EN.
MACT
1899.
IT. 2026.
Zaterdag 16 September.
Nieuws- en Advertentieblad voor Zuid-Holland en Utrecht.
w
S. W. N. VAN NOOTEN ti Schoonhoven,
fla OfflsMflfl
uw.
member a. s.
N ZESSEN.
iveranciers.
geven dit af.
BUITENLAND.
Overzicht -
Suzereiniteit en Vreemde
lingenrecht.
BINNENLAND.
deling A. J. FUAN.
g toezicht.
4
is een
p. 5 om 25 en
I»
irten en prezen.
e, p. stuk 6, 10
pakje 17» en 30 ct.
mosterdzuur), p. fl.
:je 30 ct
penen, p. stuk 85 ct.
i5 ct
jes 25 ct. (10 fl.
5 ct (winkeliers
00 stuks.
•r 1 dubbeltje, 80
in pakjes, it 20 ct
den (het bekendste
neemt nog
iet den dag toe.
fEtiEN.
nd 150 ct
in J en busaen.
Uw Bon, een kor-
ran 2
Uitgevers.
i Paard.
1 mogelijk op de
angekocht worden.
-, franco per post
Grossiers, en voor
FEN
ct. (fijne smaak).
ilgruis, p. ons 10 ct.
it Kaaltevolgens
van 10, 12$, 15
pakje 5 ct.
p. doos, 8 pakjes,
flescbje 50 ct.
85 en 60 ct
jndant, p. ons 20 ct
h
12J en 15 ct (per
SGHOONHOmSCHE COÏÏRAHT.
gaaf, p. stuk fl,50.
lacon 60 ct.
wanden), p. pak 16 ct.
100 en 60 ct
17»,10,12$, 15 ct
p. flacons en blik.
1 pondspak 22» ct
st de 5 ons, heeft
rtimao vijgen, per
85 ct
55 ct.
k, 80 en 50 ct.
ik, 65 en 87$ ct.
>ekendste merken),
nd, p. 10 pond
15 kilo, f 1,90
ot
pond 80 ct.
flesch 45 ct
Deze Courant wordt des Woensdags- en des Zaterdags
morgens uitgegeven. Prjjs: voor Schoonhoven per drie maanden ƒ0,75.
Franco per post door het geheele ryk f 0,90. Men kan zich abon-
neeren bjj alle Boekhandelaren, Agenten en Brievengaarders.
komt het zeer treurige bericht een bericht
dat naar w|j hopen voorbarig zal zijn -
dat Dreyfus, volgens verklaring van zijn
geneesheer, de tering heeft en nog
slechts een paar jaar te leven zou
hebben. Dit zou inderdaad al een zeer
droevige ontknooping zijn van een drama,
dat de geheele wereld in beweging bracht.
Blijkens nader bericht, is de alarmeerende
tijding onjuist gebleken. De geneesheer,
op wiens mededeeling zij gegrond was,
onderzocht D. niet, doch zag hem alleen
uit de verte in de gerechtszaal en vond
dat de beschuldigde er niet best uitzag I
Tenzij in den huldigen stand van zaken
nog een verrassende wending komt, wat
wij niet onmogelijk achten, zal het ge
beurde niet nalaten invloed uit te oefenen
op de wereldtentoonstelling te Parijs, die
voor 1900 in drukke voorbereiding is.
Van allerwege toch gaan stemmen op,
om, als protest tegen het niet-gemotiveerde
vonnis, de bereids toegezegde medewerking
aan die tentoonstelling te onthouden.
Het schandaal in de Rue de Chabrol,
waar Guérin en de zijnen zich verschanst
hebben en gewelddadig optredeh tegen
de overheid, duurt nog altijd voört. Dezer
dagen ontdekte men hoe het .garnizoen”
dier vesting zich van voedingsmiddelen
voorziet. Tusschen het huis van Guérin en
het tegenoverliggend werd een touw gespan
nen en daar langs werden manden met pro
viand vervoerd. Een deel dier proviand
tuimelde echter op een goeden avond naar
beneden en zoo kwam het spelletje uit.
