firooie Demoflstratfe mei Llcmiieeiiieii Groofe Uitverkoop Groenmerk-Koffie 40 ct. per half pond NIENHUIS - SCHOONHOVEN 4 BONNEN op I pond van onze S merken Nienhuis Koffie op iedere tafel BOUWLAND ILDEEmG Metselaarszaak ONZE GROOTE Yerkoopen: 15 JANUARI a s. ROTTERDAM goed groeiende varkens in hef Schoenenmagazijn Yan de Firma D. Smif Haven 4 - Schoonhoven III Reparaties spoedig en billijk |||H Werkmansgoederen „DE KLEINE WINST" RAVENS WA AY'S bekende Graafslroom's Yerp. Roombof er VOORDEEL (wit) 45cLp4Pond ROEM (rood) 65 ct.p.|pond KABOUTER (groen) 50cf.p4Pond DIANA (blauw) 57\ ci.p. bond SPRENIE (geel) 371 cl. p.f pond Te koop: TE KOOPi flinke Makke H I T Notaris A. T. v.d. Leeden Stolwijk =SBK IN ALLE AFDEELINGEN DUURT NOG SLECHTS TOT HOOFDSTEEG HOUTTUIN - BOERENSTEIGER Nutsspaarbank Schoonhoven Ie Huur: Een Hink woonhuis Coöp. Boerenleenbank Nieuwerkerk a. d. IJssel PR0VENDINE Onbreekbare Horlogeglazen G-S zijn de echte a Haven 86 - Schoonhoven Wensoht Vrienden en Begunstigers een Gelukkig Nieuwjaar. De specialist voor bandages Profiteer! van deze gelegenheid!! Alle restanten bijna voor niets White's Electrische Karh GOEDKOOP en S0LIEDE Prima kwaliteit Koffie is iets buitengewoons Het heeft verbazeid ingeslagen Onze omzet, hoewel groot, is weer verbazend gestegen Daarom hebben wij besloten om voorloopig nog 4 bonnen te geven op ieder pond overal verkrijgbaar Weet U wat 4 bonnen beteekent? Op 5 pond Koffie een Eiken Bloemtafel Op 70 pond Koffie ons mooie Theemeubel Op 3 pond Koffie 6 Japansche Kop en Schotels Probeert ook eens onze 3 soorten Thee; 3 soorten Boter, Vet Zeep, Zeeppoeder. Was, Schoencrême, Koek enz., ailes met dezelfde bon Tevens wenschen wij ai onze Afnemers en Vrienden een ZALIG NIEUWJAAR Van Rondom FEUILLETON. De Broeders des verderfs. Mengelwerk. De Bankdiefstal. -Springende Handen Kloosterbalsem Ean flink* wegen» dubb. raken. Prijs f 2000 - met Inbegrip van benoodlgdheden. Brieven franco onder No. 3040 bureau van dit blad. een dichte 4-Wlellgt W A 0 E N, speciaal ingericht voor .Kruide nier; ook gesohikt voor Bakker; en een (ruim 4M jaar( met z. g. a. nieuw tuig, voor spotprijs 250 H. C. VAN OS Kruidenier Papendrechi 9 NIEUWSBLAD VOOR ZUID-HUURND EN UTRECHT. Schoonflovanacbe Courant. t« Ouderkerk .a.d. IJssel ia voor- nemens op Woensdag 7 Januari 1931 morgens ten IJ ure in hel koffie- huis van J O H. N O O M E N te Stolwijk, ten Verzoeke van den heer W. TREUREN aldaar, in het openbaar te I perceel gelegen onder de gemeente fn den Polder Beijersche, groot 57 A., 70 c.A. Inlichtingen ten kantore van den Notaris. Balans-Oprniiniiig NOGMAALS STERK VERLAAGDE PRIJZEN Profiteert van deze Buitengewone Aanbieding EJsders VRIJDAG 2 JANUARI Rente 3.6 Geopendi Zaterdagavond van 7.30 tot 9 uur Ovarlge werkdagen van 11 tot 1 en van 3 tot 3.30 uur met Pomp en nieuwe Varkensschuur 9 Vruchtboomen, 20 roede Bouw land en Dijkgrond, gelegen bij de woning aan den Lekdijk tusschen Schoonhoven en Ammerstol te bevr. W. STIQ TER, Lekdijk B 73 Bergambacht. Maandag 5 Januari des avonds 8 uur, in hel Nul Ie Schoonhoven over HOOGFREQUENTIEBESTRALING, de geneeswijze der Professoren: Dr. von Wendt te Helsingfors, Dr. Eberhardt en d Arsonval, toegepast volgens methode Zeiler's, den WONDERDOKTER VAN GALSBACH. Deze demonstratie toont U de zelfbehandeling voor Rheumatiek Asthma, Slapeloosheid, Verlamming, Hardhoorendheid, Suikerziekte! Aambeien, Spataderen, Zenuwlijden, Vrouwenlijden en andere, zelfs oudere kwalen. VRIJ ENTRÉE. Geen. toegang voor kinderen. Uitgaande van de Oeneeskring „RAYON", Kruisstr. 