen op de zaak te vestigen, en hen te wijzen op het geldelijk nadeel waar aan zij zich blootstellen door de oude centen on halve centen niet uiterlijk vóór 1 Februari 1884 in te wisselen aan de kautoren der betaalmeesters of van de ont vangers en commies-ontvangers der directe belastingen, invoerrechten on accijnsen. De Commissie uit de Tweede Kamer, belast met het onderzoek van de ontvangen inlichtingen op de adressen van P. Schelling Zoon en andere steenfabri- en te Assen, over het gebruik van Belgi schen steen bij den bouw van lagere scho len, heeft haar verslag uitgebracht. Zij rapporteert, dat uit de van den Minister ontvangen inlichtingen blijkt: 1°. dat de vermelding der feiten, waarop de adressanten Kunne klachten hebben gegrond, als zou namelijk voor den bouw van scholen te Krabbendijke, Schoro en Hansweert het ge bruik van Belgischen steen zijn voorge schreven, door welke voorschriften de Ne- derlanJsche industrie wordt uitgesloten, in zooverre juist is, dat aanwijzing van Bel gisch fabrikaat werkelijk heeft plaats ge had, doch alleen voor metselwerken onder het trasraam; 2°. d»t a«n het verlangen der adressanten thans is voldaan door eene aanschrjjving des Ministers aan alle dis- triots-schoolopzieners, houdende afkeuring van het voorschrift in bestekken, om voor eenig werk bij uitsluiting buitenlandschen baksteen te gebruiken. Door deze aan schrijving is mitsdien de door adressanten gewraakte, zij het dan gedeeltelijke, uit sluiting van Nederlandsohon baksteen ver vallen, en wordt het gebruik van buiten- landschen steen, wanneer de aard van het werk dit vereisoht, niet verhinderd. Do Commissie stelt mitsdien aan de Kamer voor: 1°. het verslag te doen drukken en ronddeelen; 2°. den Minister van Binnen- landscho Zaken, onder toezending van een afschrift van dat verslag, dank te zeggeu voor de gegeven inlichtingen. Aan don Minister van Water staat is het volgende adres gezonden OndergeteekcndenGbrs. Van Hasselt, stopmstoónfabrikanten te Kampen a/d IJsel, geven eerbiedig te kennen, dat het volgens hunno bescheiden meoning eeno onbillijke en bijgevolg minder gewenschte bepaling is, om in de Rijksbestekken, o. a. dat voor de aanbesteding van de stationsgebouwen o.a. ten dienste van den spoorweg Groningen— Delfzijl, te vermelden, dat er steenen van de Waal moeten geleveïd on verwerkt worden, tengevolge waarvan alle steenfabrikanten aan den IJsel, Rijn, de Vecht, Maas enz. enz. feitelijk buitengesloten worden, om met hunne vakgenooten aan de Waal te con- curreoren, indien namelijk do inhoud van art. 24 (bouwstoffen) bestek stationsgebouw GroningenDelfzijl letterlijk en met alle gestrengheid zal worden toegepast. Het komt den adressanten alleszins bil lijk en rechtvaardig voor, dat voor de vrije concurrentie van alle Nederlandsche steen fabrikanten’*'de deuren zoo wijd mogelijk opengezet worden, on niet de een (aan de Waal) boven den ander voorgotrokken wordt. Uwe Excellentie stelle de eischeniwat vorm, kleur, soort on gehalte betreft, zoo danig, dat allen en niet slechts de steen fabrikanten aan de Waal, in de gelegenheid gesteld worden te concurreeren en van de steenlevaringen gading te maken. Werd in plaats van: steenen van de Waal voortaan in de bestékken vermeld: waal- vormsteenen, zijnde do gebruikelijke vorm, op de meeste der provinciale, gemeentelijke en particuliere werken voorgeschreven, dan zouden in *t vervolg alle Nederlandsche steenfabrikanten kunnen mededingen, het geen ook niet zonder invloed zoude blijken Uit een korte mededeeiing in ons vorig nummer hebben onze lezers kennis geno men van den zakelyken inhoud van het voorsteldoor de heeren Mackay c. s. in gediend, tot wyziging van de Wet op het lager onderwjjs. I We zullen dat voorstel thans in bijzon derheden bezien en aan deze beschouwing onze opmerkingen vastknoopen. Vooreerst willen de voorstellers alle re gelen voor den schoolbouw doen vervallen. Niet tevreden, dat opvolgende ministers steeds lagere en lagere eischen stellen onder miskenning van hetgeen de gezond heidsleer als een minimum van zorg voor het lichamelijk weizyn van het opkomend geslacht vraagt,wil men thans alles maar weer aan het toeval en het brein van den eersten den besten dilettant-bouwkundige overlaten. Wel zeggen de