YerorflBiOMTGELDEN".
N°. 1848.
Zaterdag 1 Januari.
1898.
Nieuws- en Advertentieblad voor Zuid-Holland en Utrecht
OfficMe Kennisgevingen.
OVERGANG.
BINNENLAND.
nil
m
Deze Courant wordt des Woensdags- en des Zaterdags
morgens uitgegeven. Prgs: voor Schoonhoven per drie maanden r0,75.
&T i?08nd0,0^ het 8eheele r«k f 0,90. Men kan zich abon-
i hg alle Boekhandelaren, Agenten en Brievengaarders.
S. W. N". VAN NOOTEN te Schoonhoven,
Uitgevers.
Prgs der AdvertentiënVan 1 tot 5 regels f 0,50. Iedere regel
meer f 0,10. Groote letters naar plaatsruimte. Inzending franco
uiterlgk tot Dinsdags- en tot Vrgdags-namiddags 4 aren.
Alle binnenlandsche Advertentiën, voor 3-maal plaatsing opgegeven,
worden sleehts 2-maal in rekening gebracht.
Gemente Schoonhoven.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS
der Gemeente Schoonhoven maken
kend, dat de gewgzigde veroidening op
de heffing vin Marktgelden bij Koninklijk
besluit is goedgekeurd.
De wijziging betreft het te betalen
marktgeld:
a.Voor Kramen, Tenten, Tafels enz. per
Meter f 0,10;
Voor bet uitstallen van koopwaren op
gemeentegrond per Meter f 0,10,
van 8-6 Meter f 0,08 en boven
de 6 Moter f 0,06 per Meter;
Voor Oud-Roest, Afbraak, Hout en
Boo men wordt boven het minimum
van het tarief, 2/8 van bet tarief
berekeod;
b. Voor een stuk Rundvee f 0,10; voor een
Varken f 0,05; voor éón Big in een
kool f 0,06en voor iedere Big meer
in een kooi f 0,02voor een Schaap,
Lam, Bok of geit f 0,02
c. Voor eik half kilo Boter op de Boter
markt aangevoerd f 0,006 (halve cent).
Sohooohona, 80 December 1897.
Ds Bocrtliito,
H. O. GEELHOED.
De Burgemeester,
D. H. KOLF F.
Mr. A.
Late» wtf, vóór w(j ons pad verder be
wandelen, een oogenbllk stilstaan. De
Öudejaars aiond noodigt er ons zoo vrien
delijk toe uit, ja, dwingt ons met zochten
drang. Hü Wedt ons zjjn ernst om daar
mede, z(j bet voor een enkel uur, de
oppervlakkigheid af te wisselen, met welke
wij doorgaanade dingen van bet dagelijksch
leven beschouwen Hij vraagt ons, even
rust te nemee en, als bet kan, een oogen
bllk te besteden aan zelfonderzoek.
Het werd ons al zoo dikwijls gezegd, dat
het bijna een gemeenplaats is geworden
bij den jaareovergang is het goed, de balans
eens op te maken, opdat wij te weten
komen, of er, en hoeveel, gewonnen of
verloren weid. En zij, die den wenk ter
harte nemen, bepalen zich nog meest tot
de uitwendige omstandigheden, waarin zij
zijn geplaatit en tot de lotswisselingen,
hun te beurt gevallen. Niet, dat wij deze
niet in rekeniif moeten brengen,-integen
deel. Maar het voornaamste la toch nog
ieta anders: bet is, een antwoord te zoeken
op de vraag, of wij vooruit zijn gegaan in
redelijken tb, - of wij hebben gewonnen
in levenservaring, zijn toegenomen in
menschenliefde, en beter hebben leeren
begrijpen dat het doel van ons bestaan
is, het goede io de wereld te helpen aan
kweeken, het gemeenschappelijk geluk te
bevorderen, steeds meer ons deze roeping
bewust te tooeen door woord en daad.