17, Rotterdam. maakt van stijve varkens en achterblijvers Prljn fl. 1.76 per pak Indien niet In Uw plaats verkrijgbaar, schrijft dan aan de Imp.: Kuypsrs 4*Co, Maastricht Is hat rentatarisf als volgt Wacht U voor namaakt Juwelier Vanaf 1 Januari 1931 vastgesteld! Spaarbankrente Creditrente voor loopende rekeningen 3% Debetrente voor loopende rekeningen en voorschotten HET BESTUUR O. 1. ABENDS 13. thane HOOFDSTEEG 39. ROTTERDAM Met. masseert en versterkt men hef ha^r BALT. A. DE JONG - GOUDA Ooethaven 29 - Telefoon lip Prijs f 7.50 zijn de EIOENOEMAAKTE Korfe Trendeweg 22 Goudn zonder oadeaux zal vanaf 1 Jan. 1931 verkrijgbaar zijn Boter met Rijksmerk komt ven de koe. VRAAGT voorzien van het RIJKSBOTERMERK. Kwaliteit gegarandeerd. Hoog»! fijn van «maak en geur. ALOM VERKRIJQBAAR. N.V. Zuivelfabriek „DE GRAAFSTROOM". en zoo kunt U doorgaan uit ons Cadeauboekje met pl.m. lOOO verschillende soorten Cadeaux Onze Koffieprijzen zijns TWEEDE BLAD NIEUWSBLAD VOOR ZUJD-HOLUANQ EN UTRECHT, Schoonhovn»chè Courant VRIJDAG 2 JANUARI 1931. door JAN &UTJJT. Over den tijd en over de benoeming in Hoog-Blok- land. Als ieder jaar zaten we "Woensdag avond bij elkaar om van oud in nieuw te vieren. Dat vieren gebeurt bij tante rus tig en eenigszins met eerbied. Tante heeft er slag van om zonder veel woor den of zonder de anderen er toe te for- ceeren, bepaalde stemming te verwekken en toen ze Woensdag-avond ons de kop jes elemp-melk had ingeschonken, ging ze bij den haard zitten, vouwde de ban den in haar schoot en keek ons peinzend aan. Na eenigen tijd van zwugen zei ze zachtjes: „Weer een jaar! Weer 3f>5 dagen en weer een stukje dichter bij het einde. Waar blijft de tijd?" Jod beging weer eon ran zun onhan digheden. In plaat» van in de door tante bedoelde richting door te spreken of ten minste te denken, sprak hij met harde, jolige stem:: „Waar de tijd blijft, vraagt u tante? Wel, tante, die kan nergens blijven, om dat er geen tijd is." Tante keek hem verstoord aan, maar Jod trok er zich niets van aan en ging voort: „Kijk eens hier, de tijd bestaat uit ver leden, heden en toekomst, nietwaar? Dat kan niemand tegenspreken. Het verleden is er al geweest en bestaat dus niet meer. De toekomst moet nog komen en bestaat dus nog niet. We hebben dus alleen het heden. Wat is het heden echter? Niei morgen, dat is de toekomst, niet gisteren, dat is het verleden. Dus alleen vandaag Maar ook niet vanochtend of vanmiddag, want <tyt is ook verleden. Alleen dit oogenblik is heden, is tijd. Maar als ik zeg „nu" dan is het alweer weg, dan is het alweer verleden. De tijd bestaat dus uit iets wat er al geweest is en wat nog komen moet, want het heden gaat onmiddellijk over van de toekomst naar het verleden. Er bestaat dus geen tijd." Tante keek haar neef bedrukt aan en schudde haar hoofd. „Onze geachte neef vergeet een klei nigheid,' zei ik toen, „namelijk dat al die kleine ondeelbare oogenblikjes, die het heden zijn, samen één seconde, één mi nuut, een uur enzoovoort opbouwen en den tijd vormen, die volgens Jod er niet is." „Heb je tijd?" vroeg tante spottend, „sjeek dan een sigaar op, maar als er geen tijd is kan je ook geen tijd hebben en als je geen tijd hebt, moet je geen si gaar opsteken, maar het werk doen, waarvoor je je tijd noodig hebt. Als de menschen dat maar eens meer beseften," vervolgde tante ernstiger, „dat zij altijd moeten doen het werk dat het eerst ge beuren moet en als zij maar eens niet steeds wilden uitstellen wat tenslotte toch moet gebeuren en als de menschen