Wmaien 4 Zonen,
JUDA, Markt, naast „De Waag”,
en BOSKOOP, Voorkade,
nemen gelden deposito:
it 1 dag opvragens it 2
langer termijn op overeen te komen
roorwaarden en desverkiezende tegen
tnderpand in fondsen;
ïertooj van Boom,
TAKKEN, BRANDHOUT, OUDE KACHEL8,
PAPIER enz.
1897.
N°. 1760.
Woensdag 3 Maart.
Ofldertronwharten
ruim 30 soorten, met Enveloppen,
a af f 2,50 per 100 stuks, bij
D. SPOOR,
Wilt ïll H'liRnUIGEN
voor de ZUIVELBEREIDING,
bij BODEGRAVEN.
Nieuws- en Advertentieblad voor Zuid-Holland en Utrecht
SALMIAK-PASTILLES,
algemeen erkend als het beste middel
bij hoest en verkoudheid. Het is een
slijmoploBsend en verzachtend middel
bjj uitnemendheid. Verkrijgbaar b{j
de meeste Apothekers jan Drogisten.
Prjjs per fleschje 20 Cents.
Officiëele Kennisgevingen.
BUITENLAND.
Overzicht.
MAYPOLE ZEEP.
J. DE VEN, Gouda,
Markt, bjj de Hoogstraat.’
SPELLING.
BINNENLAND.
SCÏÏOONHOVEWSCHE GOÏÏRAHT
S. W. N. VAN NOOTEN tk Schoonhoven,
Uitgevers.
r\
I* -'U**
Gemeente Schoonhoven,
Ofschoon het internationaal garnizoen
te Canea (Tarkfle) aanwezig is, om daar
tegenover de Christen opstandelingen en
de ingevallen Grieken het goed recht van
het Turksch bewind te handhaven en te
waken voor de veiligheid van het leven
rklieden.
icker en
ird door
welke
of gew<
hun op0
don aart
Om hiermede te verven, neme men
a stukje van de tablet der kleur, welke
m verlangtlost dit is een weinig
kend water op en voegt daar een hoe-
elheid kokend water aan toe, volgens
gebruiksaanwijzing. Wollen Stoffen
donkere kleuren koke men 15 20
inuten in de oplossing. Voor alle andere
Bóeren en kleuren heeft men maar ge-
>on door te spoelen. Goederen, aldus
bandeld, schijnen geheel nieuw teztfn;
kleur gaat er nooit meer uit en geeft
at ’t geringste af.
De MAYFOLE ZEEP is in 15 kleuren
>m verkrijgbaar tegen den prijs van
),25 per tablet, Zwart f 0,35.
Agent voor Schoonhoven en omstreken
N. VAN ZESSEN.
De BURGEMEESTER van Schoonhoven
zal Woensdag 10 Maart a. s., om
11 uur, in het VEERHUIS aan de Lek
aldaar, publiek verkoopen:
4 perceelen BOOMEN, staande binnen
de gemeente, benevens TAKKEN, BRAND
HOUT, OUDE KACHELS, OUD IJZER,
PAPIER enz., alles bij tyds genummerd.
Inlichtingen te verkrijgen bij den
Gemeente Architect.
Schoonhoven, 2 Maart 1897.
De Burgemeester voornoomd,
Mr. A. D. H. KOLFF.
KRAEPELIEN 1 HOLM’s
(■F** Alleen echt in fleschjes,
voorzien van etiquet. waarop de hand-
teekening van KRAEPEUEN A HOLM,
Zeist, Hofleveranciers.
Depót voor Schoonhoven en omstre
ken by den Heer T. v. d. BRAAK.
verstrekken gelden op Effecten voor:
iragen onder f 1000,— ii 4 ’sjaars,
Iragen daarboven tot den prolongatie-
roers, volgens Amsterdamsche beurs-
voorwaarden
asten zich methetkoopen en verkoopen
van Effecten, tegen een provisie van:
I voor fondsen boven de 30
l6‘/, onder 30 ®/0 (ook
roor loten;)
iverlangd worden orders in de meeste
bndsen verantwoord tot den eerstvolgen-
len middenkoers der Amsterdamsche
Beurs;
sselen Coupons in boven de Amster-
lamsche beursnoteeringzonder bere
kening van provisie;
asten zich op voordeelige voorwaarden
met het incasseeren van wissels op
airmen- en buitenland. Tarieven op
lanvrage gratis verkrijgbaar;
strekken geld op HYPOTHEEK.