heeren in hun memorie van toelichting, dat er op het stuk van schoolbouw geen vaste regelen zijn te stellendat elk geval door het ge neeskundig staatstoezicht kan beoordeeld wordenmaar is dan bepaling van een minimum van ruimte, bijvoorbeeld, waar over elk kind moet beschikken, van plaat sing en oppervlakte van lichtramengeen regel die voor alle scholen kan worden en moet worden aangegeven? Moeten we weer terug naar de naargeestige kinderverblyven van voorheen, waar de somberheid der omgeving reeds elk denkbeeld van verstan delijke ontwikkeling verdreef? Elk geval kan niet door het geneeskundig staatstoe zicht worden beoordeeldwant dan zouden we wel een by zonder corps zoodanige me dische ambtenaren moeten hebbendie steeds aan het inspecteeren zijn van scholen. Worden er eenvoudig regelen gesteldwor den die eerlyk ten uitvoer gelegdzonder bekrimping, maar ook zonder overdrijving, en met strenge contróle over het werk dan zullen de eerste jaren.gedurende welke alles in onde moetkomeri, vraniénjarenlang 1 is verwaarloosd wel uitgaven vereischen maar geenszins >kwistige”, gelijk beweerd wordt door hendie nu eenmaal geleerd hebben het lager onderwijs te beschouwen als de bron van alle ellende. Herinneren we ons ook, dat het bestreden art. niet de regelen vaststelt, maar alleen aan de Re geering de verplichting oplegt, die regelen bjj algemeenen maatregel van inwendig be stuur vast te stellenvindt men die regelen te bezwarendmen bestrjjde het Kon. Besluitwaarin zij voorkomen maar we achten het noodzakelijk, dat het beginsel niet door de Wet wordt losgelaten. Wanneer we art 2 van het voorstel Mackay vergelijken met art. 8 der Wet, dan ontdekken we slechts zeer gering ver schil: de kracht van dÜ gedeelte ligt dan ook meer in de toelichting en in ’t geen verder over het aantal onderwijzers wordt gezegd. De Wet wil de kweekelingen in de school laten werken, >onder het recht- streeksche toezicht en onder de leiding van een bevoegde”, de voorstellers vervangen dit door »het toezicht en de leiding van een bevoegde Ziedaar zoowat alles. >Met behulp van kweekelingendia onder zyn leiding staan,” zegt de toelichting later, >kan een onderwijzer aan veel meer kin deren tegelijkertijd onderwys geven dan de wet thans bepaalt.” Sedert eenigen tyd, en lang nog niet overal, dewijl eerst met 1 Jan. 1886 de kweekeling als werkkracht uit de school zal geweerd zynen een aantal gemeente besturen en particuliere inrichtingen den uitersten termyn afwachten, is de voor malige krullejongen bij het lager onderwys vervangen door den leerling-onderwyzer, die zich daar practisch komt bekwamen. De Memorie van Toelichting zegt: »De vraag, of het in het algemeen goed is kweekelingen bij het onderwys toe te laten, moet niet door ambtenaren naar eigen in zicht, maar door de wet zelve worden be antwoord. De beoordeehng over de ge schiktheid van eiken kweekeling bl'yve in de eerste plaats aan den onderwijzerzon der dat daarom het schooltoezicht wordt uitgesloten. Deze beginselen, die ongetwij feld ook in de bedoeling liggen van de bestaande wetworden beter door de voor gestelde redactie uitgedrukt.” Deze woorden slaan op het eerste ge deelte van art. 2 van ’t voorstelwaar de woorden der Wet: »met schriftelijke goed keuring van den arrondissements-schoolop- ziener”, zyn weggelaten. Maar waar heeft ooit deze bepaling moeielykheid opgeleverd Het is niet de ambtenaar, die hier naar eigen inzicht beslist, maar hij doet zulks op voordracht van het hoofd der school deze opent den kweekeling de gelegenheid tot practische vorming en de schoolopziener hecht er zyn goedkeuring aan. Of heelt men zich te beklagen over meer dan nood- zakelyke bemoeiing van het schooltoezicht in deze? Wij gelooven niet dat iemand het met grond kan beweren. Verder gaande, komen wy aan het kar dinale punt: de verhouding van het getal der onderwyzers tot dat der leerlingen. Een op de tO is ten naaste bij het systeem der voorstellers, tegenover een op de 40 van de Wet. >Wordt het onderwijzend per soneel niet ingekrompen, dan zullen de kosten voor het onderwys, ook al vermin deren die voorden schoolbouw, nog steeds stygende blyven, aoowel wegCM.de Töle tractementen als wegens de noodzakelyk- heid om het aantal kweekscholen en nor maalscholen