Officieele Kennisgeving.
NIEUWSBLAD VOOR ZUID HOLLAND EN UTRECHT.
Vrijdag 5 Juni 1925
57* Jaargang
Plicht tot geluk.
Buitenlandsch Qverzicht.
FEUILLETON.
Dit nummer bestaat uit
DRIE BLADEN.
EERSTE BLAD.
51 A
No. 4976
Kodelooze Inenting en
Herinenting
Zwaar beproefde harten.
Plaatselijk Nieuws.
Telefoon 20.
doen
Wethouders
en
i
murmelende
nooit
a.s.
oude
Ik moet mijn dooh-
ge-
vader?"
wil
goeden
trof I.ermou
r0 Ct.
S. W. N. VAN NOOTEN, SCHOONHOVEN.
Uitgever».
Postch. en Girodienst 18768.
uit-
i in
komt
dikwerf
deze
ge
le
de
Ct
erma
LKÏEEP
.0 Ct.
45 Ct
7'de Jong,
Go ii na,
igstr. 652 B,
orlnchem,
e Pelikaan,
rrkMrsM 22,
erdam
MOOIDOVM tOÜRAKT
n««s4:onmnt woMt de, MaandafA de, an du Vrijdagmiddagi i
_„ven Frii» voor Schoonhoven per S maanden f 125, franco per po«t
ttriand f 1,60 Over hel ebonnement wordt in de eerste maand beschikt.
Men kan’ «ich abonneeren by onse Agenten, Boekhandelaren en Kantoor
houders. -
Gemeente Bergambacht.
o—
BURGEMEESTER en
Van Bergambacht,
maken bekend,
dat op
Woensdag 10 Juni a.s.,
des namiddags 2 uur, de gelegenheid
zal zijn opengesteld tot
hen, die zich daartoe ten Raadhuize
aanmelden.
Bergambacht, 3 Juni 1925.
De Burgemeester,
J. A. A. U1LKENS.
De Secretaris,
W. SCHIPPERS.
vraemdsoor-
moge klinken,
regel meer f 0.20
>1 berekend. Voor
>rdt de drie
ën condities
n de buurf-
drle boeren
keten vnn Hol-
der He
8 de brand
i M’en wind
worden. Van-
ïfbrand.
dienstjaar
zoodat de
merkelijk ia verlaagd.
Evenals verleden jaar da het vee van
verschillende veehouder* wederom door
mond» en klauwzeer aangetast.
(n September of October «al la
deze gemeente een moedercursu» gehou
den worden. Degenen, die aan deze cur
sus willen deelnemen, kunnen zich thans
reeds aanmelden bij den voorzitter of den
secretaris van Ht Groene Kruis.
Gouderak, 15 Juni. Maandag 1 Juni
hield de H engel aar» vereen iging de
Huischvoorn haar halfjaarlijkeoh kes-con
cours in de wateren onder Stolwijk, on
der leiding van den hoofdcontroleur F.
van Vliet en J. KooL De prijzen weerden
behaald als volgt: le J. van Vliet, 2e L.
van Vliet, 3e N. Wiezer, 4é H. J. Sohol-
ten, 5e pr. A. Terlouw, 6e pr. A. Both,
7e pr. J. Schollen, Be pr. W. Loender-
aloot, 9e J. de Pater, 10e D. Koppeci-
draaier, 11e pr. F. Snateiwe, 12e pr. P.
van den Berg, 13e pr. P. Burger, 14e pr.
G Stuit, 15e pr. W. Houtman, 16e pr. T.
Stoppelenburg, zeventiende prijs R.
den Haag, 18e F. Donk, 19e H. Burger,
20e J. de Bruijn, 21e J. Honkoop, 22e
A. Burger.
Eereprijs, geschonken door de vereeni-
ging de Ruischvoorn, voor de meeste
stuks in de eerste ronde, werd gewonnen
door L. van Vliet. Eere-prija, geschonken
door C. van Wilgen voor de laatste visch,
werd gewonnen door J. van Vliet. Eere
prijs, geschonken door Gabaut, voor de
grootste viach, werd gawannen dóbr R.
den Haag.
