N
Zaterdag 24 November.
1900.
Nieuws- en Advertentieblad voor Zuid-Holland en Utrecht
1
mknecht
N°. 2150.
leek.
rij.
itmeisje,
jaar, b(j C. VAN
deer, Goudrlaan.
GELDBOETE
Dring
agen
op Sap.
dding,
en,
kozen,
jnen,
den,
iten,
men,
n.
?tober ont-
voor elke
EÉN
leel,
kmeel,
pelt
I.
Ik,
1
akkersknecht.
BUITENLAND.
F
Likeuren.
BINNENLAND.
lil ■-
BAL.
;en 1 Jan.'
nke
IMEID,
niet beneden de
len per jaar.
u a/d IJ»el.
digheden van den delinquent, legt hy die
treding straf is bedreigd, verdient toe-
'1
Fa ASSEN.
Iryven.
n a/d Lek.
a/d IJ nel.
j verzien i veruer.
i torpedoboot de
zee
RAAGD: Een
d. HEUL, Kriin-
Overzicht.
sBfflMIffl COM
locüer,
jord vi
garnizoen heel
Wepener, de stat
een heuvel
dag
i *t vo*l
16d<
en t-—
aan. Een Britsch
sneuvelden; een werd
genomen, maar later
Later op den dag wei
hou^iek aangevallen en ht
sommeerd zich over
wei|
A GD:
weer
eene
ihler, die
en tevei
van den
betreffende het Hpoggt
lie, in de vergadering* der
Dinsdag, zette de Regeerings-
ris, de heer Winckel, uitvoerig de
liteen, waarop deze sinds lang voor-
irganisatie rust. Zij is noodigom
tot eenheid van rechtsbedoeling,
alle revisie-
De vervangende hechtenis wordt door vele
veroordeelden als een Voordeel in plaats
van een ernstig nadeel beschouwd. Wan
neer de rechter in verband met den ver
mogenstoestand de boete bepaald heeft, is
ef*, behalve in geval van onvermogen, gee-
nerlei hardheid in gelegen dat de hechtenis
een streng karakter draagt. De veroordeelde
heeft het aan zichzelf te wyten indien hy
deze straf boven de boete verkiest. De
strekking der wijziging is om het misbruik
der vervangende hechtenis tegen te gaan en
de kracht der boetebedreiging ie verhoogen."
De bier besproken maatregelen zullen
ongetwyfeld wel eenige vermindering bren
gen in de voorkeur, aan hechtenis boven
boete gegeven. Wij gelooven evenwel, dat
de wetgever nog een stap verder zal moe
ten gaan en met meer beslistheid doen uit
komen, dat de rechter, in de gevallen die
naar zyn oordeel daartoe reden geven, de
bevoegdheid bezit, óf de eene, óf de andere
op te leggen, met uitsluiting van keus.
en zet het zaakje voort. Werd zoo iemand,
zonder dat er van een keuze sprake kon zijn
tot hechtenis verwezen, dan zou hy dit veel
ernstiger vinden, dewyl hy in den daarvoor
benoodigden tyd gevaar Lep dat zyn affaire
in het ongereede geraakte, wat voor de maat-
schappjj geen onoverkomelyk verlies zou zyn.
Daartegen zyn er verschillende gevallen,
beleediging, smaad, mishandeling, waarin
de overtreder der wet, vooral wanneer hij
1 geen vaste betrekking bekleedt, heel gemoe-
deiyk zich by den bewaarder der gevange
nis zal aanmelden. Hy geniet vry logies
en verpleging en houdt zyn geld in den zak.
Misschien is hy niet tot betaling van boete
in staat, en dan schiet er wel niets anders
over dan hem hechtenis op te leggen; maar
dikwyls is hy dat wel, en kan, bij weigering,
hetzelfde stelsel in toepassing worden ge
bracht dat gebruikelyk is by niebbetaling
van belasting. In meer dan één opzicht
staan de gevallen gelyk: er is quaestie van
jende melken en in
aarden te mennen,
n van goéde getuigen
kunnen omgaan, be
te melden by den
iirHum.
en het geld in den zak houden, pleit
wel niet voor hun gevoel van zelfachting,
misschien wel voor bun practisclmp zin.
