r Juni s s s s o O 1887. N°. 941. Zaterdag 25 Juni. I Weekblad voor Zuid-Holland en Utrecht. r e 1 r o - BUITENLAND. 'ith' 1 BINNENLAND. Nog een paar opmerkingen. - e Q 9 )0 10 •s 5 den lo- lu S. W. N. VAN NOOTEN Uitgenn. SCH00RH0YEH8CHI COUUAiïT. zonder ook zouden De heer De min de Kamer IP >7 0 ais. M) '5 10 '5 !5 10 10 vO 10 s •o lts. 17 10 '5 K) t op wekkei Ier naar i verkeerden al» )ger beroep m, insgeljjki ter van Jw m resultaat; de 1 stemmen goed- van een lurde is g niet gehoord Doze Courant wordt des Zaterdag-morgens uitgegeven. Prijs: voor Schoonhoven per drie maanden f 0,70. Franco per post door het geheele rijk 0,80. Men kan zich abonneeren bij alle Boekhandelaren, Postdirecteuren en Brievengaarders. Baanhoek. Sliedrecht, Sliedrecht. Giesendam-Oudekerk. Namelijk het verslag over het toen in behandeling zjjnde wetsontwerp: Wijziging van Hoofdstuk V der Btaatsbegrooting voor 1886, en wel, art. 2. vermindering van artikel 80 van dat hoofdstuk, (uitgaven voor besmetteljjke veeaiekten) met f 12.000. Prijs der AdvertentiSn: Van 1 tot 5 regels 0,50. Iedere regel meer 0,10. Groote letters naar plaatsruimte. Inzending franco uiterlijk tot Vrijdags-namiddags. Alle binnenlandsche Advertentiën, voor 3 maal plaatsing opgegevenworden slechts t maal in rekening gebracht. te Schoonhoven, Overzicht. Met buitengewone pracht en luister is den 2 laten dezer in Engeland het 50-jarig jubilé gevierd der Koningin-Keizerin en op nieuw kwam daarbij aan den dag hoezeer het Engelsche volk, onverschillig kleur of partij, aan hare Koningin en dynastie ge hecht is. Het in feesttooi gehulde Londen maakt een machtigen indruk en millioeuen zijn er aan ten koste gelegd, om het feest zoo luisterrijk mogelijk te maken. Onder de vertegenwoordigers van buiten- landsche hoven trok vooral de aandacht ’s Pausen buitengewonen afgevaardigde, Monseigneur Buffo Scilla. Na de ophef fing van vele pauseljjke gezantschappen, ook die van Engeland, kon die buitenge wone attentie, door Paus Leo aan Koningin Victoria bewezen, niet onopgemerkt voor licht beter c daar nu niet geschrapt. Na de wijziging van het Servische Ka binet doen allerlei sensatie-berichten de ronde. De radicale metamorphose zou voor namelijk te danken zijn aan den invloed en het intrigeeren der Koningin en daaruit leidde men af, dat het tot eene echtschei ding komen zou. Van andere zijde wordt weer beweerd dat de Kóning zou willen aftreden. Doch voor een en ander laat zich de bevestiging wachten. Intusschen handelt het Kabinet lang niet zoo radi caal als het er uitziet; iets wat men trou wens bij meer Kabinetten van zeer gepro nonceerde kleur waarnemen kan. bijgaan en zij wordt algemeen ook ge waardeerd. Het feest van den óag ving aan met een schitterenden optocht naar de Westminster abdy, die weken vooraf voor de plechtigheid was getooifl. In dien optocht schitterden vooral de Indische en Oostersche Prinsen en Prinsessen, meerendeels vergezeld van Europeesohe residenten in uniform, gasten van de Koningin. Op hen volgden de overige hooge genoodigden Koningen, Ko ninginnen, Prinsen en Prinsessen, Groot- Hertogen en Hertogen. Naast den Prins van Wales reed de Duitsche Kroonprins, in uniform van kurassiers-generaalen zjjn broeder, de Hertog van Edinburg. Daarop volgden de overige Prinsen. De Koningin zelve, in één rijtuig gezeten met de Prinses van Wales en de Kroonprinses van Pruisen, werd bestormd met vreugdekreten en hur rahs en was niet moede die vreugdeuitingen door vriendelijk wuiven en knikken te be antwoorden. De aartsbisschop van Canter bury met zijne geestelijken ontving den