WEET U
Winterpantoiiels
Herfst- en Winterseizoen
®PÜR0L
UIT LEGHORN
- HENNEN
COlPEMTIE„NOONIIIGNNN"(U.A.)
Voor hel inzeepen
Het Woonhuis
Een Woning
VEERDIENST
WIJ ZIJN GEREED
Drankkuipen
J.v. MEERKERK ÏS^rëiï
WINTERKLEEDING
II. HI. VIM BIEST, LOPIKEBSTHMT 8, SCHOOHHOUEK
Wollen en Gestikte Dekens
Uit tfs hand te koop:
Giessen-Oudekerk
BR de band te koop
met 8 Hectaren Land.
vanaf 15 October 1929
louches de Oeaeeilta
Langerak en
Willige-Langerak
U SLAAGT
ROTTERDAM KORTE HOOGSTRAAT 5
Speciale Aanbieding
w. TIMMER
f 2.75 per stuk
PlulmveebedrlJI
„Landzicht"
Ameide
Groofe partij Hout,
H.H. Landbouwers II
Ge krijgt al het geld, dat ge MJ
ons besteed hebt, terug
Kruidenierswaren en Sigaren
17o
HooAHtantoor: scnooierDosctutr.BBc. Tei.3310 en 33ii,R'dani
Winkel te Schoonhoven: Kerkstraat
Varbrulkarp wórdt lid.
Heden onlvangen een prachtcollectie
Schoenhandel en Reparatie-Inrichting
elke advertentie
io onze mooie half lange PALETOT
met bont gevoerd - voor Heeren
Oroota partij Dekens en gebreide Ondergoederen
Komt onze groote verscheidenheid en modellen eens zien
P. J. Groenen p«m-"aye' Schoonhoven
Koopt bij GROENEN
't Is de weg tot voldoening
Van Rondom.
FE0ILLET0N,
Een leven vol strijd.
Mengelwerk.
De Brandkast.
Plaatselijk Nieuws.
MRÏTE BLAD
"RNIEUW8W.AD VOOR HJID-HOU.ANO EN UTRECHT, trinonKwMHdi»Btiirtirt
VRIJPAO 4 OCTOBER na
get. A 181, met SCHUUR en ERF
•an de Oieuen te
groot 5 A. 2£ c.A.
Te bevragen bij Notarii B. ETS
te Oiesaendam.
wegens ouderdom
16000 gulden kan alt le Hypotheek
er op geveitlgd blijven.
Te aanvaarden naar verkiezing.
Te bevragen bij A. O. DONK
te Brandwijk.
Ondergeteekende HENDRIK
SCHIPPERS, Klompenmaker
te LAN6ERAK, bericht dat
door hem een
zal worden onderhouden over de
rivier de- Lek nabij „De Waal"
met een EIKENHOUTEN ROEIBOOT,
draagvermogen 1100 K.6., geschikt
om 14 PERSONEN te vervoeren, van
's morgens 6 uur tot 'a avonds 0 uur,
behalve op Zondag.
TARIEF:
Voor peraonen 10 cant en
met Rijwiel 12{ cent.
H. SCHIPPERS.
Dit jaar hebban wij bijzonder veel werk
van onze collectie gemaakt. Er l> een
zeldzaam afwisselende en uitgebreide
keuze.
Alle modekleuren z!|n vertegenwoordigd,
nieuwste modellen t met hooge bontkragen,
groote manchetten.
Ook het eenvoudige genre munt bil ons uit
door chique, voorname coupe, volmaakte
afwerking.
Wij noodigen U uit tot een
zi|n overtuigd det
Amsterdam Den Hoog Arnhem Leeuwarden
1 Prinses Jullanablok
100 v. prima papier 21x27 c.M,
en
100 Witte enveloppen, blauw
gevoerd voor I 1.—
Boek- en Kantoorboekhandel
Haven 2S, Schoonhoven.
DUBB
NATUUR-
BOTER.
En tooh...
SPECULAAS MET
HOLLANÖSCHE
NATUURBOTER
GEBAKKEN.
Vraagt onzè
BOTER-SFECULAAS
Aanbevelend
FRANS DRIESEN,
- Banketbakker*) -
-Loplkeratraat 38-
Sohoonhoven -Tel.68
TE KOOPi
zooals Planken, Lstten, Schroten
en Ribhout. Voorts groote partl
Schotten en Baddinghout bi
J. ZEOELAAR, Houthsndel,
Baanhoek, Slledrecht.
