4
Kleine
Binn
2000ÏÏX
No. BOBO.
WOENADAQ I JUNI WAX
TWEEDE BLAD
MtroWIMMO VOUW TOTPtWCLLANO EN HTMCHTiAotioonUwonoolH Cooronl
NIEl
daardoor
orde een bespre-
IN8T0RTING.
scholenbouw,
herinnert er aan,
Ons blad is aanges.
Publiciteitswaarde
Adverteerders (J.t.
adverteerders zich
kunnen verschaffe
DIT NUMME
VIER
ge-
dat
Hij
van
ABONNÈ’8 van dil
Verschijnt Maandi
on Vrydng. Prijs bi
ling: voor Bobooi
maanden 1-25;
Met verzekering 1
De Voorzitter
dat eenigen tijd geleden de raad heeft
besloten medewerking te verlenen aan
het bestuur der chr u.l.o.-school, tot uit
breiding van het schoolgebouw. Ter uit
voering van dat besluit beschikken B.
en W. thans over twee ontwerpen, één
van de zijde van het schoolbestuur, waar
van de kosten op f 20.000 worden
raamd en één van gemeentewege,
f 16.000 zal kosten. Zoowel de eene als
de andere oplossing komt spr. on-
practisch voor. Daarbij komt dat een der
raadsleden en ook het hoofd der open-
DE STEUN A
HO
Op de vraag vi
pard, lid der Twe
het nemen van r.
verleening aan de
de minister van
Arbeid geantwoord
daartoe bereids z
verlaten.
DE UITVOER N
Op het Departs
Zaken on Arbeid
houden over de
export naar Duit»
te Berlijn gevoeri
Aan de besprek
tegenwoordige™ i
Op onverklaarbare wijze en door een niet opgeheldtrde oorzaak ie in Londen
md pakhuis ingeetori. Er ia niemand bij gewond of gedood,
Men kent het or
toont, wolk een 1
van eendracht,
man, dfe op zijn
vond, dat den wi
veel te zwaar voc
zette zich neers
Een tweede reizig
bij hem zitten,
volgden on allen s
ten. Toen er einde
van hen: alleen 1
wegrollen, maar t
men het doen. Ei
Misschien was
gors wel een. die
het, of ik mijn w
voeg? Wat bai
kracht op dien
mogelijk was juis
bij er aan toevoeg
blok te doen omv
Er ligt een em
crisis, die niet t<
naast we altijd
neerzit ton, om el
te roepen, dat d
groot en onoverk
daar zitten, in
sperring naar 4
wentelen, weten v
we. dat we in s
beweging in te b
te effenen, waarl
blok zal moeten
Nu doen de m
dan beproeven
gaande te houdei
de betere tijden,
men het komen
ken en niet slech
men moet doen
étroeve gang iets i
sparen nu en we s
dat noodzakelijk
blijft liggen wcgei
of wegens de onz<
is verklaarbaar, d
men doet er zich
schade door.
Er zijn bijvoor!
zaamheden, die t
den on waarvoor
wordt: verven, tir
den enz. Men la
na, maar dat beh
werk is, waarva:
gedeelte kan late
zwaar heeft tegei
een gebouw, dat
loopig het laten
moet laten verric
treffen, om het v
ten uitvoeren; wi
kan provisoriscl
Ieder heeft behoe
ling daarvan te l
dert men de wer'.
ne werkjes kunne
bestrijden, ook de
ken me^e, om hei
Zoo kan men ii
en wat bereiken, i
der zaak wensche
omgeving zijn
Koop Nederlands
de eigen gemeenti
naar elders voor
dorp of stad ve
niet, al zou men 1
een i ge centen me
omdat men voor
gemak en de zekt
kunnen onderhen
eter, die voor u ei
zaak is begonnen
De uitdrukkin
kwaal moet men
son. zou hier gew:
want fqgen de cri
middelen en be
kunnen gezamen
king hebben.
Rondvraag.
