deCentrale I I ZenmaagDoeder komende uit het zenuwge-tel. sL Weiland FOTO N1ESTADT Hofstede Lijsten Kunsthandel a? slechts IO. slechts slechts slechts slechts slechts BIJ HET KOOPEN VAN RADIO-APPARATEN Ford Vrachtwagen, Hofstede fr. WEILAND onder Mijdrecht l te Polsbroek. Openbare Verkooping te Hoornaar. Notaris A. H. Klokke onder Noordeloos (HotW "u ïjSSt A. N. van Zessen, Schoonhoven #PECIALE KACHELS I. C. MORTIER ZONEN „Con ven able" Corsetfen en Buikbanden. Ook naar maatl Al onze soorten Anthradet I Giee vAH BRUINESSEN eer» Gablnet foto cadeau. HAVEN5SCHOONHOVEN Van Rondom FEUILLETON. HET HUIS OP HET EILAND. HITLER BIJ DEN NEUS OENOMEN. Mengelwerk. MET SENSATIE. EERSTE BLAD. WTEiiWSELAO VOOR ZUID-HOLLAND EN UTRECHT. Schoonhovensche Courant VftIJBAfl 9 DECEMBER 19» Heeft U al om Uw Japonnen gedacht voor de naderende Feestdagen? C A brengt U wederom de nieuwste snufjes tegen ongekende spotprijzen, zoodat U zich al heel gemakkelijk •en nieuwe Japon kunt veroorloven! Gedistingeerde, zwarte Avondjapon v. prima Crlpa Gaorg. Art. an zijden Den- talla mat mod. tatlla, aparta Keurige, prima Bouelatta Japon mat flatteuss ihawl kraag in wollan streepdes- sins an mat Iraal nikkel- 3ernituur. Lat U ook op a apart-gagarnaarda rokl In modarna klau- ran-combinatias **75 Modarna Angoratta Japon m. zaar apart lehoudaratuk an pofmouw v. da bljsondar gawllda, wollan Yersey-itof In nlauwsta straao-dasilm. Snoazlg Craqualé kraagja an cKlqua rok. In groota kauza v. a^50 Prima, aulvar wollan Bouclé Long Japon mat da nlauwita raqlan-pofmouw an fraala haligarnaarlng van Crs- qualé in laatita dessins. Aparta, klokkanda rok. In dlvaria modar-^|^^ na klauran voorH^^H^^ Aparta, prima Crépa Maroe Avondjapon m.flaurlga eor Eloqant mufjal Prima Cra> qualé Avondjapon mat ge- rapaarda hala an rugger- naaring in contraitaaranda aaga an klokkanda rok, ge- garnaard mat narvOrai. Los i«J*. In contraitaaranda fofmouw an 10-baans-rok, ot In tintan, inoazlg pofmouwtj i klokkend da grootata matan (Incluilaf zijdan tint, mat modarn, laag pof- mouwtja. In da WÊÊM nlauwsta tintan "750 an rulma,rondom klokkanda rok. In modern-jm sta klauran voor 175 PBHMi zljdan*|^pQ onderjurk) voor ■Ha7' wenscht de één een grootst mogelijk aantal stations, de ander een rustig zuiver geluid, weer anderen een helder zwaar of hard geluid maar één punt komt overeen, eon lage prljo. Juist daarom moet U eens bij ons aanloopen, wij kunnen U altijd helpen en 't beste raden. Het niouwst wat uitkomt wordt direct door ons toegepast. Onze vele jaren van bouwen en ombouwen, demonstraties met microfoon en versterkers (voor spraak en muziek) waarvan wij vele. dankbetuigingen ontvingen van in en buiten Schoonhoven de mooie recensies in de bladen dit alles moet U toch overtuigen BnnilllICD'B Dftnift UMICN 09 TtlEC 119 OP niMllflllCN dat U nergens beter terecht kunt. Wij kunnen U alles leveren op Radio- en Oramofoongebled en hebben nog eenlge zeldzame koopjes. uWI DnUUUIcn 9 HhUIU, IihVCII Du, ItLCi. Hu, oli.UUIinUvill. Ta koop aangaboden i Een In goeden staat zijnde rondom op nieuwe banden (achter 30—5 zwart) kraam en brug en gedegen Chauffeur bij te worden. Vrachtrijder of meelbedrijf en goed kunnende melken. Br. onder no. 8290, bur v.d. blad VOER-AARDAPPELEN. Aangeboden zoolang de voorraad strekt POTERS en KRIEL gemengd, van kleigrond, prima gezond, bij •chetpiMding franco voor de wal, per 70 kilo r 0 46. VAN B fc R O E Ij K, Dordrecht, elefoon 4014. Te koop ol te huur gevraagd met bijbehoorende Landerijen, in de Alblaasvrwaard. Aanvaaidmg 1 