EN. MACT 1899. IT. 2026. Zaterdag 16 September. Nieuws- en Advertentieblad voor Zuid-Holland en Utrecht. w S. W. N. VAN NOOTEN ti Schoonhoven, fla OfflsMflfl uw. member a. s. N ZESSEN. iveranciers. geven dit af. BUITENLAND. Overzicht - Suzereiniteit en Vreemde lingenrecht. BINNENLAND. deling A. J. FUAN. g toezicht. 4 is een p. 5 om 25 en I» irten en prezen. e, p. stuk 6, 10 pakje 17» en 30 ct. mosterdzuur), p. fl. :je 30 ct penen, p. stuk 85 ct. i5 ct jes 25 ct. (10 fl. 5 ct (winkeliers 00 stuks. •r 1 dubbeltje, 80 in pakjes, it 20 ct den (het bekendste neemt nog iet den dag toe. fEtiEN. nd 150 ct in J en busaen. Uw Bon, een kor- ran 2 Uitgevers. i Paard. 1 mogelijk op de angekocht worden. -, franco per post Grossiers, en voor FEN ct. (fijne smaak). ilgruis, p. ons 10 ct. it Kaaltevolgens van 10, 12$, 15 pakje 5 ct. p. doos, 8 pakjes, flescbje 50 ct. 85 en 60 ct jndant, p. ons 20 ct h 12J en 15 ct (per SGHOONHOmSCHE COÏÏRAHT. gaaf, p. stuk fl,50. lacon 60 ct. wanden), p. pak 16 ct. 100 en 60 ct 17»,10,12$, 15 ct p. flacons en blik. 1 pondspak 22» ct st de 5 ons, heeft rtimao vijgen, per 85 ct 55 ct. k, 80 en 50 ct. ik, 65 en 87$ ct. >ekendste merken), nd, p. 10 pond 15 kilo, f 1,90 ot pond 80 ct. flesch 45 ct Deze Courant wordt des Woensdags- en des Zaterdags morgens uitgegeven. Prjjs: voor Schoonhoven per drie maanden ƒ0,75. Franco per post door het geheele ryk f 0,90. Men kan zich abon- neeren bjj alle Boekhandelaren, Agenten en Brievengaarders. komt het zeer treurige bericht een bericht dat naar w|j hopen voorbarig zal zijn - dat Dreyfus, volgens verklaring van zijn geneesheer, de tering heeft en nog slechts een paar jaar te leven zou hebben. Dit zou inderdaad al een zeer droevige ontknooping zijn van een drama, dat de geheele wereld in beweging bracht. Blijkens nader bericht, is de alarmeerende tijding onjuist gebleken. De geneesheer, op wiens mededeeling zij gegrond was, onderzocht D. niet, doch zag hem alleen uit de verte in de gerechtszaal en vond dat de beschuldigde er niet best uitzag I Tenzij in den huldigen stand van zaken nog een verrassende wending komt, wat wij niet onmogelijk achten, zal het ge beurde niet nalaten invloed uit te oefenen op de wereldtentoonstelling te Parijs, die voor 1900 in drukke voorbereiding is. Van allerwege toch gaan stemmen op, om, als protest tegen het niet-gemotiveerde vonnis, de bereids toegezegde medewerking aan die tentoonstelling te onthouden. Het schandaal in de Rue de Chabrol, waar Guérin en de zijnen zich verschanst hebben en gewelddadig optredeh tegen de overheid, duurt nog altijd voört. Dezer dagen ontdekte men hoe het .garnizoen” dier vesting zich van voedingsmiddelen voorziet. Tusschen het huis van Guérin en het tegenoverliggend werd een touw gespan nen en daar langs werden manden met pro viand vervoerd. Een deel dier proviand tuimelde echter op een goeden avond naar beneden en zoo kwam het spelletje uit. De straat is nog altijd door de politie afgezet. Uit Afrika komen voor het zoozeer in beroering zijnde Frankrijk, alarmeerende berichten omtrent de expeditie onder Tourreau-Lamy, die met hunne leger macht bij Ofair door eene overmacht van inboorlingen zou zijn overvallen en geheel vernietigd. Gelukkig is hier omtrent nog geen officiéél bericht ontvangen aan het Ministerie van Koloniën, zoodat er hoop bestaat, dat het bericht over dreven is. Het bericht dat de keizer en keizerin van Rusland op hunne doorreis naar Darmstad Potsdam zouden aandoen, ter ontmoeting van het Dalteehe keizerpaar, is onjuist. Wel zullen de Russische Majes teiten Kiel aandoen en Prins Heinrich aldaar bezoeken, doch de ontmoeting met den Duitschen neef is tot later