COKES
w,
1910.
Zaterdag 8 October.
N°. 3174
Nieuws- en Advertentieblad voor Zuid-Holland en Utrecht.
Blad.
alen,
lAl'HIAE-
Officieels Kennisgenuen.
TTEtDMI.
)EW.
spryzen.
IEL.
Aanbesteding.
I
ober a.t.
S. Thor
10,
GASFABRIEK
SCHOONHOVEN.
rtikelen
p
BERS,
ONDANK.
BINNENLAND.
)0UW,
Jntercomm. Telefoon-nr. 20.
voor-
c.c. 7.—
O,SO.
e
Gemeente
mdat geen
en hebben
iJJSIROOP
S. W. N. VAN NOOTEN te Schoonhoven,
Uitgevers.
ikerk
leren,
er
ie te
910.
rgeus 3.30 uur.
WUWER;
GENNEP;
A PAULO,
n verwaar-
kinkhoest
borst- en
Gemeente Schoonhoven.
1000 gram
staande VEE»
OMSTREKEN"
add in» veen
nd lage prQzen,
I.antaariiN,
es van bekende
SCHOONHOVEBSCHE COURANT.
;oed als nieuw
DE HOOG
hoonhoven.
kunnen
voor
de gel
heeft
nog
schc
Gouda had in
Moordrecht,
m dwarswt
richting
rediend en
d, dat het
uur.
sre f
ng van het
Courant, op
opdracht het
Nieuwerkerk
'eg te doorzoeken
een verkenning
jst de secretaris de notulen der
idering, die onveranderd worden
de mazelen
>rtademig
ij niet kon
land weg-
.ddat zy
stuur,
■MER,
Secretaris A
eestER;
ALES
rhad een
ling plaats
im en Gouda
in den Zuidplas-
Nieuwerkerk a/d
v/h L. Pot;
ZEN»;
SR;
SS;
)T;
iLSEM Pz.;
JK;
RPAtfr
irden door een
v(jandelyk
Hoofdweg,
latrouille
Terwijl
Dit Hommer bent aal uit 2 bladen,
--^felste
Deze Courant wordt des Woensdags- en des Zaterdags
morgens uitgegeven Prijs: voor Schoonhoven per drie maanden
f 0,75. Franco per post door het geheele rijk f 0.00. Men kan zich
abonneeren bij alle Boekhandelaren, Agenten en Brievengaarders.
DONKER
IVELD Lzn.;
IJK;
i WOUDEN
AR;
arantie verkocht
abrikaat.
beoogt z\j enkel
ikelen ten allen
besteld worden
Prijs der AdvertentiënVan 1 tot 5 regels ƒ0,50. Iedere
regel meer ƒ0,10. Groote letters naar plaatsruimte. Inzending
franco uiterlijk tot Dinsdags- en tot Vrijdags-namiddags 4 uren.
Alle binnenlandsche Advertentiën, voor 3-maal plaatsing opge
geven, worden slechts 2-maal in rekening gebracht.
Planken, Vlam-
ifrastering, etc.
vUndrecht,
loogen pr^jN
den hoofdelykea
genoeg.
Ik vind het voor-
overai aan te
~n in werking
de plaatsen
?t dat ook veel
>r de kranen
niet kosten,
laar een voorstel
propa-
om ook in de
werkzaam te
-toe aan het
«a provincie
in dat gedeelte,
provincie geves-
testreken en met
.•ken, wanneer
ror-
werk,
iganda-
llen van
larieore»
Hy is, ieder erkent het, 's werelds loon.
Het loon dus, dat wij persoonlijk opstrijken,
ook dat, hetwelk wij gezamenlijk uitbe
talen.
Die erkenning gaat gewoonlijk als 't ware
met een zucht gepaardzij is dan een klacht,
een aanklacht zelfs. Dit menigvuldige geval
doet zich voor, als wij teleurgesteld Razien
wat ons betaald wordt, in vergelijking met
hetgeen wy meenden te moeten ontvangen.
Doch diezelfde erkenning is ook weleens
een soort van troostgrond voorof een
afwijzing van andermans bezwaren. Hy
moet er maar niet$ van zeggen, dat de
algemeen geldende regel ook op hem wordt
toegepast: waarvoor zou hy een uitzonde
ring maken? Er ligt ook een verontschul
digende verklaring in, als wy zelf, onbewust
misschien, den sleur volgende, hebben mee
gedaan aan de te geringe uitbetaling.