Mei a.s. Hrleven, onder no. 8300, bureau van dit blad. groot bi)na 9 H.A. tcs huur voor 2 jaar. Inlichtingen Notaris DRA PERS, Capellea d. Ijssel.Tel. R'dam 53304 BIJ Insohryvlng to huur een met toebehooren, groot pi m. 6 H.A. geteckend no 98 Inschrijvingsbrieven in te leveren vóór of op 21 Dec 1982 bij den Kassier der CÖop. Boerenleenbank aldaar, bij wien ook de huurvoor waarden ter.inzage liggen. Voor weinig gold Veel Drukwerk S. W. N. VAN NOOTEN SCHOONHOVEN te Qorlnchem, zal op Donderdag 15 December 1932, bij Inzet in het Koffiehuis van P TIMMER te Hoornaar, en op Donderdag 22 December 1932, bij Afslag iu het Koffiehui! van P. UirTENBOOQ KAKD te Hoor naar, telkens des morgens om 11 uur. in het openbaar veilen en verkoopen; op Polder Orooto Woord, met SCHUUR en WEO, gelegen aan den Middelweg kadastraal be kend Sectie H. nommer» 1009, 1010, 1011, 1015, 1702 fn 1703 te zamen groot 8 Hectaren, 88 Aren, 50 Gentianen, tn 2 perceelen ep in combinatie. In eigen gebruik-. Aanvaard ng nk betaling. Retaling vóór of op I Februari 1931 Lasten van 1 Jnnuail 1933 voor konpers rekening. Aanwijzing dnet de Heer O. Slob Hzn. te Hoornaar. Veilingsbiljetten, zoomede nadere inliclningen, gratis ver krijgbaar ten kantore van Notaris A. H. KLOKKE te Qorlnchem Arbeiden Levens-Verzekering Rljnstroot 24 Den Hoog GENEESMIDDELEN koopt»n lm «en v.rtrouw.naiaak Ei Het moest v.rtrouwda adre. is alsida SS Jaren voor Uw Qaneaamiddalan, Chemicaliën, Dro ger iJen,Vorbonil»tof f on, Zlokonver plegingo- artikalan en Verfwaren bij As3.-Apotheker en Drogist M- Onze zaak is geopend van 'a morgana half negen tot 'eavonde 8 uur en 's Zaterdags tol 's avonds 9 uur. fin. iradennneorrl - Vior Vine Cham FaürlaH H. SPETTER i Ca. imtddellljk •oorl- tig gedeponeerd - ,.Vier Vluggen'. 1 Alleen verkrjjgbnnr notterösm - 72 jonKsr Fr-nsstrsat 72 Waardeert ge uw klanten en uw zaken?,.. Laat dan Drukkerij Van Nooten uw drukwerk maken I VOOR KERKEN EN SCHOLEN "Levering uit voorraad, tegen „sterk verlaagde prijzen. HOOGSTRAAT 17-21 Qorlnchem VERBURGT'S Manufacturenhandel Hoogstr. 14 O o u d a HET speciale adres voor de worden prima Ïvarzorgd afgeleverd 3^ OUDE HAVEN 18 TEL. 89 Wij geven gedurende de maand December bij bestelling van 6 Briefkaart foto's "3 olleSOOffon Elke foto, hoe verbleekt ook, kunnen wij vergrooten. Vraagt prijsopgaaf. Wij omlijsten alle foto's, platen en etsen. Lijsten kunnen op alka maat bij ons vervaardigd worden. Verder verkrijgbaar alle Onderdeelen der Amateur-Fotografie. Schitterend werkende Foto-toestellen. Rolf ilm vanaf fS.BO. Rolf ilm Camera 6x9 met Waterproef. Tasch en leder Foto-etui In luxe verpakking f 4.8S. Zeer geschikt voor geschenk. TWFDE BLAD NIEUWSBLAD V00W ZUID-HOLLAND EN UTBECHT, Schoonhovsnschi Courant VRIJDA9 9 DECEMBER 1992. door JAN KIJKUIT. Tante over d«n ouden tijd en Teun over de varkenshouders. „Wat konden ze vroeger toch wreed met de menschen doen, zuchtte tante. Ik heb hier gelezen wat die meneer met zijn raren naam laat eens kijken hoe heet ie ook weer Jan van d'Isala, ver telt over dien tijd. Eerst al die moorden en brandstichtingen in Ameide en nu die vechtpartijen udt den Spaanschen tijd. Als ik dat lees dan moet ik toch zeggen dat we nu eigenlijk in Abrahams schoot leven. De oorlog is zoo goed als afgeschaft en als er oorlog is dan heeft een burger daar toch geen last meer van. „Ho ho, riep ik. „Nou, nou, protesteerde Jod. „Wat hebben jullie"? vroeg tante ver baasd. „Ik heb bezwaar", antwoordde ik te gen uw, laatste conclusies. Ten eerste dat we in Abrahams schoot