1894.
N’. 1440.
Nieuws- en Advertentieblad ivoor Zuid-Holland en Utrecht
---L- -
s.
Zaterda£;20 Januari.
INZET,
doping.
I
P:
de.
Officieele Kennisgevingen.
;en
;litz,
am,
lM.
REKENINGEN.
d te Koop,
bekomen ten
Notaris VAN
Oude Wijsheid.
BUITENLAND.
Overwicht.
BINNENLAND.
nïoö.
SCHOONHOVEME COURANT
iren.
te
in
Roosendaal
L. S. THIMj
.ENSWAARD
POEL
oot-Ammers.
Gemeente SCHOONHOVEN.
r de
is te
naar
door
46),
jn in
i per
>eele
ste
ligd.
lag en Vrlj-
te spreken
i KUN8T-
jrichting.
K NOOTOL
larzeld heeft,
lette dua op
en LANDE-
sild, is ingezet
we gewoon heel iets
Onze tegenwoordige
Burgemeester
De Secretaris,
H. Q. GEELHOED.
■chip overgegaan, alwaar hy verpleegd wordt
Hy lijdt aan zware koortsen.
President Peixoto heeft Da Gama als
landverrader verklaardomdat hy tot de
opstandelingen is overgegaan.
TOBBEN met
IELBAKKEN,
HANGERS,
MERS, ZEU-
JEN, LAND-
OOT, EIKEN
1CHAP, alles
Al degenendie iets te vorderen hebben
over 1893 van de gemeente Schoomhovrw,
worden verzocht de Rekeningen in t
leveren vóór 1 Februari a. s.
Schoonhoven, 18 Januari 1894.
en Wethouders,
De Burgemeester,
Mr. A. D. H. KOLFF.
Deze Courant wordt des Woensdags* en des Zaterdags
morgens uitgegeven. Prjjs: voor Schoonhoven per drie maanden ƒ0,75.
Franco per poet door het geheels rijk 0,90. Men kan zich abon-
bij allo BoekhandelarenAgenten en Brievengaarders.
Prijs der AdvertentiónVan 1 tot 5 regels 0,50. Iedere regel
moer 0,10. Groote letters naar plaatsruimte. Inzending franco
uiterlijk tot Dinsdags-avonds 8- en tot Vrijdags-namiddags 5 uren.
Alle binnenlandsche Advertentiënvoor 3 maal plaatsing opgegeven,
worden slechts t maal in rekening gebracht.
rdag 1 8 en
1894, des
ir, in de Her-
VERHEUL te
erzoeke van
kland, in het
n:
huis
irt te
tkerk,
laren.
d plaats heb-
lari 1894, des
.Groot Schip-
e GOUDA.
niddeis tegen
n, en verdere
o ten kantore
JUN DROOG-
met het onderzoek van het ontwerp-zegel-
belasting.
De Minister van Financiënde heer
Miquel, kwam nog eens met nadruk terug
op zyne voordracht en besloot met de
woorden: „Nu eenmaal overeengekomen is
tot vermeerdering van ’s Rijks strydkraehtMi,
moeten ook de middelen bewilligd worden,
öf een tabaks belasting öf een algemecne
inkomsten belasting. Is het nu niet het
beste, van twee kwaden het minste te kiezen
De zittingen van den Praisisehen Land
dag zijn met eene Koninklijke troonrede
geopend, waarin allereerst gewezen wordt
op de steeds toenemende tekorten op de
verschillende begrootingen, waardoor moeie-
lijkbeden ontstaan. Het is de taak der
Regeering zoo gaat de troonrede voort
te zorgen voor de voortdurende welvaart
van den landbouwopdat de druk der
slechte tjjden minder gevoeld worde. Ook
is eene betere regeling der rechtsverhou
dingen bij het landbezit wenschelijk.
Bij de toenemende scherpte van den
strijd tusschen meeningen en belangen is
het zaak, het tusschen de tegenstrijdige
elementen tot een vergelijk te doen komen,
in oprecht streven tot het groote doel
het welzijn des Vaderlands.
De troonrede, die door den Keizer zelf
werd voorgelezen, werd in doodsche stilte
door de Afgevaardigden aangehoord en de
toejuiching aan het einde bleef uit.
