:en n 345, SRVE, staande raat, alsmede gen liland, Rietland ite HT, iilaal N*. 1840. Zaterdag 4 December. ^rkooDing. Nieuws- en Advertentieblad voor Zuid-Holland en Utrecht M SI. NicoMesl, in plaats van Zondag 5 December, te vieren op Maandag 6 December a a. 8 VerfcooDiM ida. n 1 «huis Eerste Blad. IILAND, in den polder ier de Gouwe, r de gemeenten ad. Gouda Sec- 975, 978, 986, 1110, 1118, en nos. 798, 799, 1897. inhuis, f 1 et ERF, AND. Officieel© Kennisgevingen. KANTOOR, aar, P no. 217; jroot 76 o.A. en BEKENDMAKING. BUITENLAND. Overzicht. WONINGEN, chter perceel 2 Moordrechteche )8, te Gouda; 1, 1492 en 1493, BINNENLAND. et ERF, SINTERKLAAS. -w S. W. N. VAN NOOTEN te Schoonhoven, Uitgever». f j houden. bezichtigen ge- erkdagen vóór van 2-4 uur Centiaren. idertfen by de taan behoor en ;re inlichtingen KONTUN. Kad. Sectie E, Moordrechteche p Blommea- r ZOU WEN- imen groot -STELEUN nemens op l. Decem- bij J. DE BODDE te het openbaar inzetting op December terdag 11 voormiddags te Meerkerk UDZEN en AN. R en ERF, GRASLAND, ster, TLFF. Deze Courant bestaat uit Twee Bladen. MAALSTEDE :ht ia voor- rüdagen 10 mber 1897, ten huize van jt openbaar te SCHOOIfHOYEBSGHE C OÜRAÏT. verhuren: INIS. lND, onder ledeneind en binnen*' perceel en. BOOTEN. 8. d A. best Gemeente Schoonhoven. EERSTE ZITTING VAN DEN MILITIERAAD. BURGEMEESTER en WETHOUDERS van Schoonhoven maken bekend, dat de Eerste Zitting van den MILITIERAAD zal gehouden worden te Gouda, op het Raadhuis, opden 22. December 1897, des voormiddass te 10{ uur. Schoonhoven, den 4 December 1897. De SecretariiDe Burgemeeeti H. Q. GEELHOED. Mr. A. D. H. KOI BURGEMEESTER en WETHOUDERS van Schoonhoven geven de ingezetenen dezer gemeente in overweging Schoonhoven, den 8. December 1897. De Secretaris, De Burgemeester, H. G. GEELHOED. Mr A. D. H. KOLFF. Niet te vergeefs vertrouwde men in Oostenrijk op zijn Keizer! Z. M.naar de hoofdstad teruggekeerd, nam dadelijk afdoende maatregelen, door het laten gaan van het Ministerie Badeni en het voor onbepaalden tijd verdagen van den Rijks raad, om zoodoende een einde te maken aan den benarden parlementairen toestand, die hoogst ernstige gevolgen na zich had kunnen sleepen Te Weenen was Zater dag 1.1. bet gedrang zoo hevig, dat er geen doorkomen aan was eh de politie zich te paard ruimte moest verschaffen. Ver scheidene personen werden daarbij ge kwetst en er hadden onderscheidene inhechtenisnemingen plaats. In den Rijksraad was de Zaterdag zitting nog wel de ergste van allen. Toen Pre sident Abrahamotvitch ongeveer 10 uur de kamer binnenkwam, werd hij door de Linkerzijde „met muziek” ontvangen Doch welke muziek! Een oorverdoovend leven, door schreeuwen en het blazen op fluitjes, signaalhoorns en kindertrompetten teweeggebiacht, terwijl groote proppen papier, ineengefrommelde exemplaren van het reglement van orde, hem links en rechts om de ooren vlogen. Dat had zoo een half uur lang geduuid, toen eens klaps een oud-bekende verscheen namelijk „onze Wolf’, die den vorigen dag met twaalf andere luidjes voor drie zittingen geschorst en met heel veel moeite door de politie de zaal uitge dreven was. Wolf in schaapskleeren, dat wil zeggen: door een pels, hoogen hoed, rotting en meer dingen, die hij anders niet draagt, onkenbaar gemaakt voor het oog der zaaibedienden. De Linkerzijde echter herkende hem terstond. Zij stelde