leven, ten tweede dat de oorlog zoo goed als afge schaft is en ten derde dat een burger daajrvan geen last zou hebben. We leven in een heel moeilijke tijd en er zijn heel weinig menschen die 't met u op dat punt eens zullen zijn. De oorlog is even min afgeschaft als in den Spaanschen tijd en u moet eens gaan vragen aan de Franschen, de Belgen, de Russen, de Italianen en de Duitiohers of sij geen last hebben gehad van het oorlogvoeren. Tante sette haar bril af, ging rechtop ■itten en sei: „Daar zal ik je eens op antwoorden", Jan. Ik blijf er bij dat we vergeleken met dien Spaanschen tijd nu in Abra hams schoot leven, ook al is er een cri sis. Natuurlijk zijn er heel wat men schen die 't nu erg moeilijk hebben, maar toen hadden zö *t allemaal moei lijk en bovendien werden ze nog om beurten doodgeschoten of verbrand. Ten tweede al Is dé oorlog nog niet heele- maal afgeschaft er wordt dan toch hard aan die afschaffing gewerkt en ik geloof niet dat nu nog een regeering 't aan zou durven om oorlog te gaan voeren. Ten derde hebben in een oorlog alleen de burgers er hinder van op de plaats waar de soldaten met elkaar vechten, maar vroeger werd het heele land afgestroopt en dan werden de bewoners van de ste den en dorpen eerst vermoord door een partij en den volgenden dag door de an dere. Jod schudde zijn wijs hoofd over tan tes verwarde denkbeelden en hij zei: „Ik weet heel goed wat tante bedoelt" en ze heeft niet heelemaal ongelijk. Als ik tantes woorden eens nader mag in terpreteeren of uitleggen, dan zou ik dit willen zeggen. Naar hare meening zal de sterke drang, die door de volken op hun regeéringen wordt uitgeoefend, er ten slotte toe moeten leiden, dat het praten over ontwapening overgaat in een daad, in werkelijke ontwapening. Verder is haar meening dat geen regeering bij de tegenwoordige weerzin en het verzet der menschen tegen don oorlog een oorlog sal durven verklaren, omdat er veel kans is dat de menschen zouden zeggen: we doen 't niet, we gaan nigl tan strijde en we willen ons niet laten doodschieten "Wat het verschil in levensomstandighe den betreft met nu en die van de 17e eeuw, bedoelt tante te zeggen, dat zij, die eteun balhoeven, nu niet, zooals toen, aan (Nadruk verboden). 34 Ik ben te weten gekomen dat zij een belofte had moeten afleggen, net geheim nooit te zullen openbaren en zij is gestorven zonder ooit d?/e be lofte verbroken te hebben. Ik weet verder, dat ze nA den dood van mijn vader een tweede huwelijk gesloten heeft, dat haar diep rampzalig heeft gemaakt, maar daarmee houdt mijn kennis omtrent het mysterio, dat haar omgaf, op. De zaken van mijn moeder werden behartigd door oen zekeren meneer Robert Richards, een man-van-zaken in Glasgow. Zijn dochter werd door mijn moeder op gevoed. Deze Richards is op da hoog te van het geheim, dat mijn moeder in het graf meenam en zóóveel heb ik uit hem weten te krijgen, dat dit geheim iets met mijn geboorte te maken moet hebben. Maar het is mij niet mogen gelukken ook maar Iets meer van hem te weten te komen: al leen heeft hij ten stelligste ver klaard, dat ik ter zijnor tijd alles zou gewaar worden. Onder deze omstandigneden -^hel ik volkomen, dat mij het recht ont breekt bij u aan te dringen op uw toestemming tot een verbintenis met uw dochter. Ik zal moeten trac! ten mijn levenstaak te volbrengen zonder een;ge hoop op het geluk, dat ik mij gedroomd had en moet dankbaar zijn dat de moeilijkheden, die ik u hier heb uiteengezet, mij in mijn werk kring geen hinderpalen in den weg sullen leggen. Met de versekerlng