De straat is nog altijd door de politie
afgezet.
Uit Afrika komen voor het zoozeer in
beroering zijnde Frankrijk, alarmeerende
berichten omtrent de expeditie onder
Tourreau-Lamy, die met hunne leger
macht bij Ofair door eene overmacht
van inboorlingen zou zijn overvallen
en geheel vernietigd. Gelukkig is hier
omtrent nog geen officiéél bericht ontvangen
aan het Ministerie van Koloniën, zoodat
er hoop bestaat, dat het bericht over
dreven is.
Het bericht dat de keizer en keizerin
van Rusland op hunne doorreis naar
Darmstad Potsdam zouden aandoen, ter
ontmoeting van het Dalteehe keizerpaar,
is onjuist. Wel zullen de Russische Majes
teiten Kiel aandoen en Prins Heinrich
aldaar bezoeken, doch de ontmoeting met
den Duitschen neef is tot later uitgesteld.
Op een te Kiel stationneerend Duitsch
schip heeft een ontploffing plaats gehad,
die aan vier man het leven kostte.
In het proces van den krijgsraad te
Belgrado (Servië), wegens den aanslag
op het leven van den ex-Koning Milan,
heeft de beschuldigde Knezewitsch ver
klaard geen medeplichtigen te hebben.
Daar de talrijke inhechtenisnemingen, die
plaats hadden, geschied zijn op de alles
behalve duidelijke aanwijzingen van
bovengenoemden persoon, zullen de van
hun vrijheid beroofden nu wel spoedig
losgelaten worden.
Te Campo Ligure (Italië) zijn twee uit
Genua komende treinen op elkaar geloopen,
tengevolge waarvan 3 personen het leven
verloren en tal van anderen gekwetst
werden.
Portugal l(jdt zeer veel nadeel ten
gevolge van de sluiting zijner grenzen
wegens pestgevaar. Te Oporto is de toestand
zelfs zorgwekkend. Verschillende fabrieken
staan daar stil, waardoor 20 000 arbeiders,
naar men zegt, zonder werk zouden zijn.
Venuiaela is weer eens „omgewenteld”.
Een nieuw Ministerie is opgetreden en
de burgeroorlog is in vollen gang.
Te Pretoria (Transvaal) zat eenige we
ken geleden een kaffer in de gevangenis
te wachten op den dag, dat hij opgehan
gen zou worden. Hij was wegens moord
ter dood veroordeeld. Daar-kreeg de man
de pokken. Met groote zorg werd hij
verpleegd, opdat h(j maar beter mocht
worden voor de galg, spotten de bladen.
Hij werd beter, en nu is zijn straf ver
anderd in levenslang Men kan dus van
dezen Kaffer zeggen, dat de pokken zijn le ven
hebben gered. Ware bij behoorlijk ingeént
geweest, dan zou hij waarschijnlijk van
de ziekte vrfj zijn gebleven, maar nu
niet meer onder de levenden behooren I
'VAN HIER EN DAAR.
Door liet Hof vergeten.
Jacob Maris, de onlangs overleden Neder
landsche schilder, is begraven zonder dat
het Hof eenig blijk van belangstelling ge
geven heeft. >Lynceus" vestigde erin „Het
Vaderland" in het bijzonder de aandacht
op. Het weekblad „De Amsterdammer'
zegt, dat het anders zou zyn geweest als
Maris in eenige betrekking had gestaan tot
het Civiele of het Militaire Huis der Koningin,
als hij een ambtenaar ot een zwaarddrager
was geweest. Maris was »maar” een kun
stenaar.
