BIER.
"Bil
1887.
N°. 939.
Zaterdag 11 Juni.
s
SL8T,
Affecten,
Prijzen.
dbouw.
rïïEE
E,
tl
VG
Weekblad voor Zuid-Holland en Utrecht.
at, Ufo. i,
IP.
recht.
IKEN”.
ik,
Brandsma
Amsterdam
'zien van boven-
Ismerk, verkrijg-
i Schepen
Vragen van den dag.
-
iets minder ongunstig noemen dan hij in
de laatste drie of vier jaren geweest is.
De handel is wat levendiger geworden, ver
schillende takken van nijverheid vertoonen
een verhoogde werkzaamheid, en ook op
de ambachten doet het een en ander zijn
invloed gevoelen. De berichten omtrent de
voornaamste Indische cultures luiden be
moedigend, en wettigen de verwachting,
dat het kapitaal zyn teruggetrokken houding
langzamerhand zal laten varen. Kortom,
og geen dag zyn geworden,
teekent zich duidelyk aan den
BUITENLAND.
BINNENLAND.
9
Jtember 1887.
verkreeg. Moge
gaan.
?AN NOOTEN
Nö-
lulienland.
;gave naar keuxe
Nieuwer»
er, ontvangen,
dan is
per S om.
S. W. N. VAN NOOTEN te Schoonhoven,
Uitgeven.
8'CommisBie,
Poorz.
iretaria.
Pennin gmeester.
iruk
N, Bchoonhovon,
aan go
's door
rkliüden uit
t bui waar
HEHEWERTH.
de aandacht ge-
aer
DWIJK.
SCHOUWEN
1900 tot 2600
re.
jmmging.
na
Departement
DUCTEN enz.,
er Hollandsche
f
s.
g
■s
van
SCHOONHOVENSCHE COURANT.
iman te
delfde
Mogendheden zijn v ,iter weer aan het on
derhandelen over Ou zaak. Er zou zijn
voorgesteld een voorloopig regeeringshoofd
aan te wjjzen en eed kabinet samen te stellen,
waarin alle partijen vertegenwoordigd zijn.
De werkstakingen in België zijn zoo goed
als geëindigd.
Door de zorg der Regeering is een
Landbouw-commissie tot stand gekomen,
dje een min of pötnanent karakter
verkreeg. Moge aoor haar bemoeiingen
de algemeene aandacht gevestigd worden
op al wat strekken kan om, ook met be
hulp der Regeering waar zulks noodig is,
onze hoofdbron van volkswelvaart weer
mild te doen vloeien.
Deze Courant wordt des Zaterdag-morgens uitgegeven.
Prjjs: voor Schoonhoven per drie maanden 0,70. Franco per post
door hef geheeie rijk 0,80. Men kan zich abonneeren by alle
Boekhandelaren, Postdirecteuren en Brievengaarders.
het moge noj
de dageraad t
horizon.
Een uitzondering moeten we evenwel
maken, tot ons groot leedwezen,juist
omdat zij een bestaansmiddel van het meeste
gewicht betreft.
Ieder begrijpt dat wy den landbouw be
doelen, dat woord hier in den uitge-
breidsten zin genomen. Veeteelt, zuivelbe
reiding, verbouw van akkergewassen, ja zelfs
de tuinbouw, die allen hebben en houden
stof tot klagen. De veeprijzen zijn laag,
de marktprijzen van boter en kaas staan
verre beneden het gewenschte peil, de veld
vruchten loonen de moeiten en kosten van
den verbouw op niet voldoende wijze. Met
de verminderde opbrengst van het boeren
bedrijf hebben de pachten geen gelijken tred
gehouden, zoodat menig landbouwer de toe
komst niet zonder bekommering te gemoet
ziet. Voor het aankomend geslacht is dit,
zoo er geen verbetering komt, nog veel erger;
de jongelui willen gaarne in hun stand
blijven, zouden het betreuren indien zij
een ander bestaansmiddel moesten zoeken
waarby, door de veelheid van aanbod en de
scherper wordende concurrentie de kans van
slagen ook wisselvallig is, en zoo zyn we
tamelijk ver verwijderd van een toestand,
die eefflnaST'clen ditehter JPoot het recht
gaf, van den landman te verklaren, dat zyn
leven zoo genoeglijk heenrolt.