van mijn op- hun lot worden overgelaten. Wannoer in den Spaanschen tijd een arbeider werk loos werd, kon hij zich niet gaan m ilden bij de steun, maar moest hij maar z en va ngiften en gaven te leven of met an dere woorden: hij kon gaan bedelen, Toen waren er geen „Regeeringsvarkens," riep ik. „Neen," antwoordde Jod. „Jan, die denkt grappig te zijn, noemt daar een heel goed voorbeeld. De regeering geeft nu steun aan allerlei takken van bedrijf, o.a. aan de varkenshouders en helpt een om den moeilijken tijd door te komen. Daar had je in Alva's tijd eens om moe ten komen. Ze zouden je voor je leven in het gekkenhuis hebben opgesloten." „Als je 't mij vraagt, Jod," sprak tante, „dan is dat voorbeeld wat Jan gegeven heeft een heel verkeerd voorbeeld, als je daarmee wilt aantoonen dat nu die re- geeringshulp zoo prachtig helpt. Ik heb nog pas van Teun gehoord, dat door die steun aan de varkens er meer schade wordt geleden, dan zonder die regee- ringahulp en dat de varkenshouders hier liever vrij gebleven zouden zijn. Nu moe ten ze lid worden van zoo'n vereeniging en nu moeten ze hun varkens bilkjes in der lui ooren laten slaan en nu krijgen de baconfokkers de goede resultaten van die regeeringshulp, maar de zwaarmee- tere, die zijn, zooals Teun dat noemde: „boude". Teun, die er bij zat, knikte geweldig met zijn hoofd, zoodat zijn pijp heen en weer zwaaide. Toen zijn hoofd weer on geveer tot rust gekomen was, stak hij zijn middelste vinger naar tante uit en zei: „Zoo is 't precies. Als js de varkens houders van hier hoort, dan begrijp je pas goed hos verkeerd die steun werkt •n nu zal js heengaan en zeggen, laten ze dat aan de regeering vertellen en la ten se aan die ministers of aan die an dere stukkenrijdera eens uitleggen hoe het varken in gijn hok ligt, maar dan kan ik je met een woord van waarheid ver klaren dat ze om zoo te zeggen de re geering al zooveel aan de kop hebben gehangen, zonder dat 't iets gaf, dat ze 't geloof ik, maar opgeven. „De moeilijkheid zit vooral hierin," zei ik, dat de regeering voor de uitvoering van steunmaatregelen, bijvoorbeeld aan de varkenshouders, de bijstand noodig heeft van vakmenschen. Zij kan daar voor niet een of andere ambtenaar of- rechtsgeleerde aanwijzen, maar ze moet mannen hebben, die weten wat er in de varkenshandel omgaat. Maar als ze zul ke mannen neemt, dan zijn die natuurlijk er ook hij betrokken en als ze aan bacon- houdersmesters de uitvoering opdraagt, dan zullen de baconmeaters er goed en de zwaarmesters er slecht door zijn, maar verandert ze de koers en geeft ze een zwaarmefeter de leiding, dan komen de bacon-mannen in 't gedrang." „Dan zou ik wel een oplossing weten," meende tante, „laten ze dan om de maand veranderen, de eene maand een baconner en de andere een zwaarmester." „Dat kan ook weer niet vanwege de oontiniteit," lichtte ik in. „Vanwege de wat?" vroeg Teun, met de hand aan zijn oor. „De contunuïteit," herhaalde ik, „dat is het regelmatig voortgaan. Als sr iede re maand een stel andere bazen op 't werk komt, zou de uitvoering sr onder lijden." l „Dat kan wei wijn," antwoordde Teun, „maar dat is nlst zoo erg als nu de eene alles en de andere niks krijgt. Het eenige wat de zwaarmesters nu kunnen krijgen is een proces-verbaal en een boete, om dat ze haarlui varkens geen oorbelletjes rechte hoogachting en dankbaarheid, Geheel de Uwe, GEORGE GREENFIELD. Lord Caradoo legde zijn bril, dien hij bij het lezen van den brief had opgezet, neer en veegde nadenkend de glazen af. Toen zette hij hem weer op en las den bnef voor