ent voor Schoonhoven de Heer
A. VAN DEN HEUVEL, aldaar.
Prijs der Advertentiën: Van 1 tot 5 rebels f 0,50. Iedere regel
meer f 0,10. Groote letters naar plaatsruimte. Inzending franco
uiterlijk tot Dinsdags- en tot Vrjjdags-naniiddags 4 uren.
Alle binnenlandsche Advertentiën, voor 3-maal plaatsing opgegeven,
worden slechts 2-maal in rekening gebracht.
Dezer dagen, ter Verkorting van onzen
weg, door een achter buurtsch straatje van
een onzer groote steden gaande, waar men
nog van die eigenaardige winkeltjes van
alles en nog wat aantreft, toko’s in het
klein, bespeurden wij voor het raam
van een dier door de jeugd zoo gewaar
deerde inrichtingen een papier waarop
met vrij groote letters geschreven stond
„Posee” en een eind lager: „chels
te koop.”
De spreekwoordelijke scherpzinnigheid
van den journalist liet ons niet in den
steek: het was sms aanstonds duidelijk
dat de toko-houder bereid was, tegen een
hoogst matige retributie, den lieden uit
den omtrek een gang naar het postkan
toor of naar een rijks-depöthouder te sparen,
voor het zeldzame geval dat een van hen
ter verzending van een brief zich van
het noodige frankeermiddel wonschte te
voorzien.
En wat deed het er ook eigenlijk toe,
hoe de man het woord „postzegel” wilde
spellen? Hoogstwaarschijnlijk was de be
doeling zijn clientèle even helder als ons.
Hij maakte slechts gebruik van zijn per
soonlijke vrijheid, een heilig, onaan
tastbaar recht.
ftnmers, onder de vele vrijheden, die
naar sommiger meening eiken burger en
elke burgeres van den Staat toekomen,
en waarop slechts bekrompen betweterij
en heerscbzucht inbreuk trachten te maken
door beperkende vosjschriften, is ook
het recht om zijn gedachten uit te druk
ken op de manier, die men zelf het ge
schiktst vindt. Willen anderen er dan
geen kennis van nemen, omdat zij zich
geërgerd gevoelen, dat moeten zij maar
weten. Er bestaat op dit oogenblik in
Nederland een officióele spelling, maar
wie kan ons dwingen juist deze en geen
andere te bezigen? Het gezond verstand
verheft zich boven dien dwang, en vindt
zich beter thuis in een ander en veel
ouder voorschriftschrijf zooals gij spreekt
’t Is waar, wanneer men op het zooge
naamd spreken van sommige menschen
nauwkeurig acht geeft, dan moet erkend
worden, dat het er ook een spreken naar
is. Onze goede Nederlandeche taal wordt
dikwijls vreeselyk mishandeld. Men laat
medeklinkers weg, alsof het de tong ont
breekt aan de noodige veerkracht om ze
te vormen, of brengt bij het uitspreken
der klanken zulke vreemdsoortige gelui
den uit, dat het soms moeite kost ze op
te vangen en weer te geven. Doch ook
dit is een zaak van gewoonte en van
smaakelke vogel zingt zooals hij gebekt
is, en wie er niet naar verkiest te luis
teren, stoppe zijn ooren maar dicht en ga
zijns weegs.
De offlctëele, de algemeen gebruikelijke
spelling heeft ongetwijfeld haar gebreken
zij noodzaakt ons, letters te bezigen, die
we eigenlijk wel konden missen en duidt
niet alle klanken overal met hetzelfde let-
terteeken aan. Zelfs dan, wanneer wy
conservatief genoeg zijn om te gelooven
aan het bestaan van één beschaafde spreek
taal voor geheel Nederland, dus aan de
dialecten en aan het plaatselijk patois geen
rechten van» mededinging toekennen,
dan nog'vinden we dat het niet gaat, de
woorden zoo uit te spreken als wjj ze ge
schreven zieh.