zich dadelijk om hem heen-onder den uitroep van: „Hoch Wolf!” Tegen de nu oprukkende sterke politiemacht bleek zfl echter niet bestand, evenmin als Wolf zelf, die zich met den moed der wanhoop, met hand en tand verdedigde en met zijn stok op de agenten los sloeg. Ten slotte ver schanste hij zich achter een bank, waar zes man hem achter vandaan haalden en hem naar"buiten droegen. Zijn geschreeuw van „Hurrah Germania!” werd door zijne vrienden beantwoord met „Hoch!” en „Heil!” Wolf werd gevangen genomen en per rijtuig naar het politie bureau overgebracht. Om half twaalf verscheen Vice President Kramarz, in plaats van Abrabamovitch, en verklaarde onder groote stilte, dat de zitting gesloten werd tot nadere schriftelijke bijeenroeping. Zoo als reeds gemeld werdnam het Ministerie Badeni haar ontslag, het welk door den Keizer bewilligd werd. Z. M. belastte toen Baron Von Gautsch met de samenstelling van een nieuw Kabinet, met welks samenstelling deze slaagde. Hij zelf, in het vorig Ministerie Minister van Onderwijs zijnde, zal nu het Voorzitterschap waarnemen met Binnenlandsche Zaken. Graaf Latour, zjjn vroegere afdeelings-chef is belast met Onderwijs, terwijl Graaf Welsers herink Oorlog behoudt. Voorts zijn be last: met Spoorwegen de beer Wittek; met Financiën de heer Boehm-Bawerk; met Koophandel de heer Köhrer; met Justitie de heer Raber, en met Landbouw de heer Von Bylandt Reidt. Den 6. Dcc. komt de Hongaarsche Vertegenwoordiging bijeen; tot zoolang heeft dus de heer Von Gautsch tijd tot onderhandelen. Onder zijne collega’s weinig bemin^ en niet al te best vertiouwd, hteft hij den naam van „een gladde” te wezen. In de provinciën werd op vele plaatsen het bericht van Badeni’a aftreden met uitbundige blijdschap ontvangen. Men illumineerde en hield optochten, en te laten zich nog al kalm over deze plannen uit, behalve die van het „Centrum”, die ze bestrijden. Koning Carol van Ramanlë opende Zaterdag 1.1. zijn Parlement met eene troonrede, waarin Z. M. in de eeiste plaats zjjnen dank betuigde voor de vele bewijzen van deelneming, welke de kroonprins, zijn brteder, mocht ondervinden. Voorts con stateerde Z. M., dat de betrekkingen tot alle Mogendheden van zeer hartelijken aard waren en dat door het bezoek van vorst Ferdinand de goede betrekkingen met Bulga’ije werden bevestigd. Volgens Grieksehe bladen hoeft de nieuwe militaire commissie van onder zoek. onder leiding van Generaal Mavro- mkhalis, besloten dat een majoor der artillerie, die tot den staf van den Kroon prins behoort, ontslagen zal worden en verscheidene andere officieren voor den krijgsraad terecht zullen staan wegens plichtverzuim gedurende den oorlog. De Sultan van Turkjje is ten hoogste ontstemd over het manen van Rusland om de achterstallige termijnen der oorlogs schatting, ten bedrage van 1 500 000 pond. Het is evenwel moeilijk te denken, dat het Rusland met zijn dringen hooge ernst ia. Veeleer mag men aannemen, dat de ijjke Rus zich hier eene kleine plagerij wil vergunnen, om den altijd „harden” Tuik het genoegen van het uitzicht der gereede penningen een weinig te verzouten. Een groote brand te Melbourne (Australië), welke ongeveer tegelijk met dien te Londen her ft gewoed, blijkt gunstige gevolgen te hebben voor de vele arbeiders, die door de ramp in de Engelsche hoofdstad zonder werk zijn. Bij dien brand te Melbourne is namelijk