De mededeelingen aangaande den geld
nood waren dan ook niet opwekkend en de
beloften der Regeering in zake de behar
tiging van den landbouw waren voor de
ontstemde agrariërs zeker niet voldoende.
Wel zal de Keizer over deze ongewoon
koele ontvangst, vreemd hebben opgezien l
Het geding tegen het Czechisch geheim
genootschap Omladtna is te Praag (Bohe-
inen) begonnen. Niet minder dan 77 leden
worden vervolgd en ruim 100 getuigen zijn
gedagvaard. Die zeven en zeventig zijn
allen jonge lieden tusschen 16 en 31 jaar
oud en staan terecht wegens rustverstoring,
geheime samenzwering enz.
De eerste zitting was buitengewoon ru
moerig; de aangeklaagden konden nauwe
lijks door den voorzitter in toom gehouden
worden. Het talrjjk publiek, dat buiten de
deur stond opgehoopt, hoorde de beschul
digden telkens roepen„Ik sterf van honger I
Men behandelt ons als in Turkije!” De
zitting moest herhaaldelijk geschorst worden.
In het St. Jansgasthuis te Weenen
(Oostenrijk) wordt een man verpleegd uit
het romantisch gelegen St. Wolfgang (Opper
Oostenrijk), die vijftien jaren lang opge
sloten is geweest in een onderaardsch hol,
waar hij al dien tijd geen menschelijke
stem hoorde en zyn karig voedsel hem
door een luik werd toegereikt.
De man is, naar „Das Vaterland” ver
zekert, geheel en al verwilderd. Zgn baard
reikt hem tot aan de knieën, zgn haar
hangt verward om zijn hoofd. Hij kan
niet meer spreken, maar blaft als een hond.
Het zijn de twee zusters van den man
en zijn eigen moeder, die hem in dezen
toestand brachten, om zich een erfenis toe
te eigenen waarop hij recht had.
In en om Italië is de rust op verre na
nog niet hersteld. Zoo brak o. a in de stad
Carrara weer een hevig oproer uit, dat
ontstond door ontevredenheid der bevolking
over het oproepen van miliciens voor de
verschillende lichtingen. Het kwam tot een
hevig gevecht, waarbij aan beide zijden
verscheidene dooden vielen.
Generaal Morras heeft op Sicilië den invoer
van vuurwapenen verboden. Voorts moet
de bevolking de wapenen, die ze heeft, bij
de overheid inleveren, die ze kosteloos be
waren zal. Op nieuw moet verlof gevraagd
worden tot het dragen of hebben van wa
penen. Overtredingen zullen ten strengste
gestraft worden I
Spanje heeft aan den Sultan van Marokko
de volgende eischen gesteld: eene schade
vergoeding van 25 millioen pesetas, die
het weder hard noodig heeft, om schepen
en troepen te zenden naar de Philippijnsche
eilanden, waar de Mohammedaansche be
volking eene Spaansche bezetting heeft aan
gevallen op het eiland Mindanao.
Ten tweede eischt het de bestraffing van
hoofden der Kabylen, die Melilla hebben
aangevallen en waarborgen voor de toe
komst. De Sultan zal verder een gewa
pende macht in de nabijheid der Spaansche
bezittingen moeten handhaven, ten einde
herhaling van de aanvallen te voorkomen.
Voorts eischt Spanje nog een onzijdige
strook lands van 500 meter breedte tus
schen het Marokkaansche en het Spaansche
grondgebied. Die strook mag niet be
bouwd worden.
In Brazilië, te Rio Janeiro, wordt het
hoe langer hoe verwarder en oproeriger.
Vrouwen en zelfs geestelijken begunstigen
nu den opstand. Eenige granatendoor
de opstandelingen midden in de stad ge
worpen, doodden verscheidene personen.
Santos wordt door de opstandelingen ge
blokkeerd, terwijl een aanval van de sche
pen der oproerigen op het eiland Nichteroy,
na een hevig kanonvuur, werd afgesiagen.
Admiraal De Mello is op een ande?