Tot plaatsvervangende leden in Stem
district I zijn benoemd de heeren J. P.
den Ouden en S. Tom. In district II P.
H. Vleggeert en P. Hailing.
In de commissie van toezicht op
het lager onderwijs (vacature G. P. Vlag-
geert) is benoemd de hear P. H. Hofman.
Tot lid van de waterleidingoommis-
sie (vacature C P. Vleggeert) ie benoemd
de heer P. H. Vleggeert.
Do muztekverwn iging „Excelsior"
alhier, behaalde op het te Gouda gehou
den Concours in de le afdeelng een der
den prijs.
Bij den timmerman C. van D. alhier
zijn vanuit een schouw dea nachts 22
eendenkuikans vermist.
Als vischprijzen wordt alhier be
steed: Voor aal en paling van f 0,50
f 0,65 en voor zeelt tot f 0,30 de halve
K.G.
Door de postduivenvar een iging „De
Gevleugelde Bode” alhier, weed een wed
vlucht gehouden van Campiegne (Frank
rijk). Afstand 314 K.M. De uitslag was.
G. de Mik le en 2e prijs. G. Verkerk 3e
pr.; W. Bode 4», 7e en 8e pr.; A. van
den Berg 5e pr.; W. Looien de Jong 6e
pr.; C. de Vo» 9e pr. en J. Brand 10e pr
Meerkerk, 5 Juni. Bij matigen handel
waren de Ifaaeprijzen deze weex: le soort
export f 51-4 53, voor 2e soort kaas
f 47f 50, en voor «ware kaas tot f 57,50
da 50 K.G.
De landbouwer v. H. ward dezer
dagen door zijn anders makken stier
aangevallen. Het beest nam hem op zijn
horens en wierp hem tegen den grond.
Toen de stier voor de tweede maal op
hem afkwam, had -hij de tegenwoordig
heid van geest, het beest een gevoeligen
tap te geven, waarvoor het uitweek. Ge
lukkig kwam er spoedig hulp Opdagen
gebracht.
PÜn
We hebben den plicht om gelukkig te
zijn.
Hoe onwaarschijnlijk en
tig deze uitspraak ook
toch schuilt er dieper zin in, dan men
aanvankelijk zou vermoeden.
Zie de bloeiende hoornen in deze maand,
zijn ze niet gelukkig?
Hoor het jubelende vogelkoor, die me
rel en de vink, de lijster en (het sijsje,
en de tjilpende musch, zijn ze niet -ge
lukkig?
Helt beekje kabbelt zijn
zang en is gelukkig.
De rivier versnelt haar loop om der
wille van de vreugde.
Dit is de tijd o<n gelukkig te zijn, zoo
roept alles in de natuur ons tegen.
Wees gelukkig, terwijl het geluk zich
aanbiedt de tijd komt, dat wij slechts
de herinnering aan het geluk zullen heb
ben. V
Gelukkig zijn is hetzelfde als de bij
dóet: honig puren uit iedere bloem.
Het is hetzelfde wat de vogel doet,
die op het latje in de enge kooi heen en
weer wipt en toch denkt: de wtlreld ia
van mij.-
Het is hetzelfde als wat die kleine jon
gen doet, die zeepbellen blaast uit een
gore pijp en dan denkt, dat hij werel
den heeft geschapen.
1 Sohep u zalf zoo werelden van geluk.
•Honig puren uit iedere bloem, dat is:
de lichtkan-ben^opzoeken van iedere zaak.
Dan gaat ge u verblijden, zelfs over
de schaduwzijden van hét delven, want
die moeten dienen om de lichtkanten er-
schap. Ik verzoek het u. Noeh mij, noch
u wilde hij kwaad doen. Hij kwam mij
integendeel vragen, of gij niet rijk wilt
worden?”
„Rijk? En waartoe? Ik heb genoeg
aan mijn lief Italiaansch kleedje. Ik
weet wel, grootvader, dat u vele dingen
ontbreken I Kontje ik ze u geven, wat zou
ik gelukkig zijnl Alles zou ik voor u wil
len doen, indien ik maar steeds bij u
mag blijven.”