een groote voorraad goederen verbrand, welke uit Londen geleverd en in de verbrande wjjk Cripplegate gefabri ceerd worden. Er zijn nu uit Australië groote bestellingen van die goederen ge komen, en daardoor hebben vele der bovenge noemde werkloozen weder werk gekregen. De Russische Czar heeft 250 zakken meel gezonden voor de noodlijdenden in Thessaliö, waar 70.000 mannen, vrouwen en kinderen, door den oorlog van alles beroofd, in groote ellende verkeeren. Aangaande de aan Cuba en Porto Rico te verleenen autonomie of zelfstandigheid, maakt de Hpaansche Gaceta het een en ander openbaar. Zoo zal de Gouverneur- Generaal regeeren met een uit twee Kamers met gelijke rechten bestaand Parlement, dat door den troon of den Gouverneur Generaal kan ontbonden worden, mits i binnen, drie maanden het bijeenröepen of nieuwe verkiezingen volgen. De Gouver neur bekleedt het opperbevel, doet wetten en verdragen uitvoeren, schenkt gratie en kan de wetten buiten werking stellen. De vaststelling van het toltarief staat aan het Parlement. Hoogstwaarschijnlijk komt tegen het verleenen van autonomie aan Cuba verzet van Carlistische zy ie. Vjjf-en-twintig goudzoekers, uit Rlondyke teruggekeerd, zijn dezer dagen té Victoria (Britsch Columbia) aangekomen. Zij brach ten voor f 120 000 stofgoud mee en wissels voor een bedrag van f 2600 000. Men schat wat zij bezitten op f 31| 500 000. ‘Arkel, 1 Dec. De prijzen ({Ier aard appelen blijven nog steeds stijgepde; men besteedt thans f 2,75 per HL. Bij de Hervormde Gemeefite alhier zijn tot notabelen herbenoemd (Je heeren Johs. Verhaar, C. Do Jong Tzp., en in plaats van wijlen den heer C. Van der Voort, benoemd de heer A. Van Wessem. Glesen-Oudekerk. 1 Dec. Eene koe van K. Kuiper Gz. werd Maandag morgen ver dronken gevonden. Men denkt dat het dier tijdens het onweder van Zondag avond te water is geraakt. Maandag is de zinken dakbedekking van de consistorie der Ned. Hèrv. Kerk alhier door den sterken noordenwind naar beneden gekomen. ‘Reeuwtyk, 2 Dec. In den nlacht van Dinsdag op Woensdag jl. omstreeks één uur brak een hevige brand ujt in een groote schuur, toebehoorende aan mejde wed. G. R. Bouman. Aangewakkerd door den hevigen storm, stonden weldra nog diie schuren en het woophuis van gezegde weduwe en dat van h^ren zoon G. P. Bouman in brand. Door het met beleid optreden van de brandweer mocht men er met de uiterste krachtsinspanning in slagen het woonhuis van de wed. te behoudenook het woonhuis van haren zoon werd slechts gedeeltelijk door het vuur verteerd. Dat vreeselijke oogenblikken van angst en verbijstering zijn dooileefd, kan een ieder begrijpen, die dergeljjke toestanden van nabij gezien of zelf doorleefd heeft. De oorzaak van den brand laat zich wel gissen, dcch niet uitsplreken, en wordt derhalve gerangschikt londer het aantal mot onbekende oorzaken. Alles was tegen brandschade verzekerd. i. 215, te Gouda d. notitiën, met ekomen ten Waterleiding en oten TUIN, aan 219, te Gouda; en 1495, groot 1. Deze Courant wordt des Woensdags- en des Zaterdags morgens uitgegeven. Prijs: voor Schoonhoven per drie maanden f 0,75. Franco per post door het geheele rijk f 0,90. Men kan zich abon- neeren by alle Boekhandelaren, Agenten en Brievengaarders. De Notaris A. MONTUN te Gouda p Maandag 20 ember 1897, ohaakbord”, aan ig, publiek veilen Graz werd de afgetreden Minister in