Vor- stehjken stoet aan den ingang der kerk, waar de godsdienstige herdenking van het feest plaats had. Na afloop van den dienst trok ken de Prinsen en Prinsessen voorbij de Koningin, die in den Staatszetel had plaats genomen en kusten haar de hand. In den loop van den dag had er een schit terend kinderfeest plaats, waarbij de Ko ningin eenige oogenblikken tegenwoordig was en de dag werd beslpten met een gala diner op het Buckingkampaleis en eene bijna algemeene illuminatie, die tot laat in den nacht eene ontelbare menigte op de been hield. De tweede lezing der lersche strafwet is afgehamerd. Toen het uur verstreken was, waarop, volgens besluit der regee- ring, niet verder beraadslaagd, maar slechts gestemd zou worden, verlieten de Parnel- listen en Gladetonianen de vergaderzaal onder protest. Niettemin ging de vergadering voort en het stemmen was toen slechts een quaestie van vorm, de Wet was spoedig aangeno men. Nu moet de derde lezing nog plaats hebben, waarbij vermoedeljjk dezelfde ver- tooning zich zal voordoen. De EngelsChTurksche conventie, be treffende Egypte, is nog altijd niet afge daan. Rusland en Frankrijk doen al het mogelijke om de ratificatie te beletten en zelfs deed het gerucht de ronde, dat zij Turkije met een oorlog dreigden, indieu de Sultan toegaf aan Engeland. De zaak is nu uitgesteld tot na het Bairamfeest. Wellicht dat het Drummond Wolff, En- gelands gevolmachtigde, nog gelukt eene redactie-wijziging te vindenwaardoor Rus land en Frankryk zoo niet worden bevre digd, dan toch eenigszins aan hunne over gevoeligheid wordt te gemoet gekomen. De behandeling der legerwet in Frankrijk vordert goed. Reeds is art. 17 aangenomen en zijn daarmede de meest belangrijke be ginselen beslist, tenzij de Senaat er anders over mocht denken. De begrooting zal weldra weder aan de orde komen en al- oïrthaal vinden dan de vorige, elP13 maar 70 millioen zijn 81ATEN-GENERAAL. Het was Vrijdag, 17 Juni, de laatste dag van het Qrondwetsherzieningsdebat. Vooraf ging de interpellatie van den heer Hartogh, „over het nog ondergaan van straffen Van personen, door het gerechtshof van Amsterdam veroordeeld ter zake der ongeregeldheden van Juli 1886 aldaar". De interpellant zette zjjn vraag aan den Minister van Justitie uiteen, en betoogde dat het een eisoh des rechts was de personen, die zich niet in-cassatie begeven hadden, maar voor het ove rige in gelijke omstandigheden zjj, die ten gevolge van booger beroep van rechtsvervolging waren ontslagen, insgelijks in vrijheid te stellen. De Minister van Justitie betwistte dit laatste, tevens inededeelende dat het den Koning behaagd had den veroordeelden, door den heer Hartogh genoemd, gratie te vorleenen. Aangenomen werd nog een overeenkomst met de gemeente Amersfoort, omtrent ruiling van gebouwen en gronden voor militaire doeleinden. Daarna verdere behandeling der additioneele artikelen. Over het amendementSchaapman, splitsing der groote gemeenten in enkelvoudige districten, werd nog het woord gevoerd door de heeron Viruly, Van den Biesen en Reekersde heer Verniers Van der Loef deelde namens zeer vele van zjjne politieke vrienden mede, dat zy besloten hadden af te zien van pogingen, om in de kiestdbel wijzigingen te brengen. Het amendement—Bchaepman werd nu verworpen, met 43 tegen 39 stemmen. Enkele amendementen, om nog veranderingen worpen voor verbetering van die vaart op hun territoir. Zij stellen voor, indien ze kerheid mag worden verkregen op verhoo- ging van de Rijnspoorbrug over de Gouwe tot minstens 3.50 M. 4- A. P., over to gaan tot verbetering van de Gouwe van do Malle- gatsluis