Het Hofwy hebben er dikwijls genoeg
op gewezen en voor gewaarschuwd, zegt
het blad, staat zoo ver mogelük ver
wijderd van het burgerlijk leven. Wie min
of meer dagelijks tot de Koningin kan
naderen moet van adel of militair zijn. De
Prjjs der Advertentiën: Van 1 tot 5 regels f 0,50. Iedere regel
meer f 0,10. Groote letters naar plaatsruimte. Inzending franco
uiterljjk tot Dinsdags- en tot Vrjjdags-namiddags 4 uren.
Alle binnenlandsche Advertentiën, voor 8-maal plaatsing opgegeven,
worden slechte 2-maal in rekening gebracht.
De laatste nota die Engeland aan de
Transvaalsche Regeering zond is een ulti
matum in optima forma, waarop binnen
tweemaal 24 uur antwoord wordt ge
wacht. De eischen zyn kiesrecht voorde
uitlanders na vijfjaar verblijf in de Trans
vaal; betere vertegenwoordiging van de
uitlanders in den Volksraad ^gelijkstelling
in den Raad van de Nederlandsche en
Engelache talen en gelijkheid der oude
en nieuwe burgers. Stemt de Regeering
der Republiek in die eischen toe, dan
zal eene conferentie tusschen de beide re-
geeringen volgenworden de eischen ver
worpen dan zal de Britsche regeering de
zaak zelve in handen nemen en tot
eene regeling brengen! Brutaler kan het
niet en het is geen wonder als men, in
welingerichte kringen, gelijk het laatste
telegram luidt, te Pretoria den toestand
als ernstig, ja als hopeloos beschouwt.
De Uitvoerende Raad der Republiek, die
morgen eene beslissing zal nemen, is
heden in drukke telegraphische corres
pondentie met zjjnen bondgenoot de Re
geering van den Oranje-Vrijstaat, met
welke zij raadpleegt. Ook wordt van ver
schillende zijden bericht, dat de Trans
vaalsche Regeering geneigd zou zijn de
conferentie te aanvaarden, m. a. w. de
eischen te bewilligen. Volgens de „Revue
diplomatique” zouden de Keizer van
Oostenrijk en de Koningen van Italië en
Belgiö hunne goede diensten aan beide
Regeeringen hebben aangeboden, ten einde
het uitbreken van eenen oorlog te voor
komen. Volgens de Britsche bladen zou
gelijke poging door onze Koningin Wil
helmina zijn gedaan. Laat ons hopen
dat het brutaal geweld wijke voor
de welwillende belangstelling van zooveel
verschillende zijden en de inderdaad tot
het uiterste gevoerde tegemoetkomende
gezindheid der Boeren.
Schier eenstemmig wordt het vonnis, in
Frankrtyk over Dreyfus uitgesproken, door
de Buitenlandsche pers veroordeeld. Er
zijn maar weinig uitzonderingen. De Fran-
sche pers ia verdeeld; de nationalistische
verdedigt het vonnis en had nog meer
verlangd; andere hebben den moed, om
hunne overtuiging van de onschuld van
Dreyfus uit te spreken en de rechters,
die hem schuldig verklaarden, te veroor-
deelen. De Ministerraad, die naar aanlei
ding van het gevallen vonnis heeft te
oordeelen en besluiten te nemen, liet nog
niets anders van zich hooren, dan dat
overal in den lande rust beeracbt. Zola,
de man die het eerst den moed had om
de rechtmatigheid van het in 1894 gevelde
vonnis te bestrijden, is na lang zwijgen
weer uit zijne rust ontwaakt. Hjj zegt in
„l’Aurore”, dat, indien vóór 28 November,
wanneer het nieuwe proces tegen hem
aanvangt, geen recht zal zijn gedaanhij
en Labor! opnieuw aan den arbeid zullen
gaan. Labori zal dan te Versailles zijn
achtergehouden pleidooi uitspreken en
dan zal hij, zoo schrijft Zola, pleiten
zonder vrees voor mij, want ik ben bereid
de waarheid met mijn bloed te betalen.