De heer Peerbolte vestigt de aan
dacht op de vervuiling van den Ouden
Singel aan de Zuidzijde. Daar groeit het
water geheel dicht Voorts wijst spr. orop
dat de paarden van de woonwagens den
toegang.tot het zwembad bijna beletten.
De Voorzitter zegt dat deze zaak
de volle aandacht heeft van B. en W. De
ingang van het bad ligt aan die zijde
lastig, doch dat kan niet veranderd
worden omdat geen andere plaats zoo
geschikt is voor de controle. Binnenkort
zal echter den raad een voorstel berei
ken om het woonwagenkamp naar de
vuilnisbelt te verplaatsen.
Verder is het den heer Peerbolte
opgevalen dat er ’s avonds laat en 's
nachts zoo weinig lantaarns branden.
Weth. Deerenberg antwoordt, dat
B. en W. onderzoeken of het mogelijk is
op zomeravonden te bezuinigen op de
straatverlichting. Mocht de proef beval
len, dan volgt een voorstel dienaangaan
de aan dan raad.
De heer Bron heeft vroegjr den be
trokken wethouder wel eena iiooren be
weren, hoe meer lantaarns tr branden,
hoe voordeetiger het de ga. neen to uit
komt In den stroomprjjs.
Weth. Deerenberg zegt, dat hij
die verklaring van een voorganger niet
gaarne voor zijn rekening zou nemen. In
tegendeel heeft spr. den indruk, dat de
gemeente de winst die zij uit het bedrijf
put, door de straatverlichting betaalt.
De heer Peerbolte moat tenslotte
nog op een oud thema terugkomen, dat
der radio-distributie. Het regent nu weer
klachten. Spr. herhaalt, dat, als de ge
meente het concessierecht aan zich
houdt, ze ook verantwoordelijk is voor de
naleving der voorwaarden.
De Voorzitter zegt toe, dat B.
en W. daaraan hun aandacht zullen
schenken.
De heer Van Harmelen zegt dat
niet alleen aan de Albrecht Beilinggracht
doch in de geheele gemeente de perken
en plantsoenen verkeeren in een toestand
zooals nog onder geen ander dagelijk »ch
Jjestuur is voorgekomen. Spr. wijst op de
Wal, de Spoorstraat, Soheepmakersha-
ven, Olivier van Noortplein en bij het
Veer.
Weth. Deerenberg: Kunt u nu be
grijpen dat ik niet alle personeel naar
de vergaderingen van „georganiseerd
overleg” kan halen?
De Voorzitter zegt dat het erg
groeizaam weer is geweest en dat krach
ten tekort zijn voor al het werk. Veel ex
tra geld kunnen B. en W. er niet aan
geven.
De heer Van der Hek vraagt of B.
en W. denken aan een woning voor den
nieuwen burgemeester.
De Voorzitter zegt dat hij nog
even in besloten zitting wil vergaderen.
Dan kan daarover worden gesproken.
De vergadering wordt hierop te bal!
acht gesloten.
De heer Adrlaem licht toe, dat do
nateurs enz. jaarlijks hun vaste bijdrage
aan de vereenigingen storten. Moeten zij
nu niettemin bij een uitvoering nog be
lasting betalen om toegang te krijgen,
dan zullen de vereenigingen daardoor
ernstig worden gedupeerd.
Besloten wordt geen algemeene be
schouwingen te houden.
B. en W. nemen dit amendement over.
De heer Kortland herhaalt, dat
hij tegen deze belasting is. Maar daaren
boven zal s,i. de verordening, zooals ze
thans wordt voorgeslsld, tot tal van
moeilijkheden aanleiding geven bij de
uitvoering.
By de behandeling van de artikelen
stelt de heer Peerbolte voort, geen
belasting te heffen voor het houden van
radio, gramofoons en andere muziekin
strumenten in cate’s, aangezien deze ar
tikelen behooren bij de noodzakelijke on
derdooien van het bedrijf.
