NIEUWS IN PLAATJES *«-• Van Rondom „CAR0EPI", de Witte Duivel. DE DUIVELSDANS DER INDIANEN |WITSERSCHE ■UiBAL5JM__ DE BRAND IN DEN BRAND IN DEN STADSSCHOUWBURG, Gistermorgen brak te Arnhergi een hevige brand uit in den Stadsschouwburg, welke geheel uitbrandde. Op de foto: het gebouw in vuurgloed. De braitd- MET DE SLEE OP HET IJS. De Zwitsersche jeugd vermaakt zich met de bobslee in hun door den winterkoning zoo begunstigd land. LORETTA YOUNG, de bekende Amerikaansche filmactrice (r.) met haar moeder mrs. Belzer en haar heide zusters Ann Young (zittend) en Sally Blancis (staand), in den tuin van haar fraaie villa te Brentwood. HET WANDELDEK van de pier te Scheveningen is ter restauratie wegge nomen. DB NIEUWSTE WINTIOKsrOKTKI.m.lNC zonal, die door HF.T LOKAAI.SPÓORTJE Wtatagra Scha*™ zal per 1 j'anuar, verdween B(J ERNEST CI.AES „rlveerde te Enselache m»mrequlns wordt gelanceerd. Kt van de laaUte ritten jiasaeert het den onhewaakten overweg te Wierlngerwaard Den Haag voo- de' houde var Ier I DERDE BLAD. NIEUWSBLAD VOOR ZUID-HOLLAND EN UTRECHT Schoonhoveneche Courant VRIJDAB m DECEMBER 193A door JAN KIJKUIT. Da Uiver m da oorlog. Ber- kenwoude. - Spoorwegbezui niging. Papendrechtsche ru zie. Dura an goedkoope elec- triciteit. Tante wae, zooals trouwens geheel Ne derland, diep onder den indruk van de droeve gebeurtenis met de Uiver en tel kens begon zij weer over dat rampzalige einde. Ik beproefde bet gesprek op een geheel ander onderwerp te brengen, maai tante zag kans langs een of ander zijpad toch weer terug te komen op dit drama tische einde. Ik wist dat tante een vurig pacifiste is au dat zij met felle overtuiging kan rede neeren over de dwaasheid en de onmen- echelijkheid van den oorlog en daarom trachtte ik haar gedachten daarop te brengen „Ik leee hier tante, zeide ik, dat de laatste oorlog bijna dubbel zooveel dooden heeft gekost als alle oorlogen van Napo leon samen. Tante keek me peinzend aan en sprak M eenige oogenblikken: „Jan, toen het oorlog was lazen we ieder«n dag dat er 100 of 1000 of 10.000 jonge mannen gedood waren in de ge vechten en we bleven er allemaal koel en nuchter onder. Als we in de krant lazen, dat «r een gevecht was geweest, waarbij zeven menschen waren gesneuveld, dan souden we gezegd hebben: „'t Is nogal de moeite waard, om daarvan een apart be richt te maken". En zie nu eens. Nu zijn sr ook 7 menschen gedood, niet opzette lijk, maar door een ongeluk en nu treurt bet geheele land daarover en uit alle landen komen berichten van deelneming. Zoo zijn de menschen eigenlijk'als ze na tuurlijk en oprecht zijn, dan vinden ze het allemaal vreeselijk en ze treuren met de bedroefden, maar als het oorlog ia zijn se gek en in plaats van dan ongelukken ke vermijden of er bedroefd over te zijn, faan ze zooveel mogelijk menschel doo ien en ze zijn opgetogen als ze erin ge laagd rijn een groot aantal jonge man nen te vermoorden Als de menschen maar hnn natuurlijkheid wilden volgen, dan zou er noot meer sprake zijn van oorlog. „Dat weet ft nog niet zoo heel zeker kante, antwoordde Jod met zekere be dachtzaamheid, want ook in volle vredesr tijd zijn er menschen genoeg, die pp elkaar gebeten zijn en elkaar zouden vermoor den als ze maar durfden. „Tante knikte zwijgend en ik leek mijn geachten neef vragend aan. want ik wist niet waarop zijn duistere woorden be trekking hadden. „Ik ben, ging Jodocui voort djeze week geweest in Berken wou de en ik neb daar verhalen aangehoord, die mij deden twij felen of het wel waar was wat tante daaV zoo even zei. In dat