Dat verschijnsel is evenwel niet uitslui
tend eigeft-aan onze taal; de drie zooge
naamd moderne hebben het ook. Het
Duitsch staat in dit opzicht met het Neder-
landsch ongeveer op dezelfde lijn; met
het Fransch is het nog veel erger, en het
Engelsch spant de kroon, daar schijnt de
overeenstemming van het geschreven met
Deze Courant wordt des Woensdags- en des Zaterdags
morgens uitgegeven. Prijs: voor Schoonhoven per drie maanden ƒ0,75.
Franco per post door het geheele ryk f 0,90. Men kan zich abon-
neeren by alle Boekha^ÊarenAgenten en Brievengaarders.
der Muzelmansche bevolking, is het de
laatste bevolking, gesteund door Turksche
soldaten, toch weer gelukt zich over te
geven aan plundering en brandstichting.
Het paleis van den Gouverneur o. a. is
geheel uitgebrand, benevens nog ver
scheidene andere gebouwen. De aan land
gebrachte Europeesche brandspuiten had
den handen vol werk om te blusschen.
De grootste moeite hadden verder de
Europeesche soldaten, om het Muzel-
mansch gepeupel in bedwang te houden.
Gelukte het hun eenige personen te
arreateeren en aan de Turksche overheid
over te leveren, het volgend oogenblik
werden ze door die overheid weer in vrij
heid gesteld. Slechts met de revolver in
de vuist konden de Europeesche soldaten
de Turksche manschappen beletten in
het paleis van den Gouverneur de brand
kast leeg te halen. In geen maanden
hebben ze soldij gehad. Niet enkel te
Canea, maar ook te Halepa hadden derge-
Ijjke ongeregeldheden plaats. Nu de
Mogendheden dus de handen vol hebben
om op het land de orde te herstellen,
kunnen de Grieken eens goed van de
gelegenheid proflteeren, om eene landing
te doen. De daad bij het woord voegend,
zijn reeds 600 Grieken met drie kanonnen
en de noodige ammunitie, aangevoerd
door een vroeger naar Griekenland uitge
weken Cretenzer opperhoofd, geland in
de provincie Candia. Wanneer dit zoo
geleidelijk voortgaat, zal het den Mogend
heden onmogelijk zijn al die troepen der
Grieken te verdrijven.
Bij het bombardement van het kamp
der Christen opstandelingen bij Cmea blij
ken toch drie mannen gedood te wezen
en twaalf mannen en drie vrouwen gewond,
onder welke laatsten eene geestelijke
zuster. De materieele schade is zeer groot
Het vuren der vreemde schepen op de
Christenen heeft blijkbaar de Turksche
soldaten en Muzelmannen tot de sedert
bedreven uitspattingen aangemoedigd.
Aangaande het verbranden van het regee
ringspaleis te Canea wordt nog gemeld,
dat de brand ontdekt werd ’s morgens
om vijf uur, in een kamer in het midden
van het gebouw, grenzende aan het slaap
vertrek van den Italiaanschen komman-
dant. De brand was reeds zoo fel, dat
de kommandant geen tijd meer had om
zich te klecden en gedwongen was in een
deken te vluchten. Aan de krachtsin
spanning van Engelsche matrozen, die
met de handen de aangrenzende houten
gebouwen omverhaaldenwas het te
danken, dat de brand zich bepaalde tot
het regeeringspaleis. Bij den brand is
het geheele archief met alle stukken
betreffende verpachtingen, contracten en
financiële verbintenissen van allerlei
aard vernield.
Naar men verneemt, hebben nu de
gezanten der Mogendheden van hunne
Regeeringen de instructie ontvangen, ten
einde aan Turkije de eer van het initiatief
te laten, den Padischah uit te noodigen,
uit eigen beweging aan Creta zelfstandig
heid te verleenen. Aan Griekenland schijnt
die nota der Mogendheden, waarin ont
ruiming van Creta verlangd wordt, nog
niet bekend te zijn. Zoovéél is echter
zeker, dat Griekenland’s besluit, om de
troepen op Creta te laten, onherroepelijk
is. Wat den toestand op het oogenblik
betreft op Creta, zoo schijnt het thans
vooral te spannen by Heraclean. Daar
gebiedt nog een Turksch gouverneur, die
de Muzelmansche bevolking heeft ge
wapend, die uitgetrokken is om punten
in den omtrek te bezetten, den Christenen
zware verliezen toebrengend.