Kunnen we op die vraag, aan het eind
van een jaarkring gesteld, ondanks de
afdwalingen weifelingen, waarvan de
herinnering thans in het bijzonder voor
ons oprijst, een bevredigend antwoord
geven, dan ii bot jaar dat heengaat ons
ten zegen geveest, al heeft het ook offers
igeöischt die we met een weenend oog
hebben gebracht
Deze oudfjmvoverpeinzing van geheel
individueelen »rd valt, ofschoon de uit
komst waartoe «U leidt van algemeene
beteekenis ia, buiten het gebied eener
openbare bespreking. EUrs geweten heeft
hier een woord te zeggen, dat door
niemand beboMt gehoord te worden. Hier
ter plaatse bewtfen we ons natuurlijk
alleen op publiek terrein. We vragen of
het jaar, dat op weinige uren na achter
ons ligt, en weft® laatate polsslagen we
straks in aastere stemming zullen
•tellen, voor de# kring waarin wij leven,
voor de maaUcfePPU waarvan wg deel
uitmaken, voor het vaderland dat onze
liefde heeft, vod goeds heeft gebracht, -
de gedachte houdt zich zelfa bezig met
to overwegen, vtbce plaats het zich ver*
•worven heeft ini» wereldgeschiedenis.
En dan mwt W w«' de opmerkzaam
heid trekken, 4>t het allerwege zooveel
strijd heeft gebntW- Wat we ook spreken
van de zegeni»» des vrede8> - het
achtlnt alsof dl werkelijkheid met die
beschouwingen BPot „dr8ft. - de
tegenstellingen W* scherper worden.
Voor de gróote W"®"11» d« TOlk™. dle
al zoolang met Ifblikken ra tege
moet gezien, H lichtheid minder
geworden; menKf' aan de ve*.
zekering van >n de 1<,lde°'
Staatslieden, 1,61 behoud van d<_
vrede als het l"*"® geluk der ïolken
en hst doel ïMil hun streven aanprijzen.
Doch met dat il W' er n0* maar *<»a
einde aan de grooto wapeningen, »n nu
Duitschland's Keizer en Itegeering hun
hart hebben gezet op zoodanige verhqoging
van de weerbaarheid ter zee, dat lét ook
voortaan zal meetellen onder de eerste
der volken die den Oceaan beheeactaon,
gelooven w(j te mogen aannemec, dat
het onderling wantrouwen van de groot
machten van ons werelddeel nog altjjd
eon even krachtige drijfveer is als ooit te
voren. Het verbond tusschon Rusland
on Frankrijk, in laatstgenoemd land met
een uitbarsting van vreugde begroet,
omdat het zich onttrokken zag san bet
isolement waarin bet zich sedert de
noodlottige worsteling van 1870 mg ge
plaatst, heeft wel het machtsevenwicht
in Europa meer standvastig gemaakt en
daardoor de verstoring van de# vrede
minder waarschijnlijk, doch zoolang der
gelijke verbonden niet leiden tot vermin
dering van de krijgstoerustingen
inkrimping der legers, hebben wij alle
recht er meer practische vruchten van
te verlangen.
Niettemin, het besef dat het wel zoo
is maar niet zoo behoort te zijn, wordt
levendiger, en in menig parlement zyn
dit jaar weer woorden gesproken, die van
warme ingenorpenheid met het heginael
der arbitrage getuigen.
Een bemoedigend teeken is oak bet
overleg, waarmede de groote Kfrgend
heden hebben getracht, en met goed
gevolg, den strgd in het Zuid-Oosten van
ons werelddeel te beperken. Zoodra do
gelegenheid slechts toeliet, bemiddelond
op te treden, is dit met groote belang
stelling gedaan, en dat Griekenland zijn
roekeloosheid niet met algeheelen onder
gang heeft moeten boeten, dankt het aan
de vredelievende gezindheid van Europa,
die op de meest overtuigende wgze is
gebleken. Duchtte men voorheen niet
zonder grond, dat de nietigste gebeurtenis
op wmstfen schiereiland volctöSnjfc-TOJy
zijn om geheel ons werelddeel in vuur
en vlam te zetten, ook deze vrees is
sterk verminderd, en dat feit mag wei
onder de merkwaardige verschijnselen van
het jaar 1897 worden opgetoekend.
Voor het overige, nog allerwege woeling.
De Cretenzer verwarring nog onopgelost,
Cuba nog steeds het tooneel van een met
ongemeene verbittering gevoerden strijd,
waaraan de door een nieuwe liberale
Spaansche Regeering aangeboden con
cession, naar bet zich laat aanzien, geen
eind zullen maken, terwijl terugkeer der
kolonje onder de gehoorzaamheid aan het
moederland niet ia te verwachten. En,
dat er op de zuiverheid van de rechts
beginselen, die de staatkundige wereld
beheerschen, nog wel iets is af te dingen,
waardoor eigenlijk het behoud van den vrede
meer berust op het ontzag voorde weder
zljdsche machtsontwikkeling dan op de
strikte eerbiediging van hetgeen de natiën
aan elkander zijn verplicht, zou men
dat niet mogen opmaken uit den Ijver,
waarmede enkele der groote Mogendheden
aan het werk zijn getrokken om China
een veer uit te plukken? Maar wellicht
zijn de regeerders der machtige Christen-
staten van oordeel, dat men ten opzichte
yan een niet-Christeiyk volk de nauw
gezetheid niet zoo heel ver behoeft te drijven.