dan tegelijk dat* wat zij moeten doen ineens goed doen, dan zou er veel minder teleur- stelin'g en verdriet op de wereld te ver werken zijn/* „Zooals ze bijvoorbeeld in Hoog-Blok- land hebben gedaan," zei ik met een effen gezicht. „Wat bedoel je daarmee, Jan?" vroeg tante. Jod was me voor met zijn antwooyd en lichtte tante aldus in-. v „In Hook-jBlokland'moest "een gemeen te-ontvanger worden benoemd, dat is nu gebeurd; maar zooals dat dikwijls gaat, zijn niet allen 't eens over 'de keuze. Als Piet benoemd is, pijn er .altijd die liever gezien hadden dat Jan was benoemd en weer anderen geven de voorkeur aan Kees." „Is dat alles?" vroeg tante. „Ja en neen," heraam ik. „Wat Jod zegt is wel de waarheid, maar niet de ge- heele waarheid. De zaak zit aldus. In v Hoog-Blokland werd de gemeente-ontvan- I door WTTJJAM HOLT. 46 Opeens "zag Turner dat de man die zoo onverwachts den schurk overvallen had niemand anders was dan John, zijn as sistent. De deur was gesloten, hij begreep Jus oogenblikkelijk, dat John over het bal kon door het raam moest binnen gekomen zijn. Hij bedacht zich dan ook geen se conde, sprong van zijn stoel, was in een oogenblik op het balkon, klom over het hekje en vond het raam van Sheppard's kamer open. Hij had nog juist den tijd om den schurl, die waarlijk net den jon gen man onder had gekregen, een schï-ik- kelijken? vuistslag toe te dienen, die hem bewusteloos maakte. „Je was haast te vroeg geweest, jon gen," zei hij tot zijn helper. „Maar u kwam nog op tijd, patroon," antwoordde deze hijgend. „Waar heeft hij de sleutel van deze kamer, mijnheer.?" vroeg Turner. „In zijn vestzak.' Turner haalde hem er uit. „Boeit den kerel goed," zei hij tot zijn helper. Toen opende hij de deur. „Mijnheer, gaat$u met mij-mee, hier naast." De ander volgde hem willoos. „Ga hier kalm op bed liggen," zei de detective. „Neen, vertel me niets, u ver keert in levensgevaar. Blijf hier waohten. Wij zullen u reddw," ger ziek. Gedurende zijn ziekte aam de heer J. den Hartog zijn betrekking waar en hij deed dat tot aller tevredenheid. De ontvanger overleed en de keuze voor een opvolger was dus niet moeilijlt. Ieder begreep, dat niemand anders benoemd zou worden dan de man, die reqds ge toond had, voor dat werk bekwaam te zijn. Om echter niet aan één candidaat gebonden te zijn, deden Burgemeester on Wethouders van Hoog-Blokland nog een oproep voor den post van ontvanger on daarvoor meldden zich 9 sollicitanten aan, onder wie ook de heer Den Hartog Van die negen bleek de heer Den Har tog de meest geschikte en na hèm volgde de heer A. S. v. d. Klei.. B. en W. dien den dus bij den raad een aanbeveling in, waarop de heer De Hartog nummer 1 en de heer v. d. Klei nummer 2 was. De raad kwam bijeen, dê benoeming van een ontvanger was aan de orde en benoemil wordniet de heer De'Hartog, ook niet de heer v d. Klei, maar Iemand die in het geheel niet op de aanbeveling voorkwam, namelijk een zekeren A. P. de Jager „Nou," meende tante, „die meneer De Jager zal zeker nóg bekwamer zijn ge weest in de gemeente-administratie, dan meneer De Hartog." „Neen, tante, dat moet ik tegenspre ken. Meneer De Jager is een eerzaam en achtbaar man, een landbouwer, mis schien zelfs een bekwaam landbouwer, maar van gemeente-administratie kent hij de eerste beginselen nog niet." „Je verget," viel Jod in, „dat zijn va der secretaris-penningmeester is van den polder De Beomd." Ik keek mijn neef verbaasd aan en vroeg: „Wat heeft er dat mee te maken? Mis schien heeft de heer De Jager fael een oom of een neef, die