De oude Gladstone heeft van den
jangaten stap der Mogendheden verklaard,
dat deze „de maat harer eigene oneer
deed overloopen”,
De Brltsche Lagerhuis-Commissie tot
onderzoek naar het voorgevallene in Zuid-
Afrika, gaat steeds voort met het verhoor
van Rhodes, die, minder gesloten als eerst
het geval was, nu vrijwillig velerlei
mededeelingen doet. Zoo klaagde hij er o. a.
over, dat de houding der Transvaal steeds
onvriendelijk was geweest,op alle mogelijke
wijze toonde zij hare vijandige gezindheid.
Voorts, ondervraagd zijnde door het com-
missie-lid Labouchère, verklaarde Rhodes,
er van overtuigd te zijn geweest, dat
President Krüger naar eene toenadering
tot Duitschland streefde; ton bewyze
daarvan haalde hij de bekende redevoering
aan door Krüger in 1895 op ’s Keizers
verjaardag gehouden. Kortom, de geheele
staatkunde van den President was er
aitjjd op aangelegd vreemde elementen
meer te begunstigen dan Kapenaars,
Hollanders zoowel als Engelschen.
Ditmaal woonde de Prius van Wales
de zitting niet bij.
Rhodes heeft er over geklaagd, dat zijne
ondervraging zoo la^g duurt, en voorspeld,
dat men nog wel twee jaar zoo aan den
gang kon blijven. Hij heeft gevraagd naar
Zuid Afrika terug te mogen gaan, dan wil
hij later nog wel eens wederkomen.
Dinsdag zal de commissie hierover beslissen.
OOR’S LandbouwkantoorHoogeweerd 55,
LEIDEN.
BEKROOND:
stuurs prijs, Gorlnchem 1886.
uden Medaille, Bolsward 1889.
rste prijs, verhoogd met een Bestuura-
prijs, Woerden 1890.
rste prijs, Dordrecht 1890.
rste prijs, Alfen 1891.
ree eerste pryzen, Dokkam 1891.
rste prfls, Lelden 1892.
rate prijs, Nijmegen 1893.
rate en tweede prijs, Gouda 1894.
ree eerste prijzen, droot-Ammers 1894.
veren Medaille, Antwerpen 1894.
ie eerste prijzen, Arnhem 1895.
rate prijs, Bodegraven 1895.
veren Medaille, Leeuwarden 1896.
ree eerste prijzen, Glessendam-IIardlnx-
veld 1896.
ree eerste prijzen, Woerden 1896.
rste prijs, Meerkerk 1896.
(T- 1ste Fabrikant en Uitvinder van
KUIP WERK met ronde Kimmen.
takt en levert In den kortst mogelijken tijd
>om-, Paarde- en Hondekarnmolens.
Isteinsche Karns voor Handkracht, lste
m 2de soort.
terkneed machines.
Ik- en Transportkannen.
Ik- en Voederemmers.
tervloten.
om Zuur- of Molkenvaten met deksels,
sikuipen.
ringtobben of Kaaskuipen.
asvormen voor Edammer kaas van
Teak- en Olmenhout.
liters en Dopjes.
akhouten Vormen voor Gouda-, Derby-
m Komijnekaas.
id- Hollandsche en Edammer Kaaspersen.
asketels.
icelbakken.
intenkuipen enz.
Vertegenwoordiger der Fabriek van
atrifugea van LÜDLOFF SÖHNB
Berlin.
Geïllustreerde Prijscouranten worden
ime op aanvraag toegezonden.
Bij onze Agenten W. M. DE JONG,
•rte Tiendeweg D 14, Gouda, K.
EUER te Meerkerk, J. RUFERS te
DERDEN, J. C. WOORTMAN te Utrecht,
C. DE VRIES te Oudewater zijn
Döts gevestigd en worden bestellingen
ogenomen.