Zietdaar een korte uiteenzetting van de
kwaal. En nu moge het waar zyn, dat een
niet onbelangrijk getal onzer lezers in deze
algemeene schildering de schets van hun
bijzondere positie niet terugvinden, niet
allen gaan in dezelfde mate onder de tijds
omstandigheden gebukt, we meenen geen
te sombere kleuren te hebben gebezigd.
Mocht men ons kunnen overtuigen dat het
wèl zoo isniemand zou daar blyder om
zyn dan wij.
De oorzaken zijn vele en velerlei. Om
met den akkerbouw te beginnen; de teelt
van voorheen zeer winstgevende producten
is sterk verminderd, omdat er geen vraag
meer naar is in evenredigheid van het aan
bod. De vlasbouw neemt af, omdat het
linnen meer en meer door katoen wordt
verdrongen, en de vooroordeelen, die velen
vroeger tegen laatstgenoemde kleedingstof
hadden, hersenschimmig zijn gebleken en
plaats maken voor een juistere waardeering.
De hennep daalde in prys, sinds allerlei
vezelstoffen, waarvan men vroeger het nut
niet vermoedde, en die goedkoop te leveren
zyn, aan de industrie haar diensten bewijzen.
Van meekrap is byna geen sprake meer,
sedert de amline-praeparaten by de stoffen-
ververy sterk op den voorgrond zyn ge
treden. De granen, wy behoeven niette
zeggen hoezeer de kolossale aan voeren uit
het buitenland, in onderscheiden vormen,
de mededinging van den Nederlandschen
landbouwer bemoeielyken.
Vandaar dat onze boeren zich met ze*-
keren hartstocht werpen op de cultuur van
suikerbieten, ofschoon ook daarmee, naar
de gewone spreekwijze, »het vet van den
ketel is,” Van de bedenkelyke zyde, die
een te sterke uitbreiding van de bietenteelt
heeft, wenschen we thans niet te spreken;
dat punt zullen we tot een nadere gelegen
heid aanhouden.
Maar hoe staat het toch wel met de aard
appelen? Deze aardvrucht, langen tijd als
een verworpeling onder haar zusteren be
schouwd, veroverde toch, in weerwil dier
miskenning, een eerste plaats op het register
der voedingsmiddelenen wat men ook
tegen haar heeft ingebracht, zy stoorde er
zich niet aan, zy vervolgde rustig haar
triomftocht. Zou het niet wenschelyk zyn,
dat de landbouwers aan haar veredeling,
aan haar beveiliging tegen ziekten, meer
zorg gingen wyden dan tot dusver geschiedt?
Nog in dezen tijd worden in de oostelyke
provinciën des lands belangrijke hoeveel
heden uit Duitschland ingevoerd, en zelfs
in Holland ziet men .Saksische en Pruisische
aardappelen, op het oog heel mooi, maar
van geringer voedingswaarde dan die op
onze gronden kunnen verbouwd worden.
Is er geen middel, om ons eigen product
zoozeer de overhand te doen verkrijgen,
dat de buitenlanders vanzelf wegbig ven?
Oppervlakkig geoordeeld, zou dat niet
moeielyk zyn. De Regeering heeft slechts
een hoog invoerrecht te eischen, dan is
de zaak in orde. Op dezelfde manier kan
ook de graanbouw worden geholpen.