Er is alle reden om onszei ven geluk te
wenschen, dat wij met de verschillende
internationale verwikkelingen ons het hoofd
niet hebben te breken, dat we ze kunnen
gadeslaan met het oog eens belang
stellenden toeschouwers. Eens was er
een tijd, dat de Republiek der Geünieerde
gewesten den toon aangaf; het koninkrijk
der Nederlanden behoeft er niet rouwig
om te zl/o dat adderen ons in dit opzicht
zijn voorbij gestreefd. Onze taak in de
familie der volken is een meer ideale dan
het uitoefenen van invloed en het vertoonen
van macht; wij hebben hoog te houden
den eerbied voor de nationale goederen,
die niet met de wapens worden verkregen.
Ons is de heerschappij op het gebied Van
Kist, de bevordering van kunst en
wetenschap, en boven alles het streven om
de broederschap der volken meer tot haar
recht te brengen. Vraagstukken als die
van gelijkvormigheid van rechtsbedoeling,
beslechting van geschillen en bevordering
van handelsverkeer zgn bij uitnemend
heid geschikt om ons, door welgeslaagde
pogingen tot oplossing, een onopzegbaie
plaats onder de zusternalién te verzekeren,
en ook in dit opzicht mogen wij wel
zeggen dat het jaar hetwelk heengaat niet
geheel onvruchtbaar is geweest.
Vooral moeten wij ons best doen om
het bewgs te leveren dat in de maat
schappelijke quaesties van onzen tijd een
schikking kan tot stand komen, zonder
dat het algemeen welzijn door een worste
ling der klassen wordt bedreigd. Wat in
andere landen regelmatig voorkomt tot
groot nadeel der betrokken partgen, ver-
v schijnt bg ons slechts van tyd tot tjjden
plaatselijk, zooals uit eenige voorbeelden,
■aan de geschiedenis van 1897 ontleend, we
noemen de werkstaking in Twenteen die der
Haagsche bakkersgezellen - is aan tetoonen.
Maar de tijd is gekomen om ook deze
min of meer zeldzame" ge;
te reduceeren. De wot op n
Arbeid, waarvan da <uHvd(
bereiding is, moet de middelen aanbieden
om den socialen vrede te behouden zonder
rechtmatige grieven te smoren. Wy moe
ten doordrongen worden van het beginsel,
dat geen stryd van belangen den voor
uitgang kan bewerken, maar bescherming
van alle rechten en behartiging van ieders
welzijn. In Engeland, dat op industrieel
en économisch gebied ons zoover vooruit
heet te zgn, is men druk bezigde nationale
ny verheid te vermoorden, omdat er eischen
zyn gesteld omtrent welker billijkheid men
van gevoelen kan verschillen, maar die,
op dit oogenblik, en by de bestaande
industriöele verhoudingen, niet zyn te
voldoen.
Ook wy hebben ongetwyfeld onze
moeilgkheden. Het heengaand jaar heeft
in zyn reisbagage den Atjek-oorlog niet
meegenomenhet vond dien bfj zyn komst
en Is wel zoo beleefd dien voor zgn
opvolger te laten liggen. Dien opvolger is
een mooie plaats in de geschiedenis aange
wezen hg zal in de jaartallenboekjes met
dikke cijfers piyken als bet kroningsjaar
onzer geliefde Koningin. De nadering dier
heugeiyke gebeurtenis mag ons wel aan
sporen om de politieke geschilletjes, die
wy er natuurlijk op nahouden, binnen
heel bescheiden perken te houden, opdat,
ten dage wanneer de Kroon nederdaalt
op het jeugdig hoofd onzer geliefde Wilhel-
mina, geen enkel wolkje den hemel ver-
duistere. Men zou meenon, dat zoo iets
vanzelf spreekt; dat geen Nederlander,
laat staan een Nederlandsch volksver
tegenwoordiger, iets zou willen zeggen
of doen, dat maar eenigszins gevaar aan
biedt voor den politieken vrede gedurende
het laatste jaar van het bestuur der
geöerbiedigde Koningin Regentes. Jawel,
dat zouden we dék moenon. We hopen
dat al onze politieke limiHIhirrf zoo over
denken. We hopen, maar.