Het Agentschap Wed. ADR. VAN DER
J8SEN, Gedempte Botersloot 110-112,
ttkrdam, is opgeheveu.
het gesproken woord totaal verloren te
raken. En nochtans, hoeveel moeite er,
in Frankrijk zoowel als in Engeland, sinds
vele jaren, ook door uitnemende geleerden
en door commissies van taalbeoefenaren,
zijn aangewend om hierin verandering
te brengen, het heeft tot dusver niet
mogen baten. We hebben proeven gezien
van Fransch phonétisch schrift, d. w. z.
schrift hetwelk den klank der woorden zoo
juist mogelyk weergeeft, maar het was
eenvoudig niet te lezen.
Zullen wij, nu hier te lande gelijke
poging wordt aangewend, gelukkiger zyn
Wij meenen het te mogen betwijfelen.
Aan ijver ontbreekt het de „Vereniging
tot vereenvoudiging der Nederlandse spel
ling” geenszins. Zij wil overbodige letters
doen vervallen, meer eenheid brengen in
de schrijfwijze van woorden met gelijke
klanken, de geslachten van de woorden
die voorwerpsnamen aanduiden opheffen,
de buigingsuitgangen afseflafton. Alles
mooi en goed, en wanneer alle Neder
landers het daarover eens waren, name
lijk zij die het meest zich van het ge
schreven woord bedienen om anderen
voor te lichten, dan hadden we iets ge
wonnen, en zou inderdaad bij het onderwijs
eenige tijd worden uitgespaard, die nu
voor het leeren van genoemde zaken moet
beschikbaar zyn. Iets, maar niet alles.
Want een der voornaamste moeielijk-
heden, waarmede tal van scholieren en
ook oudere personen voortdurend zitten
te tobben, blijft bestaan en is met geen
mogelijkheid weg te nemen, wij bedoelen
de spelling van de vormen der werk
woorden, waarbij de uitgangen d, t en dt
den leerlingen veel hoofdbreken kosten
en dikwijls worden verward.
Maar bovendien, verreweg de meeste
schrijvers, en dezen toch zijn het die
den toon aangeven, achten het niet ge
raden een andere spelling te volgen dan
die van DeVries en Te Winkel, en blijven
de grammaticale regels handhaven die
wij op school geleerd hebben en zoo
goed en zoo kwaad als het kan toepassen.
Zoolang daarin geen groote verandering
komt, lykt het veiligst te roeien met de
riemen die men heeft, al ontbreekt er
ook iets aan. Middelerwyl kunnen de
aanhangers van het Kollewynsche systeem
hun best doen, om het volgen eener
nieuwe richting voor te bereiden.
Met het onderwijs is het, naar wij
meenen, Iets anders. Daar is het gepast,
niet als geldend aan te nemen wat van
de b(jna algemeen gevolgde gewoonte
afwijkt. Onze jongens en meisjes moeten
leeren zich van de spreek en schrijftaal
te bedienendie de heerschende is
waarin, wat de laatste betreft, nagenoeg
alle letterkundige producten te hunner
kennis komen, waarin zij zich moeten
kunnen uitdrukken om voor allen ver
staanbaar te zijn. Al is een onderwijzer
voor zichzelf overtuigd van de voortref
felijkheid van het nieuwere, niet die
meening moet den doorslag geven; het
maatschappelijk verkeer eischt nu een
maal zekere gelijkheid van vormen, en
met dien eisch moet rekening worden
gehouden.
Het was deze zyde van de quaestie,
die in beide Kamera der Staten-Generaal
besproken werd by de begrootingsdiscus-
sión. In de Tweede Kamer waren het
de heeren De Beaufort van Amsterdam
en Everts, die er de aandacht van den
Minister van Binnenlandsche Zaken op
vestigden. Beiden betwistten de moge
lykheid, in deze aan de onderwijzers
geheele vrijheid te laten en vroegen den
Minister maatregelen te nemen om aan
de dreigende verwarring een einde te
maken, niet door den Nederlanders te
gelasten, op wat manier zij hun taal
moeten schrijven, maar door het school
toezicht te wijzen op de noodzakelijkheid,
om bij het onderwijs de noodige eenheid
te handhaven.