uitgesteld. Op een te Kiel stationneerend Duitsch schip heeft een ontploffing plaats gehad, die aan vier man het leven kostte. In het proces van den krijgsraad te Belgrado (Servië), wegens den aanslag op het leven van den ex-Koning Milan, heeft de beschuldigde Knezewitsch ver klaard geen medeplichtigen te hebben. Daar de talrijke inhechtenisnemingen, die plaats hadden, geschied zijn op de alles behalve duidelijke aanwijzingen van bovengenoemden persoon, zullen de van hun vrijheid beroofden nu wel spoedig losgelaten worden. Te Campo Ligure (Italië) zijn twee uit Genua komende treinen op elkaar geloopen, tengevolge waarvan 3 personen het leven verloren en tal van anderen gekwetst werden. Portugal l(jdt zeer veel nadeel ten gevolge van de sluiting zijner grenzen wegens pestgevaar. Te Oporto is de toestand zelfs zorgwekkend. Verschillende fabrieken staan daar stil, waardoor 20 000 arbeiders, naar men zegt, zonder werk zouden zijn. Venuiaela is weer eens „omgewenteld”. Een nieuw Ministerie is opgetreden en de burgeroorlog is in vollen gang. Te Pretoria (Transvaal) zat eenige we ken geleden een kaffer in de gevangenis te wachten op den dag, dat hij opgehan gen zou worden. Hij was wegens moord ter dood veroordeeld. Daar-kreeg de man de pokken. Met groote zorg werd hij verpleegd, opdat h(j maar beter mocht worden voor de galg, spotten de bladen. Hij werd beter, en nu is zijn straf ver anderd in levenslang Men kan dus van dezen Kaffer zeggen, dat de pokken zijn le ven hebben gered. Ware bij behoorlijk ingeént geweest, dan zou hij waarschijnlijk van de ziekte vrfj zijn gebleven, maar nu niet meer onder de levenden behooren I 'VAN HIER EN DAAR. Door liet Hof vergeten. Jacob Maris, de onlangs overleden Neder landsche schilder, is begraven zonder dat het Hof eenig blijk van belangstelling ge geven heeft. >Lynceus" vestigde erin „Het Vaderland" in het bijzonder de aandacht op. Het weekblad „De Amsterdammer' zegt, dat het anders zou zyn geweest als Maris in eenige betrekking had gestaan tot het Civiele of het Militaire Huis der Koningin, als hij een ambtenaar ot een zwaarddrager was geweest. Maris was »maar” een kun stenaar. Het Hofwy hebben er dikwijls genoeg op gewezen en voor gewaarschuwd, zegt het blad, staat zoo ver mogelük ver wijderd van het burgerlijk leven. Wie min of meer dagelijks tot de Koningin kan naderen moet van adel of militair zijn. De Prjjs der Advertentiën: Van 1 tot 5 regels f 0,50. Iedere regel meer f 0,10. Groote letters naar plaatsruimte. Inzending franco uiterljjk tot Dinsdags- en tot Vrjjdags-namiddags 4 uren. Alle binnenlandsche Advertentiën, voor 8-maal plaatsing opgegeven, worden slechte 2-maal in rekening gebracht. De laatste nota die Engeland aan de Transvaalsche Regeering zond is een ulti matum in optima forma, waarop binnen tweemaal 24 uur antwoord wordt ge wacht. De eischen zyn kiesrecht voorde uitlanders na vijfjaar verblijf in de Trans vaal; betere vertegenwoordiging van de uitlanders in den Volksraad ^gelijkstelling in den Raad van de Nederlandsche en Engelache talen en gelijkheid der oude en nieuwe burgers. Stemt de Regeering der Republiek in die eischen toe, dan zal eene conferentie tusschen de beide re- geeringen volgenworden de eischen ver worpen dan zal de Britsche regeering de zaak zelve in handen nemen en tot eene regeling brengen! Brutaler kan het niet en het is geen wonder als men, in welingerichte kringen, gelijk het laatste telegram luidt, te Pretoria den toestand als ernstig, ja als hopeloos beschouwt. De Uitvoerende Raad der Republiek, die morgen eene beslissing zal nemen, is heden in drukke telegraphische corres pondentie met zjjnen bondgenoot de Re geering van