te vermeerderen. Bij een ma tige berekening bedragen de kosten dier vermeerdering wegens onderwijzend perso neel bykans twee millioen.” Zoo zegt de Memorie van Toelichting. Als het onderwys niets anders is dan een financiëel vraagstuk, dan hebben de heeren gelijk. Zij zouden dan nog wel verder kunnen gaan, en voor elke 100 leer lingen bijvoorbeeld een onderwijzer stellen, bijgestaan door een paar onbevoegden kweekelingenzonder hun leiding”. Maar de kinderen van ons volk komen in de school om er wat te leeren, ook om er een beiangryk deel van hun zedeiyke op voeding te erlangen. De man of de vrouw, die gemiddeld 40 kinderen, hier iets meer, daar iets minder, overeenkomstig de toevallige verdeeling in klassen, goed zal onderwijzen, heeft waarlijk geen lichte taak, vooraf wanneer hij begrypt dat het niet voldoende is met enkelenof met een gedeeltehet voorgeslelde doel te bereiken, maar dat aan al die kinderen moet gear beid worden, dat allen de mate van ont wikkeling moeten verkrygen die beant woordt aan hun aanleg en vermogens. Voldoend onderwys kost geld’t is niet anders, maar die noodzakelijkheid geeft den wetgever het recht niet, zich met het onvoldoende te vergenoegen. Het is niet met wiskunstige zekerheid uit te maken, hoe groot het middengetal leerlingen zyn mag; maar wel begrypt ieder, dat ver- hooging van het cijfer der wet tot niets anders kan voeren dan tot verlaging van het' verstandelijk peil van de natie der toe komst. Er wordt geklaagd, dat meer ge daan moest worden aan de zedeiyke vor ming der jeugden als een der voor- ntmnnrae puttenen 'Wmi-m— a«i.« niet gekomen is tot een gewenschten toe stand wordt opgegeven dat achttien-jarige menschen nog niet in liet bezit kunnen zyn van de moreele kracht, die alleen de levenservaring en gezet nadenken geven, noodig om een beslissenden invloed uit te oefenen op de karaktervorming der jeugd. En nu zouden de voorstellers een deel van den arbeid op nieuw willen op dragen aan nog jongere menschenvan wie men nog volstrekt niet weet of zy ooit voor die taak berekend zullen zyn die nog zelf elk oogenblik behoefte hebben aan onderricht en leiding? Volgens het stelsel der Wet geschiedt de practische opleiding der leerling-onderwijzers zóó, dat hij het werk van een bevoegd onderwijzer afziet, en vervolgens in denzellden geest een les geeft, waai by de man die voor de klasse verantwoordelijk is hem wijst op hetgeen \erbetering behoeft; langs dien weg bekomt hij van lieverlede de vaardigheid voor zyn werk, die hij later, na het exa men zelfstandig optredende, tracht te ver- hoogen. Maar ais diezelfde klasse-onder wijzer een gedeelte van zyn werk moet overgeven aan onbekwame handen, terwyl hij voor zyn deel alle aandacht noodig heeft, moet men dan niet zoowel de kindertjes beklagen die zoo beroofd worden van ’t geen hun toekomt, als den kwee keling die zich moet bezighouden met een arbeid boven zyn krachten? Het vierde punt, de verplichte school- geldheffing, was steeds het aambeeld waarop de slagen der anti-revolutionaire party dreunden. We gelooven dat wederzijds de argumenten vóór en tegen dat beginsel zyn uitgeput. Wy, die het als een der eerste plichten van den Staat, dat is, van de volkseenheid rekenenzorg te dra gen dat alle kinderen zonder onderscheid de noodzakelijkste kundigheden opdoen, wij achten goedkoop onderwijs een onmis bare behoefte, niet slechts voor de kin deren der on- en minvermogenden, maar ook en niet het minst voor dien breeden zoom der burgery die, zonder tot een van de pasgenoemde groepen te behoorenwel eenige tegemoetkoming kan bijdragen in de algemeene kostenin den vorm van een bijzondere belasting, maar niet in staat is die kosten, hoofd voor hoofd omgeslagen, alleen te betalen. Het bijzonder belang en het Staatsbelang ontmoeten elkander op dat punten wy achten het minder noodig de gemeentelijke overheid, die de heffing van het schoolgeld icgelt, door een gebie dend voorschrift in de Wet te binden. De toestand van ons onderwijs zou er niet door verbeterd worden. We bepaalden ons lot een objectieve be schouwing de politieke zijde van het wij zigingsvoorstelen de quaestie der Rijks- bijdrage, behandelen wy later.

Kranten Streekarchief Midden-Holland

Schoonhovensche Courant | 1883 | | pagina 1