Tot tusschenkomst in deze verklaarde
de Minister Van Houten zich nog niet
bijzonder geneigd. Ambtelijk had hij nog
geen enkeje klacht vernomen. „Ik ge
loof’ - zeide hy, - „dat er één geval is
vootgekomen, ik meen in Gelderland
waar daaromtrent eenig verschil heeft be
staan, maar het heeft althans niet de be
slissing van de zyde des Ministers ver-
eischt.”
„Onder die omstandigheden,” ver
volgde de Min. „zou ik aan de beide
geachte sprekers niet durven toezeggen
dat mynerzyds het initiatief zal worden
genomen om op dit punt verandering aan
te brengen. Ik erken dat er eenige moeieiyk-
heid kan zyn bij examina, maar die moeie-
lykheid zal hoogst waarschijnlijk het meest
worden ondervonden aan de zyde van den
examinandus. Nu er een zekere gewoonte,
een min of meer officióele spelling bestaat,
Zal ten aanzien van iedere afwyking van
die gewone spelling de examinandus ge
vaar loopen dat zy hem als een fout wordt
aangerekend. Ik onderstel dat deze over
weging tot dusverre, ook in verband met
de régelen die b|j de opleidingsscholen in
zwang zyn, aanleiding geeft, dat bij de
examina de moeielykheden niet zoo.groot
zyn, als zy theoretisch schijnen. Ep-indion
een bekwaam joogmeuseh opAetf^xamen
blijk gaf dat t»U in de taal met bewust
heid en wetende hoe het naar de gebrui
kelijke regelen zou moeten zijn en aan
den wensch van den examinator zou vol
doen, een andere spelling koos en met
goede gronden wist te verdedigen, dan
zou ik niet denken dat dit van overheids
wege behoefde te worden gekeerd. Ik ge
loof dat een dergelyk jongmensch daar
door bly'k zou geven op dit punt althans
evenveel verdienste te hebben als degene,
die eenvoudig naschrijft wat hem isgeleerd.
Ik zal er mijn aandacht meer byzonder
aan wy'den, maar het komt mij voor dat
de overheid zich nog van inmenging in
deze zaak zal kunnen onthouden.”
Wij kunnen den Minister geen ongeluk
geven, en zouden ook niet goedvinden als
aan „dergelijk jongmensch”, die op een
examen verkoos zyn bekwaamheid eens
fiks te doen uitblinken, een onvoldoend
cijfer voor taal en spelling werd gegeven.
Maar die bekwaamheid behoorde hij dan
toch voorshands te reserveeren voor parti
culier gebruik. In zijn brieven, in de romans
of gedichten die hij ter perse zal leggen,
kan hij schryven zooals hij wil, in de
school, bij zijn onderwijs, betwisten wij
het recht op die vrijheid. Want daar geldt
het belang der kinderen, en geen ander.
De ouders hebben het recht te eischen,
dat aan hun kinderen het Nederlandsch
wordt geleerd in de gebruikelijke vormen,
en het schooltoezicht heeft te waken dat
daaraan de hand wordt gehouden. En al
zyn de ouders, wat ook somtijds voor
komt, niet op de hoogte van de zaak, des
to meer kiemt de plicht om geen af
wijkingen toe te staan, waarvoor de tijd
nog niet ryp is.
Zal het oogenblik dier rijpheid eenmaal
komen? Misschien, dofih wij zijn er lang
niet zeker van. Er zijn, in de laatste jaren,
al zooveel „bewegingen op touw gezet,”
zooals de zotte uitdrukking voor die soort
van dingen luidt, die met veel ophef
begonnen, met een sisser zyn afgeloopen.
Wij willen geen voorbeelden noemen, ten
einde niet noodeloos dezen of genen
enthousiast het land op te jagen, - maar
ieder kent ze. En nu zijn we niet vrij
van het idéé, dat het met de „vereen
voudiging” ook zoo’n vaart niet zal loopen.
Over een poos hebben wij er genoeg van
en blijven verder rustig „vriezen en
winkelen.”