efflgie aan een paal gehangen en zoo lang met stokken geslagen, tot de pop, die hem moest voorstellen, geheel aan stukken was. De stand van zaken in Oostenrijk is dus de laatste dagen heel wat veranderd enten goede. Van Frankrijk kan dat no? niet gezegd worden, wat betreft de Dreyfus quaestie. Generaal De Pellieux is nog altijd aan het onderzoeken en heeft met betrekking tot eenige openbaar gemaakte brieven van Esterhazy eenige getuigen gehoord. Bedoeld worden hier de brieven, die in 1882 door Esterhazy, toen deze nog kapi tein was, waarschijnlijk aan eene vriendin zijn geschreven. Hy laat zich daarin op zeer onvaderlandslievende wijze uit over Frankrijk en verklaart rondweg, dat hij even gaarne als het maar in hoogen rang was, bij de Turken of Duitschers zou willen dienen. Voorts spreekt by met een duivelacbtig genot van het denkbeeld om met 100.000 dronken soldaten Parijs eens flink te plunderen. Volgens sommige bladen zou Generaal De Pellieux zijn onderzoek niet goed inrichten, terwijl in eenige officieuss uitlatingen zoo weinig zucht doorstraalt om het volle licht te doen schijnen en waarheid en gerechtigheid te doen zege vieren, dat de voorstanders daarvan, die, nu de zaak eenmaal aan de orde is, haar ook willen afdoen, er ongeduldig onder worden en wantrouwende gevoelens koesteren. Gansch niet; tevreden ook is Emile Zola, die in een artikel in „Le Figaro” heftig tegen het getreuzel te velde trekt. Tot een verslaggever van „l’Eclair” zeide hij, dat hij de materiëele bewijzen had voor Dreyfus’ onschuld en niet rusten zou vóórdat Dreyfus uit zijn verbannings oord gered is. De hoofdpersoon van het droevig drama, we^t van alles, water ten zijnen behoeve te Parijs geschiedt, nog niets. De Regeering heeft hare maatregelen ten zflnen op zichte weer aanmerkelijk verscherpt. Het aantal zyner bewakers is van 7 ge bracht op 18, die hem geen minuut uit het oog mogen verliezen. Men heeft zyn verblyf nu> met groote kosten, zoo hoog ommuurd, dat hij noch de zee zien kan, noch de weinige boomen, die op het eiland groeien. Hij ziet slechts de twee meters hooge palen, die zyn gezicht belemmeren, en de norsche gelaatstrekken zijner be wakers, die niet met hem spreken mogen. In den eersten tijd zijner gevangenschap trachtte Dreyfus zich afleiding te ver schaffen door oefeningen in wiskunde en algebra, later door het aanleggen van een tuintje, waarin hij ijverig arbeidde, maar al spoedig verging hem de lust daarin. Hij leidt nu nog slechts een plantenleven, eet, drinkt en slaapt, alleen ziet men hem soms als een kind met het een of ander ding spelen. Voor het geld, dat zijne familie hem zendt, mag bij zich wijn, cognac of sigaren koopen en dat is al een bijzon dere gunst. Soms schryft hij aan zijne familie, doch niet met veel lust, want hij is er zeker van, dat zijne brieven gelezen worden. Couranten kijjgt hy niet, brieven warden hem gegeven als er „niets” in staat Als levend ingemuurd is hij, zonder dat eenig geluid van de buitenwereld zijn oor treft; steeds een doodelijk zwijgun om hem heen! Hoe hij het nog zoo lang uithoudt in eene eenzaamheid, die al een paar wachters krankzinnig heeft gemaakt en in een klimaat als dat van Guyana, is waarlijk onbegrijpelijk. Al ware Dreyfus driedubbel schuldig, dan is dit een on menschel ij ke straf. Geen boete zal te zwaar zijn voor wie daar voor verantwoordelijk