Doch er zyn geneesmiddelen, erger dan
de kwaal, en zulk een ia het hier ge-
sa
OQ
De minder goede resultaten van de vee
teelt worden hoofdzakelyk toegeschreven
aan de niet-opheffing van de beperkingen,
waaraan de invoer in Engeland onder
worpen is, en wij gelooven ook dat,
wanneer het de Regeering mocht geluk
ken, dien invoer weder geheel vrij te ma
ken, een belangrijke verbetering verkregen
zou zijn. Men beweert wel, dat de be
hoefte van Engeland aan vleesch uit an
dere Europeesche staten niet zoo groot is
als weleens wordt voorgesteld, aangezien
belangryke hoeveelheden uit Australië,
om van de aanvoeren uit Amerika niet te
spreken, in Engeland’s behoefte helpen
voorzien. Maar de gegoede klasse, die
zonder bezwaar een hoogen prys kan be
talen, geeft toch de voorkeur aan het van
ouds vermaarde vee uit Denemarken, Hol
stein en Nederland. Moet het laatste
echter, geiyk tot nu toe, ter plaatse van
aankomst worden geslacht, dan is het
niet mogelijk er de hoogste prijzen voor
te bedingen; de openbare meening wan
trouwt het, en stelt het geiyk met vleesch
uit de Nieuwe Wereld. Daar komt nog
meer bij. De kracht van den Holland-
schen veestapel ligt voor een groot deel
in het fokvee; en waarlyk, sedert onze
boeren met lofwaardigen yver zich hebben
toegelegd op veredeling van de soorten,
ook wat betreft de melkrykheid en de ge
schiktheid voor mesting, is het zeer te
betreuren dat een bekrompen opvatting
van de gezaghebbenden in Engeland hun
belet, van dat volhardend streven de bil
lyke vruchten in te oogsten. Het heet
nu, dat het vrijlaten van den doorvoer
uit Duitschland de reden is, dat het slach-
tingsbesluit nog steeds gehandhaafd blyft;
wy gelooven, dat dit niet meer is dan
een voorwendsel, te meer omdat het nog
niet is mogen gelukken een beslist en be
vestigend antwoord te verkrygen, op de
vraag of, by verbod van dien doorvoer,
gezegd besluit zal worden ingetrokken.
Ja, zelfs is het nog niet eens gebleken,
dat die vraag werkelyk van onzentwege
is gesteld. Men vergete ook niet, dat
een verbod van doorvoer uit Duitsch
land naar Engeland eerst wel ernstig over
wogen mag worden; wy meenen, dat de
uiterste concessie, die we op dat punt
zouden kunnen doen, te vinden is in ver
scherpt toezicht, en verzending met spe
ciaal daarvoor ingerichte vervoermiddelen.
Levert inderdaad het rund- en wol vee,
dat uit Duitschland onze grenzen passeert,
gevaar op voor besmetting, dan eischt
reeds een zeer gerechtvaardigde zucht tot
zelfbehoud het nemen van zulke maatre
gelen, die aan het verlangen van Engeland
een billyke voldoening moesten schenken.
Het grootste gevaar, dat den Neder
landschen landbouw reeds lang boven het
hoofd hing, en dat steeds lager en lager
daalt, is de totale uitsluiting onzer zuivel
producten van de wereldmarkt, huh be
perking tot het binnenlandse!» verbruik.
Als in dien toestand niet spoedig, door
krachtige samenwerking, een belangrijke
verbetering komt, is het einde van het
leed niet te Voorzien. We zullen op dit
gewichtig onderwerp terugkomen: het
eischt een afzonderlijke bespreking. Al
leen dit: De Hollandsche boter moet zyn
een eenvormig, volkomen zuiver, voor be
waring en verzending geschikt product,
welks naam alleen een afdoenden waai-
borg bevat van de hoedanigheidzoodat
de kooper geen oogenblik in twyfel be
hoeft te verkeeren. Van de kaas is meer
verscheidenheid, maar toch, elke soort
moet weer, haar bepaalde eigenschappen
bezitten, die bij elke levering worden
teruggevonden. Dit resultaat is slechts te
verkrygen langs den weg van samenwer
king; de gemeenschappelijke bewerking
der grondstof moet geschieden met toe
passing van de voorschriften der weten
schap, met gebruikmaking van de beste
toestellen.
