oekjes
:RDAM.
NIEUWSBLAD VOOR ZUID HOLLAND EN UÏRECHT.
Woensdag 31 December 1924
56’ Jaargang
No. 4911
EERSTE BLAD.
Buitenlandsch Overzicht.
Plaatselijk Nieuws.
FEUILLETON.
III
U II
Dit nummer bestaat uit
TWEE BLADEN.
HL 19
rf PET,
■ifati
i
h
ia rug
ilsem
Overgang
Om Eer en Leven.
Bemeenieraiid van schoonhoven
f
Telefoon 20.
ld.)
Inge».
L'
een gevulde
be-
KNE’S
iers.
ioe|
•n
Hing;
ihalt»
naak,'
.toten
A.4 IE.VALDE
EROWIJNI MO
zar Courant.
even
twee
omóa
wel
een
On-
De
rordt aonge-
i. (Tegen de
Es, G. Hoo-
>n
enden, ver-
voel als zat
lof, kunnen
gebruik van
teen flacon.
Ltjjr IEERJ
mo«md»n prl)«,
1 bezorgd wor-
i nummers, *<•-
k(i)
IQ.
PER POST
RL AMD.
bladzijden
foto s van
Itart' be-
uenJ*
r, dia b||
>1
•di
zegt
S. W. N. VAN NOOTEN, SCHOONHOVEN.
Uitgever».
Postch. en Girodienst 18768.
^termijnen konden laten wach-
dan konden we eerst
toestand der ge
ïn
de
dat
als we
er-
leveu duur
verlagingen
acht». Grflp
loorterbalae»,
ell doordringt,
e xiekteztoffea
oodig geneert.
ar stemmen
de Voorzit-
wij hebben
nschen, dat
tekeurd, om
tr de perio-
te passen.
is niet an-
•lagen Voor
alijk praten,
het juist het
Haastrecht, 31 Deo. Gisterenavond is
de vrachtauto van den graanmolenaar G.
W. Oskam in de Vlist, ter hoogte van de
in aanbouw zijnde woning vajj den. heer
Raateland, in den sloot langs den weg
gereden.
De chauffeur kwam er goed af en
schreef het ongeval toe aan den wind.
Groot-Ammers, 31 Dec. Er zijn won
derlijke dingen in de wereld. En er is
een wonderlijke denkwijze bij sommigen
ten opzichte van openbaarheid en publi
citeit. Er werd hier vanmorgen een
Pluim veetentoonstelling -geopend. Wij
waren gekomen om do opening bij te wo
nen, precies op tijd, en vernamen, dat
het bestuur nog zat te vergaderen. Later
kregen we den secretaris te spreken, die
ons mededeeldedat de opening al
igs uit
lost in
3
ijj nu iWli
sze voorstel-
resold wordt
e menschen
jnen, schijnt
fin, we rui
lt.
Aan den
iren. Het is
deze voor
maar tegen
.aarzelen om .loste laten
vreugde in'1924 geschon
ken werd, omdat we nog willen omklem-
ons in het vergane jaar werd
geopend geweest is. Zou men daarin
iemand opgesloten hebben, Muller wel
licht. Dat ware echter al te vreemd.”
Van Gelseïaer sloeg met een steen- op
de stevige deur, die hij niet openen kon.
Daarna luisterde hij scherp, doch hij
hoojde niets. Nog eens en nog eens be
proefde hij hetzelfde, doch gehoor kreeg
hij niet.
„Toch* zeide hij bij zichzelf, „toch kan
er een man opgesloten zitten en ik moet
weten wie het is.”
Hij trachtte het slot te verbreken, doch
dit gelukte hem niet.
Toen keerde hij vlug naar het kasteel
terug en geen kwartier later beproefde
hij met de werktuigen, die hij thans had
meegebracht, de deur te openen.
Het gelukte hem nu. Hij lichtte bij in
hot gewelf, maar liet teleurgesteld zijn
I Lantaarn zakken. Hij zag niet». Nog eens
lichtte hij bij en nu zag hu de tweede
I deur. Daarin had men don sleutel laten
steken. Hij draaide dien om, hief weder
zijn lantaarn op en bemerkte nu eea
gestalte, die op den grond tag.
