WEET U Winterpantoiiels Herfst- en Winterseizoen ®PÜR0L UIT LEGHORN - HENNEN COlPEMTIE„NOONIIIGNNN"(U.A.) Voor hel inzeepen Het Woonhuis Een Woning VEERDIENST WIJ ZIJN GEREED Drankkuipen J.v. MEERKERK ÏS^rëiï WINTERKLEEDING II. HI. VIM BIEST, LOPIKEBSTHMT 8, SCHOOHHOUEK Wollen en Gestikte Dekens Uit tfs hand te koop: Giessen-Oudekerk BR de band te koop met 8 Hectaren Land. vanaf 15 October 1929 louches de Oeaeeilta Langerak en Willige-Langerak U SLAAGT ROTTERDAM KORTE HOOGSTRAAT 5 Speciale Aanbieding w. TIMMER f 2.75 per stuk PlulmveebedrlJI „Landzicht" Ameide Groofe partij Hout, H.H. Landbouwers II Ge krijgt al het geld, dat ge MJ ons besteed hebt, terug Kruidenierswaren en Sigaren 17o HooAHtantoor: scnooierDosctutr.BBc. Tei.3310 en 33ii,R'dani Winkel te Schoonhoven: Kerkstraat Varbrulkarp wórdt lid. Heden onlvangen een prachtcollectie Schoenhandel en Reparatie-Inrichting elke advertentie io onze mooie half lange PALETOT met bont gevoerd - voor Heeren Oroota partij Dekens en gebreide Ondergoederen Komt onze groote verscheidenheid en modellen eens zien P. J. Groenen p«m-"aye' Schoonhoven Koopt bij GROENEN 't Is de weg tot voldoening Van Rondom. FE0ILLET0N, Een leven vol strijd. Mengelwerk. De Brandkast. Plaatselijk Nieuws. MRÏTE BLAD "RNIEUW8W.AD VOOR HJID-HOU.ANO EN UTRECHT, trinonKwMHdi»Btiirtirt VRIJPAO 4 OCTOBER na get. A 181, met SCHUUR en ERF •an de Oieuen te groot 5 A. 2£ c.A. Te bevragen bij Notarii B. ETS te Oiesaendam. wegens ouderdom 16000 gulden kan alt le Hypotheek er op geveitlgd blijven. Te aanvaarden naar verkiezing. Te bevragen bij A. O. DONK te Brandwijk. Ondergeteekende HENDRIK SCHIPPERS, Klompenmaker te LAN6ERAK, bericht dat door hem een zal worden onderhouden over de rivier de- Lek nabij „De Waal" met een EIKENHOUTEN ROEIBOOT, draagvermogen 1100 K.6., geschikt om 14 PERSONEN te vervoeren, van 's morgens 6 uur tot 'a avonds 0 uur, behalve op Zondag. TARIEF: Voor peraonen 10 cant en met Rijwiel 12{ cent. H. SCHIPPERS. Dit jaar hebban wij bijzonder veel werk van onze collectie gemaakt. Er l> een zeldzaam afwisselende en uitgebreide keuze. Alle modekleuren z!|n vertegenwoordigd, nieuwste modellen t met hooge bontkragen, groote manchetten. Ook het eenvoudige genre munt bil ons uit door chique, voorname coupe, volmaakte afwerking. Wij noodigen U uit tot een zi|n overtuigd det Amsterdam Den Hoog Arnhem Leeuwarden 1 Prinses Jullanablok 100 v. prima papier 21x27 c.M, en 100 Witte enveloppen, blauw gevoerd voor I 1.— Boek- en Kantoorboekhandel Haven 2S, Schoonhoven. DUBB NATUUR- BOTER. En tooh... SPECULAAS MET HOLLANÖSCHE NATUURBOTER GEBAKKEN. Vraagt onzè BOTER-SFECULAAS Aanbevelend FRANS DRIESEN, - Banketbakker*) - -Loplkeratraat 38- Sohoonhoven -Tel.68 TE KOOPi zooals Planken, Lstten, Schroten en Ribhout. Voorts groote partl Schotten en Baddinghout bi J. ZEOELAAR, Houthsndel, Baanhoek, Slledrecht. Wederom groote voorraad verlaagde prIjzen I Aanbevelend, C. v. LEEUWEN Tulnitraat 85, Qouda Donderdags Markt t.«. Kantangirioht Zeg one op welken datum whites BMW830 de meftwo- meter le Rotterdam 'e morgens ha» twaalf voor het eerst mlnstene 2° C. beneden bat vriespunt zal ttaan as vaurs hal baatoda badnag dit te kunnen bereiken mout i> bil on» komen koopen op een der dagen vanaf heden tot en mt 2 November de dsgeUjiuche nffirirrir Als maatstaf zal van bet Nadere inlichtingen worden aan koopen re» JWagazij» Nederland" gaarne verstrekt, alsmeoe een Uaonraao om den datum gemakkelijker vaat te stellen. Men lette In onze Etalages op do zeer bijzondere aanbiedingen |n Hoeren