Wederom groote voorraad
verlaagde prIjzen I
Aanbevelend,
C. v. LEEUWEN
Tulnitraat 85, Qouda
Donderdags Markt t.«. Kantangirioht
Zeg one op welken datum whites BMW830 de meftwo-
meter le Rotterdam 'e morgens ha» twaalf voor het
eerst mlnstene 2° C. beneden bat vriespunt zal ttaan as
vaurs hal baatoda badnag
dit te kunnen bereiken mout i> bil on» komen koopen
op een der dagen vanaf heden tot en mt 2 November
de dsgeUjiuche nffirirrir
Als maatstaf zal
van bet
Nadere inlichtingen worden aan koopen re» JWagazij»
Nederland" gaarne verstrekt, alsmeoe een Uaonraao om
den datum gemakkelijker vaat te stellen.
Men lette In onze Etalages op do zeer bijzondere aanbiedingen |n
Hoeren Ulsters Kinder Ulnt
dat Maandag 7 October a.a. hat nleuwa
boekjaar van ondarvarmeldc Coöpe
ratie begint T
dat bet dan een sear geschikt oogenbltk
la om ale Ud toe te treden?
dat a|J .streelt naar da grootat mogelijke
concentratie van de verbruikers en
daarom ten aanalen van staatkundige
ol godsdienstige overtuiging rich etelt
op volstrekt neutraal atandpunt
dat reeds 80.000 gezinnen bedient?
dat bat vorig boekjaar 1937/38 aan da
laden ia uitgekeerd over het verbruik
0
In alle soorten an prljzan
Vargast U vooral nlat onaa atalagss
aena In ta alen
Aanbevelend,
OPENT KANSEN OP NIEUWE KLANTEN
Wij zijn gereed en staan aan de spits met een groote partij
Damesmantels - Regenmantels
Hoeden - Pallovers - Handschoenen
met en Bonder bont gevoerd
Heeren Overjassen - Regenjassen
Jekkers - WollenVesten Pullovers
Nappa Handachoeneam. bontgevoerd
N I E U Will NIEUW!!!
PRIMA KWALITEIT - SCHERPE PRIJZEN.
Aanbev.lind
TWEEDE BLAD
NIEUWSBLAD VOOB ZUID-HOLLAND EN UTRECHT, Schoonhovinscht Courant
VRIJDAQ 4 OCTOBER 192S
door
JAN KIJKUIT.
Te Waddiniveen werd «en paard
in de weide ded staart met staart-
wortel afgesneden, soodat het dier
afgemaakt moest worden. Jod
wordt aan den tand gevoeld over
trouwplannen.
Bandieten, lafaards, wreedaards,
dierenkwellers
Ho, ho, stopschreeuwde ik, je
hoeft hier liet heele Nederlandscne
scheldwoordenboek niet op te zeggen.
Maar Jod was niet tot bedaren te
brengen Hij leek wel een vuurspu-
wende berg.
Laat mij begaan, bulkte hij, ik moet
mijn gal uitspuwen Heb je ook zul
ke onmenschen, zulke
De woorden, die mijn brave vriend
Jodocus zich verder m zijn veront
waardiging liet ontvallen, durf ik
hier voor het fatsoen van onze krant
niet neerschrijven.
Kom Jod je bedaar, kalmeerde tan
te. Maak je niet zoo dik, dat is slecht
voor de lever.
En sfecht voor de slanke lijn, de
moderne mode, vulde ik aan.
Kan me niet schelen, deed Jod hef
tig, ze moesten zoo n monster levend
kielhalen en daarna langzaam rooste
ren op een zacht vuurtje. Wat u
tante.
Ik, zegt tante, ik zou zoo'n paar-
denmooraenaar veroordeelen om le
venslang met den' afgesneden staart
om zijn nek rond te wandelen.
Kom, kom, zei jik, nu bakken jul
lie 't toch wel een beetje ai te bruin
Een paard is géén mensch.
'k Had berouw,) dat ik het gezegd
had. Want nu krëeg ik van allebei
den wind van voren.
Een paard, begon tante en ze plaat
ste d r poezelige I handjes in haar
heupen en keek më aan met een blik
alsof ze me rauw 'lustte.
Een paard, viel Jod in, is een edel
dier.
Ja, dat moet je mij vertellen, grin
nikte "ik, dat heb ik op de school
banken al geleerd.
En toch weten jullie allebei niet
wat een paard is, zei tante trotsch.
Daarvoor moet je, zooals ik jaren
lang onder de boeren vefkeerd heb
ben.