„Vrienden, de belastingen zgn inder
daad erg zwaar; en toch, als die van liet
gouvernement 4* eenige warendie we te
betalen hadden, zouden wy ons nog ge-
makkeljjk redden. Maar er zijn heel wat
andere en heel wat ondragelyker belastin
gen voor sommigen van ons. Wij worden
minstens voor bet dubbele aangeslagen door
onze luiheid, voor het drievoud door onzen
hoogmoed, voor het viervoud door onze
onbezonnenheid, en voor dfe belastingen
kan de ontvanger noch vermindering noch
uitstel toestaan.
„Ais een Regeering van haar onderdanen
het tiende gedeelte van hun tijd tot haar
dienst eischte, zou men zulk een bestuur
ondragelyk noemen; maar de luiheid eischt
van de meesten onzer nog veel meer. De
ledigheid, die ziekten aan brengt, verkort
het leven niet weinig. De ledigheid, even
als de roeet, verslgt meer dan de arbeid;
de sleutel is blank zoolang men hem ge
bruikt. Gij bemint het leven? Verlies dan
geen tydwant dat is de stof waarvan het
leven is gemaakt. Hoeveel tijd geven wij
niet meer dan noodig is aan den slaap,
vergetende dat een slapende vos geen kip
pen vangt, en dat wij in de doodkist tijd
zullen hebben om te slapen.”
Wanneer in onze dagen eens in een
vergadering een volksredenaar optrad, en
in dezen trant zijn toehoorders, gekomen
wellicht om een oplossing te vernemen
van „het maatschappelijk vraagstuk”, aan
sprak,— dan, gelooven we, zoudebyval,
dien hy vond, verre van algemeen zijn.
Hoewij verlangen een geheel nieuw stelsel
van productie en van verdeeling der pro
ducten; welk stelsel, daarover zgn de ge
leerden en ongeleerden ’t nog niet precies
eens geworden, doch in elk geval iets
anders dan waarmede men het zooveel
eeuwen heeft beproefd, en men komt
ons vertellen dat we wat zuiniger moeten
zyn met den tyd, en dien zoo nuttig aan
wenden als mogelyk is I Wy zyn druk in
de weer om te komen tot de toepassing
van regeeriugsbeginselenvolgens welke
een minimam van lasten en een maximum
van lusten aan elk ten deel zal vallen;
en daar tracht iemand ons wgs te maken
dat het met die belastingen, over welke
wij voortdurend klagen, nog zoo’n vaart
niet zou loopenals we niet veel meer
dan dat bedrag zoek maakten door ons
aan bescheidenheid, aan
zalven op die punten eens naar waarheid
kon taxewenj hoe Wiek zou'ded dan niet
van hun minderheid overtuigd worden?
Enal moeten wij sons erg scharrelen
om door de wereld te komen en het hoofd
omhoog te houdenwij getroosten ons dat,
als we maar mogen hopes dat na ons onze
kinderen het wat beter zuilen hebben, niet
waar? Welnu, doen wij ri wat wij kunnen,
met gebruikmaking van 4e vele hulpmid
delen die thans worden aangebodenom
die kinderen tot wezenlyk bekwame lieden
te vormenberekend voor hun taaktot
mannen met een paar rappe banden en
een helder hoofddoei wij dital moe
ten we daarvoor ook do meeste zuinigheid
betrachten in de uitgaven voor dingen die
niet tot de onmisbare beloelten behooren
Gaat eens na, wie in deze moeielyke tijden
de werkloozen zyn: zonder twijfel, er zijn
flinke en degelijke werklieden, die door
gebrek aan arbeid tydelyk buiten verdien
sten zyn en het met kun gezin hard te
verantwoorden hebben, maar de groote
meerderheidwat hebben deze menschen
in hun jeugd geleerd, hoe hebben zij hun
jonge jaren doorgebracht, en hoe het
geld besteeddat zjj in betere dagen kon
den verdienen?
Het zou hoogst eenzijdig wezenals wij
meenden de samenvoeging van vraagstuk
ken, die men „de maatschappelijke quaestie”
noemt, van de baan te kunnen schuiven
met een algemeene aanbeveling tot toe
passing van Franklin’s grondbeginsel: er
zullen onderscheiden regelingen gevonden
moeten worden, die voor de toekomst het
lot der mingegoeden beter verzekeren.