Gaan zitten' voor de boete is de gewoonste
zaak van de wereld geworden.
In deze is, meenen we, alleen verbetering
te brengen, als de keuze der straf wordt
overgedragen op den rechter. Gebruik ma
kende van de hem uit het geding beschik
baar geworden bekendheid met de omstan-
I digheden van den delinquent, legt hy die
straf op, die wezeniyk treft. Nemen wij het
voorbeeld van onbevoegde uitoefening der
geneeskunde, van clandestienen drankver-
j koop, van warenvervalsching, van heling,
Het Nederlandsch ^Telboek van Straf
recht kent drie, hoofdsiraffem zynde gevange.
nisstraf, hechtenis en geldboete. Over deze
ladtste volgen hier eenige opmerkingen,
naar aanleiding van de wyzigingen, die de
Minister van Justitie te dien aanzien voorstelt.
Wy hebben reed*. vernomen, dat de Mi
nister ten volle de nadeelen erkent, ver
bonden aan korte vryheidstraffen. Worden
zy toegepast op vergrypen van weinig
ernstigen aard, dan treden die nadeelen
sterk op den voorgrond, terwyl er dan.
byna geen enkel voordeel tegenover staat.
Pogingen dus, om een dam op te werpen als- daarvoor geldboete wordt opgelegd, zal
tegen de belangryke toeneming dier straffen,
die weer haar oorsprong ontleent aan het
feit, dat er hoe l*ngqr hoe meer wetten en
c/1
=5 -
STATEN-GENERAAL.
By de voortgezette behandeling van het
wetsontwerp betreffende het Hooggerechts
hof in N.-Indic, in de vergadering*der Tweede
Kamer van iHnsuina. zwtt» u»
commissaris
gronden ui«
bereide reoi
te komen I
eu deze is te verkrygen door
zaken over te brengen bij de Raden van
Justitie. Spr. ontkende de juistheid van
het grondwettelyk bezwaar en zeiile, dat, by
verwerping van dit ontwerp, men nog lang
zul hebben te wachten op een verbetering
van de rechtspraak voor inlanders.
De heeren Pynacker Hordyk, Van Karne-
beek en Troelstra repliceerden. Laatstge
noemde hield vol, dat de toelichting onvol
doende wad en vergeleek sommige argumen
ten van den Reg.-commissaris by het plei
dooi van een advocaat in kwade zaken, voor
welke uitdrukking hy door den Voorzitter
tot de orde werd geroepen. Uok de heeren
Van Styrurn en Mackay handhaafden hun
bezwaren. De Minister van Koloniën ver
duidelijkte de bedoeling met hel niet over
leggen van de „meters hooge” adviezen.
Up /sen vraag a» den heer Mackay ver
klaarde de Reg.^Btamissaris dat by revisie
ook vernieuwd ■Riigenverhoor zal worden
ingevoerd, zooafiF reeds in de Buitenbed!.
S. W. N. VAN NOOTÈN te Schoonhoven,
Uitgevm.
de rechter den termyn waarbinnen de be
taling zal geschiedeii^,P«eze termyn zal in
ge<n geval den tyd vinrwe maanden te
boven gaan.
^De rechter kan by zjfh uitspraak tevens
bepalen dat de boete by gedeelten binnen
door hem vast te stellen termynen, geza
menlijk niet den tyd van zes maanden te
boven gaande, zal moeten worden betaald,
onverminderd de bevoegdheid te allen tijde
tot betaling van de geheele boete.”