Ulsters Kinder Ulnt dat Maandag 7 October a.a. hat nleuwa boekjaar van ondarvarmeldc Coöpe ratie begint T dat bet dan een sear geschikt oogenbltk la om ale Ud toe te treden? dat a|J .streelt naar da grootat mogelijke concentratie van de verbruikers en daarom ten aanalen van staatkundige ol godsdienstige overtuiging rich etelt op volstrekt neutraal atandpunt dat reeds 80.000 gezinnen bedient? dat bat vorig boekjaar 1937/38 aan da laden ia uitgekeerd over het verbruik 0 In alle soorten an prljzan Vargast U vooral nlat onaa atalagss aena In ta alen Aanbevelend, OPENT KANSEN OP NIEUWE KLANTEN Wij zijn gereed en staan aan de spits met een groote partij Damesmantels - Regenmantels Hoeden - Pallovers - Handschoenen met en Bonder bont gevoerd Heeren Overjassen - Regenjassen Jekkers - WollenVesten Pullovers Nappa Handachoeneam. bontgevoerd N I E U Will NIEUW!!! PRIMA KWALITEIT - SCHERPE PRIJZEN. Aanbev.lind TWEEDE BLAD NIEUWSBLAD VOOB ZUID-HOLLAND EN UTRECHT, Schoonhovinscht Courant VRIJDAQ 4 OCTOBER 192S door JAN KIJKUIT. Te Waddiniveen werd «en paard in de weide ded staart met staart- wortel afgesneden, soodat het dier afgemaakt moest worden. Jod wordt aan den tand gevoeld over trouwplannen. Bandieten, lafaards, wreedaards, dierenkwellers Ho, ho, stopschreeuwde ik, je hoeft hier liet heele Nederlandscne scheldwoordenboek niet op te zeggen. Maar Jod was niet tot bedaren te brengen Hij leek wel een vuurspu- wende berg. Laat mij begaan, bulkte hij, ik moet mijn gal uitspuwen Heb je ook zul ke onmenschen, zulke De woorden, die mijn brave vriend Jodocus zich verder m zijn veront waardiging liet ontvallen, durf ik hier voor het fatsoen van onze krant niet neerschrijven. Kom Jod je bedaar, kalmeerde tan te. Maak je niet zoo dik, dat is slecht voor de lever. En sfecht voor de slanke lijn, de moderne mode, vulde ik aan. Kan me niet schelen, deed Jod hef tig, ze moesten zoo n monster levend kielhalen en daarna langzaam rooste ren op een zacht vuurtje. Wat u tante. Ik, zegt tante, ik zou zoo'n paar- denmooraenaar veroordeelen om le venslang met den' afgesneden staart om zijn nek rond te wandelen. Kom, kom, zei jik, nu bakken jul lie 't toch wel een beetje ai te bruin Een paard is géén mensch. 'k Had berouw,) dat ik het gezegd had. Want nu krëeg ik van allebei den wind van voren. Een paard, begon tante en ze plaat ste d r poezelige I handjes in haar heupen en keek më aan met een blik alsof ze me rauw 'lustte. Een paard, viel Jod in, is een edel dier. Ja, dat moet je mij vertellen, grin nikte "ik, dat heb ik op de school banken al geleerd. En toch weten jullie allebei niet wat een paard is, zei tante trotsch. Daarvoor moet je, zooals ik jaren lang onder de boeren vefkeerd heb ben. En met een boerenzoon gevrijd hebben, hé tante, lachte Jod. Tante werd nijdig. Ze kan die toe spelingen op de vergeefsche vrijages uit d r jeugd niet hebben. Ja, zei ze vinnig, kon je maar een flinke boerendochter met een paar aardige duiten krijgen, dan zou ie 't niet laten en aan was je er Deter aan toe dan nu, mijnheer Kaaiman. Kom kom, tante, suste ik, dat kan je Jod niet kwalijk nemen, zulke gekken zijn dr meer, die op een rijke erfdochter loeren. Dat is toch heol menschelijk Jij soms ook, vroeg tante, lante, zei ik ernstig, u weet, dat ik in alle eer en deugd getrouwd ben. Maar anders Waar "hadden wij het nu eigenlijk over, over paarden of boerendoch ters, onderbrak Jod wrevelig, want het thema beviel hem niet, hij voel de blijkbaar nattigheid en het schoot me te binnen^ dat ik hem wel eens zoo alleen de streek heb