Officieele Kennisgeving. NIEUWSBLAD VOOR ZUID HOLLAND EN UTRECHT. Vrijdag 5 Juni 1925 57* Jaargang Plicht tot geluk. Buitenlandsch Qverzicht. FEUILLETON. Dit nummer bestaat uit DRIE BLADEN. EERSTE BLAD. 51 A No. 4976 Kodelooze Inenting en Herinenting Zwaar beproefde harten. Plaatselijk Nieuws. Telefoon 20. doen Wethouders en i murmelende nooit a.s. oude Ik moet mijn dooh- ge- vader?" wil goeden trof I.ermou r0 Ct. S. W. N. VAN NOOTEN, SCHOONHOVEN. Uitgever». Postch. en Girodienst 18768. uit- i in komt dikwerf deze ge le de Ct erma LKÏEEP .0 Ct. 45 Ct 7'de Jong, Go ii na, igstr. 652 B, orlnchem, e Pelikaan, rrkMrsM 22, erdam MOOIDOVM tOÜRAKT n««s4:onmnt woMt de, MaandafA de, an du Vrijdagmiddagi i _„ven Frii» voor Schoonhoven per S maanden f 125, franco per po«t ttriand f 1,60 Over hel ebonnement wordt in de eerste maand beschikt. Men kan’ «ich abonneeren by onse Agenten, Boekhandelaren en Kantoor houders. - Gemeente Bergambacht. o— BURGEMEESTER en Van Bergambacht, maken bekend, dat op Woensdag 10 Juni a.s., des namiddags 2 uur, de gelegenheid zal zijn opengesteld tot hen, die zich daartoe ten Raadhuize aanmelden. Bergambacht, 3 Juni 1925. De Burgemeester, J. A. A. U1LKENS. De Secretaris, W. SCHIPPERS. vraemdsoor- moge klinken, regel meer f 0.20 >1 berekend. Voor >rdt de drie ën condities n de buurf- drle boeren keten vnn Hol- der He 8 de brand i M’en wind worden. Van- ïfbrand. dienstjaar zoodat de merkelijk ia verlaagd. Evenals verleden jaar da het vee van verschillende veehouder* wederom door mond» en klauwzeer aangetast. (n September of October «al la deze gemeente een moedercursu» gehou den worden. Degenen, die aan deze cur sus willen deelnemen, kunnen zich thans reeds aanmelden bij den voorzitter of den secretaris van Ht Groene Kruis. Gouderak, 15 Juni. Maandag 1 Juni hield de H engel aar» vereen iging de Huischvoorn haar halfjaarlijkeoh kes-con cours in de wateren onder Stolwijk, on der leiding van den hoofdcontroleur F. van Vliet en J. KooL De prijzen weerden behaald als volgt: le J. van Vliet, 2e L. van Vliet, 3e N. Wiezer, 4é H. J. Sohol- ten, 5e pr. A. Terlouw, 6e pr. A. Both, 7e pr. J. Schollen, Be pr. W. Loender- aloot, 9e J. de Pater, 10e D. Koppeci- draaier, 11e pr. F. Snateiwe, 12e pr. P. van den Berg, 13e pr. P. Burger, 14e pr. G Stuit, 15e pr. W. Houtman, 16e pr. T. Stoppelenburg, zeventiende prijs R. den Haag, 18e F. Donk, 19e H. Burger, 20e J. de Bruijn, 21e J. Honkoop, 22e A. Burger. Eereprijs, geschonken door de vereeni- ging de Ruischvoorn, voor de meeste stuks in de eerste ronde, werd gewonnen door L. van Vliet. Eere-prija, geschonken door C. van Wilgen voor de laatste visch, werd gewonnen door J. van Vliet. Eere prijs, geschonken door Gabaut, voor de grootste viach, werd gawannen dóbr R. den Haag. Tot plaatsvervangende leden in Stem district I zijn benoemd de heeren J. P. den Ouden en S. Tom. In district II P. H. Vleggeert en P. Hailing. In de commissie van toezicht op het lager onderwijs (vacature G. P. Vlag- geert) is benoemd de hear P. H. Hofman. Tot lid van de waterleidingoommis- sie (vacature C P. Vleggeert) ie benoemd de heer P. H. Vleggeert. Do muztekverwn iging „Excelsior" alhier, behaalde op het te Gouda gehou den Concours in de le afdeelng een der den prijs. Bij den timmerman C. van D. alhier zijn vanuit een schouw dea nachts 22 eendenkuikans vermist. Als vischprijzen wordt alhier be steed: Voor aal en paling van f 0,50 f 0,65 en voor zeelt tot f 0,30 de halve K.G. Door de postduivenvar een iging „De Gevleugelde Bode” alhier, weed een wed vlucht gehouden van Campiegne (Frank rijk). Afstand 314 K.M. De uitslag was. G. de Mik le en 2e prijs. G. Verkerk 3e pr.; W. Bode 4», 7e en 8e pr.; A. van den Berg 5e pr.; W. Looien de Jong 6e pr.; C. de Vo» 9e pr. en J. Brand 10e pr Meerkerk, 5 Juni. Bij matigen handel waren de Ifaaeprijzen deze weex: le soort export f 51-4 53, voor 2e soort kaas f 47f 50, en voor «ware kaas tot f 57,50 da 50 K.G. De landbouwer v. H. ward dezer dagen door zijn anders makken stier aangevallen. Het beest nam hem op zijn horens en wierp hem tegen den grond. Toen de stier voor de tweede maal op hem afkwam, had -hij de tegenwoordig heid van geest, het beest een gevoeligen tap te geven, waarvoor het uitweek. Ge lukkig kwam er spoedig hulp Opdagen gebracht. PÜn We hebben den plicht om gelukkig te zijn. Hoe onwaarschijnlijk en tig deze uitspraak ook toch schuilt er dieper zin in, dan men aanvankelijk zou vermoeden. Zie de bloeiende hoornen in deze maand, zijn ze niet gelukkig? Hoor het jubelende vogelkoor, die me rel en de vink, de lijster en (het sijsje, en de tjilpende musch, zijn ze niet -ge lukkig? Helt beekje kabbelt zijn zang en is gelukkig. De rivier versnelt haar loop om der wille van de vreugde. Dit is de tijd o<n gelukkig te zijn, zoo roept alles in de natuur ons tegen. Wees gelukkig, terwijl het geluk zich aanbiedt de tijd komt, dat wij slechts de herinnering aan het geluk zullen heb ben. V Gelukkig zijn is hetzelfde als de bij dóet: honig puren uit iedere bloem. Het is hetzelfde wat de vogel doet, die op het latje in de enge kooi heen en weer wipt en toch denkt: de wtlreld ia van mij.- Het is hetzelfde als wat die kleine jon gen doet, die zeepbellen blaast uit een gore pijp en dan denkt, dat hij werel den heeft geschapen. 1 Sohep u zalf zoo werelden van geluk. •Honig puren uit iedere bloem, dat is: de lichtkan-ben^opzoeken van iedere zaak. Dan gaat ge u verblijden, zelfs over de schaduwzijden van hét delven, want die moeten dienen om de lichtkanten er- schap. Ik verzoek het u. Noeh mij, noch u wilde hij kwaad doen. Hij kwam mij integendeel vragen, of gij niet rijk wilt worden?” „Rijk? En waartoe? Ik heb genoeg aan mijn lief Italiaansch kleedje. Ik weet wel, grootvader, dat u vele dingen ontbreken I Kontje ik ze u geven, wat zou ik gelukkig zijnl Alles zou ik voor u wil len doen, indien ik maar steeds bij u mag blijven.” ,.Fn wij toosten schalden, lievelingI” Vastberaden trad Céletaine op Johan toe. ik mijn grootvader verlaten 1” „Zelfs niet om uw vader te volgen?” „Ik heb geen vader meer”, antwoordde Célestine op ijskouden toon. „Gij vergist u, mijn kind.” „Waarom ia hij mij dan niet komen ontrukken aan de -slechte behandelingen, waaraan ik heb blootgestaan?” „C>md&» hij te ver van u verwijderd was „Toch zoo ver ni^t als mijn goede grootvader." Johan greep de hand van het meisje, maar door een 'haastige beweging ont snapte zij hem en ging bescherming zoe ken in de armen van den grijsaard. „Hulpl Hulp!” kreet de kleine. „Roept gij hulp in tegen uw vroeg Johan, bleek van woede. „Ja, ja, ik ken slechts mijn grootvader.** „Staar mij een» goed. aan", JuUttll, W1«J13 gll|iana vuuv uugnu zijne dochter vestigden. „Ik ben plegen geen zelfmoord.” „Dat komt inderdaad zeer zeldzaam voor, maar toch, -de gevallen ontbreken niet." „Dan wenschte ik toch wal de noodi- ge na-sporingen 'te doen plaats hebben,” zegdo Johan, „Gij kunt vandaag nog beginnen, mijn heer." Een uur later waren een tiental ar beiders, door het hooge loon uitgelokt, rewlis bezig met het ledigen van den wa- takuü. Het lijk werd niet gevonden. „Dat dacht ik wel”, oppénde Johan Met den