Dan is er nog voorgesteld een nieuw ar
tikel 24bis, dat den rechter de bevoegdheid
geeft om in sommige gevallen, wanneer de
veroordeelde wél in staat zou zyn de boete te
betalen, doch aan hechtenis de voorkeur
geeft, op die straf maatregelen van verzwa
ring toe te passen, over welke hem in vroe
gere artikelen de beschikking is gegeven
(verplichte arbeid, verstrekking van water en
brood als eenig voedsel). Dit wordt in de
Memorie als volgt toegelicht: „Het artikel
beoogt den rechter vryheid te geven aan
de vervangende hechtenis als dwangmiddel
tot betaling der boete een ernstiger karakter
te geven. Verlenging van den duur der ver
vangende hechtenis is daartoe in vele ge
vallen onvoldoende. In het byzonder zal het
heilzaam zyn den gehechte de opbrengst
van zyn arbeid te onthouden en hem ook
Prjpj der Advertentiën: Van 1 tot 5 regels ƒ0,50. Iedere regel
meer ƒ0,10. Groote letters naar plaatsruimte. Inzending franco
uiterlijk tot Dinsdags- en tot Vrydags-namiddags 4 uren.
Alle binnenlandsche Advertentiën, voor 3-maal plaatsing opgegeven,
worden slechts J-maal in rekening gebracht.
Eenige wyzigingen nu, door den Min-
voorgesteld in art. 23 en de beide volgende,
ook op de geldboete betrekking hebbende,
benevens de tusschenvoeging van een nieuw
artikel 23 b i s hebben o. a. ten doel, het be
talen der geldboete gemakkelyker te maken,
opdat verkregen worde „beperking van het
kwaad, gelegen in de veelvuldige toepassing
der vervangende hechtenis.”
De termyn van betaling, twee mahnden,
wordt veel te kort geacht; aan deze omstan
digheid is vooral het pas genoemde kwaad
toe te schryven. „Wel, wordt”, zegt de
Memorie van Toelichting, „als hulpmid
del daartegen aangewend het verleenen van
uitstel voor de betaling, doch het Wetboek
kent dit niet en het Openbaar Ministerib is
er niet wettelyk toe verplicht. Er worden
trouwens veld verzoeken om uitstel tolden
ambtenaar van het Openbaar Ministerie ge
richt, tot inwilliging waarvan geen reden
bestaat omdat slechts byzondere omstandig
heden, die de betaling binnen den wetteiy-
ken termyn van twee maanden onmogelyk
maken, flduartoe mogen leiden. Langer dan
zes maanden na den dag van de onherroe
pelijkheid der rechterlyke uitspraak zal de
termyn echter niet kunnen'worden gesteld,
ook in verband met den voor jeugdige per
sonen voorgestelden verjaringstermijn van
acht maanden. De thans voorgestelde ver
lengde termyn geeft voldoende gelegenheid
tot besparing van het bedrag der opgelegde
boete, hetwelk in den regel niet zpo hoog
is, dat hiertoe meer dan een half jaar
noodig zou zyn. Zelfs heeft lang niet iedere
veroordeelde behoefte aan zoo langen ter
myn. Daarom kan het den rechter worden
overgelaten, naar gelang van den te zyner
beoordeeling staande persoonïyk^ omstan
digheden van den veroordeelde, den duur
van den termyn by vonnis te bepalen.*
Verder wordt ook nog voorgesteld, be
taling in gedeelten toe te laten, in by het
vonnis vast te stellen termynen: een maat
regel waarvan de Memorie zegt: dat hy een
groote faciliteit voor den onvermogenden
veroordeelde zal opleveren, ligt voor de
hand.”
Nu zyn deze dingen by het ontwerp der
wijziging aldus geregeld:
Artikel 23 bevat het hierboven uiteengezette
beginsel; in een nieuw art. 236 wordt een
betere verhouding gegeven van den duur
der vervangende hechtenis tot den aard
van het gepleegde feit in verband met de
daarop gestelde maximum-geldboete. Verder
vinden we in art. 24 en 24bis bepalingen
overeenstemmende met den eisch van even
redigheid tusschen reeds betaalde boeten en
daarmede gepaard gaande gedeeltelijke straf
vermindering (verkorting der vervangende
hechtenis), voor het geval verdere betaling
achterwege blyft.