En met een boerenzoon gevrijd
hebben, hé tante, lachte Jod.
Tante werd nijdig. Ze kan die toe
spelingen op de vergeefsche vrijages
uit d r jeugd niet hebben. Ja, zei
ze vinnig, kon je maar een flinke
boerendochter met een paar aardige
duiten krijgen, dan zou ie 't niet
laten en aan was je er Deter aan
toe dan nu, mijnheer Kaaiman.
Kom kom, tante, suste ik, dat kan
je Jod niet kwalijk nemen, zulke
gekken zijn dr meer, die op een
rijke erfdochter loeren. Dat is toch
heol menschelijk
Jij soms ook, vroeg tante,
lante, zei ik ernstig, u weet, dat
ik in alle eer en deugd getrouwd
ben. Maar anders
Waar "hadden wij het nu eigenlijk
over, over paarden of boerendoch
ters, onderbrak Jod wrevelig, want
het thema beviel hem niet, hij voel
de blijkbaar nattigheid en het schoot
me te binnen^ dat ik hem wel eens
zoo alleen de streek heb zien ingaan,
dat ik dacht: .waar zou dat lieer
op uitgaan. Wacht, ik zou hem eens
aan den tand voelen.
Zeg Jod, porde ik, ik weet een
goed adres, waar je mooie paarden
en aardige boerenmeisjes tegelük
vindt.
Ja, ik ook, riep tante, dan moet
je lid worden van de Landelijke Rij-
vereeniging „Siegfried' in Bergam
bacht.
Houden jullie toch op met die gek
heid, zei Jod, die voelde, dat hij ge
voerd werd.
Laat ons asjeblieft eens over wat
anders praten. Zeg Jan, hoe staat het
18
„Weet wat ik doen aal," zei kapitein
Hermitage, „we zullen er heenrijden, zien
hoe de vooruitzichten zijn en als 't zoo
ia, zooals ar verteld wordt, moet gij bei
den er blijven, ik ga dan terug en vraag
om langer verlof of anders neem ik mijn
ontslag en voeg me weer bij jullie."
„Doe dat in geen geval," zei Jaak. „Je
vader zou 't heel naar vinden en je hebt
een schitterende toekomst voor je in 't
leger. Neen, dat moet je niet doen. Ik
heb een beter plan. Je moet mijn vader
en Harry's vader allee uitleggen en hun
toestemming vragen, dat we hier «en
pooe kunnen blijven. Als we gelukkig zijn
zullen we eerlijk met je doelen, wat zeg
jij er van, Harry?"
„Ik ben t volkomen met je eens en
raad Kirby ook aterk af zijn ontslag te
nemen als hij geen langer verlof kan*
krijgen. Als wij succes hebben, zul je er
niet bij verliezen, daar zullen we voor
zorgen." antwoordde Harry Repton
vriendschappelijk.
„Gij bedden zijt ware vrienden," zei
Kirby, „en ik dank je beiden voor den
goeden raad, dien ik dankbaar aanneem.
Ik heb nog net tijd met jullie naar de
goudvelden te gaan en te zien hoe de
vooruitzichten daar zijn
De gouddorst had al de inwoner» ran
Melbourne aangegrepen en mannen,
vrouwen, kinderen, allen snelden naar
de Loddon-valled In twee weken geleek
de stad als uitgestorven, de straten wa
ren vedaten, zaken stonden «til, huizen
waren gesloten, bedienden verlieten hun
betrekkingen, werklieden nam** hu»
met die slootkwestie te Ameide, dat
interesseert me als jurist.
Die schoolkwestie antwoordde ik, zal
op de eerstvolgende conferentie van
den Volkenbond behandeld worden.
De slager en de burgemeester zijn
opgeroepen om voor Briand te ver
schijnen met alle bescheiden omtrent
de sloot. Dit reisje zal uit de ge
meentekas van Ameide betaald wor
den.
Jod schudde zijn hoofd. Er is van
daag met jullie geen verstandig
woord te pratenmompelde hij.
Ja, grapte tante, 'en jij bent van
daag zoo vreeselijk verstandig. Heb
je soms trouwplannen?
Net kwam oude Teunis binnen en
hij zei: mijnheer Jodocus, ik hoor
daar zoo wat. Als je soms aan de
vrijerij bent, dan weet ik een prach
tig weggetje om 's avonds met je
meisje le wandelen.
Dat is de Zuidelijke IJsseldijk in
Beneden-Haastrecht. Want die gaat
het Gemeentebestuur opzettelijk niel
verlichten ten behoeve van de vrijen
de paartjes.