de tweede maal. „Er zijn in het leven van die raadse len, die niet gemakkelijk op te lossen zijn," zei hij filosofisch, nadat bij langen tijd, in gepeins verzonken, voor zich uit had zitten staren. Vervolgens sloot hij den brief weg in een lade van zijn schrijfbureau. Maar de gedachte eraan liet zich niet wegsluiten, evenals het eigenaardige pro bleem, dat hem maar niet wilde loslaten. Had hij het recht een zoo door en door rechtschapen en talentvollen jongeman als George Greenfield de verwezenlijking van diens liefste verlangen te onthouden terwille van iets, waaraan hij absoluut geen schuld, en dat evenmin iets met* zijn karakter te maken had? Maar dan dwaal den zijn gedachten weer af naar zijn dochter en naar zijn ouden, ongerepten familienaam, waarvan Cecily de eenige vertegenwoordigster zou zijn na zijn dood. Die naam moest vlekkeloos gehou den worden, dat stond voor den edelman als een paal boven water. En hoezeer hij ook daarvan doordrongen was, toch kon Lord Caradoc het niet geheel met zichzelf eens worden omtrent de gedrags lijn, die hij te volgen had. Tenslotte schoot net hem door den geest, dat de meening van een derde hem misschien zou kunnen helpen een oplossing te vin den. Deze gedachte deed hem onmiddel lijk op de bel toeloopen en den knecht, die daarop verscheen, opdracht geven Mevrouw Herbert te verzoeken even bij hem te willen komen. Mevrouw Herbert's scherp waarne mingsvermogen had haar al s«rgs da gen doen vermoeden, dit Lord Caradoo aangedaan hebben. Alsof se 't evel al niet zwaar genoeg hebben. „Teun," zei Jod, Je moet één ding niet vergeten. De boeren en allen die met het boerenvak verwant zijn, zouden heel wat meer in de melk te brokkelen kun nen krijgen als ze dat wilden. Ze zenden met hun allen nu één, zegge en herzegge één afgevaardigde naar de Kamer, één die tegen 90 anderen belangen van den boerenstand moet verdedigen en die natuurlijk geregeld overstemd wordt Als de boeren het er op toelegden om in de Kamer zooveel vertegenwoordigers te krij gen dat de regeering er wel r^ening mee moest houden, dan zouden 21 niet lan ger meer in den hoek geduwd worden en van de overachotjea moeten leven. Maar dan zou er eendracht moeten zijn onder de boeren van 't geheele land en daar lijkt 't nu nog niet veel op." „Neen," zuchtte Teun, „er is evenveel eendracht als bij een boedelverdeeling." Het was onbegrijpelijk en ongelooflijk wat de inwoners van het plaatsje en om streken deden, om in contact te komen met Williard Ray, den bekenden film eter, die gemeend had, hier de volkomen rust te zullen vinden, die zijn doktoren hem dringend hadden voorgeschreven. Hij kon om zoo te zeggen, niet gaan wandelen, of er viel een jongedame voor zijn neus in het water, als zij niet veron gelukte met haar auto, of een eenvoudi ge flauwte prefereerde. Hij had een re volver en twee bloedhonden noodig, om de reporters op honderd meter afstand van zijn „rustig" verblijf te houden. De postbode bracht hem zulke stapels post, dat hij definitief alle post weigerde en hem wegjoeg, als hij toch verscheen. Nog een week hier, zou hem waar schijnlijk in nog verergerder stadium van senuwoverspanning naaf* Holly wood hebben doen terugkeeren. Toen gebeurde het. Des avonds zeer laat, toen zrijn getrouwe, Ghineeeche be diende Li Sang reeds ter ruste was en Williard juist knarsetantend een billet doux laa, dat op mysterieuze wijze aan den wand van zijn kamer waa vastge spijkerd, hoorde hij de honden aanslaan en een vrouwenstem om hulp roepen. Williard voelde zich een moord nabij Weer zoo'n