zien ingaan, dat ik dacht: .waar zou dat lieer op uitgaan. Wacht, ik zou hem eens aan den tand voelen. Zeg Jod, porde ik, ik weet een goed adres, waar je mooie paarden en aardige boerenmeisjes tegelük vindt. Ja, ik ook, riep tante, dan moet je lid worden van de Landelijke Rij- vereeniging „Siegfried' in Bergam bacht. Houden jullie toch op met die gek heid, zei Jod, die voelde, dat hij ge voerd werd. Laat ons asjeblieft eens over wat anders praten. Zeg Jan, hoe staat het 18 „Weet wat ik doen aal," zei kapitein Hermitage, „we zullen er heenrijden, zien hoe de vooruitzichten zijn en als 't zoo ia, zooals ar verteld wordt, moet gij bei den er blijven, ik ga dan terug en vraag om langer verlof of anders neem ik mijn ontslag en voeg me weer bij jullie." „Doe dat in geen geval," zei Jaak. „Je vader zou 't heel naar vinden en je hebt een schitterende toekomst voor je in 't leger. Neen, dat moet je niet doen. Ik heb een beter plan. Je moet mijn vader en Harry's vader allee uitleggen en hun toestemming vragen, dat we hier «en pooe kunnen blijven. Als we gelukkig zijn zullen we eerlijk met je doelen, wat zeg jij er van, Harry?" „Ik ben t volkomen met je eens en raad Kirby ook aterk af zijn ontslag te nemen als hij geen langer verlof kan* krijgen. Als wij succes hebben, zul je er niet bij verliezen, daar zullen we voor zorgen." antwoordde Harry Repton vriendschappelijk. „Gij bedden zijt ware vrienden," zei Kirby, „en ik dank je beiden voor den goeden raad, dien ik dankbaar aanneem. Ik heb nog net tijd met jullie naar de goudvelden te gaan en te zien hoe de vooruitzichten daar zijn De gouddorst had al de inwoner» ran Melbourne aangegrepen en mannen, vrouwen, kinderen, allen snelden naar de Loddon-valled In twee weken geleek de stad als uitgestorven, de straten wa ren vedaten, zaken stonden «til, huizen waren gesloten, bedienden verlieten hun betrekkingen, werklieden nam** hu» met die slootkwestie te Ameide, dat interesseert me als jurist. Die schoolkwestie antwoordde ik, zal op de eerstvolgende conferentie van den Volkenbond behandeld worden. De slager en de burgemeester zijn opgeroepen om voor Briand te ver schijnen met alle bescheiden omtrent de sloot. Dit reisje zal uit de ge meentekas van Ameide betaald wor den. Jod schudde zijn hoofd. Er is van daag met jullie geen verstandig woord te pratenmompelde hij. Ja, grapte tante, 'en jij bent van daag zoo vreeselijk verstandig. Heb je soms trouwplannen? Net kwam oude Teunis binnen en hij zei: mijnheer Jodocus, ik hoor daar zoo wat. Als je soms aan de vrijerij bent, dan weet ik een prach tig weggetje om 's avonds met je meisje le wandelen. Dat is de Zuidelijke IJsseldijk in Beneden-Haastrecht. Want die gaat het Gemeentebestuur opzettelijk niel verlichten ten behoeve van de vrijen de paartjes. Rosbeek en Marinet hadden udh ver rijkt door den handel. Jarenlang ree da waren zij compagnons geweest en had den ze gespeculeerd in diamanten en kostbare ateenen, antiquiteiten, Pera- ache, Japaaache 'en Chineeacbe snuiste rijen, aardewerk va® Delft en Rouaan, autagrafiën, effecten, verafgelegen gron den en eendelijk in de sport. Zij hadden alle» aangegrepen wat hun voordoe Lug toescheen, zonder altijd even nauw op den aard der zaken te letten De lange, magere Rosbeek, die de oud» te wae, met zijn scherpe oog en, borstelige wenkbrauwen en ijzergrauwe haren,'was de levende tegenstelling van zijn compagnon Morinet, die vet was al» een kwartel; een welgedane dikzak, die altijd glimlachte, als hij iemand aan keek met zijn helderblauwe oogen, die uit een rond, zeer