zijn,wanneer éénmaal de dag van opheldering aanbreekt! Wat in jaren te Berlijn (Dnltscbland) niet gebeurd was, geschiedde Zaterdag: de Kladderadatsch werd in beslaggenomen, met veel vertoon van bereden politie agenten aan de kiosken. Reden bleek te wezen eene plaat, met het onderschrift „Uit het kamp der hemelsche heirscharen”, en waarop Leonidas, Alexander de Groote, de Oude Frits en Napoleon waren voor gesteld, in diepzinnig gesprek over de bekende jongste recruten-toespraak des Keizers. Natuur lijk een prachtige reclame Dinsdag j.L is de Duitscho Rijksdag geopend met eene door den Keizer voor gelezen troonrede, gevolgd door een door Z. M. gesproken woord, waarin hij her Innerde aan den gezworen eed, dat hij het Rijk, zooala hij het van zijn groot vader ontving, zou handhaven en zyn eer in het buitenland beschermen en beschut ten Dit laatste ziet natuurlijk op het zenden van Prins Heinrich naar China. Wat de marine betreft, heeft de regeering groote plannen. De vloqt zal voortaan moeten bestaan uit 19 groo’e, voor de volle zee berekende pan tsqrsch epen8 dergelijke voor de kustvaart en 42 krui sers, dus 5 eerste klasse pantserschepen en 9 kruisers meer dan nu. Daarvoor zal eene uitgave gevorderd worden van 165 millioen maik, terwijl voor den bouw zeven jaar zullen noodig zyn. De bladen tiger is het ook geworden om den druk te doorstaan, des te moediger schikt het zich in den nieuwen toestand. Vóór dien tyd geen zweep noch kluister! Is er, hy al de wijzigingen, die de Sint-Nicolaasviering van lieverlede heeft ondergaan, in het feest van den „goed heilig man” niet veel overgebleven, hetwelk deze gedachte levendig houdt? Oud en jong doen er aan mede en profiteeren er vanmaar de eerst en rechtmatigst belanghebbenden zyn toch de kinderen. Zy zyn de koningen van hefc feestwyoudende nederige dienaren hunner wenschen en begeer lijkheden. Terzyde van den huiselyken haard richten wy een altaar op, aan den eeredienst van de kindsheid gewijd, en we brengen er blijmoedig onze offergaven, een iegelyk naar de ruimte van zyn beurs en vooral van zyn hart. Ook hier heeft het penningske van den arme vaak de hoogste waarde. Gelooft niet dat de vreugde het grootst is in de gezinnen, waar overvloed zyn hoorn uitschudt en de begiftigden maar naar hartelust hebben toe te grijpen; ook voor de jeugd hlyven de nadeelen der oververzadiging, der geblazeerdheid niet uit. Verstandige ouders weten hun mildheid te temperen om de grenzen van het genot niet te doen bereiken, opdat een extra-gave ook inderdaad een brenger van vreugde moge blyven. Den meesten onzer behoeft die waar schuwing niet te worden voorgehouden; de grenzen der goedgeefachheid wyzen zich vanzelf aan. En dat is maar goed ook, want als er één gelegenheid is, waarby de verleiding om onze kinderen of kleinkinderen te bederven, ons lichte lijk de baas zou worden, dan is het zeer zeker op het „avondje van Sint-Niklaas”. Zy, die kleine naïeve égoisten, zyn voor geen klein geruchtje vervaard; al bood men hun de schatten van Peru en van Klondyke aan, zy zouden groote oogen opzetten en van blijdschap jubelen, maar toch alles inpakken als iets dat hun rechtens toekomt draversbaan. En wat er een van de sterkste bekoringen vaH jitmaakt, is wel dit, dat we eens geheel opgaan in het genoegen van anderen.1* Het altruïsme in zyn meest eenvoudigen vorm voert er den boventoon. Wat