,.Fn wij toosten schalden, lievelingI”
Vastberaden trad Céletaine op Johan
toe.
ik mijn grootvader verlaten 1”
„Zelfs niet om uw vader te volgen?”
„Ik heb geen vader meer”, antwoordde
Célestine op ijskouden toon.
„Gij vergist u, mijn kind.”
„Waarom ia hij mij dan niet komen
ontrukken aan de -slechte behandelingen,
waaraan ik heb blootgestaan?”
„C>md&» hij te ver van u verwijderd
was
„Toch zoo ver ni^t als mijn goede
grootvader."
Johan greep de hand van het meisje,
maar door een 'haastige beweging ont
snapte zij hem en ging bescherming zoe
ken in de armen van den grijsaard.
„Hulpl Hulp!” kreet de kleine.
„Roept gij hulp in tegen uw
vroeg Johan, bleek van woede.
„Ja, ja, ik ken slechts mijn
grootvader.**
„Staar mij een» goed. aan",
JuUttll, W1«J13 gll|iana vuuv uugnu
zijne dochter vestigden. „Ik ben
plegen geen zelfmoord.”
„Dat komt inderdaad zeer zeldzaam
voor, maar toch, -de gevallen ontbreken
niet."
„Dan wenschte ik toch wal de noodi-
ge na-sporingen 'te doen plaats hebben,”
zegdo Johan,
„Gij kunt vandaag nog beginnen, mijn
heer."
Een uur later waren een tiental ar
beiders, door het hooge loon uitgelokt,
rewlis bezig met het ledigen van den wa-
takuü.
Het lijk werd niet gevonden.
„Dat dacht ik wel”, oppénde Johan
Met den laatsten trein kwam hij
Brussel terug en trof Larmon ia
nieuwe woning aan
„Wel?" vroeg 4e®e.
„Het kind ia weg”, antwoordde Johan.
„Alleen?”
ï,Ik weet het niet. Misschien
kleine wel opgelicht.’'
«3
Ik ben overtuigd, dat de arme wees
zeer ongelukkig was. Dagelijks moest
zij bovendien de kalkoenen hoeden en
hare kleine kameraadjes wisten maar al
te goed, hoe bang zij van deze dieren
was, die haar geen ^ogenblik rust lie
ten.
Op zekeren morgen verliet zij de (hoeve
mat hare kudde, doch zij keerde niet we
der- De dieren werden door een
vrouw naar huis gebracht.
Twee dagen later vond
klompen en
waterpoel.
„ledefeen dacht, dat de ongelukkige
daarin het leven gelaten had.”
„Maar dat géloof ik in ’-t geheel niet,”
bracht Johan ii\ t midden. „Kinderen
en werd het dier in zijn stal
Zoo liep dit ongeval met wal
schrik af.
-Het inschrijvingsregister voor de
lichting 1925, met het alphabetdsch
gister, ligt gedurende 10 dagen, van 11
tot» 20 Juni, as., voor een ieder ter ge-
meente-secretarie ter inzage.
Haastrecht, 5 Juni. Onze oud-ingezete-
na, de hear L. R. van den Broek, thans
wonende te Nieuwveen, slaagde voor het
kerkelijk voorbereidend examen.
Als onderwijzeres aan de 0. L. S.
alhier, is als nieuw benoemde in dienst
getreden mej. Lookhorst, van Rotterdam.
Gcudriaan, 5 Juni. Bij den heer J.
Middelkoop ia de» nacht» ongeveer al
het wasgoed van da bleek ontvreemd
bij den beer G. T., een molton deken, en
bij den heer H. van Houwwlingen een
vischfuik, De politie zoekt met speur
honden de omgeving af, maar tot heden
zónder resultaat.
De prijs der kaas bedroeg deze
week hier en de omgeving: le kw. f 50
tot f 52, 2e kw. f 45f 49. zware f 57.
Handel matig.