den Oranje-Vrijstaat, met welke zij raadpleegt. Ook wordt van ver schillende zijden bericht, dat de Trans vaalsche Regeering geneigd zou zijn de conferentie te aanvaarden, m. a. w. de eischen te bewilligen. Volgens de „Revue diplomatique” zouden de Keizer van Oostenrijk en de Koningen van Italië en Belgiö hunne goede diensten aan beide Regeeringen hebben aangeboden, ten einde het uitbreken van eenen oorlog te voor komen. Volgens de Britsche bladen zou gelijke poging door onze Koningin Wil helmina zijn gedaan. Laat ons hopen dat het brutaal geweld wijke voor de welwillende belangstelling van zooveel verschillende zijden en de inderdaad tot het uiterste gevoerde tegemoetkomende gezindheid der Boeren. Schier eenstemmig wordt het vonnis, in Frankrtyk over Dreyfus uitgesproken, door de Buitenlandsche pers veroordeeld. Er zijn maar weinig uitzonderingen. De Fran- sche pers ia verdeeld; de nationalistische verdedigt het vonnis en had nog meer verlangd; andere hebben den moed, om hunne overtuiging van de onschuld van Dreyfus uit te spreken en de rechters, die hem schuldig verklaarden, te veroor- deelen. De Ministerraad, die naar aanlei ding van het gevallen vonnis heeft te oordeelen en besluiten te nemen, liet nog niets anders van zich hooren, dan dat overal in den lande rust beeracbt. Zola, de man die het eerst den moed had om de rechtmatigheid van het in 1894 gevelde vonnis te bestrijden, is na lang zwijgen weer uit zijne rust ontwaakt. Hjj zegt in „l’Aurore”, dat, indien vóór 28 November, wanneer het nieuwe proces tegen hem aanvangt, geen recht zal zijn gedaanhij en Labor! opnieuw aan den arbeid zullen gaan. Labori zal dan te Versailles zijn achtergehouden pleidooi uitspreken en dan zal hij, zoo schrijft Zola, pleiten zonder vrees voor mij, want ik ben bereid de waarheid met mijn bloed te betalen. Intusschen is er nog gelegenheid het vonnis ongedaan te maken. De krijgsraad zelf heeft aan den President der Republiek een verzoek gericht om gratie te geven van de straf der degradatie men be weert dat dit geschiedde wijl die straf in casu niet gerechtvaardigd was. De ver dediging heeft Dreyfus in hooger beroep doen komen, zoodat thans de zaak voor den Militairen Raad van Revisie komt, die, zonder zich met de zaak zelve in te laten, zal hebben te beoordeelen of een fout in den vorm bestaat. Voorts kan nog het Hof van Cassatie in de zaak be trokken worden, doch dit alleen op initiatief van den Minister van Justitie of van den Procureur Generaal bij het Hof van Appèl. Omtrent de toepassing van de straf be staat ook verschillende lezing. De laatste is, dat niet alleen de vijf jaar door Dreyfus op het Duivelseiland doorgebracht, in min dering komen van de hem opgelegde tien jaar, maar dat de overige Jaren nog met 1/4 verminderd worden, terwijl de president zelfs de bevoegdheid zou bezitten de verdere straf geheel kw(jt te schelden. Inmiddels van anderen toelaat. Ook de naturalisatie- voorwaarden vallen buiten het kader van vreemde bemoeiingen, Elke Staat moet zelf beslissen, in<toevo£Nr hij de opneming van vreemde elementen in eigen nationaliteit wil begunstigen of tegenwerken, en er zijn tal van Staten in Europa bij welke dat geenszins gemakkelyk wordt gemaakt. Bovendien, als een Engelschman het voor zijn belangen wenschelyk acat, Transvaalsch burger te worden dan houdt hij op eenige politieke verbinding met zyn oorspronkelijk vaderland te hebben, en onderwerpt hy zich aan al de verplichtingen, welke de nieuwe nationaliteit hem oplegt. Van welke zyde wy ook de quaesties tusschen de beide machten bezien, er is in Engelands houding niets dat zelfs een schyn van recht doet erkennen. Twisten over de beteekenis