Indien echter deze verhouding tusschen
het gegevene en het ontvangene, tusschen
den maatschappelijke!] arbeid niet opgevat
enkel als middel van levensonderhoud,
en hetgeen wy daarvoor als zedelijke
belooning tot ons mogen nemen, door dien
regel wordt beheerscht, waarover klagen
wy dan? Het spaart van weerskanten tijd
en moeite. Men behoeft niet te zoeken
naar vormen en npar plichtplegingen, om
voor de dankbetuiging de juiste maat te
trefferi; wy ontvangfen en bewijzen diensten,
zonder er verder o>ier te praten en betalen
elkander met gesloten beurzen. Dank wordt
dan een volmaakt overbodig artikel.
Zoo zou het inderdaad zyn, als het niet
eehigszins anders ware.
Gij, die met de woorden: Ondank is's we
relds loon, een klacht uitspreekt, gij hebt
ongelyk, indien gij alleen denkt aan het
geen u wordt onthouden, en gemelyk u
betoont over een onrecht, u aangedaan.
laten natuurlijk in deze beschouwing
terzijde al wat op de markt thuis behoort
als bandelsartikel. Daar kan mqn zich be
roepen op bedongen pryzen, daar kan men
over de verhouding tusschen vraag en aanbod
bepalingen vaststellen die gehandhaafd
moeten blyven en voorwaarden bespreken,
van welke niet is af te wylfen. Op het
gebied, waar geep économische regels
gelden, waar van geen arbeidscontract sprake
kan zyn, daar, waar wij ons bewegen
buiten den kring van beroepsbeinoeiingen
en arabtelyke verplichtingen, en waar het
er op aankomt, uit anderen drang dan
levensbehoud en bezitsvermeerderin^ de
tot onze beschikking staande krachten aan
te wenden tot heil van de broederschap
waarvan wy deel’ uitmaken, daar wordt het
niet beschouwd als een besparing van over
bodige moeite, wanneer het éénig loon dat
*n, en sitceessievelül
igen. We hebben di
neinde geen leening
Nu is het, in 't algemeen, niet waar, dat
ons overwerk geen erkenning vindt. Van
waar anders die warme, van waardeering
getuigende redevoeringen, bij jubilea ten
beste gegeven of als afscheidsgroet ver-
trekkenden leiders toegeroepen Men zou
byna geneigd zyn hier aan overdaad te
denken, als alleen op den klank der loftui
tingen gelet wordt.
IJdelheidsbetoon van den spreker, denkt u?
Soms zit er misschien wat van in. Maar
het zou in de hoogste mate onrechtvaardig
zijn, het gevoel te miskennen, dat in die
betuigingen zich openbaart. En inderdaad,
wie met echte toewyding, in het besef van
de bescheidenheid van zyn offer, dat brengt
op het altaar der broederschap, zonder
voor zichzelf andere rechten te doen gelden
dan dat van zijn arbeid nuttig gebruik
wordt gemaakt, heeft zich gewoonlyk niet
te beklagen over te weinig waardeering.
Maar, ja, als er, over bet te voeren beleid,
over de toepassing van beginselen, over de
keus van middelen geschillen ontstaan, die
tot een .botsing voeren, en men eigen
meening niet kan doen zegevieren, dan
ontstaat de neiging om vroegere diensten
in de weegschaal te werpen, en te ver
langen dat deze betaald worden met de
erkenning van tegenwoordig inzicht. Ge
schiedt zulks niet, en de billijkheid van
dien eisch is aan ernstige bedenking onder
hevig'. dan ligt een aantijging van ondank
onmiddellyk gereed.
Ondankbaarheid is nog meer een zedelijk,
dan een maatschappelijk gemis.
Wie geeft, in welken zin ook, moet niet
om betaling vragen: 't is geen ruiltje, 't is
een gave. De streeling van den geur der
dankbetuiging moge aangenaam zijn, *t is
dwaas er aanspraak op te maken.