De prijs der varkens le soort 35 tot 38
ct., 2e soort 30 bot 34 cL, varkens voor
exporthandel 37 ct. Handel flauw.
Benoemd tot hoofd der Chr. School
E. de Graaf Jz., onderwijzer tie Gameren.
Capell» a.d. IJssel, 5 Juni. Woensdag
avond reed een chassis van een Ghevro-
letaulo, bestuurd door N. van Gog, aan
de Kerklaan in de sloot. De bestuurder
wist nog bijtijds eraf te springen. Na
veel moeite is het gelukt, den chassis
wedér op den weg te krijgen.
Zaterdag hield de Postduivenvcr-
eeniging „de Snelvlieger” een wedvlucht
Men moet de huid van den beer niet
vorkoopen, alvorens men hem geschoten
heeft. Dit spreekwoord zou wel eens in
herinnering -mogen worden gebracht aan
de hoeren; die au reeds gaan twisten
over mogelijk land in het..Noordpool-
gebied.
De Canadeesche minister van bin-
nenlandsohe zaken, Stewart, legde in het
Canadeesche Lagerhuis een verklaring
af, bid rekking hebbende op de Pool-ex-
peditie van McMillan en Amundsen.
Minister Stewart verklaarde, dat de
geheele archipel benoorden Canada tot
heeflieimaal aan de Pool, aan Canada toe
behoort/
Daartegen komt AMERIKA in ’t har
nas. Amerikaansch^ autoriteiten bewe
ren., dat een dergelijke aapspraak tot
dusver nóóit was gemaakt en dat de Ca-
nadeesebe rageering nooit over
kwestie in gedachtenwisseling was
treden met andere regeeringen
Het ligt in de bedoeling van de
expeditie van McMillan, welke wofdt
uitgezonden met steun van de Amari-
kaansche marine, om eventueel te ont-
Pry« der Ad verten ti inVen 1 tot 6 regels 1.80; elke i
By 8 maal plaatsing wordt de 3e plaatsing tegen 0.10 per regel
advertentiön tusachen den tekst waarby de kolommen breeder s\jn, woi
voudige prijs berekend. Voor meer plaatsingeu, groot aantal regels
vrage men tarief.
hamam
Jotian, wians gdpslerende oogen tdch op
„*v ZZI uw va-
d-r. D'e wc enendo grijsaard daar «al het
n‘et loochenen Begrijpt ge dat nu?..
Ik heb allo recht op mijn kind. Men dwln-
ge mij niet het met geweld op te vorde
ren”
„Grootvader heeft mij het leven gered
Ik blijf bij heml Nooit «ai Ik hem ver
laten!"
„Blijf dan bij h®nl” riep Johan woe-
van Noyon, afstand 280 K.M. De pnjaen
werden als volgt behaald: le en 5e J.
Verhoef, 2e A. Vermeulen, Be, en 13e A.
Heuvelman. 4e W. v. d. Zijde, 6e P.
Koolmees, 7-e, 8e, 10e en 16e H. Broers,
9e, 12e, 18t en 2e overduif J. Maat, He
A van Wijk, 14e W. Offerman, 15e A.
T-’Houw, 17e Gebr. v, d. Heerik, le over-
Ti f 1 Looye. De eerste duif werd om
S' uur (T min. 52 sec., de laatste om.2 uur
2’’ ram 40 sec. geconstateerd.
Nleuwerkerk a d. IJssel, 5 Juni. De
heer M. den Hollander is iheriroaren aJ»
lid van den Zuid-HoUandsohan Bond van
V eehandelaren.
Tot afgevaardigde der afdieeling
Zuid-Holland voor de 9e jaarvergadering
van den Nod. Bond van Veehandelaren,
die op 17 en 18 Juni m. te Groningen
zal geouden worden, ia benoemd de heer
M. -Molenaar.
De gemeenteraad heeft den veronendg
vuldigingsfraotor der plaatielijke inkom
stenbelasting van het dienstjaar 1925-
1926, vastgesteld op één. Het vorige
bedroeg deze factor nog drie,
gemeentelijke belasting aan-
en beminnelijkheid. Laat mij hei begon
nen werk voltooien, later zal zij dan aan
haar vader worden weer geschonken.