Intusschen is er nog gelegenheid het
vonnis ongedaan te maken. De krijgsraad
zelf heeft aan den President der Republiek
een verzoek gericht om gratie te geven
van de straf der degradatie men be
weert dat dit geschiedde wijl die straf
in casu niet gerechtvaardigd was. De ver
dediging heeft Dreyfus in hooger beroep
doen komen, zoodat thans de zaak voor
den Militairen Raad van Revisie komt,
die, zonder zich met de zaak zelve in
te laten, zal hebben te beoordeelen of
een fout in den vorm bestaat. Voorts kan
nog het Hof van Cassatie in de zaak be
trokken worden, doch dit alleen op initiatief
van den Minister van Justitie of van den
Procureur Generaal bij het Hof van Appèl.
Omtrent de toepassing van de straf be
staat ook verschillende lezing. De laatste
is, dat niet alleen de vijf jaar door Dreyfus
op het Duivelseiland doorgebracht, in min
dering komen van de hem opgelegde tien
jaar, maar dat de overige Jaren nog met
1/4 verminderd worden, terwijl de president
zelfs de bevoegdheid zou bezitten de verdere
straf geheel kw(jt te schelden. Inmiddels
van anderen toelaat. Ook de naturalisatie-
voorwaarden vallen buiten het kader van
vreemde bemoeiingen, Elke Staat moet
zelf beslissen, in<toevo£Nr hij de opneming
van vreemde elementen in eigen nationaliteit
wil begunstigen of tegenwerken, en er
zijn tal van Staten in Europa bij welke
dat geenszins gemakkelyk wordt gemaakt.
Bovendien, als een Engelschman het voor
zijn belangen wenschelyk acat, Transvaalsch
burger te worden dan houdt hij op eenige
politieke verbinding met zyn oorspronkelijk
vaderland te hebben, en onderwerpt hy
zich aan al de verplichtingen, welke de
nieuwe nationaliteit hem oplegt.
Van welke zyde wy ook de quaesties
tusschen de beide machten bezien, er is
in Engelands houding niets dat zelfs een
schyn van recht doet erkennen.
Twisten over de beteekenis van woorden
zijn de lastigste, omdat het dikwyls zeer
moeielyk is uit te maken wie gelijk heeft.
Engeland beweert »de Suzerein” te zijn
van de Zuid-Afrikaansche Republiek, gelijk
het »de Souverein" is van de Kaapkolonie
en van Natal. Transvaal ontkent dit, maar
zou toch, by een eventueele onderhandeling
over de onderscheiden geschilpunten, gaarne
een stellige verklaring ontvangen, dat van
eenig recht van suzereiniteit in bet vervolg
geen sprake meer zou kunnen zyn.
De vraag nu, wat men daaronder te
verstaan heeft, is niet gemakkelyk op te
lossen; het is een zeer onbestemd begrip,
over welks omvang de beste kenners van
het internationaal recht het niet eens zyn.
Een volkomen souvereine staat is Trans
vaal niet, want het heeft zich by de
jongste conventie, die van 1884, verbonden
om tractaten, met andere mogendheden
dan den Oranje Vrijstaat gesloten, aan dé
goedkeuring der Engelsche- Kroon te onder
werpen. Nu juist, zeggen de Engelschen:
die bepaling bewyst, dat Engeland de
opperheerschappij uitoefent, en dat is de
suzereiniteit, tegen welke de Boeren zoo
heftig in verzet komen. Uit die opper
heerschappij vloeien nog andere rechten
voort, die niet zoo precies zyn te om-
schryven, maar welker uitoefening van
omstandigheden afhangt. De Transvalere
van hun kant merken op, dat op slechts
één enkel punt de souvereiniteit hunner
Republiek beperkt is, en dat buiten dit
ééne de Britsche Regeering geen rechten 1
kan doen gelden, wat volkomen logisch
is en met de letter der tractaten over
eenkomt. Een zóó beperkten invloed kan
men geen «suzereiniteit noemen.