laatsten trein kwam hij Brussel terug en trof Larmon ia nieuwe woning aan „Wel?" vroeg 4e®e. „Het kind ia weg”, antwoordde Johan. „Alleen?” ï,Ik weet het niet. Misschien kleine wel opgelicht.’' «3 Ik ben overtuigd, dat de arme wees zeer ongelukkig was. Dagelijks moest zij bovendien de kalkoenen hoeden en hare kleine kameraadjes wisten maar al te goed, hoe bang zij van deze dieren was, die haar geen ^ogenblik rust lie ten. Op zekeren morgen verliet zij de (hoeve mat hare kudde, doch zij keerde niet we der- De dieren werden door een vrouw naar huis gebracht. Twee dagen later vond klompen en waterpoel. „ledefeen dacht, dat de ongelukkige daarin het leven gelaten had.” „Maar dat géloof ik in ’-t geheel niet,” bracht Johan ii\ t midden. „Kinderen en werd het dier in zijn stal Zoo liep dit ongeval met wal schrik af. -Het inschrijvingsregister voor de lichting 1925, met het alphabetdsch gister, ligt gedurende 10 dagen, van 11 tot» 20 Juni, as., voor een ieder ter ge- meente-secretarie ter inzage. Haastrecht, 5 Juni. Onze oud-ingezete- na, de hear L. R. van den Broek, thans wonende te Nieuwveen, slaagde voor het kerkelijk voorbereidend examen. Als onderwijzeres aan de 0. L. S. alhier, is als nieuw benoemde in dienst getreden mej. Lookhorst, van Rotterdam. Gcudriaan, 5 Juni. Bij den heer J. Middelkoop ia de» nacht» ongeveer al het wasgoed van da bleek ontvreemd bij den beer G. T., een molton deken, en bij den heer H. van Houwwlingen een vischfuik, De politie zoekt met speur honden de omgeving af, maar tot heden zónder resultaat. De prijs der kaas bedroeg deze week hier en de omgeving: le kw. f 50 tot f 52, 2e kw. f 45f 49. zware f 57. Handel matig. De prijs der varkens le soort 35 tot 38 ct., 2e soort 30 bot 34 cL, varkens voor exporthandel 37 ct. Handel flauw. Benoemd tot hoofd der Chr. School E. de Graaf Jz., onderwijzer tie Gameren. Capell» a.d. IJssel, 5 Juni. Woensdag avond reed een chassis van een Ghevro- letaulo, bestuurd door N. van Gog, aan de Kerklaan in de sloot. De bestuurder wist nog bijtijds eraf te springen. Na veel moeite is het gelukt, den chassis wedér op den weg te krijgen. Zaterdag hield de Postduivenvcr- eeniging „de Snelvlieger” een wedvlucht Men moet de huid van den beer niet vorkoopen, alvorens men hem geschoten heeft. Dit spreekwoord zou wel eens in herinnering -mogen worden gebracht aan de hoeren; die au reeds gaan twisten over mogelijk land in het..Noordpool- gebied. De Canadeesche minister van bin- nenlandsohe zaken, Stewart, legde in het Canadeesche Lagerhuis een verklaring af, bid rekking hebbende op de Pool-ex- peditie van McMillan en Amundsen. Minister Stewart verklaarde, dat de geheele archipel benoorden Canada tot heeflieimaal aan de Pool, aan Canada toe behoort/ Daartegen komt AMERIKA in ’t har nas. Amerikaansch^ autoriteiten bewe ren., dat een dergelijke aapspraak tot dusver nóóit was gemaakt en dat de Ca- nadeesebe rageering nooit over kwestie in gedachtenwisseling was treden met andere regeeringen Het ligt in de bedoeling van de expeditie van McMillan, welke wofdt uitgezonden met steun van de Amari- kaansche marine, om eventueel te ont- Pry« der Ad verten ti inVen 1 tot 6 regels 1.80; elke i By 8 maal plaatsing wordt de 3e plaatsing tegen 0.10 per regel advertentiön tusachen den tekst waarby de kolommen breeder s\jn, woi voudige prijs berekend. Voor meer plaatsingeu, groot aantal regels vrage men tarief. hamam Jotian, wians gdpslerende oogen tdch op „*v ZZI uw va- d-r. D'e wc enendo grijsaard daar «al het n‘et loochenen Begrijpt ge dat nu?.. Ik heb allo recht op mijn kind. Men dwln- ge mij niet het met geweld op te vorde ren” „Grootvader heeft mij het leven gered Ik blijf bij heml Nooit «ai Ik hem ver laten!" „Blijf dan bij h®nl” riep Johan woe- van Noyon, afstand 280 K.M. De pnjaen werden als volgt behaald: le en 5e J. Verhoef, 2e A. Vermeulen, Be, en 13e A. Heuvelman. 