Maar de oplossing dier quaestie, de
opheffing van ai de bezwarenwelke zich
daarbij voordoenzou oneindig lichter zijn,
indien men alvast begou, elk voor zich,
met het oude leentuk van de alles over
winnende macht van arbeid en spaarzaam
heid met betrekking tot zichzelven en tot
zijn kinderen, geloovig te aanvaarden. Dat
geloof zou blijken een kracht te zyn, sterk
genoeg om bergen te verzetten. Wat men
ook moge hervormen wijzigenof regelen,
dat beginsel is de rotswaarop het maat
schappelijk gebouw tot bet einde der dagen
blyfc gevestigd.
Eindelijk is nu bij de Fransche Kamer
van Afgevaardigden het reeds lang aange-
kondigde Regeerings-ontwerp ingekomen tot
verwisseling van de 4| percents staatsschuld
in een van 3| perc., waardoor eene jaar-
lijksche bezuiniging ontstaat van 68 millioen.
De heer Burdean, Minister van Financiën,
drong sterk aan op de verzending van de
voordracht aan de commissie voor de cre-
dieten. Met 340, tegen 144 stemmen werd
hiertoe besloten en al spoedig toog men
aan den arbeid en wel met zooveel spoed,
dat in eene volgende zitting achtereenvol
gens alle artikelen van het oonversie-ont-
werp der Regeering werden goedgekeurd.
De Kamer telt echter onder hare leden
altyd eenige, die aan eene amendement-
ziekte lijden en nooit een ontwerp, zooals
het door den een of ander is voorgesteld,
tot wet kunnen laten worden. Zoo ook nu
weer. De Afgevaardigde Jaurès wenschte aan
het ontwerp bepalingen vast te maken,
omtrent de wyze, waarop de geldendie
zullen vrijkomen besteed zullen worden.
Jaurès stelde toen voor, de opbrengst der
conversie te besteden tot verlaging der
belasting op de ongebouwde eigendommen.
Hoewel de rapporteur, de heer Poincaré,
zich verzette tegen dit amendementtoch
vereenigde de Kamer er zich mede. Even-
zoo ging het met een tweede aanvullings-
artikel, ook door den heer Jaurès voorge-
steld, hetwelk met 403 tegen 70 stemmen
werd goedgekeurd.
Toen begon de Minister-President Casimir
Périer zich met de zaak te bemoeien, van
de Kamer verlangend, dat zij geen enkel
aanvullings artikel zou toelaten. Groote
sensatie was hiervan natuurlijk het gevolg
en de noodige woordenwisselingen bleven
niet uit. Eindelijk verwierp de Kamer bij
eindstemming met eene meerderheid van
100 stemmen de amendementen van Jaurès,
die ze een oogenblik te voren nog bad
goedgekeurd. Bij deze gelegenheid is dus
het juiste meerderheids-cijfer aan het licht
gekomen, waarover in de nieuwe Kamer
een gematigd Republikeinsche Regeering
kan beschikken, ni. 100 stemmen.
Vaillant’s dochtertje, Sidonie, ontvangt van
verschillende zijden vele blijken van belang
stelling. Van alle kanten kwamen aanbie
dingen om het kind aanstonds aan te nemen.
Een vriend van Vaiiiant, de schrijnwerker
Haytz, zal zich nu met de opvoeding be
lasten en daarbjj gesteund worden door de
Hertogin d’Uzès, vriendin en geldschietster
van Boulanger.
Van de nieuwe tabaks belasting in Duftech-
land, denkt men, zal voorloopig wel niet
veel komen. De algemeene beraadslagingen
over dit ontwerp in den Duitschen Rijksdag
zijn atgeloopennadat er vier zittingen
aan gewgd waren. Nu is het naar de
commissie verzondendie ook belast is
De Min. van Oorlog heeft be
paald, dat de eerste oefeningstijd voor de
miliciens der lichting 1894, wordt vermin
derd tot op vijf maanden voor de bij de
inf. of bij de vesting art. ingedeelde lote-
lingen, indien zij vóór hunne inly ving door
vrywillige oefening in den wapenhandel
voldoende practische en theoretische mili
taire kennis hebben verkregenbinnen drie
maanden werkelijken diensttijd tot milicien-
korporaal worden aangestelden daarna bly-
ken geven van bruikbare korporaals te zijn.