Om de historische beteekenis van het
woord te vinden, moeien wy opklimmen
tot het leenstelsel. In den tyd van de
graven en de hertogen was de opper
leenheer, dit is in ons vaderland de Duit-
sche Keizer, in Vlaanderen de Koning van
Frankryk, de suzerein. De door hem be
giftigde vazal oefende in het hem ge
schonken of door erfrecht ten deel ge
vallen leen de souvereiniteit, de hoogheids-
rechten, de hooge overheid uit, maar hy
kon geen verdragen sluiten buiten den
Keizer om, moest hem hulde bewyzen,
moest bydragen tot de kosten van het
Rijksgebied, moest in oorlogstijd zyn banier
en zyn strijdkrachten by die des Keizers
voegen. Al die verschillende verplichtingen
jegens den suzerein zyn in onbruik geraakt
toen de macht der leenmannen steeg en
die van het Ryk verzwakt werd, en met
name in de Nederlanden hepft men er
zich na de veertiende eeuw al heel weinig
om bekommerd; toch is by den West-
iaatechen vrede in 1648, nog nadrukkelijk
verklaard, dat elke band, die de gewesten
nóg verbond met het Duitscbe Ryk, ver
broken was. Feitelyk dus, ofschoon zonder
eenig effect, is het Ryk lot genoemd jaar
onze suzerein geweest.
In geschiedkundigen zin bestaat het
woord niet meer. Doch men heeft het
later op onderschei den manier, ofschoon
ten onrechte, blyven gebruiken om de een
of andere verhouding aan te duiden die
herinnert aan het samenstel van ver
plichtingen der leenroengheid. Zoo is het
gebeurd, dat een deel van een Staat zich
losrukte van het geheel en politieke zelf
standigheid verkreeg, doch aan het hoofd
of de regeering van dien ötaat een jaarlyk-
sche schatting moest betalenlaatst
genoemde heette zich dan »de suzerein”.
Ut, dat op deze keuze van een staatshoofd
bekrachtiging moest worden gevraagd-, al
weer heizehde. Er zyn natuurlyk graden
van ynafhankelykheid; als zy met vol-
styeKt is, dan kan men altyd het niets
zeggend woord «suzereiniteit’’ toepassen,
Nu zou daartegen weinig bezwaar zyn
te maken, als de menschen in de eerste
plaats elkander wat poogden te verslaan,
en in de tweede plaats zich hielden bin
nen de grenzen van hun bevoegdheid.
Dat het laatste niet geschiedt, is het
groote kwaad. Van het enkele recht, dal
Engeland zich heeft voorbehouden, en
tegen de toekenning waarvan geen be
zwaren werden gemaakt omdatt, men er
weinig in zag en nog niet begrepen had
dat een vos gaarne ziet dat er een gaatje
wordt opengelaten waar hy desverkiezende
kan binhensluipen om er in alle kalmte
zyn siag te slaan, wordt nu een hamer
gemaakt om voortdurend op het aanbeeld
van Engeland's opperheel schappy in geheel
Zuid-Afrika te slaan. De daarby gevolgde
redeneenng is ongeveer deze: Het toezicht
op tractaten is alleen daarom voorbehouden,
i4at Transvaal geen verbintenissen zal slui
ten, die schadelyk zyn of kunnen worden
vopr de Britsche belangen. Doch met
hetzelfde doel is het ook noodig dat toe
zicht .wordt gehouden, niet op de huis
houdelijke aangelegenheden der Boeren,
want dat verzekert men niet te beoogen I
maar op de verhoudihg waarin de in de
Republiek gevestigde vreemdelingen, met
grootste luister van het Hof.
Militair Huis.
Dat men in zulk een kring ternauwer
nood opmerkt, dat een der beroemdste Neder
landers, een schilder als Jacob Maria, sterft,
wat is natuurlyker? Dat men er niet aan
denkt bij zyn begrafenis blyk van droef
heid te geven, het spreekt van zelf.
