1900. N* 2140. PROCLAMATIE. Zaterdag 20 October. Nieuws- en Advertentieblad voor Zuid-Holland en Utrecht GES, Eerste Blad. >ofd- 11 y—- i •J 1 STRAFRECHT. Aan mijn Volk! WILHELMINA. »/<i IJhcI. »ra ala tai- nan te Apel> Doru, graat it bestaat uit a Bladen. apnnnen met be- i tegea rooie O' AN NOOTEN, S. W. 'N. VAN NOOTEN te Schoonhoven, Uitgever». en f I a/d Lek. i IJael. Beidende al EB8, wonderneming. 0 Jaara. van contanten 'I J. van ing gaat heil ge- ...appel, -ehrille >.,d, laat en ide- r N aOfflOVEWSCHE COURANT. mnnen inmmer neg »ern, graat •en van Neder- io toegezonden, rverkooper :haduw. krii >tie t in Van c tie is de c maar i amei "t; r nu 4 oaten by de komt, d, oud 23 j. en W. Loeve, 1 j. - K. Hoo- J. van Schel- jn, oud 24 j. en in, oud 61 j., Een leven geslacht van T. P. M. Otto, oud der Giessen. Bij Koninklijke Boodschap van 25 Sep tember LL zjjn de Tweede Kamer aangeboden drie ontwerpen van wet tot herziening van het eerste, het tweede en. het derde boek van het Wetboek van Strafrecht, vergezeld van de Memoriëu van Toelichting. Wy meenen te mogen zeggen, dat die indiening een verrassing is geweest; althans kunnen wy ons niet herinneren, dat zy was beloofd en evenmin, dat er met eenigen nadruk op is aaugedrongen. Getuigt deze «daad van de groote werkkracht, door het Kabinet in het algemeen en door den Minister van Justitie in het bijzonder aan den dag gelegd toch kan de vraag gesteld worden, of Kjj thans gewenscht is. Hierbij zullen wy niet te veel gewicht hechten aan het feit, dat pas den Isten September 1886 bet Wetboek in werking is getreden en dat, waar het zoo hooge zedeljjke en stoffelijke Ibdangen der natie geldt, eenige vastheid vaa wetgeving veel waarde heeft; het mate- ïiëel van feiten, waaruit de noodzakelijkheid vaa herziening zou moeten blaken, is niet zóó ruim, dat alle twyfel dienaangaande zou zjjn opgeheven, en omtrent tal van vraagstukken, over welke by dien arbeid een beslissing genomen moet worden, heersc,ht :zoowel bij de juristen van beroep als by ■de gezaghebbende mannen in de politieke partijen veel verschil van opinie en over tuiging. Maar toegevende, dat zulks wel altijd het geval zal bljjven, dan vragen wy ■of er eenige mogelijkheid bestaat, deze herzieningsvooratellen in behandeling te nemen gedurende het nog overige deel van den zittingstjjd der tegenwoordige Kamer, <an of hst dan, met het oog op de onzekerheid Vm de naaste toekomst, niet beter zou z|jn yf houders van b zaal aanwezig), ilng. gestort worden. Beseft 5 Cent, Cent.) ïov. a. s. gunstig bekende tnina-Verlo- JcHOONHOVEN bij lN NOOTEN; te enA. BAKKER; te Oudewatkr iUWI’OORT bij J. geweest dat deze ontwerpen Voorloopig bij het Departemeut van Justitie in de porte feuille waren gebleven, in afwachting of het dén Minister gegeven zou zijn, de taak, door hem in 1897 aanvaard, na de uitspraak der stembus te kunnen voortzelten. Er is nog een andere reden die voor uitstel pleit; in „Het Vaderland” van 5 Oc tober werd er op gewezen. De waar schijnlijkheid uitsprekende, dat de ingediende ontwerpen gesteld zullen worden in handen eener Commissie van voorbereiding, zegt genoemd blad vervolgens: ..Ook dan ziet men er vooreerst niets van. Het voorbeeld van het militair strafwetboek is in dit opzicht leerryk. Dat is nu sints een jaar of vier in handen eener commissie en het komt er niet uit. En terwjjl aldus een wetsontwerp aanhangig is, dat geen ander doel heeft dan het militair strafrecht in overeenstemming te brengen met ons Wet boek van Strafrecht, blykt de Regeering reeds de noodzakelijkheid te erkennen om de grondslagen van dit wetboek zelf aan herziening te onderwerpen. Te vreezen staat dan wel, dat de herziening van ’t militair