lid van den gemeen teraad zijn, ma*r daarom kan hij nog geen ontvanger worden." „Ik wilmaar zeggen," vervolgde Jo- docus, „dat zijn vader hem wel wat kan inlichten over administratie en zoo." „Dat weet ik niet, dat kan ik niet be- oordeelen," merkte ik op „Alleen is mij gezegd, dat de secretaris-penningmeester van den polder De Beemder ook nog een assistent op nahoudt voor de admi nistratie." „Dan weet ik een goede oplossing," zei tante, „laten ze meneer Den Hartog assis tent maken van den vader van meneer De Jager, dan kan hij De Jager Senior en Junior bijstaan in hun administratief werk en dan zijn alle partijen geholpen." „Meneer Den Hartog heeft anders hee- lemaal geen hulp noodig," bromde Jod, die kan er ook zonder het tractement van ontvanger wel kcftnen." „We dWhlen af," riep ik, „het gaat er niet over menschen te helpen of om iemand op te leiden voor ontvanger, het gaat er alleen om den bekwaamsten te benoemen." „Laten ze dan die twee, dien Jager en dien Hertog, examen laten doen," vond tante, „want ik denk dat als je het vraagt aan meneer De Jager en aan de raads leden, die hem benoemd hebben, dat je te hooren krijgt dat De Jager bekwamer is dan de Hertog." „jtfisschien wel in het jagen, maar niet in net ontvangen en beheeren van ge meentegeld," hernam ik. „Maar van exa men gesproken, niet meneer Den Hartog maar de raad heeft examen moeten doen. Ze zijn Maandag naar Den Haag geroe pen, om daar aan de Gedeputeerden te vertellen, waarom ze ae Jager hebben benoemd." Zoooo," vroeg tante belangstellend, „en wat zeiden de heeren in Den Haag?" „2e hebben gezegd dat de raadsleden zicfi maar eens ernstig moeten afvragen of zij bij de benoeming van defl ontvan ger wel gedacht hebben aan den eed, dien 'zij hebben 'rfgelegd, toen zij raadslid wer den: „Ik zweer dat ik de belangen der gemeeüte Hoog-Blokland met al mijn vermogen zal bevorderen." 9 Teun grinnikte en zei; „Het belang van meneer de Jager lp toch zeker ook een gemeentebelang!" Hij liet den man al!oen en liep vlug naar kamer 16. Daar klopte hij aan. „Wie is daarP" klonk het van binnen. „Mevrouw," zei de detective zacht, maar duidelijk, „er verkeert iemand in levensgevaar, gelijk indertijd lord Nib- blington in gevaar verkend heeft. Zoo als ge- dien toen geholpen hebt, moet ge ook thans helpen. Aafczel geen ocgenblik, of het is te laat." „Een OQgenblik," antwoordde degene, die hij aangesproken had. Na eenige minuten ging de deur open. Signora Chiarina verscheen, zy zag Turner, die haar vreemd was. „Ik dacht," zei zy. „U dacht een der drie edellieden te zien. Maar ik ben hun vriend, mevrouw. Neen, ik heb u geen valstrik gespannen, het is werkelijk waar, wat ik u gezegd heb, er verkeert iemand in levensgevaar." „Waar is hu?" Turner zag, dat zy een klein fleschje in de hand had. „Volg mij," zei bij en ging haar voor. Zu volgde hem, zij dacht dat hy voor de deur van kamer 24 staan bleef, maar hij liep door en opende de deur van de volgende kamer. „Hier ligt het slachtoffer," zei hy. Zy zag den man, die gekleed boven op het bed lag, aan. „0," zei zij met een zucht van verlich ting, „hij kan nog gered worden." X. Het was al laat in den avond, toen de Tournel en Nibblington met de jonge dame in Orleans aankwamen, vanwaar zy zich begaven naar het hotel dn Com merce. Hei was de Linar, die hen be groette en zich niet weinig verbaasd toonde over het bijzijn der zuster van signer* Chiarina, -"p door W. KERREMANS. Eindelijk was Kaasmin's dap pe- komen en volmaakt rus tip besloot hij tot de uitvoering. Dat hij zoo kalm was