rood gelaat keken. De belde compagnons, die hun zaken in de stad dreven, woonden buiten in een wit gepleisterd huia van twee ver diepingen, met een verwilderden tuin.er voor en omringd door een hoogen, stij ven muur, zonder de minste versiering. De liefde speelde eind» zeer lang geen rol meer in hun bestaan, maas Morinet, die veel zachter en gevoeliger van aard was dan Rosbeek en die in zijn hart nog kleine restjes van half vergeten teeder- heid bewaarde, nad op haar tweede jaar, een klein, ouderloos meisje tot zich ge nomen, dat nu een jaar of twaalf was. Rosbeek had de indringster altijd met een slecht oog beschouwd, 't Is waar, zij won hem al spoedig een meid uit, maar daarvoor at zy ook van hen en boven dien waa zij dikwijle in de gelegenheid over dingen te hooren «preken, die vreemden niet aangingen. Zélie wa» een klein, vlug schepseltje, dat altijd vroolijk wa» en dat veel te veel at, naar het oordeel' van Roebeck, terwijl Morinet haar goede eigenschap pen al» huishoudstertje en naaister roemde. Gewoonlijk waren dit de twist gesprekken des avond», als Zélie naar bed was, waarbij de eene compagnon steeds opsomde, wat zij uitwon, en de andere, hoeveel zij hem kostte. Zélie, met haar vlugge opmerkings gave, wist zeer goed, hoe de oudste com pagnon over haar dacht, maar zij zette er niet minder een vroolijk gezicht om en behandelde «deeds op een voorkomen de wijze haar vijand, die bij den dag stil ler en norsober werd. Zijn gierigheid, die vergeefs naar een middel zocht om de uitgaven voor de indringster te be zuinigen, bracht hem tot wahhoop en zijn hart, waarin reeds lang alle gevoel gereedschappen op dien schouder en be gaven zich op weg, iedereen verliet zijn dienst en spoedde zich naar het wonder land. Verhalen ran groots klompen goud, die gevonden waren, bereikten Melbour ne en vervolgen» de kleinere steden, tot zelfs de kleinste nederzetting. Boeren waren radeloos, er wa» nie mand meer om hun veld te verzorgen en het land te bebouwen, iedereen ging naar 't beloofde land. Verschil van stand we» er niet meer, de algemeene paniek had alle klassen gelijk gemaakt. De Gouverneur was door bijna allen verlaten en ten einde raad, hoe hij allee in 't reine zou brengen. Jack Tristram en zijn vrienden waren ook spoedig op weg naar de goudvelden. 't Was een vreemd gezicht, doen uit tocht van het volk te zien. Karren be laden met allerlei provisie en huisraad, zeildoek tenten en gereedaoh&ppen, wer den getrokken door vermoei da paarden en begeleid door ruw uitziende mannen met pakken op hun rug, gevolgd door vrouwen en kinderen, allen beladen met 't een of ander. Jongens van acht of tien jaar oud ge droegen zich als mannen en liepen met rroolijke schitterende oogen, zij bedach ten verhalen waarbij Aladin met de wonderlamp niets was en hadden visi oenen van ongehoorde weelde. De vrouwen waren vod hoop en een nieuw lioht scheen in hun oogen. Velen ran hen hadden nooit anders dan ar moede gekend, zonder hoop op verbete ring en nu zagen zij al een fortuin in hun bezit, als hun mannen maar succes hadden. Zij moedigden de kinderen aan, zij spraken bemoedigende woorden tot de mannen, zij zongen en maakten grap pen en het woeete land weerklonk van ongekende vroolijkheid. Dag op dag lie pen stj verder, nooit den ttotd nriie- wa» opgedroogd, werd nog hardar dan vroeger, als het mogelijk wa». Daar de compagnons beiden slecht» zeer verre verwanten bezaten, 'hadden ze bij testament bepaald, dat de overlevende het gansche kapitaal zou erven. Op een ruwen avond in den herfst za ten zij bij hun