strafrecht eigenlyk niets dan monni kenwerk is. Ons komt het voor, hoe gaarne wy ook in ons Wetboek van Strafrecht de verbeteringe^aangebracht zouden zien, die in 't licht der moderne theorieën en ook in 't licht der practijk gewenscht worden ge acht, dat thans behoort voor te gaan het militair strafrecht, en vooral ook de militaire strafvordering, die sints tientallen van jaren luide om hervorming roepen.” Intusschen blyven wy nu in een cirkel ronddraaien en eigenlyk beeft de Minister de Commissie voor het militair strafwet boek, dat een na zorgvuldige voorbereiding samengesteld ontwerp in handen heeft, in een moeieljjk parket gebracht. Want hoe is het mogelyk het strafrecht voor militairen in overeenstemming te brengen met de algemeene beginselen, en op den grondslag van deze een hervormingsplan aan te bevelen, als die grondslag zelf wordt ge* wyzigd? Mocht te eeniger tyd het militair Strafwetboek en wat daarmede samenhangt voor de behandeling gereed zjjn, dan zal de gedachte, dat men wellicht na korten tyd opnieuw zal moeten beginnen met het zoeken naar die overeenstemming, voldoende zyn om een allerdringendst noodige her- vorming, die zonder deze tusscbenkomst eenige kans van slagen zou hebben, tot in het oneindige te verschuiven. De Tweede Kamer zal zich niet wülen blootstellen aan het gevaar, een werk te beginnen dat op het oogenblik der voltooiing niet aan den eisch beantwoordt. Wat den Minister, afgescheiden nu van tyd en gelegenheid en andere omstandig heden, genoopt heeft de vruchten van zjjn arbeid aan te bieden, wordt gezegd in de Memorie van Toelichting. Zy begint met een woord van waardeering voor „het uitnemend ontwerp der Staats-commissie en de zorgvuldige voorbereiding aan dat ontwerp verder besteed”, en zegt vervolgens; „Intusschen heeft de praktyk verschillende gebreken en leemten aan het licht gebracht, tot de voorziening waarin de tyd thans wel gekomen mag worden geacht, zonder dat daaruit onvoldoende waardeering van het nationale werk zou mogen worden af geleid. De wetenschap van het Strafrecht heeft zich immers juist in de laatste jaren bijzonder ontwikkeld, en de lessen der praktjjk mogen by de beoordeeMng ook van het in theorie hoog gestelde werk niet worden versmaad. Ware de wetenschap van het Strafrecht tydens de samenstelling van het Wetboek reeds zoover gevorderd als thans, en ware op de bedoelde gebreken en leemten reeds toen de aandacht ge vallen, dan zouden ongetwijfeld de samen- stellers' daarmede hun voordeel "hebben gedaan en zou menig artikel anders zijn •geredigeerd." Uitmuntend gezegd, maar niet afdoende. Ook in de eerstvolgende jaren zyn vorde ringen der wetenschap te verwachten, mogelyk nog wel met gewisser resultaten dan die tot dusver zyn verkregen. Eigenlyk verkeeren wy nog te veel in het tijdperk van overgang; de nieuwere denkbeelden over den aard en het doel der straf wqrden nog te zeer aangevochten, dan dat het raadzaam zou zijn die in wetten neder te leggen. Het komt ons voor, dat het tydperk der theoretische beschouwingen over tal van vraagstukken, die by de aangeboden her- zienings-ontwerpen ter sprake komen, nog niet moest worden afgeslotenhet ge schreven en voor allen geldend recht mist een deel van zyn gezag, als bet niet door de publieke opinie in de kringen der tot oordeeleu bevoegden al» zoodanig wordt erkend. j De Minister geeft aan zijn programma voor beide een Katholiek, u doen? vraagt en het adviseert den temmen. „Wy bepleiten blad, „om den geneden uitsluitend uit sociaal-dtmo- Prys der Advertentiën: Van 1 tot 5 regels f 0,50. Iedere regel meer f 0,10. Groote letters naar plaatsruimte. Inzending franco uiterlijk tot Dinsdags- en tot Vrijdags-namiddags 4 uren. Alle