Dit amendement wordt met 65
stemmen aangenomen. (Tegen de heeren
Van Beuzekom, Kok, Van den Bergh,
Bron en v. d. Oever.)
De Voorzitter vreest, als het zoo
gaat, dat er van deze bron van inkom
sten niet veel zal overschieten.
De heer Kortland maakt bezwaar
tegen de woorden„zulks ter beoordee-
hng van B. en W-”, welke verschillende
malen in het ontwerp voorkomt. Hij
vreest dat vooral dit tot moeilijkheden
zal leiden en stelt voor, die woorden te
schrappen.
Bij stemming wordt dit amendement
met 83 stemmen verworpen (vóór de
heeren Kortland, Peerbolte en Van Har
melen).
Voordrachten, lezingen enz. van gods
dienstige, wetenschappelijke of politieke
stichting, en niet gewinshalve gehouden
worden in het ontwerp vrijgesteld, mits
de toegangsprijs niet meer dan f 0,25 be
draagt.
De heer Peerbolte zegt, dat iets
goeds tegen een entreeprijs van 25 cent
niet is te organiseeren en stelt voor,
daarvan 0,50 te maken.
B. an W. nemen dat amendement over.
De heer Kortland stelt voor de
heffing der belasting te bepalen op 10
pCt. in plaats van 20 pGt.
De heer Kok ontraadt dit. Op die ma
nier zal de opbrengst zeker gering wor
den.
Het amendement wordt met 7 tegen
4 stemmen verworpen. (Vóór de heeren
Kortland, Van Harmelen, Peerbolte en
v. d. Hek.)
De heer Peerbolte stelt voor het
belastingbedrag voor stoomdraaimolens
(f 25) terug te brengen op f 10, welk
amendement B. en W. overnemen. Voor
luchtschommels stelt de heer Peerbolte
f 5 voor (inplaats van f 10). Dit amen
dement wordt met 65 stemmen aange
nomen (tegen de heeren Kok, Van Beu-
sekom, v. d. Bergh, Bron en v. d. Oever).
De verdere behandeling van deze ver
ordening wordt met het oog op den tijd
aangehouden tot de volgende vergade
ring.
te stemmen evenmin als de heer Kort
land beweren dat hij ook de salarissen
der overige ambtenaren zou willen ver
lagen. Dit is enkel een klein steentje, dat
moet worden bijgedragen tot de hulp van
de werklooze arbeiders.
Het voorstel van B. en W. om met
een korting van 8 pCt. accoord te gaan,
wordt met 9 tegen 2 stemmen aangeno
men. (Tegen de heeren Peerbolte en Van
Harmelen.)
Georganiseerd overleg.
Volgt een schrijven van de commissie
voor „georganiseerd overleg” om de ver
ordening, regelende het georganiseerd
overleg voor ambtenaren en werklieden
in dien zin te wijzigen, dat de verga
deringen dier comm. steeds door plaatse
lijke leden der organisaties van gemoen-
tepersoneel mogen worden bijgewoond,
B. en W. stellen voor niet aan het advies
van de commissie tegemoet te komen.
De heer Peerbolte zegt dat vroe
ger bij de vergaderingen van „georgani
seerd overleg”, dat gewoonte was dat de
ambtenaren en werklieden zich desge-
wenscht konden laten bijstaan door plaat
selijke leden der organisatie.
De verordening schrijft voor dat de
Voorzitter zulks „kan” toestaan. Spr. wil
B. en W. uitnoodigen, dat in dien zin op
te vatten, dat het ook steeds gebeurt. In
alle wetten en verordeningen leest men
in zulke gevallen het woord „k&n” en in
de practijk wordt zoo’n artikel steeds
toegepast, als stond het woord er niet.
De heer Kok acht het onnoodig dat
in de vergaderingen dier commissie
eenige personen worden toegelaten, die
er slechts een pantomine-rol hebben te
spelen.
De heer Peerbolte antwoordt, dat
zij er zijn om de hoofdbestuurders der
organisaties zoo noodig voor te lichten.