Het gedeelte van art. 23, betrekking
hebbende op de voorgestelde faciliteiten,
luidt als volgt:
„Dy veroordeeling tot geldboete bepaalt
ISKAMER
enhuijzen”
iRKERK.
November 1OOO,
I GROOTE BOER”.
MMA:
door R.
ier bedi
TMf-TelefoDUL
jpel in één bedril',
angsprys 75 Cent.
t tegen 15 Februari
20 MILLE, tegen
Brievenonder let-
nhovensdhe Courant.
Deze Courant wordt dez Woensdags- en des Zaterdags
morgens uitgegeven. Prys: voor Schoonhoven per drie maanden ƒ0,75.
Franco per post door het geheele ryk 0,90. Men kan zich abon-
neeren by alle Boekhandelaren, Agenten eu Brievengaarders.
China.
Onze schreden richtend nayr het Hemel-
sche Ryk, waarover op 't oogenblik in den
Duitschen Ryksdag, zoowel als in de Fran-
sche Kamer, heel wat gesproken wordt,
doch daarover straks kunnen we in de
eerste plaats constateeren de eigenaardige
toepassing, welke daar gemaakt wordt van
de Britsch-Duitsche overeenkomst. Weer
een bewys, hoe theorie en practyk twee ge
heel verschillende zaken zyn. In die over
eenkomst, gelyk men weet, is geen sprake
van veroveringsstaatkunde, noch van eene
verdeeling van het Chineesche Ryk en daarom
juist klinkt hel ons zoo zonderling in de
ooren, als we vernemen, dat „zekere Mogend
heid”, bedoeld wordt Frankryk, verlof heeft
gevraagd troepen in bezetting te mogen
leggen op een der heuvelen, welke Canton
bestryken; een feit waaruit is op temaken,
dat Frankryk iels tegen Canton in den zin
heeft. De Onderkoning heeft een buiten
gewoon gezant benoemd, om met de Fran-
schen te onderhandelen over hunne eischen
in Thuntak. Drie Fransche kanonneer-
booten zullen hem daarheen vergezellen,
als ’t ware om aan die eischen klem by
te zetten. Vry duideiyk dus, dat ook deze
Mogendheid evenals Rusland, schoon ver
bonden met de andere Mogendheden, onder
de bedrijven door zich eens te goed wil
doen en nemen wat ’t best haar lykt. Nog
een staaltje van „dergelyke zaakjes afdoen”
is het volgende: Uit diplomatieke bron
wordt ons gemeld, dat de Koning van
Belgié, als souverein van den Congo-Staat,
toegestemd heeft in de verbetering, in
Duitschland’s voordeel, van de ‘grensiyn
tusschen Duitsch Oost-Afrika en den Congo-
Staat by het Kivolmeer, dit naar aanleiding
der ondersteuning door Duitschland van
Belgié’s verzoek om een stuk grond aan
den linkeroever van de Peiho. Hoe dit nu
weer te r(jmen met hetgeen eenigen t(jd
geleden gebeurde, toen Duitschland diezelfde
bjogendheid belette deel te nemen aan de
expeditie tegen China? Hoe ’t ook zy, duidolyk
is ’t, dat elke Mogendheid op haar beurt,
misschien wel om zich den tyd te dooden,
welke er nog verloopen moet voor er „vrede"
heerscht in het Hemelsche Ryk, dien tyd
doorbrengt met juist het tegenovergestelde
toe te passen van wat in het Britsch-Duitsche
verdrag vervat is. Men zou er haast toe
komen, zulke daden te bestempelen met
den naam van „echt Chineesche!” Wel
eenigszins begrypeiyk, want waar men mede
omgaat, wordt men licht mee besmet.