De vragen, in verband met eene
herziening der wet op het armbestuur, door den
minister van binnenlandsche zaken tot de ge
meentebesturen gericht, luiden:
1°. Hoe stelt uw burgerlijk armbestuur zich
op de hoogte van de behoeften der huisgezinnen,
die zich om onderstand aanmelden?
2°. Welke is de verhouding van de betaling
geld tot die in natura?
8°. Wat is het maximum van hetgeei
uwe gemeente in den regel aan één gezin
week aan bedeeling wordt verstrekt?
4°. Wordt na verstrekking van bedeeling
eenig toezicht gehouden op de bedoelde gezinnen,
en, zoo ja, op welke wyze?
5°. Wordt door het burgerljjk armbestuur
ook betaling verstrekt aan personen of aan ge
zinnen, die, ofschoon onvoldoende, reeds door
kerkeljjke of particuliere instellingen van wel
dadigheid worden bedeeld?
6°. Bestaat er in uwe gemeente eene geor
ganiseerde samenwerking tusschen de burgerlijke,
kerkeljjke en particuliere armenzorg? Zoo ja, op
welke wijze?
7°. Wordt hierdoor het burgerljjk armbestuur
bekend gemaakt met den toestand en de ver
zorging van alle of van de meeste bedeelden?
8°. Worden bij de verstrekking van subsidiön
in uwe gemeente overeenkomstig art. 59 der
armenwet voor waarden gesteld? Zoo ja, welke?
De rechtbank te Rotterdam
veroordeelde Dinsdag J. 8., werkman te
Krimpen a/d IJselwegens diefstaltot eene
maand W. J. Den D., schipper te Bleiswijk,
wegens mishandeling, tot 14dagen; C. P.,
bouwman te Gouderak, wegens mishande
ling van een ambtenaartot drie weken
D. P., landbouwer te Gouderakwegens
wederspannigheid, werd vrijgesproken.
A. B., 19 jaar, dienstbode te Willeskop,
sedert November jl. in dienst van dan bouw
man 0. O. aldaarnam den löden Decem
ber d. a. v. uit eene gesloten secretaire die
zij met den daarvoor bestemden sleutel had
geopendeen bankbiljet van f 40 weg. Zij
maakte van dit geld een uitstapje met haren
bemindekocht een kastje en werd bij hare
arrestatie nog in het bezit gevonden van
f 1,90. Te dier zake stond zij heden terecht
en bekende hare schuld.
Het O. M. in aanmerking nemende haren
jeugdigen leeftijd en dat het de le maal is
dat zij terechtstaatvorderde twee maanden
gevangenisstraf.
De verdediger Mr. C. M. s’ Jacobde
vordering zeer clement vindende, verzocht
de rechtbank de maand prev. hechtenis nog
in mindering te willen brengen bij de haar
op te leggen straf.
Uitspraak over 8 dagen.
Maandag-avond hield de heer
G. Van Deth eene lezing te Hoofddorp
over de Weesinrichting teNeerbosch. Een
overgroot publiek, zeker 6 700 personen,
mannen en vrouwen, was aanwezig.
De heer Van Deth sprak gedurende on
geveer twee uren en deelde mede, wat hij
door persoonlijke ervaring of door brieven
en bezoeken van anderen van Neerbosch
wist. Zijne slotsom was dat die Weesin-
richting ten spoedigste moest verdwijnen.
Hij zou niet rusten voor hij in dezen strjjd
overwonnen had.
Zjjne rede werd aanhoudend door toe
juichingen afgebroken.
Naafloop betrad een oud-wees, William
van Leiden, den katheder om eenige mede
deelingen te doen omtrent de wijze van
verpleging. De staaltjes van mishande
lingen en straffen, door hem ondervonden,
deden een kreet van afgrijzen opgaan. Een
ander oud wees, L. Voorthujjzen, van Haar
lemmermeer, bevestigde grootendeels wat
door den vorigen spreker was medegedeeld.
Een lid van het burgerlijk armbestuur te
Haarlemmermeer, de heer Lammens, ver
klaarde dat dit college nog 8 weezen te
Neerbosch laat verplegen, maar niet voor
nemens is er ooit weder gebruik van te
maken. Het heeft treurige ervaringen aan
gaande Neerbosch opgedaan.