4e W. v. d. Zijde, 6e P. Koolmees, 7-e, 8e, 10e en 16e H. Broers, 9e, 12e, 18t en 2e overduif J. Maat, He A van Wijk, 14e W. Offerman, 15e A. T-’Houw, 17e Gebr. v, d. Heerik, le over- Ti f 1 Looye. De eerste duif werd om S' uur (T min. 52 sec., de laatste om.2 uur 2’’ ram 40 sec. geconstateerd. Nleuwerkerk a d. IJssel, 5 Juni. De heer M. den Hollander is iheriroaren aJ» lid van den Zuid-HoUandsohan Bond van V eehandelaren. Tot afgevaardigde der afdieeling Zuid-Holland voor de 9e jaarvergadering van den Nod. Bond van Veehandelaren, die op 17 en 18 Juni m. te Groningen zal geouden worden, ia benoemd de heer M. -Molenaar. De gemeenteraad heeft den veronendg vuldigingsfraotor der plaatielijke inkom stenbelasting van het dienstjaar 1925- 1926, vastgesteld op één. Het vorige bedroeg deze factor nog drie, gemeentelijke belasting aan- en beminnelijkheid. Laat mij hei begon nen werk voltooien, later zal zij dan aan haar vader worden weer geschonken. „Als die dan nog niet van ellende-op den hoek kiener straat is omgekomen.” „Johan, Célestine blijft bij mij,’ „Ik ben hierheen gekomen, om haar te halen en zij gaat met mij mee.” wHeden avond?” „Ja, heden avond nog.” „Hebt ge uw vader nog niet genoeg doen lijden?” „Verzet u niet tegen mijn belangen. Ik wil geld, veel geld hebben.” „Welaan, blijf dan hardnekkig bij uw gedachte, doch mijn verstand zult gij zoo gemakkelijk niet breken.... Johan, gij zult uwe doohter niet hebben, gij «ijt onwaandig dit lieve kind op te voeden.” Het rood der schaamte steqg naar het voorhoofd van den ellendige. „Ik wil en zal I ter hebbenl” „Johan, denk aan hetgeen ik u zegd heb.” „Ik voer haar mede, er i» geen verzet denkbaar.” „Zoo alle goedheid uit uw hart ver dwenen is, wees dan toch rechtvaardig. Vraag wat Célestine er van denkt, 't Zou mij vedl aangenamer geweest zijn, indien rij u zelfs niet gezien had, doch zoo gij het oisoht, zal ik haar gaan roepen. Gij zult haar voorstellen u te volgen; voor hare oogen kunt gij dan rijkdommen, sieraden en al wat het geld bieden kan, doen schitteren. Zij m-1 beslis^n, doch die beslissing moet geëerbiedigd worden." „De beslissing kent gij vooruit.” „,En ligt daar niet de -veroordeeling uwer handelwijze?” „Célestine kent u sléchts. De kansen «taan niet gelijk. Ze» maanden geleden zijt gij haar te B. gaan halen. Na veri loop van een jaar kunt gij bij komen om haar voor te stellen weder met u mede te gaan. Dan zal zij in staat «ijn een ver- galijking tuasohen ons beiden te maken.” men hare haar schort bij een diepen van das te voortreffelijker uit te komen. Plicht tot -geluk het klinkt zoo vreemd en het is -toch zoo eenvoudig. Want wanneer ieder zich 'toelegde op de vervulling van dien plioht, en zich voornam om eiken dag blijmoedig te zijn, dan kwam het zoover, dat overall rust en geluk heersohten. Als we ied-eren dag de tol der blijmoe digheid betalen, aan het giroote kantoor, dat Leven heet, dan was er minder wrij ving en meer eensgezindheid. Dan leefde het mensehdom beter. Och waren alle menschen wijs En deden -daarbij wel Dan was deez’ aard een paradijs Nu is zij vaak eap hel. Deze spreuk van Camphuijsen houdt «oovsel in. Dat de aarde vaak een hel is, omdat de plicht tot geluk, tie c verzuimd wordt Wanneer dit niet gebeurde, dan kwam alles terecht. Dan