tot in den Rijnvan den Rijn van de Gouwesluis tot ’s Molenaarsbrug, de Heimansweteringringvaart der Haarlem mermeer met een bodembreedte van 20 M. en een diepte van 3,60 A. P., en met het gemeentebestuur van Gonda in onder- handeling te treden over hét door dié ge meente tot 1894 jaarljjks u.it te koeren be drag in ruil voor den onderhoudsplicht. De vereeniging tot veredeling van het paardenras in de gemeenten Wad- dingsveen, Zevenhuizen, Bleiswijk en Moer- capelle, gevestigd te Zevenhuizen, heeft be sloten dezer dagen te Moercapelle weder een keuring te doen plaats hebben van de veulens, afkomstig van merriën gedekt door de hengsten der vereeniging; terwjjl het be stuur van het paarden-stamboek daarbjj te genwoordig zal zijn ten einde die veulens mede te onderwerpen aan een keuring voor de inschrijving in bovengenoemd stamboek, voor zoover de eigenaren daartoe hun ver langen te kennen geven. De collecte voor den gewa- penden dienst heeft te Ameide f25,30 en te Tienhoven f3,40 opgebracht. Te Utrecht isindenouderdom van 76 jaar overleden de oud-hoogleeraar in de geneeskunde Dr. G. J. Loncq O.Jzn., Ridder der orde van den Ned. Leeuw. Zaterdag had op het Brasemer- meer de zeilwedstrijd plaats van wege de zeil- en roeivereeniging „Hollandia”. Onder de bekroningen komen o. a. voor: No. 1. Scherpe vaartuigen, alscentre boards enz., lang op de waterljjn boven 7 en tot en met 8.50 Meter. Prijseene hoek- étagère met nickel verguld, door den heer L. Smit Jzn. te Rotterdam; premie: eene bronzen coupe met vogels, door den heer L. J. Smit te Kinderdijk. No. 2. Scherpe vaartuigen alscentre boards enz., lang op de waterlijn tot en met 7 Meter. Prijs ecu pendule in cuivre poli d’or, „Blondine” van den heer J. Van der Giessen té Krimpen a/ d IJselpremie eene kaartencoupe enz.door „Sylvia”, van den heer B. Pol; te Kinderdijk. No. 3. Pleiziervaartuigon, alsjachten, boeiers, tjotters enz., met vaste roef, lang op de waterlijn boven 8.50 Meter. Prjjs: een Russisch zilveren bouilloire, Argo”, van gebr. Schouten te Gouwsluis. No. 5. Pleiziervaartuigen, als: jachten, boeiers, tjotters enz., lang op de waterljjn boven 5.75 tot en mot 7.25 Meter. Prjjs: „Piet Hein”, van den heer C. W. Lans te Kapelle a/d IJsel. No. 7. Pleiziervaartuigen. alsjachten, boeiers, tjotters enz., lang op de waterljjn tot en met 4.50 Meter. Prjjs: Drie Ge zusters”, van den heer Goudriaan te Kapelle a/d IJsel. No. 8. Wedstr jjd tusschen de zeilvaartui- gen „Neptunus”, „Argo”en „Zwarnmordam”, om prjjs en premie, welke in 1886, wegens ongunstig weder, niet is verzeild gqwordeti. Prijs„Argo”, van gebr. Schouten te Gouw sluis. De zeilwedstrijd, op touw gezet door eenige heeren te Slikkerveer, van Vaar tuigen van 5,50 meter lang, is uitgesteld tot primo Augustus. Met het oog op de uitgestrekt heid der gemeente Sliedrecht zullen van 1 Juli e. k. de locaaltreinen tusschen Dordrecht en Gorinchem ook stoppen te Sliedrecht- gasfabriek (wachtpost 78) tot het opnemen en uitlaten van reizigers. De bewoners van dat gedeelte der gemeente worden door dezen maatregel zeer gebaat. In den avond van Zondag 10 op Maandag 11 Juli a. s. zal van Dordrecht op Gorinchem de navolgende lokaal-trein rijden DordrechtV. 11,43 ’s avonds. Dubbeldam11,47 Het Visschertje. 11,50 1 11,59 Gasfabriek. 12,2 ’s nachts. 12,6 12,15 Hardingsveld-Giesendam. 12.19 Buldersteog12,23 Kerk weg12,27 Schelluinen12,31 GorinchemA. 