Een spreker bestreed den heer Van Deth.
Deze laatste deelde nog mede, dat de
officier van justitie te Arnhem hem toe-
zegg*ng bad gedaan, eene vervolging tegen
Van 't Lindenhout te zullen instellen we
gens mishandeling.
Hij is voornemens op verschillende plaat
sen als spreker op te treden. Zaterdag te
Aalsmeer, Maandag te Rotterdam en, daar
velen onverrichter zake moesten terugkee-
ren, zal hij Woensdag 28 Januari te Haar
lemmermeer weder verschijnen.
S. W. N. VAN NOPTEN tb Schoonhoven,
mi
gebrek aan ijver,
goede zorgen?
Neen, dan zyn
anders te hooren.
redenaars steken beter en krachtiger van
wal. Zij zyn niet zoo onbeleefd om ons
te zeggen dut veel van datgene waarover
wij klagen aan onze eigen schuld is te
wyten ot misschien wel aan de schuld van
hendie ons in het droevig wereldje van
ons kommervol bestaan hebben ingeleid.
Neen, zij strekken de hand uit en wyzen
den vyand van het maatschappelijk geluk
nauwkeurig aanniet wijmaar de egoïs
tische bezitters zyn hetdie de algemeene
welvaart-verhooging tegenhouden.
Toch was de mandie de woorden waar
mede we aanvingen niet uitsprakmaar
schreef, volstrekt geen femelaar, en even
min iemand die gewoon was de lieden met
een kluitje in het riet te sturen; en al
moge het in ons oog oude wysheid of
Verouderde dwaasheid schijnen, wat we
daar lezenis erwèl beschouwdmet
grond iets tegen in te brengen?
De schryver is den 17en April 1790
te Philadelphia gestorvenhet boekwaar
uit wij eenige regels aan haalden, was toen
vijftien jaar oud, maar de stof voor de
samensteUwg was gedurende een lange reeks
van jaren, byeengebracht. Als men een
besohaaiden Amerikaan vraagt, wie de beide
grootste vaderlanders zyn geweest, op wie
zyn volk roem draagt, dan is de kans
groot, dat hy Washington en Franklin
noemt, de beide stichters der onafhanke
lijkheid, den krijgsman en den staatsman.
En deze laatste is de bedoelde schryver.
Toch was Benjamin Franklin niet in de
bovenste lagen der maatschappij geboren;
syn vader, een klein seepfabriksntje, en
18 f 650.
gd met - 50.
60-
f 750.
1 9 f 1400.
gd met - 50.
f1450;
1 10 f1650.
gdmet- 75.
- 25.
f1750.
I ll f1125.
gdmet- 150.
75.
f1850.
I 12 f 800.
gdmet- 100.
50.
f 950.
1 13 11800.
gd met- 200.
f2000.
1 14 f1075.
gd met - 25.
1 15 f1750.
gd met - ISO.
71900.
Iwr^der gexinsbeperkingwant ^hy had
met minder dan zestien kinderen waarvan
Ben de jongste was, moest hard werken
om al zyn kroost zoo ver te brengen dat
het op eigen wieken kon dry ven. Bon
kreeg een gebrekkig onderwijs tot zijn
tiende jaaren moest daarna in de fabriek
helpen. De zeep bood hem weinig gele
genheid aan tot verstandsontwikkeling
daarom werd hij twee jaar later drukker
bij zijn broeder James voor den kost en
een klein zakgeldwaarvan hij het grootste
gedeelte besteedde om boeken te koopen;
zelfs wist hij zijn baas te overreden om
den kost te verminderen ten bate van het
zakgeld, xoodat hij gewoonlijk dineerde
met een stuk broodeen paar vruchten en
een glas water. Zyn vrye uren en een
gedeelte van den nacht besteedde hij aan
de studie. In 1728, hij was toen 22
jaar, werd hy eindelijk, na ook in Enge
land op drukkerijen gewerkt te hebben
door vrienden in de gelegenheid gesteld
een eigen zaakje op te richtendat hij
door ingespannen vlijt, door overleg en
zuinigheid, gaandeweg uitbreidde. Over
dag stond hij aan de letterkast om de cou
rant te zetten die hij had opgericht en
*s avonds of ’s nachts schreef ook gaf hij
onderscheiden geschriften van staatkundigen
aard uit, die zeer de aandacht trokken.