Doch voor wie ontvangt, is het gemis
van het gevoel, dat den danktoon naar de
lippen dringt, een zeer betreurenswaardig
tekort. Hy, niet de gever, is hier de lij
dende party, eij hèm geldt de klacht, dat
ondank 's werelds loon is. Indien werkelyk
dat besef er niet is, kan ook niet gerekend
worden op wederdiensten, te bewijzen niet
aan wie de eerste bracht, maar aan an
deren die ze noodig hebben. Niets ver
warmt meer de harten dan dankbaarheid,
niets is sterker aansporing tot geven, dan
de vreugde van te hebben ontvangen. En
geenszins wegens gemis van hetgeen ons
wordt onthouden, maar ter wille van
degenen, die nóch door woorden nóch door
daden bewys geven van erkentelijkheid,
secretaris de heer D. C. Mees,
ter opent de vergadering en
overleden raadslid, wijlen den
;oed en trouw i
genoegen dezi
logen wyden.
onder uwe v
wanneer ik
tenis steeds 1
BURGEMEESTER en WETHOUÖERS van
Schoonhoven zullen op Donderdag 13
October a. s.des middags 12 uur, op het
RAADHUIS), in het openbaar aanbesteden:
Het vergrooten van den louwal
ten Noorden van <le Stadsherberg
aan den Opweg, met bijkomende
werken.
Het bestek ligt vanaf heden ter Secretarie
ter inzage.
Insehryvingsbiljetten, op zegel, vóór hét
uur van aanbesteding franco in te leveren
aan het adres van den Burgemeester.
Schoonhoven, 30 September 1010.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
VAN SLOTEN.
De Secretaris,
A. R. VEENSTRA.
overleg met
j. ,3 gepleegd.
lerdt: Ik weet er niets
vergelijkend werken niet
doch als het hoofd er
ik dooi
Straks ka
ig zijn.
de heg
jeds twee per-
J gevonden.
van Bouw
lieden was
aar hij het
en. Thans
couranten,
•ond is ge-
belangryke
algemeene
De voorzitter: Aan de orde is de be
noeming van «en onderwijzer. Ik heb in
de courant gelezen dat no. 1 der voordracht
is benoemd. Ik wilde toen hooren van
den heer Hage of hy deze voordracht nu
nog wilde handhaven. Hij was echter niet
thuis. Burg, en Weth. stellen nu voor, de
benoeming aan te houden tot
het hoofd der school is
De heer M. Boogaerdt
van, ik kon bij dat ve-"*
tegenwoordig zyn, c
niet tegen is, wilde ik doorgaan.
De voorzitter: Straks kan de heer Hage
i.Ik gtei voor, nu voort
begrooting over 1911 te be-
wordt in haar geheel
en daar toegelicht.
brandbluschiniddelen
iogleroin: Mynhi
dacht, dat beslob
htebben wij alle reden om te betreuren, dat
ondank het loon is, 't welk „de wereld’’
gewoon is uit te keeren.
Ware dit zoo niet, de offervaardigheid
zou grooter, de toewijding algeineener zijn.
Zoo oneindig veel is ons ten deel gevallen,
dat wy zouden moeten missen, indien niet
anderen hun vollen rijkdom beschikbaar
hadden gesteld. Voor eenige der groote
voorgangers hebben wij gedenkteekenen
opgericht, een vorm van erken iel ijk heid
die een beleen niet overbodig maakt: van
legers van andere, minder groot misschien
wat hun wélslagen, wellicht even verdienste
lijk wat hun bedoelingen aangaat, en van
de volgelingen, is het aanzijn vergeten;
noch hun namen, noch hun arbeid herinnert
iemand zich meer. Met de overtalrijke
meerderheid der thans werkenden zal het
evenzoo gaan.
Zullen wij ook daarover gaan zitten
klagen, het Onbillijk vinden <Jat aan den
vergankelijken arbeid van snel voorbijgaande
menschen niet de dank wordt gebracht, die
met niet weinig overdrijving de hulde der
onsterfelijkheid heet? Komaan, als elke
tjjd maar van het werk zyner eigen zonen
het nuttigst gebruik weet te maken, er
vruchten van verkrijgt die tol nog krachtiger
deelneming aan den gemeenschappelijke!!
arbeid aansporen, is de vooruitgang gewaar
borgd. Andere zorg behoeven wy niet te
hebben.