12,37 Gewone plaatskaarten zjjn voor kaal-trein ook geldig. Gedeputeerde Staten van Z. H. stellen voor subsidiën toe te kennen o. a. aan de ambachtsteekenschool te Woerden enBo- degrave. Mej. A. M. De Zwart te Vrees- wjjk is benoemd tot ondérwjjzeres aan eene bewaarschool te Nederhorst-den-Berg. Ds. W. Briët te Gorinchem heeft voor het beroep naar Bunnik bedankt. Op 28 Juni a. s. zal Ds. A. H. 0. Van Senus, predikant te Kralingen, zjjn 80steu geboortedag herdenken. De eerwaar dige grjjsaard noemt nog op dezen hoogen leeftijd zjjn ambt met lust waar. Over «to.wderwerpp), i? oas nummer van 11 Juni vluchtig behandeldwenschen we nog een enkel woord te zeggen; het hooge belang, verbonden aan alles wat den toestand van den landbouw beheerscht, ontheft ons van elke reden om daarvoor verschooning te vragen. De quaestie van den vee-uitvoer naar Engeland schynt, sedert in de Tweede- Karnerzitting van 16 Mei j.l. een der af gevaardigden uit ons "district, de heer Go din de Beaufort, op dit punt eenige ophel deringen aan den Minister van Binnen landsche zaken vroeg, geen stap gevorderd te zyn. De heer Godin de Beaufort nam toen als uitgangspunt van zijn vraag deze twee op elkander volgende volzinnen van de Memo rie van antwoord op het Verslag:»Uoor de Britsche Regeering is medegedeeld dat zoolang hier de doorvoer van Duitsche scha pen wordt toegelaten, van vrijen invoer van vee in Engeland geen sprake kan zijn. Hieruit volgt echter niet dat de Regeering kan verzekeren dat het on voor waardelijk verbieden van den doorvoer van schapen uit Duitschland dadelyk den geheel vrijen invoer van Nederlandsch vee in Groot- Brittanië zou ten gevolge hebben.” Zeer terecht wilde de geachte spreker weten, wat de eigenlyke beteekenis was van den eersten dier beide volzinnen. Voorts herin nerde hjj, dat Noorwegen in September des vorigen jaars den uitvoer van vee uit Ne derland een poos heeft verbodenalleen om daardoor den vryen invoer van eigen vee in Engeland te behouden. De vraag was dus, of wy, de Duitsche doorvoeren belet tende, in betere conditie zouden komen. Reeds eenmaal had men dat gedaan, in Maart 1885, ofschoon om een andere reden, en het verbod was gedurende zes weken streng gehandhaafddaar inmiddels Enge land den invoer van Duitsche schapen voor de slachtbank, te Deptford, toeliet, ver viel ook voor ons de reden om den door voer te belemmeren. Invoer van Duitsche schapen is, gelyk men weet, in ons land niet toegelaten; het bezwaar geldt alleen den doorvoer, in gesloten veewagens, gelijk de Minister in zjjn antwoord herinnerde. Nu zou toch waarlyk, als de Engelsche Re geering welwillend ten opzichte van Ne derland was gestemd, wel gezorgd kunnen worden dat die veewagens uitsluitend voor dit gebruik bleven ingericht, zoodat er geen sprake kon zyn van aanraking of ver menging met Nederlandsch rund- of wolvee of, indien men geen waarborgen, welke ook, sterk genoeg achtte, dan zou een ca tegorische verklaring van het Britsch gou vernement ons kunnen doen wetenwaar aan ons te houden. Doch welke pogingen ook, zoowel door den heer Godin de Beau fort als door den heer Zaaijer werden aan gewend om te vernemen of dergelijke ver klaring ook was gevraagdde Minister hield wel over de quaestie van uit- en doorvoer een redevoering, die zich om den vorm, gelyk alles wat de Minister zegt, aangenaam liet hooren, doch welker in- houd zeer weinig beduidde. Hoofdzaak was dat de Engelsche Regeeringofschoon offi cieel wetende dat er in ons land sinds ge- ruimen tyd geen besmettelyke veeziekte meer is, het katje nog een poos uit den boom schynt te willen zien; dat het onze Regeering hoogst aangenaam zal zyn wan neer zy het herstel van den vrije» invoer in Engelandals een heugelijke gebeurtenis ter algemeene kennis zal kunnen brengen en dat zy, die