Toen begon zijn voorspoedvan jaar tot
ja-tr nam zijn welvaart toe en ook zijn
invloed op zijn medeburgers. Zijn genot
vond hij in de studie, zoowel van onder
werpen van staat- en staathuishoudkunde
als van natuurkennis, en dat hij het in
beide zeer ver heeft gebracht, blijkt hier
uit dat de Oxfordsche Universiteit hem in
1762 benoemde tot doctor in de rechten,
dat hij den bliksemafleider heeft uitgevon
den, dat hy kort na het pas vermeld
jaar bekleed werd met de betrekking van
postmeester-generaal van alle Britsch-Ame
rikaansche koloniën, dat hyi, gekozen tot
lid van het Congres te Philadelphia, het
belangrykst aandeel nam in de vrijmaking
dier koloniën; dat hy het was, die te
Versailles de onderhandelingen voerde waar
van de erkenning van de onafhankelijkheid
der Vereenigde Staten door Lodewijk XVI
en de ondersteuning met geld en een hulp
leger het gevolg zyn geweest. En op bet
toppunt van zyn grootheid bleef hij de
eenvoudige mandie hy altyd geweest was,
wars van praal, een vijand van onnoodige
uitgaven; doch gul tot verkwistens toe,
wanneer het er op aankwam een goed werk
tot stand te brengen of een ongelukkige
uit den nood te helpen.
Wanneer een zelfgevormd manmet zoo
veel levenservaringen, die gedurende een
lange loopbaan zoo goed uit eigen oogen
heeft gekekenons wat te vertellen heeft,
dan is het, ook na honderd jaar, wel de
moeite waard er naar te luisteren. De
vraagstukken, die het maatschappelijk leven
aanbiedt en steeds aanbieden zalwant ais
volmaakte toestanden ooit bereikt werden
dan zouden we aan het eind der ontwik
keling staan en niets meer te doen vin
den, die vraagstukken mogen in onze
dagen een anderen vorm hebben en anders
uitgedrukt worden dan destijdszij wa
ren er toch ooken niet minder dan thans
verontrustten zy de harten en maakten zij
de hoofden warm, al werd er ook minder
geschermd met groote woorden en al liep
niet iedereen met het recept van een on
feilbaar geneesmiddel voor alle maatschap
pelijke krankheden in den zak.
Franklin heeft als onvermoeid apostel de
leer verkondigddat er geen andere weg
is om tot welvaart te geraken dan arbeid,
die de vruchten doet groeien en rjjpen,
en spaarzaamheid, die ze met beleid doet
aanwenden. In verschillende vormen, met
tallooze toepassingen van het gronddenk
beeld, getoetst aan een nauwgezette be
schouwing van de dingen des dagelijkschen
leVensbleef hij daarop aandringenook
in de reeks van de populaire almanakken
die hy uitgaf, en waaruit hij later een
bloemlezing maakte, die een der meest
bekende volksboeken is geworden. (Bij on
zen uitgever is van het belangrykst ge
deelte van dat boek indertijd een vertaling
verschenen.)
Nu is het volkomen waar, dat sedert
dien tyd de toestanden heel wat ingewik
kelder zijn geworden; de toepassing van
den stoom op de nyverheidde uitbreiding
van den handel, de vermeerdering van de
staatsschulden, de organisatie der legers,
de toeneming van de bevolking der be
schaafde staten, en we zouden nog meer
oorzaken kunnen noemen, hebben den strijd
om het bestaan verzwaard en hoogere
eischen gesteld dan waarmede men in
Franklin’s dagen kon volstaanzoodat men
veel minder zeker is, met arbeid en spaar
zaamheid, onvoorzienen tegenhpoed nog
daargelaten, den geweoachten welstand te
zullen bereiken. Maar, de kans om zulks
te doen zonder die twee, is nog on
eindig geringer, en dat wordt niet altyd
in het oog gevat.
Arbeid onderstelt y ver en bekwaamheid;
en al> ieder, die met reden klaagt, zich-