welverzorgd vuur in de eetkamer, die verlicht werd: door «on bronzen gaskroon, met groen poroélei- nen lichtechermpjes en praatten over verschillende dingen, maar vooral over de winst en .het varlies in hun naken Zélie was naar haar kamer gegaan. Er wa» rijkelijker gedineerd dan ge woonlijk, Morinet, gehoor gevend aan den aandrang van zijn maag en aange moedigd zelfs door Rosbeek iet» (wat buitengewoon wa» had een geheel e flesah oude Bourgogne gedronken, waar van de purperroods kleur op zijn ge zicht getuigde en die zijn geest dn een kleine bedwelming had gebracht Zij war ren bozig uit het hoofd een inventaris op te maken van hun bezittingen, toen Rosbeek op geheel natuurlijke» wijze vroeg!: Ala we meteen eens een kijkje in de brandkast namen? Dat ia «en idee, antwoordde zijn vriend, wóens blauwe oogen schitterden al» vuur. De kast, waarvan zij spraken, had niet» gemeen met dis gewoonlijk niet meer dan een manshoogte hebben en die niet breeder zijn dan een gewone kast. De brandkast van de heeren Rosbeek en Morinet was een soort duister kabinet, in een dikken muur gemetseld, van bin nen geheel met ijzer gevoerd en waarvan de massieve deur, bruinachtig geschil derd in den toon der eetkamer, voor den bezoeker niets bijzonders verried Roebeck nam den sleutel uit een ver borgen lade. stak een kaars aan en nam met plechtige bereidwilligheid den plicht op eich, de kast te openen Na eenig ge- krik-krak opende de deur zich langzaam aüs van een geheimzinnigen tempel. Voor de compagnons was het een groot genot te verwijlen in dit göbied, waar zij gemakkelijk beiden in konden staan en waar in regelmatige orde, op ijzeren riggels. diamanten, robijnen an- t eke sieraden, koe*bare perkamenten, oud en nieuw gestempeld goud en de blauwe en eenigszins vetaohtige Fran- sohe bankpapieren zich vertoonden. Dat zijn nu de vruchten van een dertig jarigen arbeid! mompelde Morinet, wankelend van lichte dronkenschap, ter wijl hij langzaam binnentrad om de voorwerpen en het papier van dichterbij te bezien. Roebeck bezag alles zwijgend m het flauwe lioht der kaars, met be- geerige oogen, onwillekeurig zijn beenige handen uitstrekkend om de schatten te betasten. Eensklaps, terwijl zijn vriend, nog al tijd onder de bedwelming van den wijn, geheel verdiept scheen in de beschouwing van een paar zware gouden armbanden, trad Rosbeek buiten het kabinetje, zon der dat ide minste beweging op zijn som ber gelaat zijn voornemen verried, deed bedaard de zware deur toe en sloot haar Morinet dacht in het eerste oogenblalk aan een scherts en riep op verwijtenden toon, wat de onder tooh niet verstaan kon: Kom, dat vind ik flauw. Maak niet «x/n dwaze aardigheid. De ander glimlachte buiten en mom pelde met de ijskoude bedaardheid, die sommige misdadigers kenmerkt: Ziezoo, binnen een uur is hij er ge weest. Hij ia belli dronken, hij moet daar binnen stikken en het zal lijken of hij aan een beroerte is gestorven. De kleine indringster is lang naar bed en slaapt va»t, zooals gewoonlijk. Als ik weerom koen, zaïl het wel in orde wezen. Toen vertrok hij zonder gerucht te ma ken, om een pooe te gaan wandelen in de duisternis. Na verloop van een pear minuten be- send, gesteund doocr de hoop binnen in rich, 't Wae een bonte menigte, waarmee Jack Tristram en zijn gezellen reisden. Zij bereden goede paarden en hadden een goeden voorraadt eetwaren bij zich en benoodigdheden om 'e nacht» te kunnen kampeeren. Zjj werden aangeroepen door de vrou wen en gay en rroolijke antwoorden. De mannen lachten en zeiden: „Ge zult er aiet veel kunnen uitrichten, dat ruwe werk i» niet» voor zulke heertje»!" „Dat zul je eens zien," zed Jack, „ik durf beweren, dat we even goed kunnen werken ale jullie." Nachts duidden de vuren de ver schillende kampementen aan, want 'was koud ais de zon onder wa». 