idioot van een wicht, dat tot hem trachtte door to dringenl Natuurlijk een vervolgde onschuld. Dat kende hij al. Vier keer voorgekomen in één week tijd, met allerlei variaties. Dan kwam zoo'n meisje sidderend binnen, viel schreiend in je amen en werd belaagd door een of andere booswicht. Weer klonk een kreet en in weerwil van zijn onwil en wantrouwen, voelde Williard zich toch verplicht, er notitie van te nemen. Hij ging naar de deur, vergezeld van zijn opgewonden honden, terwijl boven de gestalte van den trou wen Li Sang verscheen. Zoodra Williard de deur opende, snel de een jong meisje binnen, klemde zich aan hem vast en stamelde: „Help me, bescherm mei" „Jawel", zei Williard knorrig en sloot de deur weer, want de regen woei naar binnen. „Kom binnenvertel het me". Zijn stem klonk grimmig. Hij voelde zich in staat, de jongedame in zijn kelder op te sluiten, zoodra het bleek, dat c# weer „schwindelte" om een handteekening van hem te krijgen of te trachten hem te „veroveren". Doch toen ze in de kamer kwam, viel ze flauw. Hij geloofde er niets van, dus smeet hij een glas water in haar gezleht. door werd moeilijk probleem gekweld niet van wetenschappelüken aard, zooals gewoonlijk en dat haar raad zou worden gevraagd, even als altijd, wanneer de heer des huizes voor persoonlijke moeilijkheden stond. Dat George Greenfield Cecily anders dan alleen als een aardige, aantrekkelyke huisgenoote had beschouwd, was haar evenmin verborgen gebleven als het feit, dat er iets van mysterie rondom zijn per soon hing. Haar doorzicht en menschen- kenn.s, gepaard aan de gave om den dieperen zin van losse gezegden en toe vallige mededeelingen op te'merken en een bewonderenswaardig geheugen, had den haar dit geopenbaard. In korte, aarzelende bewoordingen ver telde Lord Caradoc haar wat er tusschen hem en George den laatsten nacht be sproken was, waarna hij George's brief liet lezen. „U. is het toch met mij eens, nietwaar, wat betreft de voorwaarde, die ik stel de?" vroeg hij, toen ze klaar was. „Volkomen," klonk het beslist. „Maar hij verklaart, dat het mysterie opgehel derd zal worden." „Hij zegt echter niet wanneer," meen de de edelman. „Ik denk, dat hij dat zelf niet weet." „Het is moeilijk hem anders te zien," zei Mevrouw Herbert op peinzenden toon, „als iemand van uitstekende fami lie. Ik zou zelfs durven beweren, dat, als iemand mij vroeg een jongeman te noe men, die idle kenmerken bezit van goede afkomst «n beschaving, ik in de eerste plaats a&n den jongen Greenfield zou denken, nog eerder dan aan Sir Guy Bertram." Over en weer bewaarden zij eenigen tijd het stilzwijgen en eindelijk merkte Lord Caradoc op: „We kunnen als vaststaand aannemen dat het geheim, wat het ook zijn mag, te eenigtr tijd zal worden opgehelderd. Zoo- laaf ik 09 hst punt van zijn afkomst ia Midden in de felle branding, Van den politieken strijd, Die in 't zwaarbeproefde Duitsobland Woedt in alle hevigheid, Staat, gelijk een rots zoo stevig, De massieve krachtfiguur Van den grooten veldheer - staatsman, Kalm, ook in het hachlijkit uur. Iedereen loopt zich te pletter Op dit bolwerk van den Staat. Niemand weet hem te verleiden Tot een ondoordachte daod> Reoht vooruit richt hij zijn bli Niet naar links en niet naar refehts, Plichtbesef en Duitsohlands welzijn, Tellen bij dien leider slechts. Even gunde hij de wereld Een momentje van plezier Bij het zoeken naar minister» En een nieuwen kanselier. Hitier, blufferig als altijd, Eisohte veel en deed onheuach, Maar de president bleef kalmpjes. En nam 't ventje bij den