Doch komaan, we moeten dit terrein
niet verder betreden. Overal waar politiek
wordt gevoerd, raakt er weieens een
stukje roet in het eten ip hot algemeen
genomen gaat het hier te lande niet slecht.
De Nederlanders vormen een natie, die
haar fatsoen weet te houden.
Wy, vrienden! we zullen moed houden
bovendien. De jaarsovergang geeft een
ernstige stemming, maar hy behoort ons
ook te vinden, wèlbereid om kloek voor
waarts te gaan op den weg, ons door de
Hoogste Macht aangewezen. Zyt allen
gezegend in uw arbeid voor maatschappy
en vaderland, voor uw gezin of uw per
soon; moge het komend jaar ueenryken
schat achterlaten van herinneringen, bg
welke het aangenaam is te toeven.
staten-generaal.
De Enrate Kamer kwam Maandag-avond
bjjeen. Haar vergadering van Dinsdag begon
met de mededeeling, dat de afdeelingen tot
voorsitters hebben benoemd de bee ren Geertsema,
Yirnljr, Yan de Potte, Prins en Yan Lier; tot
ondervoorsitters de heeren Sehimmelpenninck
van der Oje, Aiberda van Ekenstein, Yan
Boneval Faure, Yan Swipderen en Pjjnaoker
Hordjjk.
Aan de orde was de beraadslaging over de
Indische Begrooting. De heer Pjjnaoker Hordjjk
gaf eenige ojjfers, ten betooge dat de minder
gunstige toestand der fiaanoiSn niet tot oorsaak
heeft den achteruitgang in de inkomsten van
alle ooltares, maar de hoogere uitgaven voor
oorlog en marine.
Do heer Yan der Biesen besprak de bede
vaarten naar Mekka, die hg of verboden, of
door seer duro passen bemoeieljjkt wil zien.
Do Islam, volgens spr. een erger kwaad dan
pest en cholera, is een gevaar voor ons gezag
en staat de Kerstening van de Javanen in den weg.
De heer Van Asoh van Wjjok gaf ten op-
ziohto van de voorgenomen decentralisatie den
raad, het advies in te winnen van belang
hebbenden, Europeanen en inlanders. Spr. be
pleitte verlaging van de pensioenen en behandelde
verder eenige zaken van bestaursregeling. De
vestiging van ons bestaar op Nieuw-Gainóa
keuit hg niet af, wel de voorbereiding. De
organisatie behoort to worden opgedragen aan
de sendelingendie het volk kennen. Spr.
vestigde de aandacht op het gebeurde met den
zendeling Wynveld, die, na zioh op Lombok
verdcenstelgk te hebben gemaakt, in zgn arbeid
te Jawa Loon to onder de dwangarbeiding wordt
bemoeiolgkt; spr. hoopt dat de goede gezindheid
van den Minister ten aanzien van de Chistelgke
sending, zal terugwerken op de ambtenaren.
De heer Van Alphen hoopt dat, na het voort
durend veranderen van taotiek in Atjeh, thans
op den ingeslagen weg zal worden voortgegaan.
Hog altgd verwacht spr. veel van de soheep-
vaart-regeling; hg jnioht het toe, dat de ite
geering daarvoor nog eenige snelvarende flotille-
vaartalgen heeft aangevraagd, welker aantal
kg nog grooter wensoht. Voor de bestaars-
vestiging op Nieaw-Gainóa had spr. liever een
afzooderlgk voorstel ontvangen. Hg wgst verder
op de behoefte aan rivierstoomers bg de
Indische Marine.
Bg Kon. besluit sgn benoemd:
bg bet personeel der militaire administratie,
en wel bg de intendanten, tot generaal-majoor
de kolonel E. Yan Gendt, hoofdintendant;
bg het wapen der infanterie, bg den staf
van het wapen, tot generaal-msjoor, commandant
der lste divisie, de kolonel Jhr. H, Lam an
Trip. commandant van het regiment grenadiers
en jagers; tot generaal-majoor, oommandant
dar Ide divisie, de kolonel O. L. Langgutb,
oofhmandkht ffcn hot sde'regfonm*, lo»- ff»—
raal-majoor, oommandant der 8de divisie, de
kolonel W. G. F. Sngders, oommfndant van
hot lste regiment-,
bg bet regiment grenadiers en jagers, tot
oommandant van hat korps, do kolonel J. L.