Koningin Wilhelmina heeft daaraan geen
schuld. Wel schuld echter hebben zij, die
door hun zwygen, waar zy tot spreken geroe
pen zyn, een toestand helpen bestendigen, die
niet anders dan nadeelig kan zyn voor de
Kroon.
Een volstrekt overbodig Militair Huis,
hoe is ’t mogelyk, dat de Volksvertegen
woordiging dat duldt by onze jeugdige
Koningin? Gevoelt men dan niet, dat, zelfs
geheel onwillekeurig, daarvan een geest moet
uitgaan, in stryd met de neigingen en idealen
der natie?
En voorts, zou het eenige moeite kunnen
kosten, voor hen die daartoe het eerst ge
roepen zyn/ H. M. te overtuigen, dat geen
sterker band haar met het Nederlandsche
volk kan verbinden dan die welke gelegd
wordt, als niet de adel van geboorte alleen,
maar die welke van oneindig veel meer
beteekenis is, de adel van geest en gemoed
haar omringt en de blyken harer belang
stelling ontvangt?
De Staatscour. bevat het
Kon. besluit, waarbij de sluiting van de
zitting der Staten Generaal bepaald wordt
op a. s. Zaterdag, des namiddags te
drie uur.
De Staatscour. bevat ook het programma
voor de opening van de vergadering der
Staten-Generaal op Dinsdag den 19den dezer.
De werkuimheden der twee
afdeelingea, waaruit het college van Ged. Staten
van Zmd-HoUand ial beataan, ijjn verdeeld
al* volgt:
Afd. A: Provinciale en plaataoljjke financiën,
onderwjji, landbouw, armwezen, jacht en
viMcherjj, reclame'* belastingen, voor xoorer
de behandeling daarvan aan Ged. Staten ia op
gedragen, toepassing der wet tot regeling van
den kleinhandel in sterken drank en tot be
teugeling van openbare dronkenschap.
Afd. B: Gemeentesaken, voor soover die niet
aan afd. A ign opgedragen, kerkeljjke aaken,
waterstaat en wegen, waterschaps-aangelegen-
heden, politie, nyverheid, militie en schutterij,
benevens strandvonderijen.
Tot leden dier afdeelingen ign benoemd,
afd. A, de hoeren Mr. G. J. Goekoop, Mr. D. Van
Weel en Mr. A. C. Crena de longh, afd. B, de
heeren Mr. P. L. F. BIumó, Mr. 0. J. S. graaf
van By landt en P. 0. Evers.
De rechtbank te Rotterdam ver
oordeelde Dinsdag o. a.: L. den B., huisvrouw
C. v. V., 29 jaar, «onder beroep te Gouda,
wegens beleediging van eon ambtenaar, tot f 6
boete, subs. 8 dagen hechtenis.
Verstek liet gaan A. L42 jaar, sjouwer
man te Gouda. Uit de behandeling bleek dat
beklaagde ia den nacht van 2 op 8 Juni op
verdachte wjjse was aangetroffen op het terrein
van den koopman A. Trjj bits aan den Tiendewag
te Gouda. Bg een direct daarop ingesteld onder
soek was toen aan het licht gekomen, dat hy
gedurende den loop van dit jaar op verschil
lende dagen een party paardenhaar en eenige
geiten vellen had ontvreemd, uit het pakhuis
van T., by wien hy gedurende een paar jaar
was in dienst geweest.
Beklaagde had dien dienst echter drie jaar
geleden verlaten, seggende een erfenisje gehad
te hebben en nu liever niet meer te willen
werken.
Het Openbaar Ministerie wees er op, dat be
klaagde in den laataten tyd tan roof sobgnt te
leven, en vorderde 1 jaar en 8 maanden ge
vangenisstraf.
Na eene woordenwisseling tusschen K. Van
Tol en J. de J., 21 jaar, bankwerker te Krim
pen aan den Deel, die in den laten avond vaa
1 Juli te samen in abnormalen toestand een
herberg hadden verlaten, had laatstgenoemde
v. T. eenige slagen tegen ’t hoofd gegeven.