binnenlandsche Advertentiën, voor S-maal plaateing opgegeven, worden slechts 2-maal in rekening gebracht. Het ia HU eene behoefte, aan het Nederlandnche Volk, van welks levendige belangstelling in het geluk van Mij en Myn Huis Ik soe diep ben overtuigd, per- sooniyk mededeeling te doen van Mtyne verloving met Zijne Hoog heid, Hertog HEADKIK VAN MECKLEMBIRG SCHWERIN. Moge deze gebeurtenis, onder Gods zegen, bevorderlijk z|jn aan het welzijn van ons land en van z|jne bezittingen en koloniën in Oost en West. Lasten en bevelen dat deze proclamatie in de „Staatscourant” en het „Staatsblad” opgenomen en ter plaatse waar zulks gebrui kelijk is, aangeplakt zal worden. Gedaan op Het Loo, heden den Idden October 1900. De Minister van Buitenlandsche Zaken W. H. DE BEAUFORT. De Minister van Justitie CORT VAN DER LINDEN. De Minister van Binnenlandsche Zaken H. GOEMAN BORGESIUS. De Minister van Marine ROELL. De Minister van Financiën PIERSON. De Minister van Oórlog ELAND. De Minister v. Waterstaat, Handel en Nyverh. C. LELY. De Minister van Koloniën CREMER. 28Sept.-120cL Slobbe en A, Edeling en C. dis, z. van Pietje, d. vu- k. Willem, a. d43j., weduw- Bakker, oud A. van Tilburg, id 6 w. W. b van L. van bespannen pannen met 30 September. I. van C. v. d. Adrian us uden en W. E. a H. Langerak 5. v. G. Albia» van W. Graaf- L van C. Boon Aart, z. van ind, Grietje i J. Boon. i en N. C. de Gouwens en nines, z. van kende Woerden- oting bestaan ■dauer met Eetkamer- blement. tu Ministre terikaanseh ood Brand van f ibo. 50 Prijzen Prijzen elk log een groot fenwoordigt Deze Courant wordt des Woensdags- en des Zaterdags morgens uitgegeven. Prijs: voor Schoonhoven per drie maanden ƒ0,75. per post door het geheele rijk f 0,90. Men kan zich abon- nserëu b^ ïïle Boekhandelaren r Agenten en Brievengaarders. geen al te wijde str*kking; hy wil geen beslissingen uitlokkei ten opzjcbte van vraagstukken, over taljce in de Staats commissie voor, liet Strtrfwetboek verschil van meening heeft bestaan en «die by de vaststelling zjjn uitgemaakl; alleen wordt een uitzondering gemaakt voor die, waarop later een ander licht is gevallen dan waarin zij toen konden worden beschouwd. „Op geschilpunten" zegt de Mem. van Toelichting, „die by de samenstelling van het Wetboek, na grondige voorbereiding, in een of anderen zin zijn beslist, wordt thans in den regel niet teruggekomen. Het ware zeker niet wenschelyk na betrek- kelyk korten tijd de debatten weer te openen of weder het recht en de rechts- toepassing op losse schroeven te zetten. Anders is het, waar sedert de invoering nieuwe gezichtspunten zyn geopend, of, by het tot stand komen, wat by zoo oinvangryk werk onvermydelyk was, argumenten, die tot een andete beslissing hadden moeten nepen, biykbaar zyn over het hoofd gezien." Hebben wy vooralsnog de bedoelde wetsontwerpen niet te beschouwen als het begin eener spoedig te verwachten wyzi- ging van het strafrecht, zulks doet niets af aan de beteekenis van dezen belang- ryken arbeid. Wat een zoo hoogst bekwaam jurist als Mr. Cort van der Linden noodig acht, zal, welke ook de loop der toekomstige politieke gebeurtenissen zyn moge, niet zonder uitwerking blyven. Daar liggen voor ons, in den concreeten vorm van bepaalde voorstellen, de resultaten van studie en ervaring over een tydsverloop van meer dan een dozyn jaren, van de toepas sing der rechtswetenschap op de practyk der rechtsbedeling. Wie ook geroepen zal zyn een der onderwerpen, in deze bladen behandeld, theoretisch te bespreken of bin nen den kring van den wetgevenden arbeid te brengen, zal met deze voorstellen en hun motiveering rekening moeten houden. Maar ook voor het groote publiek is dit werk van hooge waarde. In