Rosbeek en Marinet hadden udh ver
rijkt door den handel. Jarenlang ree da
waren zij compagnons geweest en had
den ze gespeculeerd in diamanten en
kostbare ateenen, antiquiteiten, Pera-
ache, Japaaache 'en Chineeacbe snuiste
rijen, aardewerk va® Delft en Rouaan,
autagrafiën, effecten, verafgelegen gron
den en eendelijk in de sport.
Zij hadden alle» aangegrepen wat hun
voordoe Lug toescheen, zonder altijd even
nauw op den aard der zaken te letten
De lange, magere Rosbeek, die de
oud» te wae, met zijn scherpe oog en,
borstelige wenkbrauwen en ijzergrauwe
haren,'was de levende tegenstelling van
zijn compagnon Morinet, die vet was
al» een kwartel; een welgedane dikzak,
die altijd glimlachte, als hij iemand aan
keek met zijn helderblauwe oogen, die
uit een rond, zeer rood gelaat keken.
De belde compagnons, die hun zaken
in de stad dreven, woonden buiten in
een wit gepleisterd huia van twee ver
diepingen, met een verwilderden tuin.er
voor en omringd door een hoogen, stij
ven muur, zonder de minste versiering.
De liefde speelde eind» zeer lang geen
rol meer in hun bestaan, maas Morinet,
die veel zachter en gevoeliger van aard
was dan Rosbeek en die in zijn hart nog
kleine restjes van half vergeten teeder-
heid bewaarde, nad op haar tweede jaar,
een klein, ouderloos meisje tot zich ge
nomen, dat nu een jaar of twaalf was.
Rosbeek had de indringster altijd met
een slecht oog beschouwd, 't Is waar, zij
won hem al spoedig een meid uit, maar
daarvoor at zy ook van hen en boven
dien waa zij dikwijle in de gelegenheid
over dingen te hooren «preken, die
vreemden niet aangingen.
Zélie wa» een klein, vlug schepseltje,
dat altijd vroolijk wa» en dat veel te
veel at, naar het oordeel' van Roebeck,
terwijl Morinet haar goede eigenschap
pen al» huishoudstertje en naaister
roemde. Gewoonlijk waren dit de twist
gesprekken des avond», als Zélie naar
bed was, waarbij de eene compagnon
steeds opsomde, wat zij uitwon, en de
andere, hoeveel zij hem kostte.
Zélie, met haar vlugge opmerkings
gave, wist zeer goed, hoe de oudste com
pagnon over haar dacht, maar zij zette
er niet minder een vroolijk gezicht om
en behandelde «deeds op een voorkomen
de wijze haar vijand, die bij den dag stil
ler en norsober werd. Zijn gierigheid,
die vergeefs naar een middel zocht om
de uitgaven voor de indringster te be
zuinigen, bracht hem tot wahhoop en
zijn hart, waarin reeds lang alle gevoel
gereedschappen op dien schouder en be
gaven zich op weg, iedereen verliet zijn
dienst en spoedde zich naar het wonder
land.
Verhalen ran groots klompen goud,
die gevonden waren, bereikten Melbour
ne en vervolgen» de kleinere steden, tot
zelfs de kleinste nederzetting.
Boeren waren radeloos, er wa» nie
mand meer om hun veld te verzorgen en
het land te bebouwen, iedereen ging naar
't beloofde land. Verschil van stand we»
er niet meer, de algemeene paniek had
alle klassen gelijk gemaakt.
De Gouverneur was door bijna allen
verlaten en ten einde raad, hoe hij allee
in 't reine zou brengen.
Jack Tristram en zijn vrienden waren
ook spoedig op weg naar de goudvelden.
't Was een vreemd gezicht, doen uit
tocht van het volk te zien. Karren be
laden met allerlei provisie en huisraad,
zeildoek tenten en gereedaoh&ppen, wer
den getrokken door vermoei da paarden
en begeleid door ruw uitziende mannen
met pakken op hun rug, gevolgd door
vrouwen en kinderen, allen beladen met
't een of ander.
Jongens van acht of tien jaar oud ge
droegen zich als mannen en liepen met
rroolijke schitterende oogen, zij bedach
ten verhalen waarbij Aladin met de
wonderlamp niets was en hadden visi
oenen van ongehoorde weelde.