De Book, thans oommandant van het 7de regiment;
bg het lste regiment, tot oommandant van
hot korps, de laitenant-kolonel E. D. H. Mac
Leod, vap het regiment grenadiers en jagers;
bg het 4de regiment, tot oommandant van
het koraS, de initenant-kolonel W. B. J. Duyoker,
van heX'regimont grenadiers en jagers;
bg nt 7de regiment, tot oommandant van
het kojtps, de laitonant-kolonel P. K. Goudsohaal,
thans oommandant van het instmotie-batayon.
By Kon. besluit is Mr. F. Was,
burgemeester der gemeente Leiden, be
noemd tot ridder in de orde van den
Nederlartdschen Leeuw.
By Kon. besluit 1b Dr. P. J.
Blok, hoogleeraar aan de ryks universitett
te Leiden, belast met het geven van
onderwys aan H. M. de Koningin, be
noemd tot ridder in de orde van den
Nederlandschen Leeuw.
De Provinciale Staten van
Noord-Holland hebben tot lid der Eerste
Kamer, ter vervanging van den heer
Wertheim, gekozen: Jhr. Mr. J. W. H.
Rutgers van Rozenburg, oud-lid der Tweede
Kamermet 83 van de 64 stemmen
nadat de meerderheid der vergadering éón
twyfelachtige stem aan den heer Rutgers
toegekend had.
De Minister van Binnenland
sche Zakenoverwegende, dat ten gevolge
van het ontslag van den heer G. H. Hintzen,
eene verkiezing moet plaats hebben van
een lid van de Tweede Kamer der Staten-
Generaal in het kiesdistrict Rotterdam IV,
heeft goedgevonden te bepalen, dat die
verkiezing zal plaats hebben op Dinsdag
41 Januari a. &L dat de stemming, aoo
noodig, zal plaats hebben op Dinsdag '18
en de herstemming, zoo noodig, op Dinsdag
25 Januari d. a. v.
Bodegraven, 28 Dec. Kaas. Aangevoerd
80 wagens, te zamen 8967 stuks, wegebde
17.177 kilo; lste soort Goud%DVg
f23, Af26,—zwaardere f—,—, 2de«oo^t
f 20,— A f 22,— Derby kaas, lste todrt
f-,- kt-,-, 2de soort f23,- Af ivJ-
Edammer-kaas, lste soort f 28,— k f
2de soort f 22,60 af 24, Handel matig.
güekendorp, 2ü Deo. Dat was na eens
een recht prettig en gezellig avondje, 11. Maandag
doorgebracht in ons net, klein, maar daarom
ook zoo gezellig kerkje. Een lange tafel, rjjk
voorzien van broodjes en boekgeschenken, stond
in het midden er van daaromheen zalten ruim
80 kinderen met vroolykc gezichtjes, waohtende
op de verrassingen, die hun door milde handen
der ingezetenen dezer gemeente waren bereid;
en de overige plaatsruimte geheel ingenomen
door tal van ouders en belangstellenden. Het
was Kerstfeest voor de kinderen der Zondags
school, het was weer het avondje, dat de jeugd
weken lang met bljjdBohap had te gemoet gezien.
Ds. Margadant en de heer Van Eden, gods
dienstonderwijzer, waren uit Oudewater over
gekomen, om het feest te leiden, en het moet
dadeljjk gezegd, op zeer gelukkige wjjze hebben
beiden zich van hunne moeilyke taak gekweten.
Met gebed en een toepasselyk woord werd bet
foestavondje door ZEerw. ingeleid. En toen begon
de kinderpret I Melk en broodjes werden bg
afwisseling rondgedeeld en nu en dan deden de
kinderen een twee-, soms driestemmig lied fiooren.