Een oogenblik aarzelde Van G-?’*-/
toen tra»! hij naderbij en zag. hoe decesa,
die daar lag, aan handen en vtwtea gen
bonden was eh een prop in rijn mond had
Het was Muller, die daar bewuatehoa
nederiag.
„De kerel is misschien dood,” mom-
peiêe de baron. „nu, <tat kan goed «ja.
Ik zou mij nu gemakkehjk van hem kun
nen ontdoen, maar ik dien te wetep, wal
hem overkomen is. Komaan, ik ga hega
bevrijden.”
De bosien van Mütter waren spoedig
losgemaakt, maar eerst da benauwende
prop uit lijn mond genomen. Do schurk
haalde nog adem. Hei moeite sleepte de
baron hem naar buiten in de frtascho
lucht en hier opende hij spoedig de
oogen.
„Zijt gij het, mijnheer de baron", flui»--
terdo hij.
(WoTd^wr^WJ
zij deed. Als het getij verloopt, dient men
de bakens te verzetten
Er is in AMERIKA'onrust gewekt, dat
FRANKRIJK zijn schuld aan de
eenigde Staten niet zou willen K
In verband daarmee heeft nu
AMERIKAAN^GHEN Senaat,
u gerust. Het is niet jammer, dat
we geen toekomst-zieders zijn. Het
valt niet te betreuren, dat we niet kun-
nen voorspellen hoe 1925 worden zal, wal
het ons zal brengen. Wat z»u het zijn,
als het eens enkel droefheid was. Maar
ook als 1925 vreugde voor ons mee-
Op den drempel van oud en nieuw
staat het voorbije jaar, afgeloofd en zijn
dagen volgeteld. Mpar daar staat ook het
nied we, 1925, dat zooveel in zijn schoot
verborgen houdt, waarvan we nog niet
weten, wat het zal zijn: goed of kwaad.
Deze dagen zijn dagen van overgang.
Dagen van overgang, omdat we nog
toeven willen op den dorpel der
ee tijdkringen. Dhgen van overgang,
idat we nog
wat ons aan t
ken weru,
men, wal
ontnomen.
Vreugde en smart
aaneengelegd. Ez ~z
van alle stervelingen in het jaar,
35
Hij raapte zé op.
„kom mee,” zei hij tot den detective,
„de kerel is aan handen enjroeten ge
bonden en zal niet ontsnappen. Uw lan-
taapi, het is daarbinnen donkfr,”
De detective volgde^ hem mei de lan
taarn. Na eenig passen Van d< verschil
lende sleutels, trof Jozef den foede en
opende de deur.
Mener kwam -te voorschijn.
- Jozef ontstelde; hoe vrëéselijk zag de
advocaat er uit. Hij was bleek eo verma-
I gerd ,een ruige baard omlijstte zijn ge
laat, zijn haren waren verward en er
kleefde geronnen bloed aan.
„Mijnheer Mener, wat is er met u ge
beurd?” riep de detective.
„Voer mij hier weg,” was het antwoord
„dat vertel ik later.’ Breng mij in de
frissche lucht.”
Jozef leidde den advopaat, die bijna
niet op zijn beenen staan kon, naar bui
ten en daar^in het daglicht lag hij
eerst recht den ellendigen toesta|d van
den advocaat.
Dezo sloot de oogen voor het daglicht,
waaran hij ontwend was, toen h|j bui
ten kwam, haalde diep adein en zchk toen
bewusteloos ineen.
„Dat is jou werk riep Jozefeen hij
gaf Muller een schop, „maar we zullen
het u betaald zetten, daarop kunt ge re-
kenen.”
De detective hield zich'ifiet Meifer be-
zig, maar staakte dit werk en zeult:
„Wacht, laten we eiien beginneft met
Jf den kerel zijn streken betaald te letten.
>Help even.”
Jozef begreep hem.
Met z’n beiden naman zij Mulle» op,
pio öchter wildé gaan schreeuwen
I ',,Leg even neer,” zeid» de detective.
3 Ver-
betalen.
in den
senator.