Overzicht
In plaats van rust, zooals wo meenden te
mogen veronderstellen, hoeft de Engelsch-
Turkscbe conventie betreffende Egypte den
naijver van Rusland en Frankrijk in die
mate opgewekt, dat geen middelen onbe
proefd worden gelaten, om de Porte er toe
te brengen de zaak ongedaan te maken.
Het is vooral de bepaling, die aan Engeland
het recht geeft weder tusschenbeide te tre
den, zoodra dit op nieuw noodzakelijk mocht
blijken, die bij de beide genoemde Mogend
heden tegenkanting vindt. Rusland liet den
Sultan weten, dat, indien hij toegaf, zya
troon gevaar loopt, en de intrigant bij uit
nemendheid verwijt Engeland, dat het alleen
door omkooperij van de hoogste Staatsamb
tenaren (de Groot-vizier zou 0. a. 600.000 p. s.
ontvangen hebben) de overeenkomst wist
door te drijven.
Toch is het de vraag of de geheeie be
weging niet zal blijken een storm in een
glas water te zijn. De Engelsche Minister
van Buitenlandsche Zaken toch verklaarde
nog dezer dagen in het Parlement te hopen
de overeenkomst binnen enkele dagen te
kunnen mededeelen en uit Rusland wordt
gemeld, dat de gezant te Constantinopel zal
worden teruggeroepen, omdat hij het tot
stand komen der conventie niet heeft kun
nen verhinderen.
Uit een en ander blijkt intusschen, dat
de nieuwe regeering in Frankrijk de naijver
tegen Engeland omtrent Egypte van hare
Voorgangster heeft overgenómen en daarin
tevens gretig aanleiding zoekt om, waar
mogelijk, met Rusland mede te gaan, ’t geen
voor de rust vau Europa alles behalve wen-
schelyk is.
De regeering mag echter wol op hare
hoede zijn. Tongkin is ook nog lang geen
zekere 'bezitting. Er doen weer geruchten
de ronde van ernstige ongeregeldheden, die
er zouden plaats hebben. Het klinkt daarom
niet zoo ongeloofelijk, dat de nieuwe Minister
van Oorlog van oordeel zou zyn, dat het
’t best ware Tongkin prijs te geven, een
oordeel, dat, naar de groote bladen weten
te vertellen, tot ernstige oneenigheid tus-
schen hem en den premier Bouvier zou
hebben aanleiding gegeven. Het bericht
wordt echter officieus tegengesproken.
De Kamer houdt zich intusschen zeer
kalm bezig met de behandeling der leger-
wet en Boulanger raakt langzamerhand in
het vergeetboek. Hij wees een hem door
den tegenwoordigen Minister aangeboden
kommandement voorloopig van de hand.
Met de derde lezing der lerscho land
wet in de Engelsche Kamer vordert men
nog niet snel. Art. 3 is eindelijk, na ver
werping van alle amendementenai
nomen. Gladstone maakte eene reis
Wales, waar hij als gewoonlijk een groot
aantal toespraken hield, meerendeels strek
kende om zyne politiek te verdedigen.
Ofschoon van beide zijden de wenscheltjk-
heid wordt ingezien om tot eene hereeni-
ging te komen, is het er nog verre van
af dat Hartington en Gladstone elkander
de hand zullen reiken.