De vrouwen waren vod hoop en een
nieuw lioht scheen in hun oogen. Velen
ran hen hadden nooit anders dan ar
moede gekend, zonder hoop op verbete
ring en nu zagen zij al een fortuin in
hun bezit, als hun mannen maar succes
hadden. Zij moedigden de kinderen aan,
zij spraken bemoedigende woorden tot de
mannen, zij zongen en maakten grap
pen en het woeete land weerklonk van
ongekende vroolijkheid. Dag op dag lie
pen stj verder, nooit den ttotd nriie-
wa» opgedroogd, werd nog hardar dan
vroeger, als het mogelijk wa».
Daar de compagnons beiden slecht» zeer
verre verwanten bezaten, 'hadden ze bij
testament bepaald, dat de overlevende
het gansche kapitaal zou erven.
Op een ruwen avond in den herfst za
ten zij bij hun welverzorgd vuur in de
eetkamer, die verlicht werd: door «on
bronzen gaskroon, met groen poroélei-
nen lichtechermpjes en praatten over
verschillende dingen, maar vooral over
de winst en .het varlies in hun naken
Zélie was naar haar kamer gegaan.
Er wa» rijkelijker gedineerd dan ge
woonlijk, Morinet, gehoor gevend aan
den aandrang van zijn maag en aange
moedigd zelfs door Rosbeek iet» (wat
buitengewoon wa» had een geheel e
flesah oude Bourgogne gedronken, waar
van de purperroods kleur op zijn ge
zicht getuigde en die zijn geest dn een
kleine bedwelming had gebracht Zij war
ren bozig uit het hoofd een inventaris
op te maken van hun bezittingen, toen
Rosbeek op geheel natuurlijke» wijze
vroeg!:
Ala we meteen eens een kijkje in
de brandkast namen?
Dat ia «en idee, antwoordde zijn
vriend, wóens blauwe oogen schitterden
al» vuur.
De kast, waarvan zij spraken, had
niet» gemeen met dis gewoonlijk niet
meer dan een manshoogte hebben en die
niet breeder zijn dan een gewone kast.
De brandkast van de heeren Rosbeek en
Morinet was een soort duister kabinet,
in een dikken muur gemetseld, van bin
nen geheel met ijzer gevoerd en waarvan
de massieve deur, bruinachtig geschil
derd in den toon der eetkamer, voor den
bezoeker niets bijzonders verried
Roebeck nam den sleutel uit een ver
borgen lade. stak een kaars aan en nam
met plechtige bereidwilligheid den plicht
op eich, de kast te openen Na eenig ge-
krik-krak opende de deur zich langzaam
aüs van een geheimzinnigen tempel.
Voor de compagnons was het een
groot genot te verwijlen in dit göbied,
waar zij gemakkelijk beiden in konden
staan en waar in regelmatige orde, op
ijzeren riggels. diamanten, robijnen an-
t eke sieraden, koe*bare perkamenten,
oud en nieuw gestempeld goud en de
blauwe en eenigszins vetaohtige Fran-
sohe bankpapieren zich vertoonden.
Dat zijn nu de vruchten van een
dertig jarigen arbeid! mompelde Morinet,
wankelend van lichte dronkenschap, ter
wijl hij langzaam binnentrad om de
voorwerpen en het papier van dichterbij
te bezien. Roebeck bezag alles zwijgend
m het flauwe lioht der kaars, met be-
geerige oogen, onwillekeurig zijn beenige
handen uitstrekkend om de schatten te
betasten.
Eensklaps, terwijl zijn vriend, nog al
tijd onder de bedwelming van den wijn,
geheel verdiept scheen in de beschouwing
van een paar zware gouden armbanden,
trad Rosbeek buiten het kabinetje, zon
der dat ide minste beweging op zijn som
ber gelaat zijn voornemen verried, deed
bedaard de zware deur toe en sloot haar
Morinet dacht in het eerste oogenblalk
aan een scherts en riep op verwijtenden
toon, wat de onder tooh niet verstaan
kon:
Kom, dat vind ik flauw. Maak niet
«x/n dwaze aardigheid.
De ander glimlachte buiten en mom
pelde met de ijskoude bedaardheid, die
sommige misdadigers kenmerkt:
Ziezoo, binnen een uur is hij er ge
weest. Hij ia belli dronken, hij moet daar
binnen stikken en het zal lijken of hij
aan een beroerte is gestorven. De kleine
indringster is lang naar bed en slaapt
va»t, zooals gewoonlijk. Als ik weerom
koen, zaïl het wel in orde wezen.
Toen vertrok hij zonder gerucht te ma
ken, om een pooe te gaan wandelen in
de duisternis.