in zake veeziekten al heel wat inoeilykheden is te boven gekomen, niet zal nalaten ook in deze quaestie te doen wat zij kan. Het vraagstuk van de «kunstbotei”, waar over men zich in landbouwende kringen weleens warm maakt, hoewel, naar wy gelooven, ten onrechte,is nu van een andere zyde toegelicht, en wel in een adres van butterine-fabrikanten. Natuurlijk is de kyk, dien deze heeren op de quaestie heb ben, een geheel andere dan we in de be sprekingen van de Vereeniging tot wering van knoeieryen in den boterhandel” aan treffen. Wordt echter de quaestie wel zuiver ge steld, als men zoo de twee industrieën te genover elkander plaatst? De heeren van de butterine verdedigen het goed recht van hun fabrikaat, en het zou dwaasheid we zen, dit niet volkomen met hen eens te zyn. In strekenwaar butterine-fabrieken zijn gevestigd, kunnen de landbouwers voor de melk, bij de vervaardiging benoodigd, hoo- gere pryzen bedingen, dan door eenige an dere wyze van bewerking of van verkoop. By de fabricatie heeft men ook een zekere hoeveelheid boter noodig; de heeren bezi gen daartoe Deensche van de beste qua- liteit. Tegen de keuze van den naam butte rine”, in denaanvang, toen het product pas in zwang kwam, kan bedenking worden ge maakt; nu hij eenmaal door het gebruik zeker burgerrecht verkreeg, zou het onbil lijk zijn, aan te dringen op een afschaffing die den niet orjverdienden bloei van dien nijverheidstak in gevaar zou brengen. Maar dat alles is eenvoudig de vraag niet dat de kunstbotevfabrieken voortgaan met haar product zoo goed mogelijk te maken, zulks belet den botermakers niet, zulks ook te doen, en het dwingt onze boeren en boerinnen niet, zich van het fabricaat te bedienen om er de koopers van echte waar mee te verschalken. Dat is nieteer- lyk, en evenmin is het te pryzen wanneer men naderhand aan den anderen nijver heidstak de schuld geeft den eigen te be derven. «Butterine” beteekent zooveel als namaak van boter; wie dat niet weet moet het maar leeren. Ieder nu, die namaak ver koopt voor echte waai, of er de laatste mee vermengt, is een bedrieger. Maar als mor gen iemand op het idéé komt, om boter met schoensmeer te vervalschen, zal men dan maar dadelijk gaan roepen dat de schoen- smeerfabrieken opgedoekt moeten worden? En wanneer men nu bemerkt, dat op onze eigen markten de koopers bedot worden door het eenvoudig voorkomen en de on bevangen houding van een leuken boer of een leep boerinnetje met butterine-kluiten in de mand, als men tegenwoordig den buitenman die aan de deur aanbelt om zijn waar ten verkoop aan te bieden, niet meer durft vertrouwen, omdat men volstrekt niet kan weten of hij boter aanbiedt of iets an ders,is het dan wei wonder dat men op de buitenlandsche markt van geen ge heimzinnigheden gediend is Van dien treu- rigen toestand is de eerlykste landbouwer nog meer de dupe dan zyn minder nauw gezette confrater; en het is vooral in het belang van den eerste, dat wy den raad herhalen: «Vereenigt u, en maakt samen boterI” Men wachte niet, tot 'een niet- landbouwer of een vennootschap een boter- fabriek opricht en de melk komt koopen; zelf de hand aan den arbeid slaan, zelf baas blijven, zelf eigenaar zyn van gebouwen, gereedschappen en exploitatie-middelen. Want, als men dien weg niet opgaat, dan zal men daar de noodzakelijkheid van fa briekmatige bewerking der zuivelproducten toch niet te keeren is, ook op het gebied van den landbouw een stryd zien ontstaan tusschen kapitaal en arbeidin dit ge val tusschen de eigenaars der fabrieken en hulpmiddelen en de leveranciers der grond stof, voor de behartiging der