van woorden zijn de lastigste, omdat het dikwyls zeer moeielyk is uit te maken wie gelijk heeft. Engeland beweert »de Suzerein” te zijn van de Zuid-Afrikaansche Republiek, gelijk het »de Souverein" is van de Kaapkolonie en van Natal. Transvaal ontkent dit, maar zou toch, by een eventueele onderhandeling over de onderscheiden geschilpunten, gaarne een stellige verklaring ontvangen, dat van eenig recht van suzereiniteit in bet vervolg geen sprake meer zou kunnen zyn. De vraag nu, wat men daaronder te verstaan heeft, is niet gemakkelyk op te lossen; het is een zeer onbestemd begrip, over welks omvang de beste kenners van het internationaal recht het niet eens zyn. Een volkomen souvereine staat is Trans vaal niet, want het heeft zich by de jongste conventie, die van 1884, verbonden om tractaten, met andere mogendheden dan den Oranje Vrijstaat gesloten, aan dé goedkeuring der Engelsche- Kroon te onder werpen. Nu juist, zeggen de Engelschen: die bepaling bewyst, dat Engeland de opperheerschappij uitoefent, en dat is de suzereiniteit, tegen welke de Boeren zoo heftig in verzet komen. Uit die opper heerschappij vloeien nog andere rechten voort, die niet zoo precies zyn te om- schryven, maar welker uitoefening van omstandigheden afhangt. De Transvalere van hun kant merken op, dat op slechts één enkel punt de souvereiniteit hunner Republiek beperkt is, en dat buiten dit ééne de Britsche Regeering geen rechten 1 kan doen gelden, wat volkomen logisch is en met de letter der tractaten over eenkomt. Een zóó beperkten invloed kan men geen «suzereiniteit noemen. Om de historische beteekenis van het woord te vinden, moeien wy opklimmen tot het leenstelsel. In den tyd van de graven en de hertogen was de opper leenheer, dit is in ons vaderland de Duit- sche Keizer, in Vlaanderen de Koning van Frankryk, de suzerein. De door hem be giftigde vazal oefende in het hem ge schonken of door erfrecht ten deel ge vallen leen de souvereiniteit, de hoogheids- rechten, de hooge overheid uit, maar hy kon geen verdragen sluiten buiten den Keizer om, moest hem hulde bewyzen, moest bydragen tot de kosten van het Rijksgebied, moest in oorlogstijd zyn banier en zyn strijdkrachten by die des Keizers voegen. Al die verschillende verplichtingen jegens den suzerein zyn in onbruik geraakt toen de macht der leenmannen steeg en die van het Ryk verzwakt werd, en met name in de Nederlanden hepft men er zich na de veertiende eeuw al heel weinig om bekommerd; toch is by den West- iaatechen vrede in 1648, nog nadrukkelijk verklaard, dat elke band, die de gewesten nóg verbond met het Duitscbe Ryk, ver broken was. Feitelyk dus, ofschoon zonder eenig effect, is het Ryk lot genoemd jaar onze suzerein geweest. In geschiedkundigen zin bestaat het woord niet meer. Doch men heeft het later op onderschei den manier, ofschoon ten onrechte, blyven gebruiken om de een of andere verhouding aan te duiden die herinnert aan het samenstel van ver plichtingen der leenroengheid. Zoo is het gebeurd, dat een deel van een Staat zich losrukte van het geheel en politieke zelf standigheid verkreeg, doch aan het hoofd of de regeering van dien ötaat een jaarlyk- sche schatting moest betalenlaatst genoemde heette zich dan »de suzerein”. Ut, dat op deze keuze van een staatshoofd bekrachtiging moest worden gevraagd-, al weer heizehde. Er zyn natuurlyk graden van ynafhankelykheid; als zy met vol- styeKt is, dan kan men altyd het niets zeggend woord «suzereiniteit’’ toepassen, Nu zou daartegen weinig bezwaar zyn te maken, als de menschen in de eerste plaats elkander wat poogden te verslaan, en in de tweede plaats zich hielden bin nen de grenzen van hun bevoegdheid. Dat