Reed gezegd, dat Frankrijk goed behoort
te weten dat het z’n f-thuld moet betalen.
Negen en negentig vai de honderd Ame
rikanen zouden er tv ar. zijn dat aan
Frankrijk de schuld werd kwijt geschol
den.
De DUITSCHE economische delegatie,
die de onderhandelin^en oyer het han-
delsverdrag zal voorttetten, onder lei
ding van Von Trendelenburg, werd giste
ren te Parijs verwacht. Do eerste bijeen
komst der Duitsche en Fransche onder
handelaars zou misschien reeds gisteren
plaats hebben. Algemeen is men van op
vatting, dat het welslagen of mislukken
der onderhandelingen als een zekere aan
duiding voor de verkenning der Duitsche
politiek ten opzichte van de geallieerden
en in het bijzonder ten opzichte van
Frankrijk* kan worden beschouwd.
Dit laatste houdt natuurlijk verband
mei de kwestie over de ontruiming van
de Keulsche zóne. Over deze kwestie
heeft de Amerikaansche regiering een
interessant 'adviée gegeven. Hughes, de
AMERIKAANSGHE secretaris van Staat
heeft nameljjk den Amerikaansche ver
tegenwoordiger in de commissie van her
stel opdracht verstrekt den geallieerden
onder het oog te brengen, dat het suc
ces van het Dawes-plan in hooge mate
afhankelijk moet worden geacht van de
vriendschappelijke regeling der Keul
sche kwestie. „De gelijktijdige ontrui
ming van Keulen on het Roergebied in
April wordt door Amerika een compro
mis geacht, dat alle partijen kunnen aan
vaarden”, zoo wordt Verder opgemerkt.
Wij hebben reeds uiteengezet dat de
zoogenaamde ontdekking van verborgen
wapenmagazijnen er geep .goed aan doet.
Wie zal uitzoeken of het werkelijk on
derdooien van ma> «negeweren waren,
die worden gevonunn^ Dultschland
na»- aiu-vdr zoo
ven ze tegenover elkander staan.
SCHOONHOVENDE COURANT.
f -
Deze Courant wordt des Maandags-, des Woensdags- en des Vrijdagsmiddai
gegeven. Prijs voor Schoonhoven per 3 maanden f 125, franco per pc
Eederiand J i,50. Over het abonnement wordt in- de eerste maand beschikt.
Men kan zich abonneeren bij alle Boekhandelaren, Kantoorhouders en bestaande
tussenenpersonen
Als alles waar is wat wordt gemeld,
dan gaan zich in RUSLAND wonderlijke
dingen voltrekken De *bevolking schijnt
eenighrmate genoeg te hebben van het
bolsjewistisch geregeer en voert actie.
In verband daarmee hej^t het uitvoerend
Gomité der Sovjets oen verklaring gepu
bliceerd met betrekking tot de groeiende
politieke activiteit onder hot proletariaat
m dg. boerwv wiyyjdoor een herziesitec
van de Sovjet-instellingen noodzakelijk is
geworden. In verband hiermede is een
conferentie bijeengeroepen van de 56 le-
d‘-n. teneinde de noodzakelijke hervor-
’mihgen onden de oogen te zienen ei
ove? te beraadslagen in hoeverre het mo
gelijk is ook njet-Gommunisten deel te
noen uitmaken van het bestuur in Rus
land
Deze commissie zal Zaterdag bijeen
komen en heeft te onderzoeken of de
1 bevoegdheden van de plaatselijke Sovjets
dienen te worden ingekrompen dan-
uitgebreid, alsmede de regeling van
I nieuw kiesstelsel.
Intake de laatste kwestie
treurt de regeeringsverklaring het, dat
plaateelijke bestuurslichamen een vijan
delijke stemming vestigen door op de be
volking druk uit te oefenen.