Daar de*e slagen nog al van ernstigen aard waren
geweest en beklaagde als een vechtersbaas be
kend staat, achtte het Openbaar Ministerie het
gewenscht hem eens een gevoelige les ie gevatst
en eisohte een maand gevangenisstraf.
J. C. B., 88 jaar, werkman te Nie^wpoort,
bekende op den Blaten Juni onder de gemeente
Berg-Ambacht een party biesen, toebehoorende
aan den staat der Nederlanden, te hebben af
gesneden en met behulp van eon vaartuig
vervoerd.
Eiach f 5 boete, subs. 6 dagen hechtenis.
In den avond van 16 Juli, omstreeks half
twaalf, werden de agenten van politie A. Mulder
en W. C. Swanink ter hulp geroepen ia een
tapperg aan den Tiendeweg te Gouda, om 0.8.,
28 jaar, touwslager en H. V., 1» jaar, varens
gezel, beiden te Gouda, daaruit te verwyderen.
Na hen uit de tappcry goset te hebben, wilden
de agenten O. 8. naar het politiebureau over
brengen, daar hjj in beschonken toestand ver
keerde en de orde verstoorde. Zoowel 8. als V.
hadden sich toen daartegen met geweld renet.
Eiach voor 8. (reeds vroeger wegens een der-
gelgk feit veroordeeld), 45 dagen, voor V. oen
maand gewgeniuinf.
Uitspraak over 8 dagen.
De Rechtbank te Armhem
heeft den luitenant J. te Nijmegen, vrij
gesproken van mishandeling; - verklaarde
de luitenants J. en L., en de ingenieur K.
schuldig aan weerspannigheid tegen de
politie, in vereeniging van meer dan twee
personen; - en veroordeelde J. en L,
ieder tot 8 dagen en K. tot 14 dagen Se
van genisetraf.
name de Engelsche onderdanen, zich be
vinden, want zoo deze niet behoorlyk is
geregeld, kunnen er insgelyks verwikke
lingen ontstaan die nadeelig zyn voor de
Britsche belangen.
Deze volmaakt onjuiste redeneering
ontleent nog aan de feiten, die het meest
in het nadeel van Engeland spreken, een
schyn van rechl. De inval van Jameson,
aan welks voorbereiding en uitvoering de
Engelsche Regeering en inzonderheid de
Minister van Koloniën, Jozef Chamberlain,
totaal onschuldig is geweest, niet waar
die inval was een uiting van het door
verregaand onrecht o verkropt gemoed der
Engelsche Johannesburgers. Had de Re
geering te Pretoria het oor niet gesloten
voor hun klachten en grieven, zij zouden
er met aan gedacht hebben, die onder
neming uit te lokken of haar te begunstigen.
Het was dus uitsluitend de schuld der
Boeren, dat Jameson zyn dierbaar leven
en dat van zyn achtenswaardige vriendjes
blootstelde aan de kogels der Transvaalsche
schutters. Maar nu ontlokte diezelfde inval
betuigingen van sympathie aan den Duit
schen Keizer; hoogstwaarschynlyk, als de
omstandigheden wat gunstiger waren ge
weest, zou Keizer Wilhelm het niet bij
die verklaringen gelaten hebben. Dat thans
te Berlyn de zaak uit een geheel ander
oogpunt bezien wordt, ontneemt niets aan
het feit, dat er eenigen tyd gevaar heeft
bestaan voor verkoeling van de betrek
kingen met Duitschland, alleen tengevolge
van de onderdrukking der uitlanders. Is
daarom niet dringend noodzakelyk, (Waar
borgen te hebben, dat die oorzaak zal
verdwynen
Wy hebben getracht duidelyk te maken,
welke voor de Transvaalsche onaf hankelyk-
heid hoogst bedenkelyke eischen aan die
beweerde suzereiniteitsrechten worden vast
geknoopt. Dat de Boeren by hun verzet
tegen den onrechtmatigen dwang onze
algeheele sympathie hebben, by meer
dan één gelegenheid is tiet betuigd.