Voor dat doel zijn ook aan de andere
zijde de hoogere ambtenaren aanwezig.
Weth. Deerenberg zegt dat men
het woord „kan” niet kan laten staan als
het de beteekente moet hebben van
„moet”.
Spr. gaat den gebruikelijksn gang van
zaken in „georganiseerd” overleg na; die
geeft hem geen jaden tot veranderingen.
Men onttrekt door dien maatregel weer
vele ambtenaren aan hun werk en in
sommige gevallen kan dat zeer bezwaar
lijk zijn. Spr. ziet de noodzakelijkheid er
van niet in. De vertegenwoordiger van
de organisatie zit er als de advocaat van
den arbeider en het is dus onnoodig, dat
die er zelf bij zit.
De heer Van den Bergh meent,
dat als de voorzitter vindt dat de aan
wezigheid overbodig is, hij het recht moet
hebben ze niet toe te staan.
De heer Peerbolte is tevreden als
de voorzitter van „georganiseerd over
leg” de verordening zoodanig opvat, dat
de bedoelde personen steeds worden toe
gelaten.
Weth. Deerenberg wil zich niet
verbinden de voorschriften anders te
lezen dan ze luiden. Spr. heeft nu toe
vallig de eerste keer dat hij die vergade
ring leidde, goede reden gehad om van
de bevoegdheid, die de verodening hem
geeft, geen gebruik te maken. Hij heeft
echter dadelijk verklaard, dat hij als re
gel geen bezwaar zal maken tegen de
aanwezigheid dier personen. Waarom
heeft de heer Peerbolte daafmede niet
dadelijk genoegen genomen? Dan was dit
debat overbodig geweest.
De heer Peerbolte zegt dat hij een
meer pertinente verklaring wenscht, en
dan hier in den raad.
Na nog eenig debat en nadat een
exemplaar van de verordening is opge
zocht, met het oog op de redactie, wordt
het voorstel van B. en W., om deze on
gewijzigd te laten, aangenomen met 0—2
stemmen. Tegen de heeren Van Harme
len en Peerbolte).
Dan komt aan de
king van den
bare ulo-echool er spr. reeds op hebben
geweien, dat ook het gebouw van die
school te klein ie. Binnen zeer korten tijd
zullen voorts weer groote herstellingen
moeten plaats hebben aan de openbare
lagere school (school 1), waarvan met
name het dak in slechten toestand ver
keert. Al deze overwegingen hebben ge
leid tot het denkbeeld het tegenwoordige
scholencomplex aan het Doelenplein te
doen afbreken en daar een nieuw ge
bouw te plaatsen, waarin zoowel de
openbare als de chr. ulo-school kunnen
worden ondergebraoht, terwijl de open
bare school do beschikking krijgt over
het gebouw dor tegenwoordige openbare
u.l.o.-school, dat daartoe zal moeten wor
den verbouwd en met een lokaal uitge
breid. Dit plan brengt de eenige afdoen-
den oplossing voor alle betrokken scho
len en daarom acht spr. het tenslotte,
ondanks de hoogq kosten, voordeeliger
dan de andere ontwerpen.
De heer Kortland kan over deze
zaak zeer kort zijn. Spr. voelt dat er in
dit plan veel goeds zit, omdat het de ge
heele scholen-kwestie oplost. Op het
oogenblik is eohter het eenige noodzake
lijke nog, dat een lokaal wordt toegestaan
aan de chr. ulo-school en in een tijd als
nu meent spr. zioh tot het strikt nood
zakelijke te moeten beperken. Spr. zegt
daarmede geenszins, dat hij op den duur
tegen dit plan zou zijn, vermoedelijk niet
Hij durft het echter niet voor zijn ver
antwoording te nemen, op het oogenblik
zich te verbinden aan ’n zooveel grootere
uitgaaf, dan direct noodig is. Voorloopig
zou hij dus deze plannen terzijde willen
leggen.