In China zelf is de toestand nog altijd
zooals hy reeds weken is. Men schynt niet
tot een vergelyk te kunnen komen wat de
onderhandchngen betreft en zelfs een brief
van 14 November, door Keizer Kwang-Su aan
Duitschland’s Vorst gezonden in antwoord
op diens telegram van September 1900, en
waarin de Chineesche* Keizer gewaagt van
het stn
keurt,
monde van Bebel. 1
was de heer Von
woord, in antwoord
redevoering van Eugen
geeringsbeleid afkeurde
het persoonlyk optreden
Toen deelde de niepwe 1
mede, dat zyn voorganger, I
lohe, het nut van eene byeenroe’'”’" -
4 Juli als twyfelachtig had beschvunu
voorts verklaarde spreker, .dat hy na lezii
van een artikel, daarover handelende, h
eens was <pet zyn voorganger. Hy zou
ter in een dergelyk geval anders handt.
En wat de aanneming van het opperbe'
over de verbonden troepen aangaat, ver
klaarde de heer Von Btllow, dat Duitschland
daartoe officiéél was aangezocht van buiten.
Toen onder het auditorium echter op deze
verklaring mompelingen gehoord werden,
besloot spreker met de woorden: „Meer
kan ik er niet over meedeelen; het betreft
onderhandelingen van Souverein tot Souve
rein Op deze wyze ging de Rykpkanselier
voort en had aan het eiyde der zitting de
voldoening, door zyn handig manoeuvreeren,
de meeste toehoorders gewonnen te hebben.
Hoe geheel anders ging het terzelfder tyd,
ook betreffende de Chineesche quaestie, in de
FraiiHclie Kamer toe. Het ontwerp „be
groeting van Buitenlaudsche Zaken” was er
aan de orde van den dag en vanzelf kwam het
toen op China. De afgevaardigde Des Tourpel-
les begon met de vraag, hoelang de expeditie
wel duren zou en hoeveel zy zou kosten,
waarop de afgevaardigde Sembat beweerde,
dat de Regeering eerst aan de Kamer had
moeten vragen of men oorlog moest voeren
tegen China. Vervolgens kwam hy met de
vraag, waarom Frankryk zich niet aansloot
by Rusland, wat betreft het voorstel om
Peking te ontruimen en last nol least be
treurde hy Frankryk*» goedkeuring van de
benoeming van Graaf Waldersee. By de
voortzetting van het debat, den volgenden
dag, was Minister Delcassé aan *t woord.
Deze bracht in herinnering, h^fe hy nooit
heeft opgehouden te herhalen, dal Frankryk
geen oorlog voert tegen China, maar slechts
zyne onderdanen te hulp komt. Wat den
staatkundigen arbeid der Mogendheden be
treft, vervolgde spreker, deze kan slechts
voortgaan op voorwaarde, dat geen qpkele
onder haar naar eigen voordeel streeft en
dé Russische Souverein heeft zich wel
degelyk hy deze staatkunde aangesloten.
Luide werd deze zinsnede loegqjuicht.
Nog even den stand van zaken in China
aanrakende, verklaarde de Minister, dat de
handel met China niet kan worden uitge
breid, als daarmee niet samengaat de hand:
having van het grondgebied. Natuurlyk
weuscht de Regeering een einde te maken
aan de uitgaven, maar niet voordat voldoening
is verkregen. Daartoe heeft zy het ver
trouwen von de Kajner noodig. Wat een
het opleggen van een „byzonder strenge
straf’’ voor de waardigheidsbekleeders, strydt
geheel tegen de toepassing daarvan, want
aan de schuldige Prinsen 'zyn beïaChelyk
zachte straffen opgelegd, onder verklaring,
dat dit de zwaarste bestraffing is welke het
Hof kan opleggen. E» wat er nu komt
maakt het geheel tol eene ware comediê-
vertooning. Li-Hung-Chang heeft namelyk
aan de vertegenwoordigers der Mogendheden
onder jammerkreten verteld, dat hy en Prins
Ching door den Keizer met de zwaarste straf
fen bedreigd worden, als het hun niet gelukt,
de gezanten tot het aanvaarden der boven