Na verloop van een pear minuten be-
send, gesteund doocr de hoop binnen in
rich, 't Wae een bonte menigte, waarmee
Jack Tristram en zijn gezellen reisden.
Zij bereden goede paarden en hadden een
goeden voorraadt eetwaren bij zich en
benoodigdheden om 'e nacht» te kunnen
kampeeren.
Zjj werden aangeroepen door de vrou
wen en gay en rroolijke antwoorden. De
mannen lachten en zeiden: „Ge zult er
aiet veel kunnen uitrichten, dat ruwe
werk i» niet» voor zulke heertje»!"
„Dat zul je eens zien," zed Jack, „ik
durf beweren, dat we even goed kunnen
werken ale jullie."
Nachts duidden de vuren de ver
schillende kampementen aan, want 'was
koud ais de zon onder wa». 't Wae ais
een leger op marsch, maar zij zochten
goud, geon bloed, ofschoon de begeerte
naar het edel metaal aanleiding gaf tot
menigmaal veohten en selfe tot dooden.
HOOFDSTUK XX.
„Een geforceerde maredhl" aef kapi
tein Hermitage. „Tot nu toe kende ik
alleen 't (voord, maar we hebben er mar
oon mrwv» voorbeeld van. Dde mensuhen
schijnen nooit moe te zijn, zij loopen door
in de grootste onzekerheid, wat de toe
komst hun zal brengen. Hosvslen zullen
er slagen? Hoeve!en zullen er bittere
teleurstellingen hebben en (hoevelen zul
len «r hun leven laten in den strijd om
het goud?"
„Ge rijt zeer welsprekend, zulks spee
ch sa zullen den tijd aangenaam doen
voorbij gaan," zei Jack.
„Die jongen ia zeker uitgeput," zed
Harry, wijzend op een knaapje, dat al
leen aan den weg zat.
„Ben Je doodmoe?" meg Jack hem.
M nat, wat uit «n dan *a ik wear
go® Morinet, die allengs nuchter werd,
de afschuwelijkheid van zijn toestand in
te zien. De deur ging niet open. Hij
waohtte en kreeg plotseling een «fbchu-
welyken angst, die hem geheel ontnuch
terde, alsof een stortbad ijskoud water
over hem heen werd gegoten. Gelijk een
levend begraven e voelde hij het Moed
naar zijn hart vloeien. In deze ijzeren ge
vangenis dde erger waa dan een graf
kuil berekende hij vol wanhoop de nut
teloosheid- van zijn pogingen om zich
te beirrijden, gevoelde hij al de verschrik
kelijkheid van den langzamen dood door
verstikking
Met zijn gesloten vuisten beukte hij
tegen ide ijzeren wanden en zocht met zijn
voeten de onwrikbare dour in te schop
pen Hij begreep, dht niet» hem baten
kon en een vreeeelijke woede overviel
hem bij die gedachte, die hem het bank
papier, dat hij in het donker in handen
kreeg, deed verscheuren en de «ieraden
vertrappen, huilend als een wild beest,
half besluitend zich het hoofd tegen het
ijzer te verbrijzelen, om zich een langggt-
men dood te besparen.
Intuaschen lag Zélie wekker in haar
kamertje op de tweede verdieping, er
orver denkend of het werkelijkheid was
geweest of verbeelding, toen zij straks
het knarsen van het tuinhek meende te
hooren, want geen der compagnon® ging
ooit zoo laat de deur nog uit. Zij luister
de in stilte en hoorde niets dan het veraf
rollen van rijtuigen of het fluiten van
een locomotief. Maar opeen» waa het, of
doffe, gedempte slagen weerklonken, die
van beneden schenen te komen. Zij docht
aan een vechtpartij, aan 'n inbraak van
dieven en zonder zdoh een oogenMik te
bedenken ging ze op haar teenen naar
beneden De eetzaal, waar idle lamp walm
de, wa» leeg en stil. Alleen bij tuseohen-
pooaen weerklonken de doffe slagen,
voortgebracht door Marinet, die met de
voeten tegen de ideur der 'kast bansde
Zélie kende het (bestaan van het klei
ne kabinetje. Menig keer als die com
pagnon» dachten, dat ze vaat sliep, had
ze op baar kousen achter «die deur ge
staan en door een kier alles bespied en
gehoord, hoe ze spraken over de onmoge
lijkheid! voor een vreemde, die het letter
slot niet kende, om in de kast te breken
Zij' liep naar de kast toe, nam de pook
en sloeg er mede op de deux. Er werd
daJdelijk van binnen geantwoord. Zij leg
de haar oorf er tegen, maar zij kon niet
verstaan of er binnen iets gezegd werd-
Zij begreep, dat ze in élk geval niets
kon doen, vóór ze den «leutel had. Ros
beek had hem met weiktuigedijke nauw
gezetheid op de geheime plaats gelegd,
dis Zélie even goed kende, als (hij zelf
Zij stopte hem in het eerste slot, maar
zij wist niet hoeveel élagen zij doen
moest, het alfabet volgende. Zij bewoog
den sleutel hepn en weer in het slot om
degeen, die er binnenzat, te doen begrij
pen, dat men hem helpen wou en gaf
daarop, zich vast tegen de deur dringend,
een doordringende schreeuw.