heeft men zich niet, dagen te voren, gespitst om eens juist te vernemen op welke wyze en waarmede het mogelyk zou zyn eenige onzer naastbestaanden of vrienden een recht aangenaam oogenblik te verschaf fen, en hoezeer beschouwden wy de ontdekking van dat „iets” als een zege praal onzer scherpzinnigheid 1 Dat feest van huiselijkheid, van welwillendheid, van onderling liefdebetoon, het blyve steeds de eereplaats innemen op onzen jaarkalender. Ja, als we er nog één wensch aan mogen toevoegen, zal het wel deze zyn, dat de St. Nicolaasgeest meer en meer doordringe in onze hande lingen, ook als de lichten zyn gebluscht en de bode der vreugde zal zyn terug gekeerd naar zyn gewone residentie: „fern im Süd, das schone Spaniën’’ Want het is toch maar waar, dat in geven, in mededeelenin het verspreiden van vreugde om ons heen, de kracht ligt die de menschheid opvoert tot het allerhoogste. Van alle menschenlot hier beneden is niets heerlyker, dan een vroolykejeugd. Laat, als in een verder levenstijdperk de hardheid van den strijd om het be staan scherpe lynen trekt, het contrast met een kommerloos verleden groot worden; laat de vermoeide worstelaar steeds een ongunstig wedervaren zyn schreden zien belemmeren, zyn krachten voelen uitputtenlaat alles hem tegen- loopen, zoodat hij geneigd is moedeloos te gaan nederzitten, dan zal toch, by wylen, de gedachte aan de kindsheid, door trouwe zorgen verpleegd en door liefde beschenen, hem een glimlach op het gelaat brengen, hem de bezieling doen terugvinden, die op de eindelyke overwinning de hoop in hetaanzyn houdt. En omgekeerd, zyn er menschen, die als kind een leerschool van ontbering gepaard aan liefdeloosheid hebben moeten doorloopen, die, in de hulpeloosheid hunner eerste periode zoo goed als alleen stonden, zich niet mochten koesteren in het licht en in de warmte, door deel nemende harteu uitgestraald. Man ge worden, zagen zy hun pogingen om zich te verheffen boven de wederwaardigheden van het lot, met goeden; uitslag be kroond, was het alsof hét leven zelf vergoeding wilde schenken voor hetgeen aanvankelijk werd onthouden. Ondanks al dien zonneschijn op den vollen mid dag, bleef toch de droevige morgen een Schaduw afwerpen, werd nooit te niet gedaan, wat een onherstelbaar gemis was geweest, werkte altijd de indruk na, die de zoo ontvankelijke menschenziel eenmaal had ontvangen en die nimmer kon worden uitgewischt. Och, gy die kinderen hebt, wie en wat gy ook zyn moogt, geeft hun boven alles dat, waarop zij recht hebben, geeft hun een vriendelijke jeugd Onze zorgen behoeven,zij niet te dee- len, deze worden er niets minder drukkend door, integendeel! Zy heb ben nog niet noodig te weten hoeveel moeite het niet zelden den vader kost, hun de met gretige begeerlijkheid aan genomen bete broods, het schamele kleed te bezorgen, evenmin als in anderen kring hun de cijfers behooren te worden voorgelegd die uitwijzen door welke combinatiën vaj^schranderheid en succes het is mogen gelukken hun den over vloed te verschaffen, waarin zjj zich ver meien zonder er iets by te denken. Later, als de tyd daar is, waarop ook aan den ernst een plaats moet worden ingeruimd, - ah nadruk moet worden gelegd op de voorbereiding tot een werkzaam optreden in den grooteu maat- schappelyken bijenkorf, dan behoort ge leerd te worden dat wel de vogfclen des hemels zonder zaaien