De Duiteche Keizer heeft op zjjn tocht
naar Kiel, bij gelegenheid van het leggen
van den eersten steen voor het Noord -
Oost-zeekanaal, koude gevat, hoewel niet
ernstig. Dergelijke vermoeiende feestelijk
heden lijken den grijzen vorst ook niet
meer en toch wil hij er zich niet aan ont
trekken. Het feest werd opgeluisterd door
een veertigtal oorlogsschepenwaaronder
■acht groote pantsers en twintig torpedos,
die in de Kielerbocht in slagorde ge
schaard lagen. De plechtigheid werd met
eene kanonnade geopend. Na het leggen
va'n den eersten steen, dat van korte toe
spraken vergezeld ging, nam de Keizer, bij
hooge zee, toch dien terugtocht met de
boot Pommerania aan. De Duitsche Kroon
prins zal zich, tot herstel zijner keelaan
doening, eenigen tijd stellen onder behan-
handeling van de beroemde specialiteit voor
keelziekte, Dr. Mackensie, en daartoe op
het eiland Wight verblijf houden.
Van zjjde der curie schijnt de
wensch uit te gaan om tot den vrede met
Italië te geraken. Verschillende Mogend
heden: Oostenrijk, Pruisen, Beieren enz.,
steunen die pogingen, die, mochten zij ge
lukken voorzeker aan Paus Leo’s kroon
nieuwe lauweren des vredes zouden hech
ten. Het zal echter moeielijk gaan een
modus vivendt te vindon.
Met de Bulgaarsche leeniog is het toch
nog niet geheel in orde. Het is dan ook
een waagstuk voor de geldschieters, te on
derhandelen met eene regeering, wier recht
van bestaan betwist wordt. Hoe lang het
nog zal duren eer d&ir orde en rust weder-
keereu, valt moeielijk te vóórspellen. De
thans notaris te
STATEN-GENE BAAL.
We hebben in ons vorig overzicht Zooveel
ruimte gowjjd aan de bespreking der voorstellen
tot wjjziging van artikel 194 der I ,rondwetdat
we bjj de verdere debatten op Vrjjdag en Maan
dag, waarin uit den aard der zaak weinig
nieuwe beschouwingen voorkwamenniet in
het breede behoeven stil te staan Alleen tee-
kenen we nog aandat de Minister van Biti-
nenlundsche Zaken het prys geven van de dorde
alinea van het voorstelSchaepman waarin de
neutraliteit van het openbaar onderwjjs was
uitgedrukternstig ontried. nIk kan niet an
ders dan met geheel voorbehoud van wat de
Rogeoring elders en later zal te doen hebben,
nadat de beslissing der Kamer over deze zaak
gevallen isnogmaals ten ernstigste waarschu
wen, dat men overmatig veel aan den tookotn-
stigen wetgever wil ovorlaten." En lator: „De
Regeering zal afwachten wat de Kamer in deze
zal doenzij wil geen politieke redenen in dit
debat halen zij zal zien wat er te doen zal zjjn
en in welk opzicht haar plicht haar zal leiden
naar aanleiding van de beslissingen der Kamer.
Ik heb alleen gewaarschuwd in het belang van
het volksonderwijs dat ik in gevolge van myn
ambt verplicht ben voor te staan
Deze woordenaan het slot der zitting van
Vrijdag uitgesproken, hebben hun uitwerking
gemist. De uitslag der stemmingaan het eind
der zitting van Maandagis deze geweest
Het amendement van den lieer Greeve, om
in 2 van het wetsvoorstelSchaepman een
eerste alinea op te nemen: „Het onderwjjs is
een voorwerp van de aanhoudende zorg der
Regeeringwerd aangenomen met 45 tegen
39 stemmon.
Het amendement van don heer Vos de Wael
om al. Ben 4 van het voorstel—Schaeptnai
doan vervallenwerd aangenomen met deze
meerderheid.
Het aldus gewijzigde voorstelSchaepman
werd aangenomen met 43 tegen 40 stemmen.
Het artikelvoorloopig vastgesteld tor vervan
ging van art. 194, luidt als volgt
„Hot geven van onderwjjs is vry.
„Het onderwjjs is een voorwerp van de aan
houdende zorg der Regeering.