by hel volvoeren van het feit, dat over zfln verder leven beslissen zou. kwam, omdat hij jarenlang aan de voorbereiding had gewerkt en nu zoo zeker was van zijn voortreffelijke or ganisatie dat'-hjj voor geen mislukking vreesde. Kaaslnin was procuratiehouder op een bank -en de uovenliedoclde voor bereiding en organisatie betrof het zich toe-eigenen en,"daarmee zich uit de voeten maken van een groot be drag. Een heel groot bedrag moest 't zijn .dat hom zekerheid gaf om een royaal renleniersleven te kunnen leiden. Hij had dikwijls genoeg gele genheid gekregen om met eenige tien. duizenden guldens te verdwijnen, maar dat was lang niet genoeg. Hij wachtte geduldig op den dag waarop hij een greep zou kunnen doen naar een paar ton. Zoo iets kwam niet dikwijls voor en mi de kans en de kas openstonden Voor f 180000 aarzelde hij piet te minder omdat het lot hem nu een dag voorsprong gal. t Was Zaterdag, als hij straks met het geld heenging, zou hij anderhalve dag voor zich hebben voor de diefstal werd' geconstateerd. Hii bleef aan het werk tot ieder het kantoor had verlaten, dééd toen het geld in zijn tasch en trok voor de laatste maal de deur van het bank gebouw achter zich" dicht. Mei blijdschap constateerde Kaas- min dat er geen zweem van angst of zenuwachtigheid in hem was. Hij had het gevoel of bij met verlof'ging en hij verheugde zich er op dat hij nu zijn tot in de uiterste details voor. bereide plan kon gaan volvoeren. Hij wist dat hij niets vergelen had, dat alles gereed lag en dat hy door zijn herhaalde repetities en oefeningen geen fouten kon maken. Kaasmin wandelde naar zijn ka mer, at met smaak zijn tweede ont bijt en zeide aan zijn hospita dat. hij tot Maandag naar Amsterdam ging Nadat de juffrouw zich had ver wijderd, sloot hij de deur achter Haar en haaldp uit zijn bureau eenige hon derden gulden aan bankpapier, die daar altijd renteloos gelegen hadden voor het volvoeren van zijn plan. Van het geld, dat hij zich had toegeëigend,* wilde hij in de eerste weken niets uitgeven, hoewel hij zorg gedrêgen had om lüt het boek waarin de nummers der bankbiljetten en de titels der effecten genoteerd stonden, Je bladzijde te scheuren waarop zijn onrechtmatig bezit stond genoteerd. - "Bij het geld lag een lijstje, waarop in alleen voor hem begrijpelijke woorden, de werkzaamheden geschré ven stonden, die hij achtereenvolgens moest doen en waaraan hij nu begon. Hij sloot twee 'maanden huur bij een briefje aan zijn hospita en plaatste den brief tusschen de boeken opzijn schrijftafel. Pas als die boeken wer den weggehaald zou de hospita den brief met het geld vinden. Nu ging hij zijn koffer pakken. Het was een koffer in een overtrek, dat hy onderweg zou wegwerpen in een or ander water. De steen om het overtrek te laten zinken, lag gereed. In de "koffer deed hy een licht costuum, waarin nooit een bekende. Kaasmin, die altyd donkere kleeding droeg, had gezien. Toch had hij ge zorgd, dat 't niet door zijn nieuwheid op vier:, buitenslands haa hij het elk jaar eenige dagen gedragen. Een bruine deukhoea ging er Dij, om zijn traditioneele dophoed te vervangen, De eerste vraag van de Tournel was, of de vluchtelingen achterhaald waren en toen de Linar toestemmend knikte, vroeg hy dadeiyk of de detective zich ook be diend had van het bevel tot inhechtenis neming tegen signora Chiarina. De Linar stelde hem gerust, dat dit niet het geval was. Een zucht van verlichting ontsnapte aan haar zuster, toen zij dit vernam. „Waar is zij? Ik zou haar gaarne zien," sprak ze. De Linar antwoordde: >,Uw