was de aarde een -groots -hof, waar in de menschen vroolijk speelden. We kunnen ei kander zooveetl vreugde aandoen, door vriendelijk te «ijn en opge wekt, blijmoedig en tevreden. Ja, ook tevredenheid behoort tot dien plioht om gelukkig te zijn. Zie niet op hetgeen meerder is, doch sla acht op wat minder is, «n gij zijt tevreden. Een tevreden mensch is gelukkig. En een gelukkig mensch is blijmoedig En een blijmoedig mensch kan de we reld voor zich innemen. Wij hebben den plicht om gelukkig' te zijn. Laten we -leeren dien plicht zoo te be oefenen, dat de blijmoedigheid het deel onzes levens wordt. i 1 opgextomeu •n Bont h.b. I ijk in beh»u- 1 al,e middeku tegen den dood bewutloloozon n. Do heer Ad. brandwonden «i oogenb k bij maar spoedig onboVan^e oor- brand u el Hoogewcrf. gedee ew^ar- ’1 18 gevestigd der Jagt, en gedeelte be- familie K elin. snel om zich Ie aangrenzen eer J A. van de perceelen I- Een kind/ welke re ds met moe te ge r gelegen per- bewoond sbergen, heeft van de hitte in enkele an. gelegon per- geapronven. i HlHe^om en 1 blusschlnga- „Zij bemint u niet”, sprak Karei, „zij zal het gelaat afwenden van den mau, die rich slechts met een verlegen hart haar vader zal durven noemen. Zij kent niemand dan mij, de lieve Célestine, en hare vroegere smarten en beproevingen hebben haar leader hart nog mqpr en moer tot dankbaarheid en liefde ge stemd.’ „Ik zal haar de grootste teederheid to- nun „Geen woord meer!” hdmam de grijs aard. „Ik héb neen gezegd en mijn neen blijft neen.” „En mijn geduld is uitgeput”, riep Jo han uit. „Ik wil mijn kind hebben, ik moet het hebben. Ik ben onwaardig, zegt gij, haar te bezitten en op te voeden. Wel aan, willen wij dan rechters kiezen, om in deze zaak te beslissen. „Johan! Johani” riep de oude man uit mét beide handen voor de oogen. De kreet des -grijsaard was zoo droe vig en zoo doordringend, dat Célestine, die reeds verwonderd was haar groot vader zoo'n langdurig gesprek met diep vreemdeling te zien voeren, meende, dal grootvader iets mocht overkomén zijn. Eensklaps -trad zij binnen, wierp zich aan den -hals van den ouden man en vroeg vol ang»t: „Wat schoeit u, grootvader? Wait is'er? En zich dan tot Johan wendend, sprak zij met een van verontwaardiging tril lende stem: „Mijnheer, zijt gij de oorzaak van mijn grootvaders verdriet? Den ganschen dag is hij vroolijk en opgewekt gewxAwt en nu Gij zyt een boos mensch, mijnheer." Karei Fransen nam het kind in de armen en fluisterde de kleine in het oor. „Zwijg, Meve, zwijg!” „Neen, grootvader, ik zal niet zwijgen. Men moet oen heel boosaardig hart heb ben om Iemand te bedroeven, die zoo braaf is en zoo goed als gij zijt.” „Luister naar dien heer, mijn liefste kind. Bezie hem een» goed zonder gram- De oude Fransen had verbaasd opge- xien, toen zijn zoon binnen was gekomen. Johan had het spoor van den ouden man gevonden en vroeg hem of hij zijn doch ter mee kon nemen. „Ik wil u niet geheel en al van mijn dochter scheiden,” zei Johan. „Zoo zij het wensoht, kan zij u telken da ge komen bezoeken. Doch ik wil, dat Jan Bondel haar bij mij thuis vinde, dat hij zich aan haar hechte en mij uit liefde tot haar een welstand bezorge, die mij toastaat zonder kommer te leven.” „Juist, omdat ik'die levenswijze ken, zal ik u dien engel niet afstaan. Met wel volk gaat gij -om? Welke makkers staan in uwe uitspattingen aan uwe rij» de? Wie zou over ddt zoo beminnelijk en lief schepseltje waken?.N-een, gij zijt niet waardig, dat ik u de kleine toever- trouw. Ik durf niet! Ik wil niet!” „Ik zal -een gouvernante voor, haar nomen en