„Als die dan nog niet van ellende-op
den hoek kiener straat is omgekomen.”
„Johan, Célestine blijft bij mij,’
„Ik ben hierheen gekomen, om haar te
halen en zij gaat met mij mee.”
wHeden avond?”
„Ja, heden avond nog.”
„Hebt ge uw vader nog niet genoeg
doen lijden?”
„Verzet u niet tegen mijn belangen. Ik
wil geld, veel geld hebben.”
„Welaan, blijf dan hardnekkig bij uw
gedachte, doch mijn verstand zult gij zoo
gemakkelijk niet breken.... Johan, gij
zult uwe doohter niet hebben, gij «ijt
onwaandig dit lieve kind op te voeden.”
Het rood der schaamte steqg naar het
voorhoofd van den ellendige.
„Ik wil en zal I
ter hebbenl”
„Johan, denk aan hetgeen ik u
zegd heb.”
„Ik voer haar mede, er i» geen verzet
denkbaar.”
„Zoo alle goedheid uit uw hart ver
dwenen is, wees dan toch rechtvaardig.
Vraag wat Célestine er van denkt, 't Zou
mij vedl aangenamer geweest zijn, indien
rij u zelfs niet gezien had, doch zoo gij
het oisoht, zal ik haar gaan roepen. Gij
zult haar voorstellen u te volgen; voor
hare oogen kunt gij dan rijkdommen,
sieraden en al wat het geld bieden kan,
doen schitteren. Zij m-1 beslis^n, doch
die beslissing moet geëerbiedigd worden."
„De beslissing kent gij vooruit.”
„,En ligt daar niet de -veroordeeling
uwer handelwijze?”
„Célestine kent u sléchts. De kansen
«taan niet gelijk. Ze» maanden geleden
zijt gij haar te B. gaan halen. Na veri
loop van een jaar kunt gij bij komen om
haar voor te stellen weder met u mede
te gaan. Dan zal zij in staat «ijn een ver-
galijking tuasohen ons beiden te maken.”
men hare
haar schort bij een diepen
van das te voortreffelijker uit te
komen.
Plicht tot -geluk het klinkt zoo
vreemd en het is -toch zoo eenvoudig.
Want wanneer ieder zich 'toelegde op
de vervulling van dien plioht, en zich
voornam om eiken dag blijmoedig te zijn,
dan kwam het zoover, dat overall rust
en geluk heersohten.
Als we ied-eren dag de tol der blijmoe
digheid betalen, aan het giroote kantoor,
dat Leven heet, dan was er minder wrij
ving en meer eensgezindheid.
Dan leefde het mensehdom beter.
Och waren alle menschen wijs En
deden -daarbij wel Dan was deez’ aard
een paradijs Nu is zij vaak eap hel.
Deze spreuk van Camphuijsen houdt
«oovsel in.
Dat de aarde vaak een hel is,
omdat de plicht tot geluk, tie c
verzuimd wordt
Wanneer dit niet gebeurde, dan kwam
alles terecht.
Dan was de aarde een -groots -hof, waar
in de menschen vroolijk speelden.
We kunnen ei kander zooveetl vreugde
aandoen, door vriendelijk te «ijn en opge
wekt, blijmoedig en tevreden.
Ja, ook tevredenheid behoort tot dien
plioht om gelukkig te zijn.
Zie niet op hetgeen meerder is, doch
sla acht op wat minder is, «n gij zijt
tevreden.
Een tevreden mensch is gelukkig.
En een gelukkig mensch is blijmoedig
En een blijmoedig mensch kan de we
reld voor zich innemen.
Wij hebben den plicht om gelukkig' te
zijn.