zuster ié niet meer hier. Wij heb ben haar in een particuliere woning on dergebracht. Zij logeert by dr. Dupuy. Indien u wilt kunt u zich daar,by haar voegen." „Hè," riep de Tournel, „by dokter Dupuy; zy is toch niet ziek of gewond?" „Weineen," antwoordde de Linar, „breng de juffrouw daarheen en kom dan terug." „Maar wat is er gebeurd?" ,XHj zult het drama vernemen. Ik ge loof, dat thans snel de ontknooping na dert. Het schu'nt of alle handelende per sonen hier bijeen moeten komen," „Di Cava?" „Di Cava is in onze handen." ,Houan? „Rouan is ook hier." „Maar „Breng eerst de jonge dame weg, zy is daar veilig en kom dan terug." De graaf de Tournel'deed wat hem ge zegd werd. In een auto reed hij met het meisje naar de woning van dokter Dupuy. En hij vroeg zich -af wat er gebeurd kon zijn. Hoe kwam men er by de beide dames daar onder té brengen? Hoe kwam het hoofd der Broeders zoo onverwacht hier en bevond hy zich weder in hun macht? En de Rouan was er ook. Inderdaad, dat kon niets anders .bettekenen, das dat la#© schoenen in plaats van hoogt, ©en haarkleurmiddel, een zwarte snor en Henri IV baardje, een uilenbril. een kleurmiddel om zijn huid eenif$- zins bruin te tinten, visitekaartjes, waarop gedrukt stond W. L. Harm- seji ,een horloge met ketting, een ander soort boord dan hij gewoon was te liragen, een das. handschoenen alles stond gereed m een zorgvul dig gesloten kist en al die artikelen waren gekocht in tal van verschillen de plaatsen. Op zyn wandelingen had hy zich geregeld geoefend in een an deren gang en ook zijn stem had hij m bedwang om die een pieuwen klank te geven. Kaasmin ging naar 't station, vertel de onderweg aan twee kenissen, dat hij tot Maandag naar Amsterdam ging en nam ook een kaartje naar die stad Van de hoofdstad reisde hij naar 1'!recht, kocht daar een plaatsbewijs le klasse voor Zwolle. Op hel avond-s uub waarop hij langs den trein liqpl die hem naar Zwolle zou brengen.' waren er weinig reizigers voor die richting en Kaasmm kreeg wat hij hébben moest, een coupé zonder medereizigers Toen hij in Zwolle den trein verliet, zou niémand in hem den voortvliichtigen procuratiehouder hebben herkend. Kaasmin overnachtte in Zwolle, reisde den volgenden dag, Zondag, naar Maastricht en keerde van daar vroqg teiW naar zijn woonplaats. Zijn berekening was dat men over al zou zoeken, behalve daar en hij wilde daar ^en of twee weken blijven, tot de waakzaamheid wat zou zijn verslapt, om dat geenspoor van hem te vinden was. Voor hij het perron verliet om de bekende stad in te gaan, herhaalde hii nog eens nadrukkelijk tffj zich zelf de suggestie dat hij niemand mocht kennen, nooit vrees toonen, van niets verschrikken en dat hij zich volmaakt veilig moest gevoelen. Hy riep een witkiel én droeg dien op zyn valies te brengen naar* het hotel „De Kroon". Aan den bestel ler vrog Kaasmin ook-den weg naar Nu nam hy z(jn kunstmatigen gang aan en betrad de stad. Een politie agent stond bij den uitgang en Kaas min's eerste iö,druk was, dat die hém scherp opnam, maar onbevangen kij kend liep Kaasmin voort en repe teerde /Volgens de Coué-methode: Ik ben veilig, want niemand kent mij hier. Hy had dien geestelijken steun wel noodig ,want 't leek 'of een aantal zijner beste kennissen afgesproken hadden om hem op den weg naar het hotel le ontmoeten. Niemand ech ter lette op hem en het onbehage- lyke gevoel, dat, trots Coué, hem in keel en borst hinderde, week gelei delijk. Een wissellooper van zijn bank, een man dien hij dagelijks sprak, keek hem bij 't passeeren aan, maar