„Het toezicht van de overheid op het onder
wijs in het algemeen de inrichting van het
openbaar onderwjjsenvoor zoover het lager
en middelbaar onderwjjs betreftde aan den
onderwjjzer te stollen eischen van bekwaamheid
en zedeljjkheidworden door de wet geregeld.
De Koning doet van den staat der hooge
middelbare en lagere scholen jaarlijks een uit
voerig verslag aan de Staten-Generaal geven.”
In de zitting van Dinsdag kwamen de ad-
ditioneele artikelen der Grondwet in behandeling.
No. 1 tot en met 6 werden na korte bespreking
aangenomen na intrekking van een amendement
van de heeren Zjjlker c. s., waarin met 1 Jan.
1891 de afschaffing der accjjnzeu op vleesch,
zoutzeepbier en azjjn was bepaald.
By art. 7betreffende bet kiesrechtwas
door den heer Aü. Mackay in een motie de
ontbinding der Provinciale Staten voorgesteld,
ten einde terstond eene nieuwe Eerste Kamer
te krjjgen op den grondslag van hetzelfde kies
recht dat voor de Tweede Kamer zou worden
aangenomen. Daar de heer Mackay afwezig
was, aanvaardde de heer Do Geer de Verde
diging van het amendement; bemerkende, dat
het geen voldoenden steun vond trok hij het
namens den voorsteller in.
Door de heeren Van der Kaajj en zes andere
leden der linkerzijde werd ala amendement voor
gesteld, in de tegenwoordige verkiezingswjjze
der gemeenteraadsleden geen verandering te
brengen. Het werd bestreden door den Min.
van Binnenlaudsche Zaken en den heer Bor-
gesius, en verworpen met 44 tegen 32 stemmen.
Tegenover het stelsel der Regeering, waarbij
kiezer zullen worden zy die in de personeele
belasting voor de volle huurwaarde zyn aange
slagen, is door vyf liberale kamerleden, n.l. de
heeren Van der FeltzGleichmanBorgesius,
Van Houten en De Vos van Steenwjjk een
amendement geplaatst, volgens hetwelk de ge
meenten worden verdeeld in klassennaar een
huurwaardetabel met opklimmende cyfers, zoo
dat in de grootste gemeenten ook degenen, die
remissie krjjgen van hun personeelkiezer
wordenop die wjjze zullen do maatschappe
lijke groependie ten platten lande in den
kring der kieabe voegden worden getrokken, in
de grootero gemeenten niet uitgesloten blyven.
Ook werd door de vyf heeren voorgesteldhen
die op kamers wonen en dus niet in het per
soneel zyn aangeslagen, kiesrecht te verleenen,
indien het door hen bewoonde gedeelte van het
huis een zekere huurwaarde vertegenwoordigt;
op dit punt is de Minister in zjjn voordracht
eenigermate aan do wenschen der voorstellers
to gemoet gekomen Eindeljjk nog verlangden
de heeren Vau der Feltz c. s. opneming van de
zoogenaamde bekwaainheidskiezers, afgescheiden
van hun aanslag in belastingen. Do heer Van
Houten lichtte het amendement uitvoerig toe.