het laatste niet geschiedt, is het groote kwaad. Van het enkele recht, dal Engeland zich heeft voorbehouden, en tegen de toekenning waarvan geen be zwaren werden gemaakt omdatt, men er weinig in zag en nog niet begrepen had dat een vos gaarne ziet dat er een gaatje wordt opengelaten waar hy desverkiezende kan binhensluipen om er in alle kalmte zyn siag te slaan, wordt nu een hamer gemaakt om voortdurend op het aanbeeld van Engeland's opperheel schappy in geheel Zuid-Afrika te slaan. De daarby gevolgde redeneenng is ongeveer deze: Het toezicht op tractaten is alleen daarom voorbehouden, i4at Transvaal geen verbintenissen zal slui ten, die schadelyk zyn of kunnen worden vopr de Britsche belangen. Doch met hetzelfde doel is het ook noodig dat toe zicht .wordt gehouden, niet op de huis houdelijke aangelegenheden der Boeren, want dat verzekert men niet te beoogen I maar op de verhoudihg waarin de in de Republiek gevestigde vreemdelingen, met grootste luister van het Hof. Militair Huis. Dat men in zulk een kring ternauwer nood opmerkt, dat een der beroemdste Neder landers, een schilder als Jacob Maria, sterft, wat is natuurlyker? Dat men er niet aan denkt bij zyn begrafenis blyk van droef heid te geven, het spreekt van zelf. Koningin Wilhelmina heeft daaraan geen schuld. Wel schuld echter hebben zij, die door hun zwygen, waar zy tot spreken geroe pen zyn, een toestand helpen bestendigen, die niet anders dan nadeelig kan zyn voor de Kroon. Een volstrekt overbodig Militair Huis, hoe is ’t mogelyk, dat de Volksvertegen woordiging dat duldt by onze jeugdige Koningin? Gevoelt men dan niet, dat, zelfs geheel onwillekeurig, daarvan een geest moet uitgaan, in stryd met de neigingen en idealen der natie? En voorts, zou het eenige moeite kunnen kosten, voor hen die daartoe het eerst ge roepen zyn/ H. M. te overtuigen, dat geen sterker band haar met het Nederlandsche volk kan verbinden dan die welke gelegd wordt, als niet de adel van geboorte alleen, maar die welke van oneindig veel meer beteekenis is, de adel van geest en gemoed haar omringt en de blyken harer belang stelling ontvangt? De Staatscour. bevat het Kon. besluit, waarbij de sluiting van de zitting der Staten Generaal bepaald wordt op a. s. Zaterdag, des namiddags te drie uur. De Staatscour. bevat ook het programma voor de opening van de vergadering der Staten-Generaal op Dinsdag den 19den dezer. De werkuimheden der twee afdeelingea, waaruit het college van Ged. Staten van Zmd-HoUand ial beataan, ijjn verdeeld al* volgt: Afd. A: Provinciale en plaataoljjke financiën, onderwjji, landbouw, armwezen, jacht en viMcherjj, reclame'* belastingen, voor xoorer de behandeling daarvan aan Ged. Staten ia op gedragen, toepassing der wet tot regeling van den kleinhandel in sterken drank en tot be teugeling van openbare dronkenschap. Afd. B: Gemeentesaken, voor soover die niet aan afd. A ign opgedragen, kerkeljjke aaken, waterstaat en wegen, waterschaps-aangelegen- heden, politie, nyverheid, militie en schutterij, benevens strandvonderijen. Tot leden dier afdeelingen ign benoemd, afd. A, de hoeren Mr. G. J. Goekoop, Mr. D. Van Weel en Mr. A. C. Crena de longh, afd. B, de heeren Mr. P. L. F. BIumó, Mr. 0. J. S. graaf van By landt en P. 0. Evers. De rechtbank te Rotterdam ver oordeelde Dinsdag o. a.: L. den B., huisvrouw C. v. V., 29 jaar, «onder beroep te Gouda, wegens beleediging van eon ambtenaar, tot f 6 boete, subs. 8 dagen hechtenis. Verstek liet gaan A. L42 jaar, sjouwer man te Gouda. Uit de behandeling bleek dat beklaagde ia den nacht van 2 op 8 Juni op verdachte wjjse was aangetroffen op het terrein van den koopman A. Trjj bits aan den Tiendewag te Gouda. Bg