Wat nu het individueel leven betreft,
waarin de ondank een groote en zeer
onsympathieke rol vervult, ook hier is de
werkeiyke reden tot klacht niet in de eerste
plaats bij wien het genoemde loon wordt
foegeworpen, maar bij degenen, die geen
beter weten te schenken. Dankbaarheid is
een kostelijke gave voor wie haar voelt en
tot. uiting tracht te brengen, en daarom
is het een plicht der humaniteit, een
plicht vooral ook van de opvoeding, haar
te wekken, haar op te voeren tot een
levenwekkende kracht. Veel moge er zijn
dat verbittering doet ontstaan en tot
verwijdering voert, er is ook een mild-
vloeiende bron van vriendelyk samenleven,
van liefelijk welbehagen. Is niet dankbaar
heid haar naam
Ook daarom moet de wereld, en moeten
zij die haar vormen, voor zoover het nog
niet is geschied, naar een andere loon-
uitkeering uitzien dan vaak wordt toegepast.
Het maatschappelijk leven zal er ry’ker,
onze particuliere betrekkingen zullen er
inniger door worden.
men opstrykt hoogstens is een koel't Is
goed, u kunt wel gaan.
Het is juist van deze niet betaalde „over
uren”, dat de wereld hel hebben moet.
Een groot, een toenemend aantal van
onze tydgenooten, over geheel de aardopper
vlakte, houden zich met eenigen socialen
arbeid bezig, dat is, zij verrichten
werk voor het openbaar weizyn, zonder
daarvoor een overeenkomst te hebben aan
gegaan en buiten de aanwezigheid eener
bepaalde verplichting. Het mag als een
der heugelijksle verschijnselen van den
modernen tijd worden beschouwd, dat de
wereldsche zaken meer en meer allemans
zaken zyn, dat de roepstem tot mede
werking in het aanbrengen van verbete
ringen steeds verder doorklinkt, dat de
behoefte om „iets te doen" algemeener
wordt gevoeld.
De wyze waarop die drang zich openbaart
wordt door de heerschende gewoonten aan
gegeven en staat dus buiten de critiek.
Men zou by voorbeeld kunnen vragen of het
wel jnist is, voor alle dingen die men tot
beterschap wil brengen vereenigingen te
vormen, die veel van de beschikbare krachten
gebruiken voor eigen organisatie, - en, zoo
al, of het dan wel raadzaam is, gelyk
veeltyds geschiedt, aan tal van dingen mee
te doen, waardoor krachten worden ver
deeld, die, op één punt gericht, iets zouden
vermogen, maar nu op vele punten een
onmerkbare werking uitoèfenen. Dat alles
raakt het beginsel niet, namelijk het vol
doen aan een ingeving, aan een drang, die
met groote beslistheid een bevestigend ant
woord gereed heeft op de oude vraag: Ben
ik mijns broeders hoeder?
Laten wy daarbij ook niet vergeten, dat
in mpnig opzicht wij zelf die broeder zyn.
Van de instellingen, die uitnemende voor
gangers niet offervaardigheid hebben tot
stand gebracht, genieten ook de maat
schappelijk meest bevoorrechten de vruchten
Wat zij dus doen, wat zij geven, al is het
met nog zoo milde hand, is de terugbetaling
van een voorschoten dat zij, als 't mogelyk
is, iets meer bydragen dan een nauwgezette
annuïteiten-berekening zou opleggen, is
het zoo onbillyk dat de rentebetaling ge
schiedt naar draagkracht?
hier aanwezig
te gaan en
handelen.
De begrooting
gelezen en hier -- ---a- -
BH den post brandbluschiniddelen zegt
de heer D. Dogleroin: Mynheer de voor
zitter.' Ik dacht, dal besloten was alle
brandkranen te leggen?
De voorzitter: Besloten is tot geleidelijken
aanleg van brandkranen.
De heer M. Boogaerdt: Besloten is er dit
janr enkele aan te leggen, en strceessievelnk
de andere aan te brengen. We hebben uit
besluit genomen, tent
behoeven te sluiten.
Het percentage van
omslag is toch al hoog
De heer D. Dogterom:
deeliger de brandkranen
leggen. Als de brandspuiten
moeten worden gebracht op
waar geen kranen liggen, kost
geld. Leent men het kapitaal vooi
tegen 4 dan kan dat zooveel i
De voorzitterMaakt u da«. --
van, of vindt u het goed dat we, zooals de
rekening is, in twee jaar de kranen leggen.