't Wae ais een leger op marsch, maar zij zochten goud, geon bloed, ofschoon de begeerte naar het edel metaal aanleiding gaf tot menigmaal veohten en selfe tot dooden. HOOFDSTUK XX. „Een geforceerde maredhl" aef kapi tein Hermitage. „Tot nu toe kende ik alleen 't (voord, maar we hebben er mar oon mrwv» voorbeeld van. Dde mensuhen schijnen nooit moe te zijn, zij loopen door in de grootste onzekerheid, wat de toe komst hun zal brengen. Hosvslen zullen er slagen? Hoeve!en zullen er bittere teleurstellingen hebben en (hoevelen zul len «r hun leven laten in den strijd om het goud?" „Ge rijt zeer welsprekend, zulks spee ch sa zullen den tijd aangenaam doen voorbij gaan," zei Jack. „Die jongen ia zeker uitgeput," zed Harry, wijzend op een knaapje, dat al leen aan den weg zat. „Ben Je doodmoe?" meg Jack hem. M nat, wat uit «n dan *a ik wear go® Morinet, die allengs nuchter werd, de afschuwelijkheid van zijn toestand in te zien. De deur ging niet open. Hij waohtte en kreeg plotseling een «fbchu- welyken angst, die hem geheel ontnuch terde, alsof een stortbad ijskoud water over hem heen werd gegoten. Gelijk een levend begraven e voelde hij het Moed naar zijn hart vloeien. In deze ijzeren ge vangenis dde erger waa dan een graf kuil berekende hij vol wanhoop de nut teloosheid- van zijn pogingen om zich te beirrijden, gevoelde hij al de verschrik kelijkheid van den langzamen dood door verstikking Met zijn gesloten vuisten beukte hij tegen ide ijzeren wanden en zocht met zijn voeten de onwrikbare dour in te schop pen Hij begreep, dht niet» hem baten kon en een vreeeelijke woede overviel hem bij die gedachte, die hem het bank papier, dat hij in het donker in handen kreeg, deed verscheuren en de «ieraden vertrappen, huilend als een wild beest, half besluitend zich het hoofd tegen het ijzer te verbrijzelen, om zich een langggt- men dood te besparen. Intuaschen lag Zélie wekker in haar kamertje op de tweede verdieping, er orver denkend of het werkelijkheid was geweest of verbeelding, toen zij straks het knarsen van het tuinhek meende te hooren, want geen der compagnon® ging ooit zoo laat de deur nog uit. Zij luister de in stilte en hoorde niets dan het veraf rollen van rijtuigen of het fluiten van een locomotief. Maar opeen» waa het, of doffe, gedempte slagen weerklonken, die van beneden schenen te komen. Zij docht aan een vechtpartij, aan 'n inbraak van dieven en zonder zdoh een oogenMik te bedenken ging ze op haar teenen naar beneden De eetzaal, waar idle lamp walm de, wa» leeg en stil. Alleen bij tuseohen- pooaen weerklonken de doffe slagen, voortgebracht door Marinet, die met de voeten tegen de ideur der 'kast bansde Zélie kende het (bestaan van het klei ne kabinetje. Menig keer als die com pagnon» dachten, dat ze vaat sliep, had ze op baar kousen achter «die deur ge staan en door een kier alles bespied en gehoord, hoe ze spraken over de onmoge lijkheid! voor een vreemde, die het letter slot niet kende, om in de kast te breken Zij' liep naar de kast toe, nam de pook en sloeg er mede op de deux. Er werd daJdelijk van binnen geantwoord. Zij leg de haar oorf er tegen, maar zij kon niet verstaan of er binnen iets gezegd werd- Zij begreep, dat ze in élk geval niets kon doen, vóór ze den «leutel had. Ros beek had hem met weiktuigedijke nauw gezetheid op de