De gevangene scheen begrepen te heb
ben, door die merkwaardig snelle ge-
d!achten-<gemeenaohap, die in oogenblik-
ken van groot gevaar zich dikwijls voor
doet, dat men eerst de letters van het
slot moest weten om hem te kunnen ver
lossen.
"Voor ieder «lot moest men drie letters
doen uitkomen: A. E. I. Voor de eerste
letter gaf Morinet een hevigen slag tui
hield zich toen een oogsriblik stil; voftr
de tweede Honken vijf gelijke slagen,
daarna weer een oogenhlik stilte en daar
na negen regelmatige slagen voor de
derde letter.
Zélie had begrepen. In weinige minu
ten hadden haar tengere handjes de
sloten open doen springen en de deur
geopend. Half verstikt en achariaken
rood vloog Morinet uit zijn gevangenis
en het kind omhelzend, dankte hij
voor haar moed en handigheid.
verder, maar ik ben uitgeput en dodd op
Hoe ver ie 't nog?" vroeg de jongen.
„Nog verscheiden mijlen," zei Jack,
„waar zijn je vader en moeder?"
„Vader is dood en moeder is te Mek
om te werken en daarom ben ik op pad
gegaan om te zien, wat ik voor haar
doen kan. Zij zullen op haar passen,
terwijl ik weg ben, daar heb ik ivoor ge
zorgd."
Hij sprak zoo opgewekt en vol ver
trouwen, dat zij allen glimlachten en
Jack zei: „Je bent een moedig ventje,
hoor. kom aen, je zult wel niet zwaar zijn
kom maar achter me zitten."
„We zullen hem om de beurt nemen,"
zei Harry.
„Dat is goed", riep Kirby udt, „en ws
zullen zien wat we voor hem doen kun
nen als we op onze bestemming zijn."
De oogen van den jongen glommen pn
hij zei: „Wat zijt ge goed, er zijn er niet
veel zoo, zoo even vroeg ik een man in
zijn kar te mogen meerijden, maar hij
vloekte tegen me en reed gauw door."
„Hoe heet je?" vroeg Jack.
„Tom Dixon; moeder noemt me Tom
my."
„Wel, Tommy, je bent al een heele
kerel," zei Jack, „wat denk je te doen
als we in de Loddon-vallei aankomen?"
„Goud gaan zoeken, genoeg goud om
moeder in 't leven te houden".
Hij werd op 't paard getild en zat er
vergenoegd en dankbaar.
't Scheen onmogelijk, dat 't kleine
ventje zoon eind geloopen had, maar hij
wo» blijkbaar ouder dan hij er udtzag
en Harry vroeg hem hoe oud hij wa».
„Ik ben twaalf jaar oud en ik heb
altijd gewerkt sedert ▼ader's dood, nu
twee jaar geleden.
Da menachen, die zij passeerden, maak
ten xich allen vroolijk over dan kiemen
Heeft hij u daarin opgesloten?
vroeg het kind, met verachting en toorn
op dat hij drukkend.
Ja, zei Morinet, nog maar half op
adem.
O, «oo?n monsterl
Zij beraadslaagden wat ze nu zouden
doen. Hem afwachten of hem dadelijk
aangeven bij de justitie? Hoe «ouden
zij zich wreken?
Morinet, die met behulp va® wat wa
ter, geheel wa» bijgekomen, sloot de deur
der brandkast en legde den sleutel op
ds gewone plaats in de lade
Toen ging hij met het kind naar die
tweede verdieping om de komst va® zijn
compagnon af te wachten.
Een paar uur later sloop Roebarik met
een voJdanen glimlach, al» oen kat het
h/uiia binnen. Hij stak een kaar» op en
TiA.Tn daarna den sleutel uit de lade om
de brandkast te openen.