onzen tyd worden vele vraagstukken van strafrecht besproken in de pers en in vergaderingen, en dan is het van belang te weten hoe de tegenwoordige Minister van Justitie er over denkt. Zyn jneening is niet die van den eerste den beste. Tot die bespreking in de pers willen wy ook onzerzyds iets bydragenniet, door punt voor punt de drie wetsontwerpen te volgen, want er komen tal van byzonderheden in voor, die als meerendeels van technischen aard aan niet-juristen slecht* geringe be langstelling kunnen inboezemen. Doch er zyn ooKvraagstukken aangeroerd, over welke in wydte omgeving wordt nagedacht; van deze willen wy er enkele in bet oog vatten. In de eerste plaats wenschen wy de aan dacht te vestigen op de in bet ontwerp tot herziening van het Eerste Boek voorgedra- den „voorwaardelyke veroordeeling", een zaak, die wel tot de vraagstukken van den dug mug ‘gerekend worden. Doch wy moeten voor die bespreking ruimte verzoeken in een volgend nummer. r, bespannen inpleet. ueycar, be- y, compleet. Schapen, Amen de, 15 Ry wielen, gouden en zil- uziekinstrumen- Veelde enz. enz., Met belangstelling en ingenomenheid zal door het geheele volk het bericht vernomen worden van de verloving onzer Koningin. Haar doorluchtige verloofde, Hertog Hen drik Wladimir Albert Ernst van Mecklemburg Schwerin, is de jongste oom van den jeugdigen Groothertog en zwuger van de hier welbekende Hertogin van Mecklenburg, de dochter van den Groothertog van Saksen- Weimar. Hy is 19 April 1876 te Schwerin geboren, als zoon van Groothertog Frederik Frans II en Groothertogin Maria, Prinses van Schwarzburg, dus 24 jaren oud en te Potsdam in garnizoen als luitenant A la suite van het bataljon jagers der Pruisische garde, tevens luitenant k la suite van het regiment Meekiemburgsche fuseliers no. 90. Het Nederlandsche volk kent dezen Vorsten zoon nog piet, maar zal hem zeker een harteiyk welkom bereiden, in de hoop en het vertrouwen, dat de echtverbintenis, die |jy gaat sluiten, mag leiden tot heil van Nederlands Koningin en tot hernieuwden bloei van het Huis van Oranje. oud 20 j. en P. D. C. de laar van Wa. en, oud 47 j„ oud 78 j.r N. C. Verheyr ïud 2 m. eduwnaar van STAND. 3.) 11 Sept.—1 Oct. in J. Clobus en n W. Schouten je Joseph, z. van - Antje, d. van er. Steveh, z. ischot. Dirk, A. de Lange. Boer en H. van an D. OttepH. i C. de Jongen d. van C. Bonte an C. Twigt en van A. ’J. Otto >rop was gaan staan, geheel blad Een enkel self-made man, ing er heeft aan te wyzen, maken. Ten onzent.kennen derZwaag. Maar voor evenaar geheel door- de parlementaire werkman als Nolting gestudeerd man als het Standaard-artik^l dat in dezen keer van is om de slaapmuts een. t van het parlementaire socialisme dreigt is van veel ernstiger ka rakter dan het gevaar, dat in straatkabaal school.” Het revolutionair socialisme prik kelde het radicalisme en het liberalisme tot tegenstandin het parlementaire socialisme vloeit de liberale theorie ongemerkt over, zoodat een redelijk socialist en een ultra- radicaal thans alleen maar met het micros coop van elkander te onderscheiden zyn. Er is nog verschil van tint, doch de twee tinten Verschieten onophoudeiyk. „En" vervolgt de schryver „by die kleurverschieting blykt telkensopnieuw.dat de socialisten een beginsel hebben en weten wat ze willen, en dat juist de vergaande radicalen zonder kompas her- en derwaarts zwalken, en niet weten in wat haven ze zullen bil Toch zyn nog op voet „geavanceerde avanceerden" wel een muur, deur, en die dei loopt uit en in. de zaken leidt, is ordinaris-liberab de illustre Zoo loopt de c-zer Bergerii- over Veeg"1*0 „Geen rechte kronkelt. Mai Unie. „Het Vaderland" schryfl: „By de onmiskenbare pogingen, die zich