Het is wel eigenaardig, dat de Sovjet-
regeering den laats ten tijd zoo „burger
lijk" gaat worden. Zij kan het waar
schijnlijk niet langer bolwerken zooals
oordeel, dal door deze wijze van aflos
sing (ma in de eerste jaren de kans bo-
nomen is om te komen tot belasting
verlaging. Thans wordt rekening gehou
den met één zaak, de leaning, maar geen
rekening wordt gehouden met de draag
kracht der gemeente. De financieels toe
stand der gemeente is nog verre van roos
kleurig. Thans wordt de begrooting, die
roods geraamd is, en met name de sluit
post, uit haar verband gerukt Wanneer
we de eerste jaren niet zoo’n hoog be
drag hadden af te lossen en de hoogere
aflossings:-Z- -
ten tot' latere jaren, da.,
zien hoo do financieele
m-aente geworden was. Handel en
dustrie gaan hog altijd gebukt onder
malaise en er is 1?eeu vooruitaich,
dit in de naifete toekomst verbeteren zal.
D.iarom wil spr. waarschuwen, dat men
niet te optimistisch vanz den fin. toe
stand der gemeente moet donken.’Wan
neer hot bedrag van aflossing, dat eerst
was voorgesteld, kon worden gehand
haafd, dan zouden we db f 2500, die nu
moer moeten worden afgelost, hebben te
ruggevonden in het batig saldo. En waar -
dan in 1926 ook f 2500 meer moet wor
den afgelost, maakt dit een verschil van
f 5000, dat op de begrooting 1926 zal
drukken. Spr. eindigt met de opmerking,
dat zuinig beheer beslist geboden is.
De Voorzitter merkt op, dat
wat ’t 1ste deel van het gesprokene door
don heer Deerenberg betreft, deze pre
cies het standpunt van B. en W heeft
uiteengezet. Spr. is gisteren mot den se
cretaris in Den Haag geweest en heeft
met de financieele commissie uit Ged..
Staten vergaderd, maar welke argumen
ten spr. aanvoerde, Gedeputeerden wa
ren er niet toe te bewegen om hun stand
punt te veranderen. Zij wenschen iedere
terming op zichzelf te beschouwen en ble
ven erop staan, dat een andere wijze van
aflossing zou worden gevolgd, op de ma
nier, zooals thans door B. en W. wordt
voorgesteld. Spr. kan het echter niet eena
zijn met het verdere wat do heer Deeren-
burg betoogde, namelijk dat het verschil
'...o uda b<igrQpii»g voor ’26 f 5W0 ".ou
zijn.’ Het baug buIUu gvidi rwrr Jam
en de- heer Deerenberg telt nu dubbel.
Men mag op een batig saldo niet voor-
uit-rekenen.
De hoor Deorenberg: Als da
post van f 3000 niet op de begrooting be
hoefde te worden .gebracht, dan vonden
we het verschil van 'f 25Q0 toch in hot
batig saldo terug. En dan kan dat dienen
om het meerdere voor 1926 te dekken.
De Voorzitter: Er is niets
veranderd. B. en W. hebben do hoop, dat
zij niet zulten behoeven te komen met be
las tingverhooging. In ieder geval zal van
verlaging geen sprake kunnen zijn.
Do heer Bosch: De post: Onvoor
zien is nu toch van de begrooting weg.
De V o o r z i t t e r: De post:
voorzien blijft buiten beschouwing,
begrooting wordt gewoon mot f 2500 ver
hoogd.
Wethouder Schreuder: De
post: HoofdeRjke Omslag wordt verhoogd
met f 2500. B. en W. zullen niet behoe
ven te komen met betaatingverhooging,
Prijs der AdvertentiënMaandags en Woensdags van 1 tot 6 regels 1,14
iedere regel meer 0,171/2; Vrijdags van 1 tot 6 regels 1,80, iedere regel meer
f 0,20. Bij 8 maal plaatsing, wordt de 8e plaatsing berekend tegen 0,10 per regel
op Maandag en Woensdag en tegen f 0,121 /2 per regel op Vrijdag.
Voor meer plaatsingen, groot aantal regels en condities vrage men tarief
was afgoloopen en de .burgemeester ons
wel verslag zou toezenden. We hebben
onze ontstemming over een dergelijko
handeling van verregaande onbeleefd
heid en onwelwillendheid ten opzichte
van de Pers, uitgesproken. Onze lozers
zullen begrijpen, dat we over deze ten
toonstelling- niets verder zeggen en er
geen verdere mededeelingen over opne
men.