een direct daarop ingesteld onder soek was toen aan het licht gekomen, dat hy gedurende den loop van dit jaar op verschil lende dagen een party paardenhaar en eenige geiten vellen had ontvreemd, uit het pakhuis van T., by wien hy gedurende een paar jaar was in dienst geweest. Beklaagde had dien dienst echter drie jaar geleden verlaten, seggende een erfenisje gehad te hebben en nu liever niet meer te willen werken. Het Openbaar Ministerie wees er op, dat be klaagde in den laataten tyd tan roof sobgnt te leven, en vorderde 1 jaar en 8 maanden ge vangenisstraf. Na eene woordenwisseling tusschen K. Van Tol en J. de J., 21 jaar, bankwerker te Krim pen aan den Deel, die in den laten avond vaa 1 Juli te samen in abnormalen toestand een herberg hadden verlaten, had laatstgenoemde v. T. eenige slagen tegen ’t hoofd gegeven. Daar de*e slagen nog al van ernstigen aard waren geweest en beklaagde als een vechtersbaas be kend staat, achtte het Openbaar Ministerie het gewenscht hem eens een gevoelige les ie gevatst en eisohte een maand gevangenisstraf. J. C. B., 88 jaar, werkman te Nie^wpoort, bekende op den Blaten Juni onder de gemeente Berg-Ambacht een party biesen, toebehoorende aan den staat der Nederlanden, te hebben af gesneden en met behulp van eon vaartuig vervoerd. Eiach f 5 boete, subs. 6 dagen hechtenis. In den avond van 16 Juli, omstreeks half twaalf, werden de agenten van politie A. Mulder en W. C. Swanink ter hulp geroepen ia een tapperg aan den Tiendeweg te Gouda, om 0.8., 28 jaar, touwslager en H. V., 1» jaar, varens gezel, beiden te Gouda, daaruit te verwyderen. Na hen uit de tappcry goset te hebben, wilden de agenten O. 8. naar het politiebureau over brengen, daar hjj in beschonken toestand ver keerde en de orde verstoorde. Zoowel 8. als V. hadden sich toen daartegen met geweld renet. Eiach voor 8. (reeds vroeger wegens een der- gelgk feit veroordeeld), 45 dagen, voor V. oen maand gewgeniuinf. Uitspraak over 8 dagen. De Rechtbank te Armhem heeft den luitenant J. te Nijmegen, vrij gesproken van mishandeling; - verklaarde de luitenants J. en L., en de ingenieur K. schuldig aan weerspannigheid tegen de politie, in vereeniging van meer dan twee personen; - en veroordeelde J. en L, ieder tot 8 dagen en K. tot 14 dagen Se van genisetraf. name de Engelsche onderdanen, zich be vinden, want zoo deze niet behoorlyk is geregeld, kunnen er insgelyks verwikke lingen ontstaan die nadeelig zyn voor de Britsche belangen. Deze volmaakt onjuiste redeneering ontleent nog aan de feiten, die het meest in het nadeel van Engeland spreken, een schyn van rechl. De inval van Jameson, aan welks voorbereiding en uitvoering de Engelsche Regeering en inzonderheid de Minister van Koloniën, Jozef Chamberlain, totaal onschuldig is geweest, niet waar die inval was een uiting van het door verregaand onrecht o verkropt gemoed der Engelsche Johannesburgers. Had de Re geering te Pretoria het oor niet gesloten voor hun klachten en grieven, zij zouden er met aan gedacht hebben, die onder neming uit te lokken of haar te begunstigen. Het was dus uitsluitend de schuld der Boeren, dat Jameson zyn dierbaar leven en dat van zyn achtenswaardige vriendjes blootstelde aan de kogels der Transvaalsche schutters. Maar nu ontlokte diezelfde inval betuigingen van sympathie aan den Duit schen Keizer; hoogstwaarschynlyk, als de omstandigheden wat gunstiger waren ge weest, zou Keizer Wilhelm het niet bij die verklaringen gelaten hebben. Dat thans te Berlyn de zaak uit een geheel ander oogpunt bezien wordt, ontneemt niets aan het feit, dat er eenigen tyd gevaar heeft bestaan voor verkoeling van de betrek kingen met Duitschland, alleen tengevolge