neus. „Kanselier moet jij niet worden," Sprak bij tot den Nazi-man. „Jij zoekt slechts partijbelangen En daar komt het 'niet op an." Woedend ging toen Hitier henen, Nimmer had hij zoo het land, Dan toen hij vlak bij de haven Met zijn scheepje was gestrand. Het bracht haar lndsrdssrd snsl bij. „Wis is de aohtervolger?" informeer de Williard, „boosaardige voogd, ver smaad minnaar, woedend sohtgenoot, roover sn moordenaar?" Het meisje staarde hem verwesen aan. Ze was eenvoudig gekleed en had een lief, zacht gezichtje. Het viel Williard op, dat de honden aan haar snuffelden en haar welgezind schenen. Hij hielp haar overeind, zette haar in een stoel en gaf haar een glas port. Waarschijn lijk was ze een journaliste en zou mor gen in haar krant het verhaal prijken met koppen als: „Truc om een wereldbe roemd filmster te spreken. Gedroeg zich als galant ridder. Heerlijk glas port enz. Zijn profiel van diohtbij nog betooveren- der! enz. enz." „En wat is er nu eigenlijk?" vroeg hij. Ze scheen «enigszins tot zichzelf te zijn gekomen en vertelde, dat ze op den eenzamen weg was aangevallen door een man, in wien zij meende een be rucht en gezocht misdadiger' te herken nen! Ze was voor hem gevlucht en alleen ontsnapt doordat hij struikelde. „Hij moet hier rondzwerven", fluis terde ze, „en ik heb gehoord, dat hij tot alles in staat is". Williard stond haar koeltjes op te ne men. „Natuurlijk durft u niet meer dit huis uit", zei hij Ironisch. Ze keek hem hulpeloos aan. „Het spijt me zoo, dat ik u moest lastig val lenik was zoo bang...." Er is een actrice aan verloren gegaan, dacht hij. „Wel, er zit niets andtrs op, dan dat u hisr vannacht logssrt", zsi hij, „ik ben zoo wijs geweest om geen telefoon te ne men, dus ik kan niet naar uw huis op- hellen". Ze glimlachte even «n er was zoolets innigs liefs in dat glimiaohje, dat hst hem trof tegen zijn wiL „Wij hebben geen telefoon", zei ze, „ik ben maar mo diste.... ik woon alleen met moe der...." Zs ksek hem svsn aan sn zsi ineens: „Aoh, u bent die vreemdeling... die meneer van de film, nietwaar? Daar had ik heelemaal niet aan gedaoht". „Is hst toch?" vroeg Williard. „Ik heb geen geld om veel naar films te gaan", zei se verontschuldigend. „Heel interessant. Dus u bent geheel •n al toevallig hiér komen aankloppen?" Nu keek- ze hem weer onderzoekender aan. „Gelooft u mij niet?" „Neen, geen woord", zei Williard. „U hebt een nieuwe variatie bedacht, dat is alles. Maar ik ben altijd nog een gentle man, dus ik kan niet veel anders doen dan u nachtverblijf aanbieden. Mijn be diende zal u een kamer aanwijzen." Ze stoorde hem aan. „Denkt u dan, dat ik dit allemaal lieg?" „Laten we zeggen: fantaseeren dal klinkt aardiger. Nietwaar, met een of ander sensationeele truc kan men met een filmster in aanraking komen. Men valt in het water, en laat zich door hem redden, mén wordt belaagd en ach tervolgd Hij zweeg. Ze waa teruggeweken en keek hem aan met oogen, die tweemaal zoo groot leken en vlamden, van woede. „0, wat een walgelijke, ingebeelde bruut bent u", zei ze, an opeens rand» ze naar de deur en opende die. „Wat gaat u doen?" vroeg Willard verbluft. Zij schoof driftig de grendels weg. Doen? Dacht u, dat ik hier zou blijven na die beleediging? Verbeeldt u maar niks, ik ben er absoluut niet op gesteld, nader kennis met u te maken. Ik vind filmsterren onuitstaanbare wezens, het zijn allemaal leeghoofden en onbeschaaf de gekken, geen fatsoenlijk menech heeft achting voor se. De deur was open en se vloog weg, het flonker in. Williard was verbluft, voor het eerst