geheime plaats gelegd, dis Zélie even goed kende, als (hij zelf Zij stopte hem in het eerste slot, maar zij wist niet hoeveel élagen zij doen moest, het alfabet volgende. Zij bewoog den sleutel hepn en weer in het slot om degeen, die er binnenzat, te doen begrij pen, dat men hem helpen wou en gaf daarop, zich vast tegen de deur dringend, een doordringende schreeuw. De gevangene scheen begrepen te heb ben, door die merkwaardig snelle ge- d!achten-<gemeenaohap, die in oogenblik- ken van groot gevaar zich dikwijls voor doet, dat men eerst de letters van het slot moest weten om hem te kunnen ver lossen. "Voor ieder «lot moest men drie letters doen uitkomen: A. E. I. Voor de eerste letter gaf Morinet een hevigen slag tui hield zich toen een oogsriblik stil; voftr de tweede Honken vijf gelijke slagen, daarna weer een oogenhlik stilte en daar na negen regelmatige slagen voor de derde letter. Zélie had begrepen. In weinige minu ten hadden haar tengere handjes de sloten open doen springen en de deur geopend. Half verstikt en achariaken rood vloog Morinet uit zijn gevangenis en het kind omhelzend, dankte hij voor haar moed en handigheid. verder, maar ik ben uitgeput en dodd op Hoe ver ie 't nog?" vroeg de jongen. „Nog verscheiden mijlen," zei Jack, „waar zijn je vader en moeder?" „Vader is dood en moeder is te Mek om te werken en daarom ben ik op pad gegaan om te zien, wat ik voor haar doen kan. Zij zullen op haar passen, terwijl ik weg ben, daar heb ik ivoor ge zorgd." Hij sprak zoo opgewekt en vol ver trouwen, dat zij allen glimlachten en Jack zei: „Je bent een moedig ventje, hoor. kom aen, je zult wel niet zwaar zijn kom maar achter me zitten." „We zullen hem om de beurt nemen," zei Harry. „Dat is goed", riep Kirby udt, „en ws zullen zien wat we voor hem doen kun nen als we op onze bestemming zijn." De oogen van den jongen glommen pn hij zei: „Wat zijt ge goed, er zijn er niet veel zoo, zoo even vroeg ik een man in zijn kar te mogen meerijden, maar hij vloekte tegen me en reed gauw door." „Hoe heet je?" vroeg Jack. „Tom Dixon; moeder noemt me Tom my." „Wel, Tommy, je bent al een heele kerel," zei Jack, „wat denk je te doen als we in de Loddon-vallei aankomen?" „Goud gaan zoeken, genoeg goud om moeder in 't leven te houden". Hij werd op 't paard getild en zat er vergenoegd en dankbaar. 't Scheen onmogelijk, dat 't kleine ventje zoon eind geloopen had, maar hij wo» blijkbaar ouder dan hij er udtzag en Harry vroeg hem hoe oud hij wa». „Ik ben twaalf jaar oud en ik heb altijd gewerkt sedert ▼ader's dood, nu twee jaar geleden. Da menachen, die zij passeerden, maak ten xich allen vroolijk over dan kiemen Heeft hij u daarin opgesloten? vroeg het kind, met verachting en toorn op dat hij drukkend. Ja, zei Morinet, nog maar half op adem. O, «oo?n monsterl Zij beraadslaagden wat ze nu zouden doen. Hem afwachten of hem dadelijk aangeven bij de justitie? Hoe «ouden zij zich wreken? Morinet, die met behulp va® wat wa ter, geheel wa» bijgekomen, sloot de deur der brandkast en legde den sleutel op ds gewone plaats in de lade Toen ging hij met het kind naar die tweede verdieping om de komst va® zijn compagnon af te wachten. Een paar uur later sloop Roebarik met een voJdanen glimlach, al» oen kat het h/uiia binnen. Hij stak een kaar» op en TiA.Tn daarna den sleutel uit de lade om de brandkast te openen. Op het oogenblik, dat hij den langen sleutel in het slot stak, werd aan het te genovergestelde einde der ruime kamer knarsend en langzaam een deur geopend. Roebuck, die aan Zélie dacht, keerde zich vol