De heer Peerbolte sluit zich bij
den vorigen spreker aan. Ook spr. ge
looft, dat dit plan mettertijd goede aan
dacht verdient. Het zal echter f 53.000
kosten behalve de centrale verwarming,
de gedeeltelijke demping van den Zeven-
der en nog enkele bijkomende werken.
In totaal moet men dus op 70 a 75 dui
zend gulden rekenen. Ook spr. kan daar
van op het oogenblik onmogelijk de
verantwoording op zich nemen.
De heer Van den Bergh acht
eveneens de groote kosten aan dit plan
verbonden, een moeilijkheid. Maar wn
oplossing moet er komen. En als men nu
bedenkt dat de verbouwing van de chr.
ulo-school f 16.000 zal kosten en het
heele plan, waardoor ineens alle 8 de
scholen afdoende geholpen zijn, f 53.000,
dan lijkt spr. dit groote plan heel wat
voordeeliger. Men heeft van burgemees
ter Rambonnet vaak vernomen, dat de
scholen bloeiende zijn. Daarmede dient
men rekening te houden. Een betere op
lossing dan deze kan spr. zich niet den
ken.
De heer Bron meent, dat men zich
in dezen tijd wel tweemaal moet beden
ken, eer men f 75.000 uitgeeft. Maar de
vraag is wat een noodmaatregel zal kos
ten. Onder de huidige omstandigheden
zou men eigenlijk daarmede dienen te
volstaan, maar dan mogen de kosten ook
niet al te hoog zijn. De gegevens zijn spr.
niet volledig genoeg om een oordeel te
kunnen uitspreken.
Dé heer Peerbolte zegt dat ook de
beide andere plannen naar zijn meaning
geen oplossing vormen.
De Voorzitter zegt, in ant
woord op het betoog van den heer Kort
land, dat, al neemt men aan dat de chr.
ulo-school een lokaal van de openb.
school kan gebruiken, er dan toch nog
een tweede lokaal moet zijn, want or is
voor 2 lokalen medewerking toegezogd.
De heer Kortland herinnert zich
wel, dat ook over een lokaal voor han
denarbeid is gesproken, doch hij betwij
felt of het de bedoeling van den raad is
geweest, dat lokaal nu reeds te verlee-
nen. In ieder geval zou spr. daarmede
nog niet zonder meer accoord gaan.
De Voorzitter vindt verder de ra
ming van den heer Peerbolte wel wat
overdreven. Om te beginnen is over de
demping van den Zevender reeds vaak
gedacht. De kosten daarvan behoeven
dus niet op de begrooting van de Scho
lenbouw te worden ondergebracht. De
centrale verwarming is niet zoo duur an
de oude school, die moet worden afge
broken, wordt verkocht.
De heer Van Harmelen: Gelijk
met de noodkerk zeker?
De Voorzitter: Neen, die houden
we nog een poosje. Spr. zegt dat men
niet moet doen of de schoolgebouwen op ’t
oogenblik geen geld kosten. Van 1925 lot
en met 1981 is er f 840 per jaar uitge
geven aan onderhoud der openbare
school en over hoogstens een jaar zal
de nieuwe dakbedekking onvermijdelijk
zijn. Als men de raming van het groote
plan tot fi 75.000 opvoert, (wat spr. te
hoog acht) dan zou dat willen zeggen,
dat er jaarlijks ongeveer f 7000 voor
rente en aflossing noodig is. Inmiddels
komt er jaarlijks ongeveer f 2000 van
het onderwijs terug aan schoolgelden.
Dat geld wordt op het oogenblik aan het
onderhoud besteed. De chr. ulo-school
kost per jaar f 250 aan onderhoud.
Weth. Deerenberg herinnert er
aan, dat de heer Peerbolte indertijd in
den raad heeft gezegd, dat ais aan de
chr. ulo-school een lokaal voor handen
arbeid, een spreekkamer, een fietsenberg
plaats enz. werd toegestaan, de openbare
ulo hetzelfde zou kunnen elschen. Thans
ia inderdaad van het hoofd dier school
.een verzoek ontvangen, waarin vrijwel
hetzelfde wordt gevraagd, wat pas aan
de chr. ulo is toegestaan.