sinds jaren. Hij keek Li Sang aan en toen zijn bloedhonden, die jankten. het duister tast, kan van.... wal.... van een intiemere relatie geen sprake zijn. Maar Greenfield is iemand, in wien ik absoluut vertrouwen heb en.... als hij weer hier terug zou willen komen om mij verder bij mijn werk te helpen, gou mij dat buitengewoon aangenaam zijn In aanmerking genomen wat hij schrijft, zie ik daar geen enkel bezwaar tegen." Movtouw Herbert was het met Lord Caradoc's zienswijze geheel eens en de edelman besloot George zoo spoedig mo gelijk te vragen terug te komen. Vóór ze de bibliotheek verliet, vroeg Mevrouw Herbert nog: „Hoe heet die man ook weer, die vol gens Greenfield op de hoogte is van het geheim?" Lord Caradoo zocht den naam in Geor ge's brief en daarop liet zij hem alleen om aan den jongeman te schrijven. Maar George kwam niet op Wetstones terug althans voorloopig niet. Zijn werk in Londen, dat hij den laatsten tijd wat verwaarloosd had, nam hem geheel in beslag en zelfs al had hij de vrije be schikking over zijn tijd gehad, zou het nog te bezien hebben gestaan of hij lord Caradoc's uitnoodiging zou hebben aan genomen. HOOFDSTUK XXI. Kerstmis op Hollingbourns Hall. Het Kerstfeest op Hollingbourne Hall, Lord Conder'a buiten in Hertfordshire, was niet alleen maar een feest in naam. Van hun prilste jeugd af hadden de vier jongens en de zes meisjes Conder zich altijd kolossaal verheugd op deze fetatdagen, want aan alle prettige en vroolijke tradities, die maar eenigermate verband hielden met de Kerst- en Nieu we j aars viering, werd getrouwelijk èer be wezen. Het groote buiten was in de feestweksn altijd stampvol logé'i, voor hst msertndssl bloedverwanten sn waar een zonnige levensopvatting evenzeer een familie-eigenechap was als het bezit van sproeten en een haarkleur, die varieerde van hoogblond tot vuurrood, vormde het gezelschap op de Hall altijd een uiterst jolig troepje. De heer en de vrouw der huizes zorg den steeds dat de gasten de feestelijke stemming niet weinig verhoogden; een belangrijk contingent kinderen werd uit- genoodigd. Véél werd van de kleintjes door de vingers gezien in dezen grooten tijd en iedereen van oud tot jong sloofde zich uit om het de kleintjes toch 'maar naar den zin te maken, 's Avonds waren er spelletjes, en stoeipartijen in de hall, maar vrijwel het geheele huis werd als het onbetwiste domein van de jeug dige spektakelmakers beschouwd. Zelfs de rookkamer in gewone tijden het heilige der heiligen was. geen veilig toevluchteoord meer voor den volwassen jagersman, die na een vermoeiende jacht te voet of te paard, eenige oogenblikken van rust en verpoozing zocht. Als ten laatste de groote dag aanbrak, daverde van den vroegen morgen tot den laten avond het huis van onstuimig kin dergelach en jolig rumoer. Het diner bo- gon dien dag om zes uur, aangezien alle jonge gasten mede moesten aanzitten. Het was een plechtige en overvloedige maaltijd, dat kerstdiner op Hollingbour ne Hall, waarbij de kalkoen door zijn Lordschap in hoogst eigen persoon werd voorgesneden en het onmetelijk stuk run dergebraad door zijn tweelingbroeder. De plumpudding werd brandend binnen gebracht, als in feestelijke offervlammen gehuld en werd aanstonds gevolgd door het dessert, waarbij de pistaches knetter den als onschadelijk mitrailleur-vuur en het gelacht niet van de lucht was om de dwaze rijmpjes en de papieren mutsen, die eerwaardige gezichten mallotig be kroonden. OWoedt TWTOlgd).

Kranten Streekarchief Midden-Holland

Schoonhovensche Courant | 1932 | | pagina 3