vertoonen om de verschillende partyen der rechterzyde tegen de verkiezingen byeen te brengen en te houden, verdient de aan dacht de voorzichtige uiting van Dr. Schaap man in zyn tweede „Chronica”, dat het meer te doen moet zyn om vermeerdering i versterking van invloed dan om veroverh van het regeerkasteel, waarop men schien in 1897 wat al te veel is uitgeweest. Nu in geiyken geest sprak in 1897 de heer Lohman, wat hem toen door de andere lei ders der rechterzyde niet weinig kwalnk is genomen. Zou de heer* Schaepman thans, als de heer Lohman toen begrijpen, dat het heel wat moeite zal kosten het over een practisch programma van regeerbeleid eens te worden? Waar sinds eenige jaren weer een cam pagne wordt gevoerd tegen de schoolwet, die in 1889 als een groote overwinning op het liberale schoolstelsel werd beschouwd, kan de vraag niet ontweken worden, welke oplossing de vereenigde rechterzyde aan de schoolquaestie zal geven. Maar juist hier is het hoogst twyfeïachtig of men tot een heid zal kunnen komen. Dat de Katholieken het in dit opzicht met de anti-revolutionairen eens zy», zoolang het iets anders geldt dan het jacht maken op subsidiën. is nimmer gebleken. En by de anti-revolutionairen zelven vallen twee stroo- mingen op te merken, die na ontzagiyk veel moeite eiudelyk is óen bedding zyn geleid, maar nog altyd niet tot volkomen vermen ging Rarer wateren zyn gekomen. In dat opzicht is leerryk hetgeen onlangs is voorgevallen on den Zuid-Hollandscheo zoogenaainden Uniedag en op het geschryf, dut daarvan het gevolg was. Deze Uniedag iseen dag van desunie gebleken Ie zjln. „De Standaard" zeide er van: „De Zuid- Ilollandsche Uniedag vertoonde weinig unie en bevorderde haar evenmin. Het ging er zelfs een oogenblik heftig toe," En al ont kende „De Nederlander" dit, bewerende, dat er slechte eenif mieveretand to jeweeet, dit als werkman vooi in de schadw gelyk - elke I mocht except We die soort de groote actie is gezwikt. Vergeiyk i beteekenis van een «iet die van een Troelstra.” De schryver van wast er evenwel op, zaken allerminst reden over de ooren te trekke „Het geyaar, dat •^cialisme dreigt, is m het gevaar, Het revolutioi radici istand; le liberale redt”' VAN HIEB EN DAAR. Triomf der Parlementairen. „De Standaard", wyzende op het feit.dat op het jongste aocialisten-eongres te Parys de revolutionairen het tegen de parlementairen moesten afleggen, constateert „dat de sociaal democraten over heel de linie van tactiek zyn veranderd en dat het revolutionaire stelsel is ingeruild tegen het parlementaire systeem." Zoo was het in België, in Duitschland en Nederland gegaan; zoo is nu ook Frankryk gevolgd en is dat land voorgoed voor de „tamme” politiek gewonnen. „Het vroegere wilde terrorisme," zegt „De Standaard", kruipt nu in den anarchistische:! hoek, en aan de Wagen voorts c. s. wordt Ift overgelaten, in romanvorm dit aldus versterkte anarchisme te bepleiten. By werkstaking blyfl tegen de „onder kruipers” geweid en schrikaanjaging nog gehandhaafd, maar buiten werkstaking gaat de handschoen aan. en wordt meer zocht in den lymstok dan in den knuj Het „spaar vrouw noch kind”, de sch kreet: „We hebben lang genoeg gemind, ons nu eindelyk haten”, sterft weg, voor dat wild geroep beluistert ge aca< misebe betoogen. Jn plaat» van atraatsleenen door de ruiten van het huis le gooien, is men met „de heeren" het huis binnen gegaan, en redetwist met hen over de groene tafel. De tactiek van de gier heeft plaats ge maakt voor de tactiek van de streptokok. Geen aanval van buiten meer, maar een indringen in uw eigen levenssfeer.” De veranderde tactiek komt wel daarin het sterkst uit, vervolgt het blad, „dat hst vroegere zeggen, alsof alleen een „werk man" voor de werklieden kon pleiten, thans uit heeft, en de werklieden zelve inzien, hoe het pleit door een kundig denker, ryk kenner en vaardig debater gevoerd, onver- geiykelük meer gewicht in de schaal werpt. De Liebknechts, de Jaurès en Mille rands, de Van Kol'* en Troclstra's atelden al wat 8TATEN-GENEBAAL. De Tweede Kamer zette in haar verga dering van Dinsdag de behandeling der On gevallenwet voort, en wel van art. 42 (regellhg van de middelen tot dekking der kosten door de werkgevers) en art. 53 (bevoegdheid voor de werkgevers om het risico der verzekering zelf te dragen of over te dragen aan naam- looze vennootschappen), en de daarop inge diende amendementen. De heer Drucker lichtte het zyne toe, en wees op het gevaar, verbonden aan het zelf dragen of overdra gen van het risico. De door hem met drie andere leden voorgestelde wyziging beoogt beperking dier bevoegdheid. Een ander amendement van dezelfde heeren, ten doel hebbende de vorming van een reservefonds by de Ryksbank en hel gedeeltelyk dragen van de administratiekosten door de werk gevers werd bepleit door een der voorstel lers, den heer Kerdflk. De heer Kuyper verdedigde nader de door hem en den heer De Visser voorgestelde kostenregeling. De heer Van Kempen verklaarde zich tegen alle amendeteenten, vóór het Regee- rings voorstel. De heer Veegens. mede-onderteekenaar van het am.—Drucker c. s., beweerde dat de Regeering wel degelyk op hooFdpunten van de grondslagen van haar vroeger stel sel was afgeweken. Er had by dit nieuwe ontwerp een offerfeest van beginselen plaats gehad, waardoor voor den werkman de waar borgen, dat hy ontvangen zal wat hem toe komt. en voor de schatkist dat zjj geen schade lydt, zeer verzwakt zyn. Om redenen van opportuniteit zouden de heeren Heldt en De Klerk stemmen tegen het amendement—Schaper c. s., dat beoogde de vroegere regeling te herstellen; de heer Van Gilöe zou dit niet doen, meenende dat een dubbel votum der Tweede Kamer de Regeering sterk zal maken tegenover de Eerste. De lieer Troelstra verklaarde dat hij en zyn vrienden pogingen willen doen om hun beginsel te doen zegevieren; ge lukt dit piet, dun zullen zy overwegen wat hun te doen staat. Nadat de Minister van Waterstaat nader het stelsel der wetsvoordracht bad ver dedigd en eenige leden van repliek hadden gediend, werden de amendementen in stem ming gebracht. AlhAm het am. Kuyper— De Visser op art. 42 werd aangenomen, met 45 tegen 42 stemmen, waardoor bepaald is. dat een gedeelte der kot van administratie ten laste der niet bf Ryksbank verzekerde werkgevers Daarna werden bovengenoemde artikeleti goedgekeurd. By den aanvang dor Vergadering van Woensdag waren alle Ministers aanwezig. Voorlezing werd gejlaan aan een ingekomen Koninklyke Boodschap, houdende mededee ling van de verloving van H. M. de Koningin met Z. II. Hertog Hendrik van Mecklem» burg-Schwerin. De Voorzitter zeide daarop hel volgende: „De Kamer zal inderdaad van deze Ko^ ninklyke Boodschap met de grootste belang. stelling kennis hebben genomen. 4v?,ür? machtigen om aan Hare Majesteit de koningin den gelukwensch en den eerbiedigen dank van de Kamer ov.'r te brengen voor de mededeeling van Harer Mgjbileiüi verloving; mn gebeurtenis, voor hel Voreteuhn» en hel Vaderland ven geie machtiging werd verleend. Des Voorzitters woorden werden'door de achtte toch nadere uiteenzetting van I de stellingen van den inleider in een vier- tal artikelen noodig om een „misverstand en wantrouwen" weg te nemen. Merkwaardigerwyze was men het reeds hierover oneens wat Groen van Prinsterer in den schoolstryd bedoeld heeft. Volgens den hoer De Savornm Lohman streed hy steeds voor hervorming van de openbare school in christelyken