zonder eenig blijk van herken ning fop zijn gelaat Een oogenblik was Kaasmin van plan zijn bank binnen te gaan om een of andere inlichting te vragen, maar dit gevaarlijke experiment wilde hij toch eenige dagen uitstellen. Als een vreemdeling, die voor 't eerst de' stad zag,, ging hy door de straten, bleef voor eenige winkels staan en bekeek Aandachtig de groo- te gebouwen die hy passeerde. In het hotel gaf hij op een of twee weken te zullen blijven. Hij wilde, vertelde Kaasmin aan den eigenafar op het gemeente archief eenige on derzoekingen doen naar den daar ge- boren 17e eeuwschen zeeheld Vol- ckertsz. De hotelier gaf hem inlich tingen over den archivaris en over een assistent, die zich bijzonder met Volckertsz leven had bezig gehouden en Kaasmin antwoordde dat hy dan maar dadeiyk naar het archief zou gaan. Hij deed zoo en verveelde zich urenlang met het lezen van oude fo- werkelijk de ontknooping naderde. Zou dan toch, zoo vroeg de Tournel zich af, de detective de oplossing der vele raad sels gevonden hebben? „Waar denkt u aan, mijnheer de graaf?" vroeg eensklaps het meisje, dat tegenover, hem zat. „O," zei hy, „ik dacht er over, hoe nu toch het einde van deze vreeselijke din gen nog onverwacht snel schu'nt te ko men. Als di Cava gevangen genomen is, zullen wu hem niet laten ontsnappen. En ik zou u ernstig willen vragen, uw zuster te overreden, dat zy ons eindelijk ten volle vertrouwt." „Dat doet zij zeker." „Neen, zoo min als gü" „Mijnheer de Tournel, gij vergist u. Mijn zuster* zoowel als ik, wij weten, dat wij veel aan u en uw vrienden te danken hebben; wu weten dat gü onze vrienden zijte" „Maar waarom spreekt gy dan niet, waarom hebt gij beiden u niet onder onze bescherming gesteld? Werkelijk, gij moet uw zu&er trichten over te halen dat nog te doen." v „Er zün goede redenen, die ons belet hebben u dingen te zeggen, die geheim moeten blüven, helaas." „Maar nu is wellicjit alles veranderd. Di Cava is weer in onze macht. Hü zal niet ontsnappen. .Uw zuster zal hem niet ten tweede male kunnen redden. Laat zij toch openhartig alles mededeelén. Het is voor haar, het is voor hem wellicht ook het beste." „Ik zal het haar vragen, meer kan ik u niet beloven." De auto stond voor de deur van dokter Dupuy stil. De Tournel dacht aan den nacht, toen zij hier 'den zwaargewonden di Cava hadden binnen gedragen. Hy belde aan. De dokter opende zelf de deur. „Ah, münheer de graaf," riep hy, ,,u ook hier," INGEZONDEN MEDEDEEL ING. Doe het «Ut Jaar beter du du vodgen winter. Zorg dat ge een pot Akker's Kloosterbalsem in huis hebt en bescherm Uw huid tegen inwerking vu koude en 1 vocht, door haar lederen avond voor het naar bed gaan, in te smeren mei AJdtcr's „Gun goud Moo goud" lianten over iemaqd, die hem niet interesseerde. Om drie tlur werd het archief $e- >dolen en de assistent bood Kaa&- Mfcu aan om een der boeken mee te Hfitneii, dan kon hij' in zijn hotel de Rudie over den zeeheld voortzetten. Dankbaar aanvaardde hij dat voor stel en 7ciri,e voorloophz cenoec daar aan te hebben. Kaasmin had zich zoodanig in zijn rol gedacht dat hij in een prettige onbevreesde stemming door de stad wandelde, later in een café ging zit ten ^en daar voor 'i eerst zyn naam hoorde "noemèn, zonder dat 't hem eenigszins aandeed. Hij kat bij het raam en ami een naburig tafeltje kwamen twee heeren zitten, die liij vluchtig kende. Kennelijk hadden zij onderweg reeds van hém gesproken. „Ik haa 't nooit van dien securen. bedaarden Kaasmin kunnen denken" zei de eene. „Stomme streek", antwoordde de ander. „Die