beloof u, dat haar nooit eenig kwaad zal wedervaren.” „Zij mag zelfs het kwaad niét kunnen vermoeden.” „Ik zal maatregelen nemen, die haar tegen alles zullen beveiligen.” „Dait kunt gij niet!” „Ik beloof het u nog eensBegrijp dan toch, hoe wanhopend mijn toestand is.” „Werk,” „Ik kan niet meer werken! Ik niet meer werken!” „En waarom zoudt gij ons voorbeeld niet volgen? Wij leven van de opbrengst van onzen arbeid Ik -Qnderricht -haar, zij bemint mij. Het lieve kind is even beminnelijk en deugdzaam als hare goe de moeder.” „Luister Johan Gij zijt foor schuldig geweest, zoo schuldig, dat ar widllicht geen vader zou te vinden zijn om u ver giffenis te -schenken. Doch zoo gij Cé- lestine bij wij laa,t, zal Ik u alles ver geven. Met haar begin ik -thans een nieuw loven, z'j is wn wig van liefde dekken land tot Amarikaansch gebied te verklaren. Is hol, wonder, dat men flauwtjes glim lacht bij het vernemen van zulk een twist en zjoh af vraagt of de regeeringen nog niet genoeg land hebben om twist en verdeeldheid te kunnen zaaien. Want dit doen ze: de <Jene regeering tegen de an dere en het eene volk tegen de andere na tte. Ondanks -de schoóne woorden van den Amorikaansahe paesident Coolidge. Die hield een rede, wfarin hij zeide, zich verantwoordelijk ie gevoelen niet alleen voor de nationale verdediging, mar ook voor de vredelievende betrekkin gen, met andere volkeren. De Amerika nen zouden volgens den president niet gaarne zien, dat hun eerlijke motieven en vredelievende gezindheid in twijfel worden getrokken en anderen kunnen ze ook niet anders waarde eren. Hij ver klaarde, dat, ofschoon er ongetwijfeld kwaad genoog in de wereld is, nog steeds een van de sterkste eigenschappen van alle volken in het verlangen om recht vaardig te handelen en de jonge zee-of- ficieren zouden, zoo besloot Coolidge, goed doen, indien zij in overeenstemming met dit beginsel hun leven inrichten. Och ja, wij gelooven ook wel aan dezen kant van den Oceaan, dat de Amerikanen vredelievend en eerlijk zijn, zoolang het hun geen -geld kost. Maar als het geld in het laadje brengt, dan laten ze ijskoud de Europeeeche volkeren elkander vér- moorden en vervaardigen zij er ammu nitie voor. Dat hebben we in den we reldoorlog geai-en. DUITSCHLAND zal er aan moeten gelooven, wat de ontwapening betreft, Gisterenmiddag hebben de -gezanten van 1 Engeland, Frankrijk, Italië, Japan en België den rijkskanselier de gezamenlij ke nota overhandigd, waarin hun regie ringen de rijksrageering de maatregelen moodeelen, waarvan zij de ontruiming der Keulsche xctne afhankelijk stellen. De Engelsche gezant verklaarde bij de overhandiging: In verband met dé nota’s van 15 en 26 Jan. heb ik de eer ook na mens mijn collega’s u gemeenschap pelijke nota van onze regeeringen te over handigen. die de voorwaarden voor de ontruiming der Keulsche zone bevat. De rijkskanselier -aanvaardde de nota en herinnerde er aan, dat de rijksregee- ring zoowel bij d» beantwoording der nota’p van 15 en 26 Jan. als bij andere gelegenheden herb aal dol ijk haar stand punt inzake de ontruiming der noorde lijke Rijnland-zone heeft -uiteengezet. Hij gaf verder te kennen, dat de rijksrdgee- ring onverwijld de thans overhandigde nota zal nagaan om dan een beslissing over verdere maatregelen te nemen. De nota en het antwoord erop zullen Zaterdagochtend bekend worden ge maakt. Bergambacht, 4 Juni. Als een bijzon derheid kan worden gemeld, dat de vo rige week in deze gemeente 8 paren in ondertrouw waren. is de van

Kranten Streekarchief Midden-Holland

Schoonhovensche Courant | 1925 | | pagina 1