Het amendementVan der Feltz o. s vond
in de zitting van Woensdag instemming bjj den
heer Rooseboom, die echter van de examens,
waarvan het alleggen kiesrecht zou verleenen,
die wenscht uit te sluiten tot verkryging van
een rang beneden dien van officier. De heer
Rutgers verklaarde zich tegen den verminderden
aanslag, maar was ook met het voorstel der
Regeering weinig ingenomen. De heer Kuys
vond het Regeenngsvoorstel minder slecht dan
het amendement, en zou alle pogingen doen om
het laatste te doeu verwerpun. De heer Heldt
verklaarde zieh mede onbevredigd; het Regee-
nngsvoorstel sluit de meeste werklieden uit, en
het amendement komt aan dat bezwaar niet
tegemoet Bjj aanneming van het laatste ion
de drangreden om tot een billyke regeling van
het kiesrecht over te gaan, minder sterk wor
den, jlaarom verklaarde hy er zich togen. De
heer Godin <le Beaufort vond in het' feit, dat
ten platten lande geen oninbare belastingaan
slagen worden aangetroffen, een voldoende oor-
saak dat daar, bjj meerdere welvaart, het per
centage der kiezers grooter is gesteld. Als
amendement stelde hy voor, al. C. uit het voor
stel der Regeering (inwonende personen) te doen
wegvallen, doch aan den inwonenden zoon eener
weduwe ofzoo er meer zyn, den oudste kies
recht te yerleenen.
De Min. van Financiën verklaarde zich tegen
het amendementVan der Feltz, op grond, dat
het kiesrecht bij aanneming aan vele proleta
riërs in de steden zou verleend worden.
De Min. van Binnenl. Zaken verdedigde hek
Regeeringsvoorsfel; in do groote steden zal een
weekhuur van f3,50 kiesrecht geven, en verder
moet men niet gaan. Bij het opnemen van bo-
kwaamheidskiezers zou men telkens op ntoeie-
lijkheden door willekeurige grensbepalingen
stuiten. Het amendement werd ten slotte nog
maals door den heer Van Houten verdedigd.
In de zitting van Donderdag heeft de heer
Hartogh verlof bekomen om een interpellatie tot
de Regeering te richten over de gevangenhouding
van verschillende veroordeelden wegens het Am-
sterdamsche palingoproerniettegenstaande de
uitspraak van den Hoogen Raad ten gunste van
hen die zich in cassatie begeven hadden.
De discussie werd voortgezet over de kies-
rechtbepalingen in de additioneele artikelen. De
heeren BorgesiusGleichman en Van Houten
verdedigden het amendement —Van der Feltz als
de meeat practische en billyke overgangsmaat
regel. De Minister Heemskerk bleef het amen
dement bestryden. Maandag voortzetting.
Door Z. M. is met 10 Jani:
aan den Minister van Waterplaat,
Handel en Nijverheid, voor den tijd van
een maandtot herstel van gezondheid
een buitenlandsch verlof verleend; 2°. aan
den Minister van Marine tijdeljjk de waar
neming opgedragen van do funotiën van
Minister van Waterstaat, Handel en
verheid.
Door Z. M. is benoemd tot
notaris binnen het arrond. Utrecht, ter
standplaats de gemeente AmorongenJ.
W. Van Wieringen, thans notaris te
Wijk bij Duurstede.
De Staats-Cour. N’. 129 bevat
de wet van 31 Mei 1887, tot vaststelling
van hot tijdstip voor de gewone verkiezing
van leden van de Tweede Kamer dor Staten-
Generaal in het jaar 1887, ’twolk, in af
wijking van art. 100 der kieswet, voor dit
maal is vastgestold op den hatston Dinsdag
van Augustus.
Op do kiestabel, behoorende
tot het voorloopig kiesreglement is o. a.
voorgesteld een amendement van den heer
Goekoop om o. a.
In de tabel bjj hot hoofdkiesdistriot „Gou
da”, in de tweede kolom „gemeenten vao
het hoofdkiesdistrict”
a. te doen vervallen de namen der ge
meenten: Boskoop, Moerkapelle, Waddings-
voen, Moordrecht en Nieu werkerk a/d IJsel”
b. in te voegen achter den naam „Gouda”,
de namen der gemeenten: „Haastrecht, Vliet,
Schoonhoven, Bergambacht, Ammerstol, Stol
wijk en Berkenwoude”.