Laten we -leeren dien plicht zoo te be
oefenen, dat de blijmoedigheid het deel
onzes levens wordt.
i
1 opgextomeu
•n Bont h.b. I
ijk in beh»u-
1 al,e middeku
tegen den dood
bewutloloozon
n. Do heer Ad.
brandwonden
«i oogenb k bij
maar spoedig
onboVan^e oor-
brand u
el Hoogewcrf.
gedee ew^ar-
’1 18 gevestigd
der Jagt, en
gedeelte be-
familie K elin.
snel om zich
Ie aangrenzen
eer J A. van
de perceelen
I- Een kind/
welke re ds
met moe te ge
r gelegen per-
bewoond
sbergen, heeft
van de hitte
in enkele an.
gelegon per-
geapronven.
i HlHe^om en
1 blusschlnga-
„Zij bemint u niet”, sprak Karei, „zij
zal het gelaat afwenden van den mau,
die rich slechts met een verlegen hart
haar vader zal durven noemen. Zij kent
niemand dan mij, de lieve Célestine, en
hare vroegere smarten en beproevingen
hebben haar leader hart nog mqpr en
moer tot dankbaarheid en liefde ge
stemd.’
„Ik zal haar de grootste teederheid
to- nun
„Geen woord meer!” hdmam de grijs
aard. „Ik héb neen gezegd en mijn neen
blijft neen.”
„En mijn geduld is uitgeput”, riep Jo
han uit. „Ik wil mijn kind hebben, ik
moet het hebben. Ik ben onwaardig, zegt
gij, haar te bezitten en op te voeden. Wel
aan, willen wij dan rechters kiezen, om
in deze zaak te beslissen.
„Johan! Johani” riep de oude man uit
mét beide handen voor de oogen.
De kreet des -grijsaard was zoo droe
vig en zoo doordringend, dat Célestine,
die reeds verwonderd was haar groot
vader zoo'n langdurig gesprek met diep
vreemdeling te zien voeren, meende, dal
grootvader iets mocht overkomén zijn.
Eensklaps -trad zij binnen, wierp zich
aan den -hals van den ouden man en
vroeg vol ang»t:
„Wat schoeit u, grootvader? Wait is'er?
En zich dan tot Johan wendend, sprak
zij met een van verontwaardiging tril
lende stem:
„Mijnheer, zijt gij de oorzaak van mijn
grootvaders verdriet? Den ganschen dag
is hij vroolijk en opgewekt gewxAwt en
nu Gij zyt een boos mensch, mijnheer."
Karei Fransen nam het kind in de
armen en fluisterde de kleine in het oor.
„Zwijg, Meve, zwijg!”
„Neen, grootvader, ik zal niet zwijgen.
Men moet oen heel boosaardig hart heb
ben om Iemand te bedroeven, die zoo
braaf is en zoo goed als gij zijt.”
„Luister naar dien heer, mijn liefste
kind. Bezie hem een» goed zonder gram-
De oude Fransen had verbaasd opge-
xien, toen zijn zoon binnen was gekomen.
Johan had het spoor van den ouden man
gevonden en vroeg hem of hij zijn doch
ter mee kon nemen.
„Ik wil u niet geheel en al van mijn
dochter scheiden,” zei Johan.
„Zoo zij het wensoht, kan zij u telken da
ge komen bezoeken. Doch ik wil, dat Jan
Bondel haar bij mij thuis vinde, dat hij
zich aan haar hechte en mij uit liefde
tot haar een welstand bezorge, die mij
toastaat zonder kommer te leven.”
„Juist, omdat ik'die levenswijze ken,
zal ik u dien engel niet afstaan. Met
wel volk gaat gij -om? Welke makkers
staan in uwe uitspattingen aan uwe rij»
de? Wie zou over ddt zoo beminnelijk en
lief schepseltje waken?.N-een, gij zijt
niet waardig, dat ik u de kleine toever-
trouw. Ik durf niet! Ik wil niet!”
„Ik zal -een gouvernante voor, haar
nomen en beloof u, dat haar nooit eenig
kwaad zal wedervaren.”
„Zij mag zelfs het kwaad niét kunnen
vermoeden.”
„Ik zal maatregelen nemen, die haar
tegen alles zullen beveiligen.”
„Dait kunt gij niet!”