Want elke spelling is toch niets anders
dan conventie, een stilzwijgende overeen
komst om een woord zóó en niet anders
af te beelden, terwyl men dan woorden
van ongeveer gelijke klank eigenaardig
heden onder dezelfde regels brengt. Men
maakt zich bezorgd over de veelheid dier
regels met hun uitzonderingen, waarmede,
zoo het heet, de hersenen onzer kinderen
worden vermoeid. Doch zoo gaat het
niet. In de sóholen worden zoo erg veel
„regels” niet geleerd, vooral niet wat de
spelling aangaat: eenige, die om zoo te
zeggen voor het gry'pen liggen, brengt de on
derwijzer onder de aandacht, maar het voor
naamste middel, waarvan hy zich bedient om
de juiste vormen van het geschreven woord
te doen opnemen, is de aanschouwing.
Zuiver schrijven moet tot een gewoonte
worden gemaakt dool oplettende waarne
ming der woorden, en wy kennen hon
derden personen die nooit een fout maken
ofschoon het hun niet mogelyk zou zijn
drie spelregels op een fatsoenlyke manier
voor den dag te brengen.
En als er eens iemand, niet gewoon om
alle dagen de pen te yoeren, ergens êen
letter te veel of te weinig schryft, een uit
gang verkeerd maakt, zich in het geslacht
van een woord vergist, och, laten we
hem dan niet voor een halven barbaar
aanzien en ons te zijnen koste vroolijk
maken. Wy hebben wel wat beters te
doen dan elkander te beschoolmeesteren.
Wie veel en met aandacht leest, en gewone
hersens heeft, zal in deze de perken niet
overschrijden en geen taal opdisschen die
onverstaanbaar is, en wat de overigen
betreft, wij zullen hun tekortkomingen
niet al te breed uitmeten doch den goeden
wil in aanmerking nemen. De spelling-
quaestie is een van die vraagstukken,
welker oplossing gerust aan den loop der
eeuwen kan worden overgelaten; wordt
er een nieuw „systeem” ingevoerd, dan
is het toch na vijf en twintig jaar weer
onbruikbaar en een nieuwe beweging wordt
„in het leven geroepen”. Dat ztf, die hiertoe
lust gevoelen, zich er mee bezighouden
Wy zien er de dringende noodzakelijkheid
niet van in.
De koorddanser Blondin, wiens overlijden
werd gemeld, is verscheidene malen op
het koord over den Niagara waterval heen-
geloopen. Hij deed het oqk eens in tegen
woordigheid van den Prins van Wales,
die, toen Blondin aan hem werd voorge
steld, zeide: „Goddank, dat het voorbij is!”
Maar daarna ging Blondin er nog over met
een man op z(jn rug, geblinddoekt, met
een zak over het hoofd en op stelten. De
Prins verzocht Blondin, op zyn verant
woording laatstgenoemd waagstuk niet te
beproeven; maar Blondin antwoordde,dat
er volstrekt geen gevaar was en bood zelfs
aan Z. H. op zijn rug meé te dragen. De
Prins bedankte echter voor dat vriéndelijk
aanbod. Historisch moet het woord wezen,
door Blondin halverwege op dit gevaarlijke
pad over den waterval eens aan zijn ietwat
zenuwachtig wordenden levenden last toe-
gevoegd: „Als je nu niet stil zit, smijt
ik je er af!”
De aanstaande President der Vereenl<de
Staten, de heer Mc. Kinley, is nog steeds
niet hersteld van eene aan influenza ver
wante ziekte, welke een gevolg is van de
drukte, welke hij voor en na zyn verkiezing
moest doorstaan. Er is echter geen reden
tot ongerustheid.
STATEN-GENERAAL.
Met de interpellatie van den heer De Savomin
Lohman orer de outslag-aanvraag van Dr. Urediua
ala directeur van het Mauritahuia, ving de verj
gadering der Tweede Kamer van DondorcWg
25 Februari aan. Do heer Lohman onthield
aioh van een beoordeeling van de benoeming
en van den persoon dea benoemden ala onder
directeur, maar vroeg, of de Minister den heer
Brediua had gezegd, dat deze iemand zou
voordragen, met toezegging dat de voorgedragene
benoemd sou worden, en of niettemin de Min.
later een ander heeft; voorgedragen zender den
heer Brediua daarin te kennen.