De heer D. Dogterom: Ik zal er maar
geen voorstel van maken.
De heer Hage komt binnen.
1 gaat over in geheime zitting,
•ning der openbare vergadering
voorzitter mee dat de benoeming
onderwyzer is uitgesteld tot de
de vergadering,
begrooting woi
'~d vastgesteld
35340,91,
Gemeenteraad van
KRIMPEN a/d LEK
op Vrndag 30 September 1910,
des avonds 6 '9 uur.
Aanwezig de leden: M. Boogaerdt, P. van
der Linde, P. H. van Wynen, D. Dogterom,
J. Drapers en G. Albers.
Voorzitter de heer A. L. van Haaften,
burgemeester;
De voorzitte
gedenkt het overli
heer K. Smit.
Myne heeren, zoo zegt spreker, het heen
gaan van ons rnederaadslid heeft hier een
ledige plaats achtergelaten. We zullen
het voortaan moeten doen zonder zyn
practische voorlichting. Zyn groote be
langstelling, zyn ijver, lust en opgewektheid
zijn u allen bekend. En meermalen konden
WÜ< jongeren, zijn jeudige voortvarendheid
benyden. Het is my een groot genoegen te
- zeggen, dat de man, die zoozeer
onze waterleiding heeft geyverd, voor
^bouwen niet alleen den eersten steen
kunnen leggen, maar ook het geheel
nog in volle werking heeft kunnen aan
schouwen. Ik heb *niet het genoegen
gehad den heer Smit lang te kennen
maar den tyd, dion wij met elkaar heb
ben omgegaan, heb ik hem leeren waardeeren
als een goed en trouw vriend, Het is mij
een groot genoegen deze laatste hulde aan
hem te mogen wyden. Myne heeren, ik
geloof ook onder uwe volle instemming te
spreken, wanneer ik verklaar, dat zyn
nagedachtenis steeds bij ons zal blijven
voortleven.
Daarna leest de
vorige vergac ..„c
goedgekeurd.
De voorzitter: Ingekomen zyn: to. Van
Burg, en Weth. een proces-verbaal van
kasopneming, waaruit bly’kt, dat f 5097,50
in kas is. 2o. Een schryven van G. ten
Stroete, waarin hij verzoekt, wegens wegdoen
van zyn hond, van de hondenbelasting te
worden ontheven. Burg, en Weth. stellen
voor, hoewel de aanvrage had moeten
geschieden vóór 15 Juli, hem voor Va te
ontheffen. (Wordt goedgekeurd.) 3o. Een
schryven van den gemeente-ontvanger,
waarin hij verzoekt enkele posten oninbaar
te verklaren of hem te machtigen de wan
betalers te doen vervolgen, tiet zyn C.
Bykerk Langerak, die is vertrokken en
M. de Jong Mz.
De heer M. Boogaerdt; Wordt Bul
vrygesteld, dan moeten ook de andc
die een hond voor hun bedryf gebruiken,
worden vrijgesteld. Dat gaat dus niet.
De voorzitter: We zullen stemmen, of
we tot vervolging zullen overgaan.
Dit voorstel wordt met algemeene stem
men aangenomen.
bestuur zelf propaganda gemaakt zou w<
den voor de Maatschappij en haar
to. door het uitgeven van propaf
geschriften, 2o. door het aanstellei
zynerzyds ie benoemen en te
propagandisten.
Aan deze bedoeling van het besluit wenscht
het hoofdbestuur gevolg te geven, o.a. door
uit te geven en ook voor de propaganda
door departementen en districten beschik
baar te stellen een in 10.000 exemplaren
te bezorgen vlugschrift, waarin zoo kort en
duidelijk mogelyk doel en werkzaamheden
der Maatschappij worden uiteengezet.
De propaganda door het woord vanweg
het hoofdbestuur wenscht het aanvankely
in hoofdzaak te beperken tot die plaatse
in ons land, waar geen departementen zyn
gevestigd en welke niet liggen in deri kring
van de bestaande districten.