„Ik beloof het u nog eensBegrijp
dan toch, hoe wanhopend mijn toestand
is.”
„Werk,”
„Ik kan niet meer werken! Ik
niet meer werken!”
„En waarom zoudt gij ons voorbeeld
niet volgen? Wij leven van de opbrengst
van onzen arbeid Ik -Qnderricht -haar,
zij bemint mij. Het lieve kind is even
beminnelijk en deugdzaam als hare goe
de moeder.”
„Luister Johan Gij zijt foor schuldig
geweest, zoo schuldig, dat ar widllicht
geen vader zou te vinden zijn om u ver
giffenis te -schenken. Doch zoo gij Cé-
lestine bij wij laa,t, zal Ik u alles ver
geven. Met haar begin ik -thans een
nieuw loven, z'j is wn wig van liefde
dekken land tot Amarikaansch gebied
te verklaren.
Is hol, wonder, dat men flauwtjes glim
lacht bij het vernemen van zulk een twist
en zjoh af vraagt of de regeeringen nog
niet genoeg land hebben om twist en
verdeeldheid te kunnen zaaien. Want dit
doen ze: de <Jene regeering tegen de an
dere en het eene volk tegen de andere na
tte. Ondanks -de schoóne woorden van
den Amorikaansahe paesident Coolidge.
Die hield een rede, wfarin hij zeide,
zich verantwoordelijk ie gevoelen niet
alleen voor de nationale verdediging,
mar ook voor de vredelievende betrekkin
gen, met andere volkeren. De Amerika
nen zouden volgens den president niet
gaarne zien, dat hun eerlijke motieven
en vredelievende gezindheid in twijfel
worden getrokken en anderen kunnen ze
ook niet anders waarde eren. Hij ver
klaarde, dat, ofschoon er ongetwijfeld
kwaad genoog in de wereld is, nog steeds
een van de sterkste eigenschappen van
alle volken in het verlangen om recht
vaardig te handelen en de jonge zee-of-
ficieren zouden, zoo besloot Coolidge, goed
doen, indien zij in overeenstemming met
dit beginsel hun leven inrichten.
Och ja, wij gelooven ook wel aan dezen
kant van den Oceaan, dat de Amerikanen
vredelievend en eerlijk zijn, zoolang het
hun geen -geld kost. Maar als het geld
in het laadje brengt, dan laten ze ijskoud
de Europeeeche volkeren elkander vér-
moorden en vervaardigen zij er ammu
nitie voor. Dat hebben we in den we
reldoorlog geai-en.
DUITSCHLAND zal er aan moeten
gelooven, wat de ontwapening betreft,
Gisterenmiddag hebben de -gezanten van 1
Engeland, Frankrijk, Italië, Japan en
België den rijkskanselier de gezamenlij
ke nota overhandigd, waarin hun regie
ringen de rijksrageering de maatregelen
moodeelen, waarvan zij de ontruiming
der Keulsche xctne afhankelijk stellen.
De Engelsche gezant verklaarde bij de
overhandiging: In verband met dé nota’s
van 15 en 26 Jan. heb ik de eer ook na
mens mijn collega’s u gemeenschap
pelijke nota van onze regeeringen te over
handigen. die de voorwaarden voor de
ontruiming der Keulsche zone bevat.
De rijkskanselier -aanvaardde de nota
en herinnerde er aan, dat de rijksregee-
ring zoowel bij d» beantwoording der
nota’p van 15 en 26 Jan. als bij andere
gelegenheden herb aal dol ijk haar stand
punt inzake de ontruiming der noorde
lijke Rijnland-zone heeft -uiteengezet. Hij
gaf verder te kennen, dat de rijksrdgee-
ring onverwijld de thans overhandigde
nota zal nagaan om dan een beslissing
over verdere maatregelen te nemen.
De nota en het antwoord erop zullen
Zaterdagochtend bekend worden ge
maakt.
Bergambacht, 4 Juni. Als een bijzon
derheid kan worden gemeld, dat de vo
rige week in deze gemeente 8 paren in
ondertrouw waren.
is de
van