genoemde schikking over te halen. letsder-
gelijks is natuurlek juist noodzakelyk om de
gezanten vaster van besluit te doen zyn'dan
ooit. De Verbondenen, om te trachten het
Hof naar Peking te krijgen, zyn voornemens
den toevoer van geld en levensmiddelen
voor Si-Ngan-Tan, de verblijfplaats van’ het
Chineesche Hof, af te snyden. Aldus de
toestand in het Ryk, waarover, gelyk ge
meld, èn in den DuiUchen Ryksdag. én in
de Fransche Kamer menig woordje ge
vallen is. Beginnen we met den Ryksdag,
dan, we wiéten 't al vooruit, is hel de
nieuwe Rykskanselier, de heer Von Bülow,
die daar het woord voerde en voert. Een
moeielyke taak voorwaar! Immers, hy had
goed te maken tegenover den Ryksdag
wat de Keizer bedorven had, door in zake
China „zelfstandig" te handelen. Meesterlyk
was zijn optreden, gelukkig en hoffelyk zyn
toon, handig de manier waarop hy de netelige
9üae8Be op ’t tapyt bracht en tot een
V'J goed einde bracht, zoo goed, dat zelfs de
m de keuze van arbeid met vrjj te laten.fjnkerzjjde hare ingeno^0I,bei<l ^et ver-
borg. De geschiedenis der Chineesche
onlusten uitvoerig besprekend, verklaarde
hy, dat Duitschland het gevaar vroeger
had zien aankomen dan eenige andere
Mogendheid en zich toch nog ’t langst op
den acht^grond had gehouden. Toen echter
die schandelyke moord op Von Ketteler had
plaats gehad, sprak het bloed en kon het
niet langer aanzien de gruwejen, in China
bedreven. Toen mengde het zich in de
Chineesche aangelegenheden, om diens dood
te wreken alléén, geenszins denkend aan
verovering of verdeeling van het Ryk.
De rede te Bremerhaven, door den Keizer
aehouden jegens hen die uittrokken ten
stryde, had dan ook niets slootends in zich.
De menschen toch moesten weten met wie
ze te doen haddenl Wy hebben, ging de
Rykskanselier verder voprt, nooit de rechten
van den Ryksdag willen schenden en vragen
voor de nog niet goedgekeurde uitgaven
de vereischte toestemming, den Ryksdag
uitnóodigend, den verbonden Regeeringen
de noodige middelen toe te staan om de
zaak van de Duitsche Staatkunde in Oost-
Azié waardig en met nadruk te vervullen.
Levendig werden deze woorden toegejuicht.
Dr. Lieber (Centrum) sprak er zyne tevre
denheid over uit, verklarende, dat zyne partij
reven dier staatkunde volkomen goed-
De Socialisten stemden tegen, onder
van Bebel. Den ;volgenden
de héér Von Bütów weer aan
in antwoord op eene vinnige
levoering van Eugen Richter, die het Re-
jringsbeleid afkeurde en tevens ook
Keizer.
Rykskahselier
Vorst Hóheu-
-oepiug op
:houwd en
«zing
het
i ech-
lelem
ivel
letters C D, Bureau
korte vryheidstraffen ligt in hetgeen wy
zouden kunnen noemen het omgekeerde
van de afkoopbaarstelling. Immers, de
lichtste vorm van straf, de geldboete,
wordt vervangen door hechtenis, met ge
bruikmaking van zeker tarief, zoodat reeds
by de uitspraak de rechter bepaalt, hoe
lang de delinquent zal moeten zitten, als
hy goedvindt niet te betalen.
In het thans van kracht zynde artikel 23
vah het Strafwetboek wordt dat geregeld.
Het luidt:
„Het bedrag der geldboete is ten minste
vyftig cents.
„By veroordeeling tot geldboete wordt
die boete, by gebreke van betaling binnen
twee maanden na d§n dag, waarop de
rechterlyke uitspraak kay worden ten
uitvoer gelegd, vervangen 'door hechtenis.
„De duur dezer hechtenis is ten minste
een dag en ten hoogste zooveel dagen als
het .maximum der bedreigde geldboete
vyflallen guldens bevat, of, iudien dit
maximum negen honderd gulden te boven
gaat, zes maanden.