In de tabel bij hot hoofdkiesdistriot „Bo-
degrave”, in de tweede kolom „gomeeuten
van het hoofdkiesdistriot":
a. te doen vervallen de namen der ge
meenten: „Hazerswoude, Haastrecht, Vlist,
Stolwijk, Schoonhoven, Bergambacht, Am-
merstol en Borkenwoude”
b. na „Aarlanderveen" in te voegen den
naam der gemeente „Oudshoorn”; na „He
kendorp’’ in te voegen de namen der ge
meenten: „Boskoop, Waddiugsveen, Moer
kapelle, Blois wijk, Zevenhuizen, Nieuwer-
kerk a/d IJsel eu Moordrecht".
In de tabel bij het hoofdkiesdistrict „Go-
rinchem", in de tweede kolom „gemeenten
van het hoofdkiesdistriot":
a. te doen vervallen de namen der ge
meenten „Hardingsveld, Giesen-Nieuwkerk,
Giesendam, Molenaarsgraaf, Hoog-Bloldaud,
Hoornaar en Noordeloos"
b. in te voegen na „Nieuwland" de na
men der gemeenten „Leerdam, Schoonre-
woerd, Everdingen, Hagestein, Viauen, Hei
en Boeikop, Leerbroek en Leksmond”.
In de tabel bij het hoofdkiesdistriot „Slie-
drecht” in de tweedo kolom „gemeenten van
het hoofdkiesdistrict"
a. te doen vervallen de namen der ge
meenten: „Vianen, Hagestein, Everdingen,
Schoonrewoerd, Leerdam, Hei- en Boeikop,
Leerbroek en Leksmond"
b. in te voegen na „Sliedrecht" de namen
der gemeenten: „Hardingsveld, Giesen-
Nieuwkerk, Giesendam, Molenaarsgraaf,
Hoog-Bloklaud en Noordeloos”
c. ia to voogea na „Oud-Alblaa” den naam
der gemeente „Pupeudrecht”.
Mr. H. J. Dijckmeester te Qo-
rinchem, heeft do candidatuur voor de
Tweede Kamer, hem door do kiesvereeni-
ging „Vrijheid en Orde” te Deventer aan
geboden, aangenomen.
De „S taats-Courant” bevat het
Koninklijk besluit van 31 Mei jl., houdende
instelling van don dienst ter verzending van
pakketten tusschen Nederland en de Nedor-
landsehe koloniën in Oost-Indtë, door middel
vau stoomschepen rechtstreeks tusschon Ne-
Prijs der Advertentiën: Van 1 tot 5 regels 0,50>. Iedere regel
meer 0,10. Groote letters naar plaatsruimte. Inzending franco
uiterljjk tot Vrijdags-namiddags. Alle binnenlandsche Advertentiën,
voor 3 maal plaatsing opgegevenworden slechts 2 maal in
reke ng gebracht.
noemde, ’t Is alsof men iemand, die last
heeft van eksteroogen, door het afzetten
van zyn voet zou willen helpen.
Neen, irt'-VetTietering van’ de cultuur
moet het gezocht worden. Onze aardap
pelen zijn in hoedanigheid achteruit ge
gaan; vroeger werden uit het. Westland
belangrijke hoeveelheden in Engeland ver
kocht,—thans wil men ze er niet meer.
De soorten moeten verbeterd worden door
aankweeking uit zaad, dan vermindert de
vatbaarheid voor ziekte. Wanneer de
landbouw-vereenigingen zich in betrekking
wilden stellen met de landbouwschool te
Wageningen, zouden zy van daar aanwij
zingen en hulp ontvangen. Ook heeft men
daar proeven genomen met geïmporteerde
soorten; wellicht zyn er daaronder, die
voor den verbouw in het groot ep be
paalde soorten van grond aan te bevelen
zijn. Doch wanneer de boeren maar voort
gaan, met steeds poters van ’t eigen ge
was des vorigen jaars in den grond te
steken, dan is vermindering van qualiteit
zoowel als van opbrengst, evenals toene
mende vatbaarheid voor ziekte, niet te
vermyden.