van de onderdrukking der uitlanders. Is daarom niet dringend noodzakelyk, (Waar borgen te hebben, dat die oorzaak zal verdwynen Wy hebben getracht duidelyk te maken, welke voor de Transvaalsche onaf hankelyk- heid hoogst bedenkelyke eischen aan die beweerde suzereiniteitsrechten worden vast geknoopt. Dat de Boeren by hun verzet tegen den onrechtmatigen dwang onze algeheele sympathie hebben, by meer dan één gelegenheid is tiet betuigd. Gelyk men zich herinneren zal, dateert de inmenging van de Engelschen in de zaken van Transvaal van 1876. Toen was Burgers president, wiens verlichte denk beelden, ook met betrekking tot de handels belangen des lands, in de uitvoering af stuitten op de steübehoudende begrippen der Boeren. In genoemd jaar barstte er een hevige stryd uit met de inboorlingen, en de weer zin tegen Burgers was zoo groot, dat men weigerde hem voldoenden steun te ver kenen ter onderdrukking van den opstand der Kafferhoofden. Daarop verklaarden de Engelschen, dat door de onmacht der Transvalers ook de Britsche koloniën ge vaar zouden loopen, en ondanks de protesten van Burgers en van den Volksraad ver scheen Theophik Shepstone met een troepenmacht te Pretoria, en verklaarde hy dat de Transvaal by de Èriiscbe be zittingen was ingelyfd. Dit begin van de verwikkelingen hadden de Boeren kunnen voorkomen, dooc zich kloek hy hun President aan le sluiten, toen het noodig was. Maar de destijds begane ernstige fout is door het later heldhaftig gedrag der Transvalers uitgewischt. In Paul Kruger hadden zy den man gevonden naar hun hart, en deze is er in geslaagd, zoowel door militair als door diplomatiek beleid een nieuwe, een herboren Zuid-Afrikaansche Republiek te scheppen. Over het verledene oordeele de onpartydige^ geschiedschryver. Wat het vreemdelingenrecht aangaat, de eischen, daaromtrent van Britsche zyde ge steld, zyn inderdaad ongehoord, en kunnen al ken verklaard worden uit de beweerde, niet in dejongtfle conventie gestipuleerdessuzereini- teit". Er is een algemeen internationaal be ginsel, hetwelk de behandeling van vreemde lingen beheerscht. Zoo is het in stryd met het recht, hen te onderwerpen aan speciale belastingen, en hen te dwingen lot den krygsdienst. Noch het een, noch het ander is ooit door de Boeren beoogd. Wel be weren de uitlanders het eerste. Zy zeggen voor de exploitatie der goudmynen hebben wy dynamiet noodig j dat mag niet ge ïmporteerd worden, maar wy moeten het koopen van het gouvernement, dat het monopolie van de vervaardiging aan zich heeft gehouden; ziedaar dus een buiten gewone en drukkende belasting op de mijn industrie. De bewering is valsch; want die verhooging op den prys van het be- noodigde ontpioffiugs-materiaal wordt meer dan opgewogen door de uiterst billyke voorwaarden, waarop myn-concessies zyn verleend. Als nu onder die voorwaarden, welke men kende alvorens ze te aanvaarden, ook deze is begrepen dat een bepaalde prys moet worden betaald voor het dyna miet, welk onrecht zit daar dan in? Maar verder is het nooit eigens gezien, dat een Regeering voor haar onderdanen in eenig land eischen poogde te stellen tot verkryging van ki&recht, van welken aard ook. Het kiesrecht is een politiek recht, dat elke Staat naar eigen goedvinden zoo regelt als hy meent dat hét best bestaan baar is met zyn belangen, en er is geen enkele rechtsgrond die hierin inmenging ;t. (gemalen). >le prijzen. 25 en 30 ct„ p. stuk. blik f 2,20, f 1,85. is onder scheikun- 4 NeibL), p. blik 85 ct voor 11 ct Hoogstraten). 7$, 100 ct fl,-, f 1,80, f2,50. 10 ct ma Napelsche), los P- Pakje- ich. 0Fa- sauce (Hoog-

Kranten Streekarchief Midden-Holland

Schoonhovensche Courant | 1899 | | pagina 1