„Die duur wordt in de rechterlyke lit-
spraak in dier voege bepaald, dat niet
meer dan een dag voor eiken hal ven
gulden der opgelegde boete in de plaats
treedt,” enz.
Men ziet, „de zaak” is nauwkeurig ge
regeld. En zoo zal men ook, in latere
artikelen die verschillende misdryven en
overtredingen behandelen, op onderscheiden
plaatsen kunnen zien, dat een billyke ver
houding tusschen de maximale straffen en
de subsidair daarnevens geplaatste geld
boeten met koopmansnauwgéZetheid is in
acht genomen.
De bedenking, die wy tegen dit systeem
hebben, is dat den gestrafte een keus
wordt gelaten. Betalen of den bak in, wat
wil u het liefst? Niet de rechter bepaalt
alzoo de straf, in overeenstemming met het
•trafwaardig feit, met den aard en den
omvang van het delict, met het karakter
van den dader en de omstandigheden in
welke hy verkeert, met den invloed die
van het ondergaan der qjraf is te ver
wachten, neen, de dader zelf doet de
keus. By de uitspraak van het vonnis
wordt hem als het ware gevraagd: Wat
zullen wy nu met u beproeven, wat
conveniéer^ u het best? En dan behoeft
hy die vraag nog niet eens rechtstreeks te
beantwoorden; hy laat maar den termyn
voor de boetebetaling verloopen, dit bewijst
genoegzaam, dat hy „liever wil zitten”. In
sommige gevallen is hel ook werkelyk
verleideiyk. Er zyn, helaas,, tyden, waarin
sommige lieden het als een uitkomst
zouden beschouwen, wanneer hun boven
kost en verpleging vyftig cents of meer
per dag werd uitgekeerd; en dat zy, die
wat op hun kerfstok hebben waarvoor zy
de beurs zouden moeten trekken, zeer ten
nadeele soms van vrouw en kinderen,
liever zichzelven 'in veiligheid brengen
verschil van behandeling in twee landen van
dezelfde quaestie! Maar zoo gaat het meer»
Verschil in volksaard en karakter zal ook
hierop wel invloed uitoefenen; De 11ste
November, en met dezen datum de aankomst
van President Kruger te Marseille, behoort
ook weer tot het verleden. Liet het weder
zich dien dag allertreurigst aanzien, 2óó
zelfs, dat vele der prachtige versieringen
er jammerlyk uitzagen, gelukkig toch tegen
hot uur van aankomst klaarde het op*
Dm 10 uur brak een zonnestraal door de
wolken heen, door de saamgestroomde me
nigte luide toegejuicht pn met vreugde be
groet. Alle balkons en vensters waren zwart
van menseben. De aanlegplaats zag er recht
vroolyk uit met zyne versieringen, terwyl
in de oude haven groote en kleine jachten
feesteiyk met kleurige vlaggentooi prykten.
Van verscheidene huizen woei de Transvaal-
sche vlag. Dr. Leyds begaf zich 's morgens
om 7 uur aau, boord van een sleepboot de
Gelderland tegemoet. Hetzelfde vóorbeeld
werd gevolgd door den Nederlandöchen Con
sul en den heer en mevrouw Eloff. Vele
deputaties waren te Marseille tegenwoordig.
Zoo ook een Catalaansche uit Barcelona om
aan Krpger een adres aan te bieden, waarin
krachtig wordt geprotesteerd tegen Enge-
land’s gedrag in den oorlog. De onderteeke-
naars meenen een overeenkomst te bespeuren,
zeggen zy, tusschen den toestand in Cata*
loniö en dien in Transvaal. De gemeenteraad
van Orleans nam een adres van warme
hulde van President Kruger aan. Die van*
Chartres besloot eveneens, en wel met alge*
meene stemmen, een adres van sympathie
en eerbiedige hulde aan te bieden. OokDr.
Hendrik 'Milltër, de diplomatieke vertegen
woordiger va|u Oranje-Vrystaat, kwam te
Marseille aan( Over Oom Paul’s aankomst
te Marseille in een volgend overzicht verder.