Het hoofdbestuur wenscht, om onnoodige
kosten te voorkomen, met dit persoonlijk
propagandawerk aanvankelijk slechts een
proef te nemen. En wel: in de provincie
Friesland met vergunning aan den
gandist vcor dit gewest, om
overige noordelijke provinciën
zyn, indien de aanleiding daartoi
hoofdbestuur bljjkt, alsmede in de
Zuid-Holland, niet name
hetwelk door het in die j
tigde district niet wordt b<
verlof, ook in Zeeland te werl
dit wenschelyk biykt.
Het hoofdbestuur heeft ree
sonen tot dezen arbeid bereid
Het hoofdbestuur --
kunst heeft een adres gericht tot den raad
van Gorinchem betreffende het huis Beth
lehem aldaar, dat stadsmuseum worden moet.
„De notabelen van Gorinchem, die door
aankoop van het perceel in 1909 den fraaien
gevel hebben gered, verdienen allen lof,
daar hierdoor een der fraaiste stukken
architectuur uwer gemeente is bewaard
gebleven.
„Waar nu getracht wordt aan het gebouw
een passende bestemming te geven, door
het tot een oudheidkundig museum in te
richten, waarbij de gevel hersteld zal worden,
vertrouwt het hoofdbestuur, dat, ter bevor
dering van het goede doel en van de
schoonheid uwer stad, uw college krachtig
hiertoe zal medewerken.
„Vernomen hebbende, dat ryk en provincie
reeds eene subsidie hebben toegezegd,
onder voorwaarde, dat ook uw gemeente
subsidieert, dringt het hoofdbestuur
ernstig bij u op aan, gemelde suhsidh
willen verleenen”.
Zaterdagavond 1 dezer
gecombineerde velddienstoefenii
de afdeelingen Rotterdar.
Iksweerbaarheid", in dei
ten nóorden van
gecomL...
tusschen
van „Voll
polder
IJsel.
De afdeeling
terrein tusschen
en den ZuidelHkei
en in Zuidelijke
te doen.
Omstreeks half twaalf wei
wielryders-patrouille eenige
wielryders opgemerkt by den
en even daarna stuitte een sterke pi
op den Middelweg op den vyand.
nu stelling genomen werd om het verder
doordringen te beletten, slaagden twee
andere patrouilles erin, zich snel te ver-
eenigen, en eene omtrekkende beweging
uit te voeren zoodat de „vyand” tusschen
twee vuren kwam.
Het was eene goed geslaagde oefening.
Na eene korte bespreking scheidden vriend
en vijand te ongeveer één uur, om zoo
spoedig mogelyk weer „huis-toe" te gaan.
In de Dinsdag j.l. gehouden
zitting van de arrondissements-rechtbank
te Rotterdam werd o.a. veroordeeld: W. V.,
32 jaar, landbouwer en slager te Bergam
bacht, wegens het verkoopen van ondeug-
delijk vleesch, tot zes maanden gevangenis
straf. (Geeischt was drie jaren), met last
tot openbaarmaking van het vonnis in 11e
Sehoonhovensehe Courant, op kosten van
den veroordeelde.
Van mishandeling beklaagd, heeft terecht
gestaan A. P. B. D., 18 jaar, koopman te
Schoonhoven, die bekende aldaar op 19
Juni G. van Veenendaal met een stuk yzer
een klap tegen het hoofd te hebben gegeven,
waardoor deze bloedend verwond werd.
Reeds lang heerschte er tusschen deze
twee personen oneenigheid, omdat Van
Veenendaal’s vriend een oogje op behlaagdc's
meisje had. Daar hy reeds dikwijls door
Van Veenendaal tot vechten was uitgelokt,
verzocht hy hem dien 19den Juni mede te
gaan naar het Doelenplein, alwaar hij hem
onverwachts had geslagen. Het stuk ijzer
had hy te voren gevonden en, met de be
doeling het by een eventueele vechtpartij
te gebruiken, in zyn zak gestoken.
Dr. J. Groesbeck, die Van Veenendaal ruim
acht dagen had behandeld, verklaarde drie
wonden te hebben waargenomen, die met
een hard voorwerp moesten zyn toege
bracht. Het zou niet onmogelyk zyn ge
weest, dat v. Veenendaal den schedel wlte
stukgeslagen.
v. Veenendaal, die slechts een slag had
gevoeld en toen bewusteloos was neerge
vallen, vertelde, dat de wonden binnen
veertien dagen genezen waren.