Wij kunnen onsAniet begrijpen, dat er
in het Eere-Comité geen was, diie er voor
zorgde, dat de Pers de opening kon bij
wonen, temeer, daar de heer Kleijheeg,
Lid van dit comité, het altijd wil laten
voorkomen, alsof hij van allee *op do
hoogte is. Het is een ongehoord stukje
van slechte manieren.
Gorinchem, 31 Dec. Er zijn hier on
derscheidene grootero of kleine misdrij
ven aan den dag gekomen, welke door
de straatjeugd zijn gepleegd. De bande
loosheid ving aan tijdens do kermis, met
‘'diefstal van sigaren, sigaretten, nougat
enz. uit een kermistent, daarna zijn ban
ket- en sigarenwinkels geplunderd, aan
volgden inbraken in scholen. De kasten
worden geledigd, en pennen, potlooden
enz. toegeëigend. Terwijl in een gym-
nastiekschool de leerlingen geoefend wor
den, hebben de boefjes do portemonnaiee
uit de zakken van de kleeren; die in de
gang ophingen, gehaald. Ten slotte heb
ben de jongens een aantal kippen- en
duiven gestolen eri deze op Indiaanschë
wijze boven een vuur, dat buiten de stad
werd gestookt, geroosterd. De kippen,
welke men niet kon verorberen, hebben
zij verkocht. De politie heeft de daders
van de inbraken en diefstallen, benev ons
helers opgespoord. Do boefjes zijn 12 tot
16 jaar oud.
Het is te hopen, dat dp toezicht op de
straatjeugd zal worden verscherpt, op
dat een eind komo aan baldadigheid en
vernielzucht.
1 - ze zijn dicht
En ze "werden bet deel
.dat
heenging. Gelukkig is het daarom, dat
dezo beide dagen31 December en 1
Januari, tijd zijn van overgang. Zoodat
we ons langzaam-aan kunnen ontwor
stelen aan het verleden om m de toekomst
te blikken.
We gevoelen ons juist, in den tijd van
oud op niéuw, stervelingen. Zooals het
jaar werd afgewonden, zoo gaan ook on
ze dagen en de dag Van gisteren weet
niet meet- van den dag van heden. Wat
vandaag ons in beroering bracht, telt
morgen reeds niét meer mee. We zijn
menschen van den dag en laten ons ip,
met dingen van den dag. En wat zijn din
gen van den dag in eeuwigheidslicht?
Het oude jaar wordt nagestaard door
velen met vochtige oogen. Daar werden
ziokte of armoede het deel van het gezin,
elders streek weer de dood met zijn kil
len adean langs de vensters eener wo
ning en nam gade of kind, jongeling of
grijsaard met zich naar de oneindigheid
Do jeugdige moeder denkt met blijd
schap ér adn/dat 1924 haar kleihe zag
geboren worden, de jonge vrouw herin
nert zidi, dat ze in het voorbije jaar de
bruidsbloemen droeg.
Zoo ia 1924 voor den één vreugde,
voor den ander leed geweest.
Dagen van overgang.
Dat zijn ze niet alleen om achterom te
zien, om stil te staan bij wat voorbijging i
De overgang is er ook om vooruit te i
blieken, om in de toekomst te schouwen.
En nu is* dit het eigenaardige, dat we
wel kunnen zien het verleden, maar in
de toekomst nimmer lezen kunnen. Het
is er een bewijs temeer van, dat we
slechts, menschenzijn, dis niet verder
kunnen zien, dan één oogynblik.
Stel- TT"‘ s" -
„0”, zoi Mener, „daarvoor is geen nood
De baron weet niet, dat hij hier is, kent
wellicht niet eens het bestaan van de
kelders.”
„Maar hield Muller u dan niet voor
rekening van den baron gevangen?”
„Neen, dat deed hij op eigen risico.
Laat hem dus hier.”
„Goed”, zoi Jozef, „hij heeft het wel
verdiend, daar een dag te Liggtm, laten
wij allen dan gaan.”
De vluchtvvan den Baron.
Op den avond van den dag, dat Mener
uit zijn gevangenis verlost werd, kwam
baron Van Gelseiaer van zijn korte reis
terug. Hij was den vorigen avond door
Muller naar het station gebracht en deze
zou hem ook thans afhalen.