woed» om, om op (berschen too® te vragen, wat ze hier noodiig had Maar m de deur vertoonde «Loh niet het kind, maar het bleeks gelaat van xajn dooden compagnon, dat akelig scheen te grijnzen in het flikkerend kaarslicht. De misdadiger bleef «taan, met open mond, niet in staat te «preken of zijn houding te veranderen en het spooksel wamt hij wist te zeker, dait Morinet om- mogelijk levend zijn gevangenis bod kun nen verlaten naderde langzaam, met uitgestoken hand, zonder te spreken. Voor den benevelden blik van den moordenaar mum die hamd een reusach tige afmeting aan, hij w'Me vluchten, maar kon zich niet verroeren en eens klaps voelde hij, hoe de geestenhand ofsohoon Morinet nog wel tien pas van hem af wa» zich om zijn strot klem de. Het Moed «teeg hem bruisend naar de hereenen, voor zijn oogen kwam een donkerroods gloed, „genade", gorgelde hij en viel toen neer, als een blok opn den gromd. Morinet liep op hem toe, maar zijn compagnon verroerde zich niet. Hij riep en sohudde hem en legde de hand op zijn hart. Het waa te laat. De moorde naar rwas dood. De schrik had rijn ellen dig leven vernietigd. Het oudste lid va® de vennootschap Roebeck en Morinet werd behoorlijk be graven. Nooit kwam zijn misdaad, dde de oorzaak van zijn eigen dood werd, aa® het lioht. Zijn vriend, hoewel hij dogen va® groote soberhield behield, als een her innering aan dien vreeeel ijken avond, leefde jaren lang rustig met Zélie, die hij tot zijn erfgename had benoemd. Antfldt. Op don gevaarlijken hoek Benedien- dam—Prinsengracht kwam de auto van De Groot in botsing met de hondenkar van B Streefkerk. Hoewel het zich lee- lijk lief aanzien, Mep het nogal goed ai. De hond jankte wat en het tuig wa» ka- IHOEZONDEN MEDEDEELINfl. Als Ml U moeilijk scheert omdat Uw huid gauw stuk ga»t en pijn doet, den kunt (IJ dit geheel voor komen, Indien (IJ vóór het Inzee- pen de huid even Inwrijft met slechts een weinig fT.S: JrJ Doowa XMS0 n 90 tt. T»b« »0 jongen, die achter op het paard een plaatsje gevonden had. „Je hebt je vrouw zeker maar thuis gelaten, is dad je eigen kind of heb je hem gevonden," zoo vroegen zij de een voor -den ander. Een kar wa» gebroken en de eigenaar stond er wanhopig bij te kijken, niemand had lust hem te helpen, zij hadden allen te veel haast „Je verdiende loon,riep Tommy uit, toen zij hem voorbij reden, Je wilde me niet njee nemen en nu ben ik er nog eer der dan jij. Goede reis, sinjeur." De eigenaar van de kaT zag Tommy en schudde zijn vuist tegen hem „Dat ia de man, die me niet wilde la ren meerijden en die tegen me vloekte" zei de jongen, „Ik zei hem wel, dat hij geen geluk zou hebben." Toen zij de Loddon-valloi bereikten, vonden zij, dat, ofschoon de ontdekking van goud pas was gedaan, er al honder den menschen gekampeerd waren langs de tallooze beekjes, die de vallei door kruisten. Jack en zijn gazellen wachtten op de komst van de kar met huisraad en sl'e- pen een paar nachten lang onder den blooten hemel met den jongen bij zich Op den moTgen van den derden dag, kwam de kar aa® en zij begonnen ter stond hun tent op te Maan en het noo- digsfe huisraad uit te pakken. Gedurende den geheelen dag misten zii den jongen, maar zij waren niet onge rust over hem, daar hij best in staat was voor zichzelf te zorgen. Hij kiwam tegen den nacht terug en na zich eerst aan een flink maal te goed gedaan te hebben, nam hij een geel vobrwerp uit zijn zak, dat de grootte had va® een duivenei. Zil ksktm alios vsvatomA van Het «Me

Kranten Streekarchief Midden-Holland

Schoonhovensche Courant | 1929 | | pagina 3