De heer Peerbolte bevestigt, dat
hij voor die consequentie heeft gewaar
schuwd.
5Yeth. Deerenberg heeft omtrent
het nieuwe plan ongeveer hetzelfde ge
zegd als de heer Kortland en de vrees,
dat de kosten wel wat hooger zullen uit
vallen dan de raming, acht spr. verre
van ongegrond. Inmiddels moet men niet
vergeten, dat de raad in beginsel heeft
besloten tot medewerking, zoodat het
achoolbeatuur het recht heeft, daden te
et sc hen. De raad *on echter in begin
sel uitspraak kunnen doen, dat hij dl
De soo. dem. fractie aal dan ook tegen
stemmen.
De heer Kok zegt dat de opmerking
dat de ealartekorting den toestand niet
verbetert, er wel wat naast is. Spr. hecht
trouwens weinig waarde aan de econo
mische kwakzalverij van die zijde,
aoht het onbillijk, de eene groep
ambtenaren te bevoordeelen boven de an
dere.
De heer Kortland heeft geen be
zwaar tegen dit voorstel, doch behoudt
zich alle vrijheid voor, om ten aanzien
van volgende groepen van ambtenaren
de zaak afzonderlijk te bezien.
De heer Bron acht het een zeer zach
te maatregel, welke Ged. Staten voor
stellen. Drie procent te heusch niet te
veel.
De heer Van Ha-rmelen zegt dat
de heer Kok de verklaring van den heer
Peerbolte uit het verband rukt. Men moet
voorts niet zonder meer alles op de tijds
omstandigheden schuiven. Spr.’s fractie
staat op het standpunt dat alle loonsver
lagingen verkeerd zijn, omdat men er de
koopkracht door ondermijnt.
Weth. Deerenberg wijst er op,
dat niet alle soc-demooraten het stand
punt van de heeren Peerbolte en Van
Harmelen deelen. Spr. merkt op, dat de
soc.-democratische raadsleden indertijd
ook stemden tegen de pensioenaftrek. Zij
mogen thans blij zijn dat zij toen niet
hun zin hebben gekregen, ‘want dat zou
op den financieelen toestand van de
gemeente niet zonder invloed zijn geble
ven. In het vrije bedrijf aanvaardt elke
vakgroep loonsverlaging. Ook het N.VV.
neemt daarmede vaak genoegen; enkele
soc.-dem. raadsleden in Rotterdam en
Amsterdam deden hetzelfde. Spr. merkt
daarbij op, dat het misschien niet lang
zal duren, of het kortingswetje wordt
ook op deze gemeente toegepast.
De heer Kok zegt nog, dat het wei
nig beeft te beteekenen of de heer Van
Harmelen zegt „wij” zijn tegen alle
loonsverlaging. Hij kan hiermede zijn
fractie bedoelen, maar in het algemeen
is dat standpunt niet te handhaven.
De heer Bron meent dat in deze om
standigheden de gemeente zich op den
bodem der werkelijkheid moet plaatsen.
Voor de zoo goed gesitueerde ambtenaren
waarover het hier gaat, is deze 3 pCt.
slechts een veertje, dat zij moeten laten.
Spr. gelooft dan ook, dat hij hen kan fe-
liciteeren als zij er met 8 pGt. korting
afkomen. De bezuiniging welke eruit
voorvloeit, moge dan niet zeer groot zijn,
op het oogenblik, dat de kar in den mod
der blijft steken, kan deze hulp zeer wel
kom zijn.
De heer Van der Hek is vóór de
3 pGt korting. Hij had niet gedacht dat
hierover nog zooveel zou worden gespro
ken, want deze verlaging heeft feitelijk
niets te beteekenen.