Gelyk men zich herinneren zal, dateert
de inmenging van de Engelschen in de
zaken van Transvaal van 1876. Toen was
Burgers president, wiens verlichte denk
beelden, ook met betrekking tot de handels
belangen des lands, in de uitvoering af
stuitten op de steübehoudende begrippen
der Boeren.
In genoemd jaar barstte er een hevige
stryd uit met de inboorlingen, en de weer
zin tegen Burgers was zoo groot, dat men
weigerde hem voldoenden steun te ver
kenen ter onderdrukking van den opstand
der Kafferhoofden. Daarop verklaarden de
Engelschen, dat door de onmacht der
Transvalers ook de Britsche koloniën ge
vaar zouden loopen, en ondanks de protesten
van Burgers en van den Volksraad ver
scheen Theophik Shepstone met een
troepenmacht te Pretoria, en verklaarde
hy dat de Transvaal by de Èriiscbe be
zittingen was ingelyfd. Dit begin van de
verwikkelingen hadden de Boeren kunnen
voorkomen, dooc zich kloek hy hun President
aan le sluiten, toen het noodig was.
Maar de destijds begane ernstige fout
is door het later heldhaftig gedrag der
Transvalers uitgewischt. In Paul Kruger
hadden zy den man gevonden naar hun
hart, en deze is er in geslaagd, zoowel
door militair als door diplomatiek beleid
een nieuwe, een herboren Zuid-Afrikaansche
Republiek te scheppen. Over het verledene
oordeele de onpartydige^ geschiedschryver.
Wat het vreemdelingenrecht aangaat, de
eischen, daaromtrent van Britsche zyde ge
steld, zyn inderdaad ongehoord, en kunnen al
ken verklaard worden uit de beweerde, niet in
dejongtfle conventie gestipuleerdessuzereini-
teit". Er is een algemeen internationaal be
ginsel, hetwelk de behandeling van vreemde
lingen beheerscht. Zoo is het in stryd met
het recht, hen te onderwerpen aan speciale
belastingen, en hen te dwingen lot den
krygsdienst. Noch het een, noch het ander
is ooit door de Boeren beoogd. Wel be
weren de uitlanders het eerste. Zy zeggen
voor de exploitatie der goudmynen hebben
wy dynamiet noodig j dat mag niet ge
ïmporteerd worden, maar wy moeten het
koopen van het gouvernement, dat het
monopolie van de vervaardiging aan zich
heeft gehouden; ziedaar dus een buiten
gewone en drukkende belasting op de mijn
industrie. De bewering is valsch; want
die verhooging op den prys van het be-
noodigde ontpioffiugs-materiaal wordt meer
dan opgewogen door de uiterst billyke
voorwaarden, waarop myn-concessies zyn
verleend. Als nu onder die voorwaarden,
welke men kende alvorens ze te aanvaarden,
ook deze is begrepen dat een bepaalde
prys moet worden betaald voor het dyna
miet, welk onrecht zit daar dan in?
Maar verder is het nooit eigens gezien,
dat een Regeering voor haar onderdanen
in eenig land eischen poogde te stellen tot
verkryging van ki&recht, van welken aard
ook. Het kiesrecht is een politiek recht,
dat elke Staat naar eigen goedvinden zoo
regelt als hy meent dat hét best bestaan
baar is met zyn belangen, en er is geen
enkele rechtsgrond die hierin inmenging
;t. (gemalen).
>le prijzen.
25 en 30 ct„ p. stuk.
blik f 2,20, f 1,85.
is onder scheikun-
4
NeibL), p. blik 85 ct
voor 11 ct
Hoogstraten).
7$, 100 ct
fl,-, f 1,80, f2,50.
10 ct
ma Napelsche), los
P- Pakje-
ich.
0Fa- sauce (Hoog-