De getuigen Den Butter en v. Klaveren
zagen van nabij, hoe beklaagde onverwachts
v. Veenendaal een slag toebracht, waarna
deze neerviel.
Tegen getuigen Den Butter en Den Uyl
had beklaagde daags te voren gezegd, spre
kende over v. Veenendaal, dat hy er wel
een maand voor over had.
Het O. M., waargenomen door Mr. Bonman,
meende dat zoowel bewezen was de mis
handeling als de voorbedachte rade daartoe.
De Raad
Na beropei
deelt de
van een
volgende _.o-_o.
De begrooting wordt met algemeene
stemmen vastgesteld in ontvangst op een
som, groot f 35340,91, en in uitgaaf op
f 33576,88, sluitende met een batig saldo
ad f 1764,03.
De voorzitter: Aan de orde is een wijzi
ging op de begrooting over 1910 groot f300.
Wordt goedgekeurd.
De voorzitter: Nog is ingekomen de be
grooting van de gezondheidscommissie te
Schoonhoven, waarin onze gemeente moet
bydragen voor een som, groot f 28,12, be
rekend tegen een cent per hoofd der be
volking. De ontvangst en uitgaven zyn
vastgesteld op f 1171.
Ingekomen is een schryven met het ver
zoek tot toekenning van een gratificatie aan
de schoonmaaksters van het gemeentehuis.
Burg, en Weth. stellen voor, dit verzoek
toe te staan.
Wordt goedgekeurd.
Niets meer aan de orde zynde sluit de
voorzitter de vergadering.
By Kon. besluit van 3 dezer is,
met ingang van 1 November, benoemd: bij
den staf der genie, tot generaal-majoor,
inspecteur van het wapen, de kolonel H.
J. van den Broek, van dien staf, commandant
in het tweede genie-commandeinent.
Bij Kon. besluit van 1 dezer is
aan den generaal-majoor van den grooten
staf S. J. van Nooten, commandant der
stelling van Amsterdam, tevens bevelhebber
in de eerste militaire afdeeling, vergunning
verleend tol het aannemen en dragen van
de ordeteekenen van groot-officier in de
orde van de Kroon van België, hem door
Zijne Majesteit den Honing der Belgen
geschonken.
Bij Kon. besluit van 3 dezer is,
met ingang van 1 November:
lo. aan den generaal-majoor van den staf
der genie H. F. W. Becking, inspecteur van
het wapen, op zijn aanvrage, ter zake van
langdungen dienst, en alzoo krachtens de
artt. 39, punt 2a, en 40 der wet van 9 Juni
1902 (Staatsblad no. 89), onder toekenning
van pensioen, eervol ontslag uit den mili
tairen dienst verleend;
2o. hel bedrag van het pensioen vastge
steld, met toepassing van de artt. 2, punt
1, 3 en 17 der wet van dezelfde dagteeke-
ning (Staatsblad no. 90), op f 2700 ‘sjaars;
3o. aan genoemden opperofficier Harer
Majesteits dank betuigd voor de veeljarige
en belangrijke diensten, door hem aan den
lande bewezen.
De eerste-luitenant H. K. Kös-
ter, van het 2e regiment vesting-artillerie
te Naarden, is ter vervanging van den naar
het le regiment vesting-artillerie overge-
plaatsten eersten luitenant W. F. Sillevis,
nenoemd tot adjudant bij het korps.
Tot heemraad van dedriewa-
terschappeu onder IJselslein is gekozen de
heer W. J. de Haan, te IJselstein.
De Ka m e rd u I) der Liberale
Unie heeft tot haar bestuursleden benoemd:
Mr. II. Goeman Borgesius, voorzitter: Dr.
H. F. R. Hubrechl, ondervoorzitter; Mr. G.
Jannink, secretaris, en Mr. Dr. W. Dolk,
penningmeester.
De algemeene vergadering van
de Maatschappij „Tot Nut van t Algemeen"
van 1910 besloot: io. aan het hoofdbestuur
op te dragen, propaganda te maken voor
de Maatschappij en haar werk, door woord
en geschrift: 2o. voordat doel voor 1910—11
beschikbaar te stellen een bedrag van f2000.
Het besluit der algemeene vergadering
bedoelde in hoofdzaak, dat door het hoofd-