Het was voor ouders en belangstellenden bepaald
een genot, te zion, hoe voorbeeldig-ordeljjk en
hoe stil-genoeglj]k de kleinen zich vergastten
aan hetgeen hun werd toegediend. Hun bljjdsohap
was echter het grootst, toen de prjjsuitdeeling
begon. Alle kinderen kregen een boekje of
prent, terwijl aan een 80 tal der vljjtigste leer
lingen een keurig boekwerk in prachtband werd
uitgereikt. Zullen deze laatsten zioh in bet
algemeen niet te beklagen hebben, toch, het
moe* voor velen hunner nog een bjjzonder aan
gename verrassing zjjn, als zjj in hun prjjsje
de aanhouding vau Prinses Withelmina aan de
Uoejanverweiiesiuis op eene onderhoudende wjjze
verteld zien.
Het was negen uur, toen de kleinen huiswaarts
keerden, stellig mot een dankbaar hart voor al
hot genotene. Een woord van lof aan Db. Marga
dant voor zyne tactvolle leiding, maar ook dank
aan het bestuur der Zondagsschool, de heeren
v. d. Vlist en Kramer, dat met opoffering van
tjjd en inspsnniug, het feest der kinderen zoo
flink beeft georganiseerd.
Leklterkerk29 Deo. 't Was Zondag
avond, 2den Kerstdag, feest voor de leerlingen
der Zondagsschool, uitgaande van de hier be
staande afdeolmg van den Ned. Protestanten
bond. 's Avonds uur kwamen de 820 kinderen,
die het onderwys bg wonen, in het kerkgebouw
der Ned. Herv. Gemeente alhier bjjoon, alwaar
de keurig versierde en bolder verliohte keist-
boom prjjkte. Zoodra zo gezeten waren, werden
ze door de dames-onderwijzeressen, 18 in getal,
onthaald op krentenkoeken; en ohooolademelk,
en onderwyl vulde zioh /hét kerkgebouw met
een sohare belang BtellenqejAy-ttie op minstenB
800 monsohen kon gesdftat/'' worden. Nadat
allen hier plaats hadden gehbmen, opende onze
wakkere organist de pleohtigheid met een kenrig
spel op sgn orgel, dat hy zoo uitnemend be
speelt. 't Waren variaties op het welbekende:
„Eere zjj God in den Uooge, Vrede op aarde,
in mensohen een welbehagen". Ondertnssohen
beklom de predikant den preekstoel en sprak,
na 't iwjjgen van het orgel, een korte feest
rede uit, waarin hg, na de aanwezigen een
faarteijjk welkom te hebben toegeroepen, te
kennen gaf hoe jaist het Kerstfeest een b|f
uitnemendheid gesohikte dag is om feest te
v >ren met de kinderen eener Zondagseehool.
'd~
klaring van den met sneeuw
de ster, de lichtjes, de engeltjes ea verdere
■ieraden van den boom. 't Was allee, zoo seide
hg, symbool ven do waarde, de beteekenis in
de wereld-gesohiedenis van Jesns. Alles strekte
om den grooten kindervriend te verheerlijken,
't waa alles aanwjjsing van Zgn eer, Zgn roem,
Zgn grootheid. Toen het openings-woord ge
sproken was, zong de gemeente nit Gezang 280,
de verzen 1, 6 en 6. En toen de stemmen
van ouders en vrienden der kinderen zwegen,
toen de laatste nagalm van 't orgel ver
storven was, toen begon het eigenlgke feest
voor do leerlingen. Plechtig klonk hnn gezang,
onder de voortreffelgke leiding van den heer
H. Sohenk, na zacht, dan forsoh verkondigde
het lied Gods goedheid en macht, den lof van
Jezns. 't Was doodstil als de kléinen zongen,
en deze stilte bereikte haar toppunt, toen door
zes meisjes uit de hoogste afdeeling der Zondags
school, dat heerlgk sohoone lied getongen werd,
bestaande nit drie coupletten, waarvan het
tweede kwam voor rekening van de 10-jarige
Eleonora Kakebeeke:
O Kerstnaoht, schooner dan de dagen 1
Gezegend sg de gonden ster,
Waarby Orion haalt noch Wagen, enz.
Menige traan van aandoening werd onder
het zingen weggepinkt en toen na het zaoht,
weemoedig, heerlgk melodieus
„Komt roepen wg in koor ont: Amen
Hosanna! Amen! Amen!
nit de kindermonden zweeg, beloonde een
daverend applaus de lieve sangsters, voor hun
dnrf, voor hnn moed, voor het waaraohtig ge
not, voor de godsdienstig, vrome stemming, die
■e door haar zingen, in de harten van alle aan
wezigen hadden opgewekt.