lui worden immers altyd gepakt. Waar kan hij heen? Binnen een week zit hii in 'de nor". „Als Kaasmm hernam de eerste, deze onderneming heeft opgezet met tie nauwgezetheid, waarmede hij al tijd werkte ,dan zal 't een toer zyn hem te achterhalen'*. Kaasmin glimlachte gevleid. „Weet je hoeveel hij meegenomen heeft", vroeg de bewonderaar van zyn accuratesse. i „Ik heb gehoord van drie ton". „Allemachtig, wat een slag voorde* bank. Hoe is t met hun reserve?" Het gesprek ging verder over den financieelen toestand van de bank, waarbij Kaasmin gaarne op eenige on juisthéden zou hebben gewezen. Er kwamen "meer bezoekers op het bit teruur en Kaasmin zat zich te ver kneuteren over de algemeene belang stelling die zijn persoon genoot. Tegen bet uur van dineeren keerde hij terug naar zijn hotel en toen hy de eetzaal binnentrad was de eerste, dien hij aan een tafel bij 't raam zag zitten: de president-commissaris van «ijn bank, wiens felle blik Kaasmin even deed schrikken. Kaasmin hoest te even om zich een figuur te geven, en nam toen bedaard plaats aan een 'tafeltje achter den gevreesden man. Gedurende het maal, zoo dicht bfj iemand, dieo hem goed kende en die naar hem zocht, merkte Kaasmin dat zijn hand beefde en hij had alle hulp van Coué noodig om zich" te her stellen. De president was eerder klaar mei eten aén Kaasmin. Als hij opstaat, had Kaasmin zich voorgenomen, kijk ik hem onbe vreesd aan en eet kalm door. De president wierp een vluchtigen blik naar den onbekende, achteloos keek Kaasmin even in zyn richting en boog zich toen weer over zijn bord. i 's Avonds begaf hij zich naar het café, waar hij gewoon was te ko men en waar zijn vrienden zouden zijn. Hij zette zich aan een tafeltje bij het raam, welke plaatsen door een gordijn waren afgescheiden van het overige deel van het café. Zoo kon hij beluisteren hoe er over hem ge zégd werd en den geheelen avond De Tournel vertelde den dokter, dat'hu hem noK een logee kwam brengen en Dupuy heette de jonge dame hartelijk welkom. „Zü zün hier toch vèilig, nietwaar?" vroeg de graaf. „O," antwoordde Dupuy, „ik weet niet wat zij nog te vriezen zouden hebben. Dl Cava en allen die haar gevaarlijk zouden kunnen zün bevinden zich in de macht van het driemanschap." Gaarne zou de Tournel signora Chia rina ontmoet hebben, maar hu was te nieuwsgierig om te weten wat er was voorgevallen en dus nam hij haastig af scheid en reed naar zijn vrienden terug. In de hal trof hü de Linar en Nibbling ton. „Welnu," zei hü, „vertel toch, wat er gebeurd is. Nibblington heeft je zeker al meegedeeld, hoe wij met die jonge dame hierheen gekomen zun. Maar wat is hier voorgevallen?" „Er is heel wat voorgevallen," ant woordde de Linar, „maar ik moet beken nen, dat ik er heel weinig toe bugedra- gen jheb. Het is alles gebeurd door dien Turner en niet te vergeten door Zün as sistent." „Zoo, wat hebben die gedaan?" „Eerstens een nieuwen moord verhin derd, vervolgens di Cava overvallèn en netjes geboeid. Verder ontdekt, dat de moord op „Veldzicht" niet het werk is van signora Chiarina en den heer die met Baar van „Veldzicht" wegreed; me dunkt, het is heel wat!" „Het is inderdaad heel wat. Maar hoe kwam di Cava hier?" „Dat zal ik u zqggen. Signora Chiarina |werd werkelijk op „Veldzicht" gevangen gehouden. Maar ze is niet weggereden met den man, die haar daar bewaakte. Het was di Cava, die haar met een auto weghaalde, tijdens de afwezeigheid van haar bewaker, Toto de aui»tent yan Tor*

Kranten Streekarchief Midden-Holland

Schoonhovensche Courant | 1931 | | pagina 3