De heer Van Harmelen zegt, dat
Weth. Deerenberg niet de raadsleden
van Rotterdam en Amsterdam erbij moet
halen, Spr. had het niet over die raads
leden, doch over zijn partij in het alge
meen. Die is inderdaad tegen alle loons
verlagingen. De heer Kok weet van plan
matige wereldproductie niets af, anders
zou hij er misschien wat anders tegen
over kunnen staan. Als spr. fractie vóór
deze korting stemt, is zij principieel ge
bonden aan eenzelfde standpunt tegen
over de andere ambtenaren.
De heer Peerbolte zegt dat hij den
heer Kok nooit heeft beschouwd als een
econoom. Deze beschouwt zichzelf ver
moedelijk als professor, want die noe
men ook alles kwakzalverij. Inderdaad
heeft ook de vakbeweging in het vrije
bedrijf! wel eens een verlaging geaccep
teerd, doch alleen als dat strikt nood
zakelijk was. Het is heelemaal niet ze
ker dat Ged. Staten het bij deze 8 pGt.
zullen laten.
Weth. Deerenberg verheugt het
dat de heer Peerbolte erkent, dat de om
standigheden verlaging noodzakelijk kun
nen maken. Spr. cijfert de opbrengst
van dezen maatregel niet weg, want de 8
pCt. beteekenen in de naaste toekomst
ongeveer f 2000, wat ook voor Scbounho-
ven wel noemens waardig is. Men moet
voorts wel bedenken dat een groote groep
van andere personen veel zwaarder door
de omstandigheden wordt getroffen dan
de arbeiders. Spr. meent dat het niet in
het belang van de arbeiders zou zijn als
de gemeente leeningen zooals die van
hedenmiddag niet meer zou kunnen slui
ten. Moet de raad wachten tot de wagen
inderdaad in den modder is verzakt?
De heer B r o n wil met vóór de korting
nu voorgestoldo oplossing als ds ideals
beschouwt, doch, gehandicapt door de
omstandigheden, nu nog niet tot uit
voering ven het plan kan overgaan.
De heer Bron zegt dat na wat hij
thans heeft gehoord omtrent de koeten
van onderhoud en reparatie en het bou
wen van een lokaal, het bedrag der hoo
gere kosten van het nieuwe plan reeds
sterk begint te slinken.
De heer Kok gelooft, dat als er nog
lang gecijferd wordt, men aan den scho
lenbouw nog geld over zal hou
den. Men vergeet blijkbaar dat de onder
houdskosten voor een deel ook bij nieuw
bouw blijven bestaan. Spr. gelooft niet
dat de heer Peerbolte er met zijn raming
veel te diep inhakt. Mocht later blijken,
dat dit wel het geval is geweest, dan zou
men hier voor het eerst in de historie
een meevaller op een begrooting boeken.
Spr. zou dat niet zoo erg vinden.
Dat alles neemt inmiddels niet weg,
dat een noodoplossing op den duur veel
geld kan kosten. Het beste lijkt spr. dan
ook wel, dat de raad wacht tot de moge
lijkheid er is, het nieuwe plan uit te
voeren.
De heer Van den Bergh: Kan de
chr. ulo-school zoolang wachten op het
lokaal?
De Voorzitter: Neen.
Ónmogelijk dekking te vinden?
Weth. Deerenberg hoopt, dat tij
delijk wel een lokaal te vinden zal zijn
en njj gelooft stellig, dat het chr. school
bestuur liever zal wachten op de ideale
oplossing, dan nu een noodmaatregel te
torceeren.
Naar sprekers meening is het op het
oogenblik ten eenenmale absoluut onmo-
genjK om de middelen te vinden voor
rente en aflossing van het benoodigde
bedrag.
De heer Van den Bergh vraagt of
het onderwijs er niet onder zal lijden, als
de chr. ulo-school tijdelijk een ander
lokaal zal moeten gebruiken.
Weth. Deerenberg zegt, dat dit
een lokaal zal zijn van de o. L school,
duz in hetzelfde complex, dat is dus
geen beswaar.