wederzyd- sche belangen nadeelig. Zooveel mogelijk blijve het kapitaal in handen der rechtstreeks by de zaak betrokken personendit doel kan men bereiken door toepassing van het stelsel der coöperatie. Om ten slotte nog even te doen zien, dat dit geen uit de lucht gegrepen denk beeld is, vermelden we hoe het gewoonlyk in Zwitserland gaat. Daar worden eenige voortreffelyke kaassoorten gemaakt (niet te verwarren met de hier te lande veel voor komende donkergroene, afgeknotte-kegel vormige, zoogenaamde Zwitsersche kaasjes, die van gegiste schapenmelk en scherpe kruiden gemaakt doch ook veelvuldig ver- valscht i wordtdie als handelsarlikel over de heele wereld aftrek vinden, vooral om haar duurzaamheidwelnu, in een aan tal districten heeft men daar één kaasma ker, en één man die den handel in het product regelt; er wordt nauwkeurig boek gehouden van de melk, die ieder levert, en van de waarde dier melknaar het ge halte van kaasstof, en als het jaar voorby en het seizoen afgesloten is, ontvangt ieder zijn aandeel. Dien koers moeten onze landbouwers ook uit. Daar zyn een aantal boeren die nog altijd hun niet onmiddellijk benoodigdegel den steken in effecten van meerdere of mindere soliditeit, en hun verstandelyk kapitaal aanwenden voor de behandeling van politieke, kerkelyke en schoolquaesties. Als de landbouwers èn hun geld èn hun denkvermogen wyden aan den vooruitgang van hun bedrijf, en zich voorshands daarbij bepalen, zullen de klachten over mulatto wel wat minder worden. voor to stellen, leiaden tot geei kiestabel werd met 45 tegen 31 gekeurd Daarmede was het voornaamste uit de addi tioneele bepalingen afgedaan. Nadat ook de laatste artikelen en de beweegredenen waren goedgekeurd, volgde de aanneming van het wets ontwerp met 55 tegen 19 stemmen. De Minister van Binnenlandsche 'Zaken betuigde nu dank aan de Kamer voor haar ijver en welwillend heid, bjj den thans voltooiden arbeid betoond, waarop de Voorzitter antwoordde met een warm woord van hulde aan de Regeering, en inzon derheid aan den Minister Heemskerk, aan wiens volharding, onvermoeide werkzaamheid, groote talenten on buitengewone kennis van wetgeving het welslagen van het werk hoofdzakelyk moet worden toegeschreven. Maandag inoosfc do Kamer zich een poos bezig houden met de nieuwe samenstelling der Af- deellngen, onder de tegenwoordige omstan digheden een vrjj nuttelooze arbeid; daarna werden nog enkele wetsvoorstellen van geringe beteokenis afgedaan. Eindeljjk de lastige Tjiomas-quaestie. Het advies van de meerderheid der commissie, in wier handen de stukken betreffende ,het be sluit van den Gouverneur-generaal tot uitzetting van de heeron De Sturler Jr. en Sol zjjn ge steld, concludeerde tot eenvoudige aanneming van dat besluit voor kennisgeving. derheid stelde daarenboven voor, dat als haar gevoolen zou uitsprekondat het voor schrift van art. 48 van het regeeringsreglement niet kan geacht worden in deze naar behooren te zjjn toegepast; een lid der minderheid (de heer Keuchenius)stolde voor daaraan nog toé te voegen, dat zelfs bjj behoorlijke toepassing van dat art., het uitzettingsbesluit niet kan ge acht worden door hetgene uit de overgelegde stukken ten laste der uitgezette personen ge bleken is, voldoende te zjjn gerechtvaardigd. De heer Kielstra ging in het breede de ge heele Tjiomaszaak na, om te doen uitkomen, dat persoonljjke wraakneming van een ambte naar de oorzaak van het gebeurde is geweest dat de uitgezette personen niet gehoord zjjn om zich te verdedigendat de motieven van het uitzettingsbesluit geheel oiyuist warendat de Kamqr niet mag aarzelenujt