De Minister zette zeer uitvoerig uiteen, wat
aan de benoeming van den heer Waller tot
onderdirecteur ia voorafgegaan, ontkende dat
aan den hoor Bredius een bepaalde toezegging
is gedaan, en verdedigde do gedane keuze in
verband met des Ministers opvatting van den
werkkring van den nieuwen titularis. Maar de
bepaald aanga wezen grief, waarom de heer
Bredius zich genoopt heeft gezien aan het
Mauritshuis zyu gewaardeerde en bjjna onbe
zoldigd verleende diensten te onttrekken, is ook
na de rede van don Min. blyven bestaan, nl.
deze, dat over de benoeming de heer Bredius
niet is geraadpleegd, en dat deze oorat door de
Staatscourant tot zjjn konnis zou zyn gekomen,
iudien hjj niet toevallig dien dag aan het
Departement was komen itiformeeren hoe de
zaak stond.
By de voortgezette beraadslaging over de
Kamers van Arbeid (art. 8) gaf do positie van
het toelicht hebbend personeel, (opzichten,
meestersknechts, onder bazen) moeilgkhedeu. Moe
ten zij tot de werklieden worden gerekend?
De hoer Kordyk ontkende dit, en een door hem
en den heer Drucker ingediend amendement
had ten dool de regeling van hun verhouding
tot de Kamers van Arbeid aan de Regeering
over te laten, door by Kon. besluit te bepalen,
,l“ personen, ia eoa bedryf werkzaam zjjnde
veest zijnde, verklaard worden wegens het
ipgegeven gezag orer anderen of wegens
rd van hun werkzaamheden, niet onder
werklieden te zyn begrepen. Een amendement
van de Commissie van Rapporteur* opent don
weg, om hen, op gelyke wijze, tot de patroons
te rekenen.
Deze beiangryko quaestie, waarover de beraad
slaging in de vergadering van Vrfidag werd
voortgezet, on tot welker oplouing nog andere
amendementen waren ingediend, werd in den
boven aangeduiden zin geregeld door aanneming
tan de beide amendementen Draakar— Kerdyk
en Comm, van Rapporteurs).
Art. 5 van het ontwerp bepaalde dat de
Kamer voor de helft wordt gekozen door de
patroons, voor de andere helft door de worl
Een amendement van de heeren Dj*d<
Kordyk om te lezen „door en uit”, wer<
den Min. v. Justitie overgenomen.
Op art. 7 (tergaderingen der Kamer*), werd
aangenomen oen amendement van den heer
De Kantor, om don Voorzitter eener K. v. Arb.
te verplichten, oen schrifteiyk verzochte ver
gadering binnen 14 dagen uit te schryven.
Door den heer Kuyper werd roorgesteld een
nieuw art. 7 bis. „De Kamer kan voor elk
der bedryven of onderdooien van bedoven in
haar midden vertegenwoordigd, vaste commi*siötf
benoemen, samengesteld uit een gelyk getal
patroon* en werklieden. Zy heeft het recht
adviezen van deskundigen over arbeids-aange-
legeuheden in te winnen. Bohriftelyk of door
afvaardiging kan zjj met andere Kamera over
arbeids-aangelegenheden in overleg treden”. De
heer Kuypor zeide in zyn toelichting dat hy
deze bapalingen in de wet wenscht te zien
opgenomen, liever dan in de huishoudelijke
regelingen, die toch de goedkeuring der Regeering
behoeven, welke goedkeuring misschien zou
geweigerd kunnen worden als de Miu. de
regeling in stryd aoht mot de wet. De heer
Pytterson was van oordeel dat deze by zonder heden
niet thui* behooren in een wet, die alleen de
beginselen regelt; hem schynt het beter toe
ze aan de praktyk over te laten.
- Gedeputeerde Staten der prov.
Zuid-Holland hebben bepaald, dat de ver
kiezing van een lid der Staten van de
provincie Zuid-Holland, in het hooflkles-
district Gouda, ter vervuiling van de vaca
ture, onstaan door het ontslag nemen van
den heer R. Blok, zal plaats hebben op
Dinsdag 30 Aiaart a. 8.en dat de her
stemming, zoo die nopdif mocht zijn, zal