De Voorzitter zegt, dat de moge
lijkheid niet is uitgesloten, dat hst be
stuur der chr. ulo-sohool niet accoord
gaat met wat de raad nu wil Het ge
vaar zou bestaan dat deze tjjdelyke
oplossing een blijvende werd.
De heer Peerbolte zegt dat het
schoolbestuur den raad zal moeten ver
trouwen.
De Voorzitter wijst voorts nog
op de mogelijkheid, dat de openb, school
het lokaal een volgend jaar weer noodig
heeft
Weth: Deerenberg erkent, dat de
zaak voor zijn collega zeer moeilijk is.
De heer Peerbolte stemt daarme
de volkomen in, doch waar niet te, ver
liest de keizer zijn recht. Het school
bestuur zal stellig niet vergen, dat de
gemeente den bouw toeataat, als ze er
het geld niet voor heeft. Afgezien van
de vraag of Ged. Staten dat zouden
goedkeuren, wat spr. sterk betwijfelt.
De heer Kortland gelooft, dat al
zou het besluit worden genomen, het ze
ker nog wel 2 jaar zou duren voor het
gebouw gereed zou zijn. Daar zou het
schoolbestuur dus ook op moeten wach
ten. Spr. wil zich voorloopig bij een
noodmaatregel bepalen. Hij herhaalt, dat
het bij hem niet gaat tegen het plan zelf.
De Voorzitter zegt dat het hier
gaat om een beginsel-uitspraak, maar het
is niet voldoende te zeggen, dat man er
voor is, mits 1 werk de eerste jaren niet
wordt uitgevoerd. Herhaaldelijk heeft
men het hier in den raad voorgesteld
alsof het openbare onderwijs stiefmoe
derlijk wordt bedeeld.
De heer Kortland ontkent dat.
Spr. heeft alleen geprotesteert tegen een
te royale behandeling der chr. school
bijv., wat die luchtpomp betrof. Dat te
niet hetzelfde.
De Voorzitter: Nu wordt den raad
een middel aangegeven waarbij alle scho
len baat zullen hebben en nu wü hij er
niet aan.
De heer Van Harmelen: Geeft
u dan middelen aan tot dekking.
De Voorzitter «egt dat hij daar
naar niet gaat zoeken, zoolang nog geen
beginsel-besluit te genomen.
De heer Van Harmelen aoht dat
onjuist van den Voorzitter. Als de raads
leden zeggen dat zij het plan heel mooi
vinden, maar geen mogelijkheid zien om
het geld ervoor te vinden, kan men niet
van hen vergen dat zij het toch zullen
uitvoeren en zoodoende zichzelf dwingen
de middelen op welke wijze dan ook
te vinden. Als de voorzitter de middelen
aangeeft, dan is het eenige belangrijke
motief tegen het ontwerp weggenomen.
De Voorzitter zegt dat alle werk
aan nadere begrootingen tevergeefsch
zou zijn als de raad er niet mede ao-
coord ging.
Weth. Deerenberg «egt, dat hij
eigenlijk voor de oplossing is, die de
Voorzitter heeft aangegeven en spr. ge
looft, dat alle raadsleden dat zijn. Alleen
willen zij de uitvoering niet doen ge
schieden, vóórdat de middelen er zijn.
Daar wacht het dus slechte op. Natuur
lijk mogen die middelen geen salarisver
laging of belastingverhooging zijn.
De Voorzitter wil met deze uit
spraak genoegen nemen als de raad
daarmede accoord gaat. Zonder hoofde
lijke stemming wordt aldus besloten.
VirmakelUkheldibelastlng.
Als laatste punt der agenda komt aan
de orde het ontwerp op de heffing en
invordering eener vermakelijkheidsbelas
ting tot invoering waarvan reeds in be
ginsel ia besloten.
Van de heeren Adriaens en Kok te een
amendement ingekomen, beoogende dat
van leden, kunstlievende leden en dona
teurs eener vereenlging, mits zij min
stens f 1 contributi» per jaar betalen,
geen belasting wordt geheven bij uitvoe
ringen die* vereenlging,