Of Chamberlain op een torpedoboot de
Gelderland nog In volle zee gepraaid zal
hebben, om President Kruger vóór zyne
landing in Europa nog een paar woorden
in het oor te byten? Aldus een Italiaansch
bericht. Chamberlain is nog te Rome ge
weest, maar 't blykt niet of hy nóg
Regeeringspersonen gesproken heeft.
Nu nog even naar Zuid-Afrlka. Lord
Roberts seint aan zyne Regeering, dat de
Boeren overal even „bedryvig” zyn en zich
vertoonen, waar hy ze 't minst verwacht.
Dat hy nog niet naar huis komt,'is zeker
en dat hy meer troepen noodig heeft, staat
ook vast. Hy heeft er weer heel wat be
steld en o. a. oók 50 nieuwe verplerors.
De Royal Inskilling fuseliers, die naar
Engeland waren teruggezonden, hebben
bevel gekregen aan het eind van deze
maand opnieuw naar Zuid-Afrika te ver
trekken. Het detachement is 400 man sterk.
Deze zullen nu het politiekorps Baden-
Powel uitmaken. Nu, 't is ook wel noodig,
want de Boeren berokkenen den Engelschen
heel wat schade en zeer veel moeite. Niet
enkel snyden ze nog voortdurend lynen af
en breken ze spoorwegen op, maar Roberts
•«aakte nog bovendien melding van de
eigende feiten:
Een kleine Boerenmacht verscheen den
len November ten Oosten van Tabanchu
viel enkele voorposten om deze plaats
Een Britsch officier en drie man
gewond,een gevangen
losgelaten.
3rd de post te Spring-
ick aangevallen en het garnizoen ge-
jeerd zich over te geven. De bevel
voerende officier weigerde, en na eenige
schoten met het geschut trokken de Boeren
af; de Engelschen hadden geen verhezen.
De vyand is in den laatsten tyd in het
Zuidelyk deel van de Oranje-Rivier-Kolonie
zeer bedryvig geweest en vernielde den
spoorweg en de telegraaflynen herhaaldelyk
by Edenburg.
De inlichtingendienst voor Natal meldt,
dat de Boeren ten zuiden van Utrecht een
hinderlaag legden aan een wagen met dertien
mun. Zy maakten den wagen buit en
lieten de. mannen vry., Vier hunner zyn
licht gewond.
Vryheid, by de Natalsche grens, blykt
door de Boeren formeel belegerd te worden.
Het Britsche garnizoen heeft, gelyk het dit
ook deed te Wepener, de stad ontruimd
en zich op een heuvel in den omtrek
verschanst.
de veroordeelde die veel liever betalen dan
dat hy in de gevangenis gaat, het ongeoor-
loofd bedryf is zoo winstgevend, dat er van
verordeningen komen, tegen welker over- 1 de bate wel wat af kan, dus hij betaalt
juiching, in de eerste plaats uit een moreel
oogpunt, maar ook wegens de financi-
eele zyde van het vraagstuk. Eigenlyk kan
men wel voortdurend aan het gevangenissen
bouwen blyven, niet omdat de menschen
zoo verbazend veel slechter zyn dan vroe
ger, maar omdat er veel meer gevallen zijn
waarin een gedwongen verblyf binnen zoo
danige lands-inrichting als het beste, althans
het meest bruikbare middel wordt aange-
wend om allerlei verkeerde dingen in orde
te brengen. Het gebeurt dat veroordeelden
tot geringe straf zich vergeefs aanmelden
om hun Jot te ondergaan; er is voor hen
geen plaats, zy moeten hun beurt afwachten
en kunnen ongetroost weer vertrekken. ’Er
ontbrak nog maar aan, dat zy aan de deur
queue gaan maken. t
Een strafstelsel, by welks toepassing
dergelyke dingen zich voordoen, schynt ons
toé wel eenige verbetering noodig te hebben.
Een voorname oorzaak van de veelheid der de inning van een schuld aan den staat.
Rnnitre wiilitrinirnn nn dnnr don M