vrees voor bena- deeling van het gezag, de conclusie van de minderheid aan te nemen. Deze conclusie werd door haar voorsteller den heer Van Gennep, verdedigd; baardoel is niet, den Gouverneur-generaal van opzettelijke schennis van het regeeringsreglement te be schuldigen maar de zaak ophieuw aan den Raad van Indië te onderwerpen voor einduit spraak. De heer Van Dolden zette de ziens- wjjze van de meerderheid der commissie uiteen. De quaestie is hier pietof de uitgezette per sonen gevaarlijk waren, maar of de Gouv-gen. hen gevaarljjk achtte voor de opénbare rust. Spr. meentdat de beoordeeling dier vraag niet op den weg der Kamer ligt. De Minister van Ko loniën behandelde de verschillende gezichtspun ten in het midden latendewie in het geschil tusschen den landheer en het bestuur geljjk hadmeende hjj te moeten doen opmerken dat de bestaande gisting de verwjjdering van de bjj den twist het meest betrokken personen noodzakeljjk maakte. De heer Keuchenius be schouwde het uitzettingsbesluit op zichzelf, het moest wel bevreemding wekken datter- wjjl de oude hoer De Sturler naar het beweren der Indische Regeering eigenlijk de man is die door zjjn handelingen tegenover de inlan ders de onlusten deed ontstaan, men niet op hemmaar op zjjn zoon en zjjn schoonzoon den maatregel van uitzetting heeft toegepast. In de zitting van Woensdag zette de heer Keuchenius zjjn rede voort, met een verdediging van den heer Do Sturler; het heeft al den schjjn, of men de autoriteiten slechts voor den vorm heeft gehoord, die ook zonder onderzoek gerapporteerd hebben wat van hen verlangd werd. De inlanders zjjn door den landheer min stens even goed behandeld, ook wat de onver plichte en bezoldigde koffiediensten van vrouwen en kinderen betreft, als het Gouvernement de koffieplantende bevolking doet. Ook de andere grieven, tegen den heer De Sturler ingebracht, achtte spr. volkomen ongegrond, zooals door hem in hot breede werd aangetoond. De heer Oleichman, het rapport der meerder heid verdedigende, beschouwde de uitzetting niet als opgelegde straf, maar als politieken maatregel. Dien af te keuren, op de wjjze als de heer Kielstra gedaan heeft, zou ondermjjning zjjn van het gezag; men kan dat niet doen, tevens te beslissen, dat orde en rust zjjn gehandhaafd zonder de uitzetting. Van Gennep ontkende dat de zaak niet voor beslissing vatbaar wasde Minister heeft reeds toegegeven, dat de onlusten niet aan de regelingen van den landheer, maar aan de verbreking daarvan door den adsistent-resi- dent Lantier zjjn te wjjten. Al wat op Tjiomas door de bevolking werd opgebracht aan pro- dukten en arbeid, geschiedde op grond van overeenkomsten, waartegen eerst bezwaar werd gemaakt, toen de heer Lautier de lieden tot verzet opWekte. Ambtenaren, wien het onder zoek in het geschil was opgedragen, rappor teerden eenvoudig over hetgeen hun werd voor gelegd; van zelfstandige waarneming der feiten is geen sprake geweest. To Woerden is herbesteed de levering van aardappelen voor het garni zoen aldaar. Van de 3 inschrjjvers was de laagste de heer N. Ligt voet, te Woerden, voor f 2,75 per hectoliter. Bjj de eerste aanbesteding was het minst ingeschreven voor f3,4U. r De uitbreiding van de gemeen te-gasfabriek te Bergen-op-Zoom is bjj openbare aanbesteding voor f 15.424 toe gewezen aan den heer Hollanderte Gouda. Nu duideljjk bleek, dat niet te rekenen valt op Rjjkszorg voor een wa terweg Amsterdam-Rotterdam, hebben Ge- dep. Blaten van Zuid-Holland een plan ont- o 15 H) le» rix >or or-

Kranten Streekarchief Midden-Holland

Schoonhovensche Courant | 1887 | | pagina 1