geest, zag hy zyn ideaal in Staatsgezindheidsscholen. Volgens „De Stan daard” streed hy z(jn bangsten stryd voor de formule: „de vrye school regel, de Staats school aanvulling". Nu zou men hierin kun-, nen zien louter een historische vraag, voor de toekomst zonder beteekenis. Maar dan zou men vergeten, dat op de voorstelling van het ideaal waarnaar in anti-revolutionaire kringen, wordt gestreefd, van grooten invloed is de‘ opvatting, die men heeft omtrent de ineeuin- gen en bedoelingen van hen, in wie de historische leiders der party worden gezien. Een tweede punt, waaromtrent verschil zich openbaarde, gold de quaestie, hoever by de organisatie <ier school recht en plicht der ouders gaan en in hoeverre de Staat behoort op te treden. De leuze „de school aan de ouders” handhavende, deed de inleider echter vr|j sterk uitkomen, dat de meeste ouders geen paedagogiache kennis hebben en niet voor 't onderwijzend persrtieel kunnen zorgen en bovendien de schoor niet kunnen bekostigen. Zoo kwam hy vanzelf tot het voorstaan van een zeer groote mate van overheidszorg, waarby de invloed der ouÉers tot bescheiden proporties wordt hefleid, feiteiyk tot „de splitsing van de eene, nationale, vrye van overheidsweg^ gesteunde school, naar de gezindheden van de ouders". Dat de uitoefening van de ouderlijke rechten beperkt moet worden, geeft „De Standaard" toe, maar de plicht bljjft, „om het onderrecht en den ouderplicht, voor zoover er bekwaamheid toe bleef, krachtig te beschermen". En op de Unie vergadering werd het standpunt verdedigd, dat den Stait slechts een aanvullende rol toekwam en de school niet door tinancieele en zedeljjke banden beide aan den Staat moest gekoppeld worden. Voorshands, meent „Het Vaderland", is reden tot twijfel, of nu alle „misverstand en wantrouwen” is afgesneden. willen, i zonder komps en niet wet< innenvallen. die ultra-radicalen naar rechts van intimiteit met de gewone len”. Tusschen die gewora „ge- en d^jordinaris-liberaleffstaat maar in dien muur is een iur staat altoos open. Men En het Kabinet, dat thans is van die identiteit van beralen en gewone geavanceerden belichaming." *5 lyrifdoor, van De Beaufort over Borgesius naar Kerdyk, van dezen igens en Ketelaar naar Troelstra. ichte lyn^-maar een die gedurig *’iar eert toedeur, laat staan een deur op een nachtslot, stuit u nooit." „Vandaar, dat er uit de breede ryen van de 5(1 niel-socialistische leden der meerderheid nog nooit één woord van principieels oppositie tegen de 4 sociaiische dito is opgegaan. Eens weerklonk het van de Ministertafel; het was Gort van der Linden die sprak, dat tusschen hem en de socialisten het tafellaken was doorgesneden. Alleen maar aan een wat lange tafel is wel een» meer opgediend met twee aan elkaar gespelde tafellakens, zonder dat de gezelligheid onder de aanzittenden er door werd gestoord.” Te Utrecht herstemming voor twee laden van den gemeenteraad. De liberale candi- daten bleven by de eerste stemming in de minderheid, de candidaat der sociaal* democraten J. Oudegeest komt voor beide zetel» in herstemming met e Wat moeten de liberalen nu het „Utr. Dagblad" heer Oudegeest te stei het niet," zegt het L. gemeenteraad uitslu» w____ craten saam te stellen. Maar deze ééne beweeglyke snoek zal den vyver onzer deftige behaaglijk welgedane raadskarpers nog niet in oproer brengen. Deze ééne klaroen zal het timbre van ons gemeenteiyke orchest met zy n zoovele brom- bassen en knor-fagotten en kwakende. oboe’s nog niet verschrillen. Integendeel, één scheller instrument geeft by zooveel sonore violoncellen en bedaarde alten aan het tutti klank en kleur.”

Kranten Streekarchief Midden-Holland

Schoonhovensche Courant | 1900 | | pagina 1