En wanneer allen bekomen waren van den
diepen indruk, door 't kinderlied teweeg-
Jebraeht, toen waa 't weer eten en drinken,
at 't een lust waa om te zien, en o, top
punt vzn gonot voor onze jongen* en
meisjes, het uitdeelen der feestgeschenken,
die deels aan den kerstboom hingen, deels
op tafeltjes er onder staande lagen opgeatapald.
"tl ui was een heerlgken aanblik, af die vroo-
ljjke, bigde gesiohten, die gloeiende wangen
en van vreugde stralende oogen, wanneer se
van onder den kerstboom kwamen en ze lachende
en springende hnn cadeautjes naar boven staken,
om ze te laten bewonderen door vaders en moeders,
zusters en broeders, vriendjes of vriendinnetjes.
Lang dnnrde het eer allen het hun toege-
daohte hadden, maar de prgsuitdeeüng var-
veelde niet; de aanwezigen genoten met hou
kinderen, ze hadden pret met hun lievelingen,
met wie ze mee feest vierden.
Als alles uitgedeeld was, nog eens koek ea
ohooolademelk an daarna tot alot getongen dat
verrukkolyk mooi, lleflgk klinkend
Heerlgk klonk het lied der Englen,
In het veld van Efrata.
Eere sg God in den Hooge,
Looft den Heer, Halleluja, enz.
't Feest wzs geëindigd en de pleehtighaid
werd gesloten door den voorzitter der Zondags
school-commissie. Met een woord van
aan hh. kerkvoogden, die too welwillend hei
kerkgebouw voor deze gelegenheid h*dden
afgestaan, aan de dames-onderwgzeressen, die
zioh zoo ontzettend veel moeite hadden getroost
om het feest te doen slagen, en die steeds met
beiangioozen y ver, met voorbeeideloosen tact en
toewjjding zioh geven aan den laat, dien aa
vrgwillig op zioh namen; aan den heor H.
Schenk, den man, die zoo maohtig veel heeft
gedaan voor 't suocós van den avond en die
zyn zangonderrioht door een allerdoelmatiget
geschenk van de onderwgzeressen, door h—
aan den kerstboom opgehangen, zag beloond;
aan Oskam, den organist, die meewerkte om
't zingen der kinderen te doen gelukken; aaa
Yan Rips, onsen trouwen helper in de Zondags
school; aan de heeren der oommissie De Jong,
Van Limburg en Van der Yeide, die Immer
op hnn post zgn; aan de lieve 6 zangstertjes,
aan de kinderen, aan de oaders, kortom aan
allen, die mede hadden gewerkt om het kerst-
boomfeest te doen slagen.
Was de kerk vol, geen enkele wanklank
werd gehoord, met de kinderen vierde men
een reoht gezeliigen avond. Het eere-salnnt,
door den predikant Lekkerkerks bevolking
toegeroepen, was welverdiend.
Znohtkens aan werd het kerkgebouw leeg
verheugd, bigde, welvoldaan, gingen allen hnia-
waarts. Blyve dit feest lang in de herinnering
der aanwezigen. Werke het mee tot meerderen
bloei der Zondagssohool, ons zoo lief. Wordt
de vooruitgang dezer nuttige instelling ook
door het kerstboomfeest van 1897 bevordert,
dan tellen we de moeite niet en gaarne ge
troosten we ons in 't vervolg inspanning en
opoffering om naar vermogen mede te werken,
ten einde de eerste soh reden der kinderen te
setton op den weg der vrjje vroomheid.
'Zevenhuizen, 26 Dec. Door de be
noeming van den heer J. H. v. d. Torren Kz.
als dgkgraaf van den Zuidplaspolder, zal
de pas benoemde secretaris, de heer
G. v. Dort Kroon, van dien polder aftreden
als penningmeester. Deze aftreding is
noodzakeiyk wegens de bloedverwantschap
van beide heeren, daar het reglement op
de waterschappen zoodanige bloedver
wantschap tusschen dykgraaf en penning
meester onvereenigbaar acht.
In de jongste vergadering van den
gemeenteraad heeft de heer J. Dogterom
zyn wensch te kennen gegeven af te
treden als lid van den Raad en wethouder
tegen Mei a. s., wegens vergevorderden leef-
tyd. Sedert een reeks van jaren is genoemde
heer lid van den Raad en wethouder en
heeft zich doen kennen als een waardig ver
tegenwoordiger der burgery. Moge hem nog
een reeks van jaren geschonken worden!