Op het oogenblik, dat hij den langen
sleutel in het slot stak, werd aan het te
genovergestelde einde der ruime kamer
knarsend en langzaam een deur geopend.
Roebuck, die aan Zélie dacht, keerde
zich vol woed» om, om op (berschen too®
te vragen, wat ze hier noodiig had Maar
m de deur vertoonde «Loh niet het kind,
maar het bleeks gelaat van xajn dooden
compagnon, dat akelig scheen te grijnzen
in het flikkerend kaarslicht.
De misdadiger bleef «taan, met open
mond, niet in staat te «preken of zijn
houding te veranderen en het spooksel
wamt hij wist te zeker, dait Morinet om-
mogelijk levend zijn gevangenis bod kun
nen verlaten naderde langzaam, met
uitgestoken hand, zonder te spreken.
Voor den benevelden blik van den
moordenaar mum die hamd een reusach
tige afmeting aan, hij w'Me vluchten,
maar kon zich niet verroeren en eens
klaps voelde hij, hoe de geestenhand
ofsohoon Morinet nog wel tien pas van
hem af wa» zich om zijn strot klem
de. Het Moed «teeg hem bruisend naar
de hereenen, voor zijn oogen kwam een
donkerroods gloed, „genade", gorgelde
hij en viel toen neer, als een blok opn den
gromd.
Morinet liep op hem toe, maar zijn
compagnon verroerde zich niet. Hij riep
en sohudde hem en legde de hand op
zijn hart. Het waa te laat. De moorde
naar rwas dood. De schrik had rijn ellen
dig leven vernietigd.
Het oudste lid va® de vennootschap
Roebeck en Morinet werd behoorlijk be
graven. Nooit kwam zijn misdaad, dde
de oorzaak van zijn eigen dood werd,
aa® het lioht.
Zijn vriend, hoewel hij dogen va®
groote soberhield behield, als een her
innering aan dien vreeeel ijken avond,
leefde jaren lang rustig met Zélie, die
hij tot zijn erfgename had benoemd.
Antfldt.
Op don gevaarlijken hoek Benedien-
dam—Prinsengracht kwam de auto van
De Groot in botsing met de hondenkar
van B Streefkerk. Hoewel het zich lee-
lijk lief aanzien, Mep het nogal goed ai.
De hond jankte wat en het tuig wa» ka-
IHOEZONDEN MEDEDEELINfl.
Als Ml U moeilijk scheert omdat
Uw huid gauw stuk ga»t en pijn
doet, den kunt (IJ dit geheel voor
komen, Indien (IJ vóór het Inzee-
pen de huid even Inwrijft met
slechts een weinig
fT.S: JrJ Doowa XMS0 n 90 tt. T»b« »0
jongen, die achter op het paard een
plaatsje gevonden had.
„Je hebt je vrouw zeker maar thuis
gelaten, is dad je eigen kind of heb je
hem gevonden," zoo vroegen zij de een
voor -den ander.
Een kar wa» gebroken en de eigenaar
stond er wanhopig bij te kijken, niemand
had lust hem te helpen, zij hadden allen
te veel haast
„Je verdiende loon,riep Tommy uit,
toen zij hem voorbij reden, Je wilde me
niet njee nemen en nu ben ik er nog eer
der dan jij. Goede reis, sinjeur."
De eigenaar van de kaT zag Tommy
en schudde zijn vuist tegen hem
„Dat ia de man, die me niet wilde la
ren meerijden en die tegen me vloekte"
zei de jongen, „Ik zei hem wel, dat hij
geen geluk zou hebben."
Toen zij de Loddon-valloi bereikten,
vonden zij, dat, ofschoon de ontdekking
van goud pas was gedaan, er al honder
den menschen gekampeerd waren langs
de tallooze beekjes, die de vallei door
kruisten.
Jack en zijn gazellen wachtten op de
komst van de kar met huisraad en sl'e-
pen een paar nachten lang onder den
blooten hemel met den jongen bij zich
Op den moTgen van den derden dag,
kwam de kar aa® en zij begonnen ter
stond hun tent op te Maan en het noo-
digsfe huisraad uit te pakken.
Gedurende den geheelen dag misten zii
den jongen, maar zij waren niet onge
rust over hem, daar hij best in staat
was voor zichzelf te zorgen. Hij kiwam
tegen den nacht terug en na zich eerst
aan een flink maal te goed gedaan te
hebben, nam hij een geel vobrwerp uit
zijn zak, dat de grootte had va® een
duivenei.
Zil ksktm alios vsvatomA van Het «Me