en maaien aan den kost komen, dat wel de leliën des velds haar prachtig kleed gratis ont vangen, maar dat een mensenen kind er het zweet zyns aanschyns, de inspan ning van hersenen en spieren voor in betaling moet geven. Het dartele veulen moet eens voor het eerst iri ’t gareel. Maar hoe lastiger het tot dat oogenblik heeft kunnen rondspringen, des te krach- Prys der Advertentiënï,c,P n 1 tot 5 rebels f 0,50. Iedere regel meer f 0,10. Groote letters naar plaatsruimte. Inzending franco uiterlyk tot Dinsdags- en tot Vrydags-namiddags 4 uren. Alle binnenlandsche Advertentiënvoor 3-maal plaatsing opgegeven, worden slechts 2-maal in rekening gebracht. Het raadsel, hoe het komt dat ondanks alle wisselingen van zeden en gewoonten, dwars door dé wijzigingen in het maat schappelijk verkeer, deSinterklaasviering overal in ons vaderland gehandhaafd is gebleven, zullen wy niet trachten op te lossen. Nog altoos verlaat in ’t begin van December de schimmel met zyn kostelijke vracht het schiereiland be zuiden de Pyreneeën, en als eene ooievaar in de lefite strijkt hy op onze daken neder zonder zich onderweg ergens op te houden. Dat groote wonder herhaalt zich ieder jaar, en het kleine volkje vindt er niets vreemds in. ’t Gaat immers vanzelf? Men behoeft ook niet te vreezen dat het feest een kwijnend bestaan zal in treden, evenals zoo vele dingen die nog maar aan de halfversleten touwen der traditie blijven hangen. Er is beproefd het groote jaarlyksche kinderfeest te verplaatsen naar Kerstmis; onze kleinen hebben er niets tegen, ook dan een mooien avond te genieten by de lichtjes en de fraaiigheden van den Kerstboom, doch Sinterklaas bly'ft hun feest by uitnemendheid, daar gaat niets van af. Een revolutie, die den staat en de maat schappij in hun grondvesten zou schokken, zou hun minder ongelegen komen dan een plotseling wegbljiven van den goeden vriend uit Spanje. Och, laten wy, die nooit het verdriet hebben dat hy ons huis by zyn bezoeken overslaat, dan ook eens toezien, of zyn adresboek wel volledig is bijgewerkt. Er zijn zoo van die weggescholen huisjes, waar het licht der vreugde uiterst moeielyk toegang krygt, omdat er een grimmige dorpelwachter is, die armoede heet. Het is waar, de e^ele bisschop van Myra, de vermaarde patroon van het feest, bezocht die stulpjes by voor keur; hy althans liet zich niet afschrikken door den nijdigaard, die hem den weg wilde versperden. Maar de wereld is gedurende de eeuwen, die ons scheiden van zijn tijdgenooten, zooveel grooter geworden, en het werk der barmhartig heid is in om vang toegenomen. Hij vraagt medewerkers, en wie onzer zou zich te voornaam rekenen om dat eens te willen zyn Het zy dan wederom een heerlijk feest voor kinderen en volwassenen, voor iedereen. Aan de tafel in de huis kamer gezeten, terwyl af en toe de „surprises” binnenvallen, welker her komst, met hoeveel geheimzigheden ook omsluierd, gewoonlyk niet lang een ver borgenheid blijven, komen ty onder praten en schertsen zoo geheel onder den invloed van verleden en tegen woordig genot, dat het een lieve lust is er bij te zyn. We hebben zoo’n avondje hard noodig, te midden van de bewege lijkheid des alledaagschen levens,’t is een oase in de woestyn der beslomme ringen een rustpunt op onze hard- Jan. 1898. even. Notaris

Kranten Streekarchief Midden-Holland

Schoonhovensche Courant | 1897 | | pagina 1