Muller evenwel was er niet. Van Gel-
selaer wachtte eenigen tijd, maar toen
zijp koetsier niet verscheen, zag hij zich
genoodzaakt een huurrijtuig te nemen,
om daarmede het kasteel te be^Jiken.
Onderweg dacht hij er over na, wat re
den Muller hebben kon, om jrich biet aan
de afspraak te houden en hij woelde zich
eenigszins ongerust, vreesde dat zijn
handlanger misschien een of ander over
komen mocht zijn.
Thuis gekomen verdween zijn ongerust
heid niet, want hij vernam van het .an
dere personeel, dat Muller den gêheelen
dag zich niet had laten zien. Den wori-
gen avond, nadat hij den baron naar het
station gebracht had, was hij zeer laat
na middernacht thuis gekomen, Hij
scheen weder uitgegaan te zijn en hij
was niet teruggekeerd, want zijn bed Trtis
niet aangeraakt.
/„En vermoedt ge niet, waar hij heen
gegaan is”, vroeg de baron zijn andere
bedienden.
„Neen, mijnheer.”
„Dus hij heeft u niets gezegd.”
„Volstrekt niet$> Maar misschien is hij
DEmr de ruina gegaan.”
Hij haalde zijn zakdoek te voorschijn
maakte er een prop van en stopte deze
den schurk in den mond
„Zie zoo, nu korte metten met hem ge
maakt.”
Twe minuten later bevond Muller zich
veilig achter slot en grendel in hetzelfde
hol, waar hij een week lang den advo
caat opgesloten hield.
„Kom hier”, riep de detective nu tot
zijn makker, die zich nog altoos verbor
gen hieldt „hier is werk voor u”.
Deze kwam oogenblikkelijk te voor
schijn. Hij zag naar Mener, schrikte ook
van diens uiterlijk, doch hield zich dar-
dadelijk bezig met hem en trachtte hem
bij te brengen.
„Hij is apotheker,” zeide de detective
tegen Jozef en hielp toen de kleeren
van den advocaat los knoopön. De apo
theker haalde een flacon tel voorschijn,
opende met geweld den vast gesloten
mond van den bewustelooze |m goot Kern
eeltige droppels tusseben dö lippen.
Het middel miste zijn uitwerking niet.
Mener sloeg weldra de oogen op en
keek om zich heen.
„Hoe gaat het nu”, vroeg Jozef hem.
„O, goed, het was maar een tijdelijke
zwakte. De overgang uit het hol in dé
frissche lucht was te groot. Het gaat al
beter, ik voel me heel weLfr Hoe hebt
ge mij ontdekt. En gij in hm land terug,
Jozef. Hoe komt gij hier?”
„Nu geen uitleggingen”, zei de detecti
ve, ,wij hebben allen veel vragen te doen,
maar thans niet en niet op dit oogenblik.
Zorgen we nu slefchts hier terstond van
daan te kpmen. Kunt u loopen, mijnheer
Men er. Zou het gaan?”
„Zeker, gaat het”.
„WJlnu, vooruit dan, maar een moe|
er toch blijven om Muller te bewaken.
„Waar hebt ge hem gelaten?”
„Hij ligt gebonden in het keldergeweelf
Daar kan hij tot het weer donker wordt
blijven liggen, als wij niet vreezen moes-
I ten, dat de baron hem kwam verlossen.”
bracht, dan zou het jammer zijn,
het wisten. Want dan haakten we
naar om het geluk maar spoedig te doen
komen. Geduldig wachten is zoo moei
lijk.
Toch kunnen we iets doen met de toe
komst, die zich voor ons zal gaan ont
rollen. Het is dit, dat we ons voornemen
het glanzend-leege blad van ’t nieuwe
jaar ^e gaan beschrijven, eerlijk en trouw
Wat .-e schrijven in het opgeslagen nieu
we jaarboek moet stand kunnen houden.
Het moet zulk schrift zijnt dat het hel
der en klaar blijft, trots allés wat pas
seert, dat ieder het kab lezen, dat er
niets behoeft verborgen te blijven.
Krachtig in zaken, eerlijk in oordeel,
mild in beschouwen, voorzichtig in be-
oordeelen. Worde ons dat alles geschon
ken in 1925
En dat dan het komende, jaar brenge:
aan de gemeentebesturen wijsheid in
regeeren,
aan de rijksregeering
schatkist,
aan den arme brood,
aan den verdrukte recht,
aan den werklooze werk,
aan den zakenman durf om zijn zaken
te drijven,
aan de industrie goede vooruitzichten.
Straks vangt 1925 aan. Dan wenschen
we elkander geluk. Nu zijn het dagen van
overgang. En daarom ook dagen van
overgave. We geven het over wat er ko
men zal over ons. Doch nemen ons ook
voor om 1925 beter te qjaken dan het
voorbije jaar. Dan wordt het zeker goed.
Spoedeischende vergadering op ibins-
€0 DwMnHrp iÖi’i-r-Aeu a.vrm/lk to
half acht
Voorzitter de Burgemeester, Mr. F’. F.
Baron de Smeth, secretaris de heer A. J.
Boogpart. Afwezig met kennisgeving de
heeren Hoogenboezem en Bouwmeester.
De Voorzitter opent de ver
gadering en zegt, dat het hem spijt, dat
de leden weer in spoedeischende verga
dering moesten worden bijeengeroepen,
weer over de kwestie: geldleening. Dat
is voor de zooveelste maal. De kwestie is,
dat Ged. Staten zich niet hebben kunnen
vereenigen mét het besluit van den raad,
inzake de geldleening en wel over de wij
ze van aflossing. Ged. Staten houden al
leen rekening met iedere leening op zich
zelf en willen elk jaar «ngeveer f 30Ö0
afgelost zien. In verband hiermee stellen
B. en W. thans voor het vorig besluit zoo
danig te wijzigen, dat de leening afge
lost wordt in 33 termijnen van f 3000 en
één termijn, en dat is dan in 1958, van
f 1000.
De heer Deerenberg is van
„Naar de ruine? Waarom 2pu hij dat
gedaan hebben.”
„Wel, hij was nieuwsgierig.”
„Zou daar dan iets gebeuren; och wat
bazelt ge toch.”
„Het spookt er, mijnheer de baron.”
„Och wat, blijf flnij met uw baker
sprookjes van het lijf. Gij hebt daarvan
de vorige week ook al gesproken. Ga
maar hoen, Muller zal wel terugkomen.”
Tóen de bediende weg was, stapte Van
Gelselaqr echter de kamer op en neer
en mompelde:
„Zou er iets gebeurd zijn. Zou Muller
gisterenavond iets ontdekt hebben in den
turn en e rop af gegaan zijn. Hij is dan
in een hirdeilaag gevallen. Ik moet het
zelf ondnufrken
De baron ging naar zijn wapenrek,
haalde daaruit een lange, vlijmBchorp®
dolk en «lak een revolver in den zak.”
„Zi-zoo”, mompelde hij, „nu nog een
lantaarn en ik bon klaar.”
Hij ging den tuin in en begaf zich naar
de ruine, zonder veel voorzorgen. Hot was
nog niet laat in den avond en niet heel
donker. Hij kwam bij de ruine maar
zag er niets bijzonders. Hij liep langs de
bouwvalen, toen hij zich eensklaps bukte
naar een voorwerp op den grond.
Het was een eenvoudig com pas, zo
als men dit wel als versiering aan een
horlogeketting draagt. Het ding was van
de kétting afgerukt.
„Kijk, kijk,” mompelde de liaron, „als
ik memiet vergis, droeg Muller dit. Hij
is dus hier geweest en hij schijnt inder
daad geworsteld te hebben.”
In dit geloof werd de baron versterkt,
toen hij takken van struiken zag <afge-
rukt en ook sporen op den grond be
merkte.
Met zijn lantaarn zoch t hij nu voort,
volgde de sporen en was nu spoedig zq-
ker van zijd zaak.
\,Er moet hier den vorigen nac^t wat
bijzonders voorgevallen zijn. En het
vreemdste i dat deze kelderdeur