dorp dat van eenige afstand gezien zoo vreedzaam en gezellig tusschen het geboomte ligt heerscht veel boosheid. Zoo is er om eens wat te noe men een waterleidingkwestie „Die beb je overal» viel ik in." „Ja maar hier is nog iets bij. Er zijn menschen voor en er zijn menschen te gen." „Dat is overal, herhaalde ft „Ja ging Jod onverstoorbaar voort maar hier is er nog iets bij. Er waren in Berkenwoude twee mannen van wie een voor en de ander tegen de waterloiding was. Om zijn tegenstander te overtuigen van de juistheid zijner argumenten noo- digde een van den ander uit eens te ko men praten. De ander, die tegenstander was deed dat en de voorstander hamerde zijn betoog vóór de waterleiding zoodanig in het hoofd van den ander, dat de dok ter er bij te pas moest komen. „En toen gingen ze natuurlijk naar den rechter, meende tante „Ja dat deed de man die nog niet ge noeg overtuigd was, maar het onderhoud met de doorslaande argumenten was ge houden onder vier oogen. zoodat 1 moei lijk ,zal vallen uit te maken wie de waar- beid spreekt, de man die zegt: hij heeft me geslagen of de man die zegt: hij liegt. „Ja zei tante, zulke ruzies heb je na tuurlijk overal nog, maar in Berkenwou de zijn ze dan tenminste zoo goed af, dat ie daar een burgemeester hebben die on vermoeid werkzaam is voor het heil van zijn gemeente en die" daarin ook aardig ■laagt. Ik heb gehoord, dat hij tot 's avonds heel laat, tot in den nacht toe op de secretarie zit te wetrken „Dat is zoo tante, bevestigde Jod en hij heeft een reuzensteun aan zijn wethou ders, die t gelukkig in alles met hem «ens zijn. Geloof anders maar gerust, dat zoo'n man heelemaal geen gelukkig leven heeft «n dat hij nog van alle kanten wordt gecritieeerd. Daar zal Ik nu eens een voorbeeld van ndetnen. Er zijn ge meenten, waar een/ burgemeester zijn plicht doel en niets moer dan dat en dan zijn de gemtentenaren ontevreden, liij bemoeit zich met met het maatsciiappe- lijk verkeer, mopperen ze dan. In Ber kenwoude is dat precies andersom, daar behartigt de burgemeester met slechts de gemeentezaken, maar hy beuvert zich ook voor het vereenigmgsleven en spant zich in, om dat op peil te houden of tot bloei te brengen. Wat heeft die burge meester zich niet een moeite gegeven voor de Fanfare en voor het Kinderkoor. En denk je nu dat de menschen hem daar voor erkentelijk zijn? Niks hoor! Nu mop peren ze ook. „Hoe staat de burgemeester met zijn secretaris, vroeg tante. „Heel best. met dien is hij om zoo te zeggen dermate verbroederd dat er geen verschil tusschen hen kan komen ant woordde Jod spottend. „0, hernam tante, ik begrijp je al, de burgemeester is tegelijk secretaris. Nou dan feliciteer ik hem, want ik hoor nog al eens van burgemeesters, die ruzie heb ben met hun secretaris en dat is toch ze ker voor geen van twee om uit te houden. „U hebt zeker hot oog op Papendrecht, zei ik. Daar had de burgemeester den secretaris in een openbare zitting be schuldigd van beleediging, smaadschrift en valschheid in geschrifte en hij had toen een aanklacht ingediend tegen den secretaris. Die zaak is uit en ter na on derzocht, maar is op niets uitgeloopen en nu beeft de secretaris bericht van de jus titie gekregen dat het onderzoek is geëin digd zonder dat het iets bezwarends heeft opgeleverd. Nou hoef je niet te vragen hoe de verhouding verder in Papendrecht zal zijn tusschen die twee ambtenaren. Alle twee nijdig, de een omdat hij zijn zin niet heeft gekregen, en de ander omdat hij zich valsch beschuldigd voelt. „De spoor doet ook zoo, sprak tante raadselachtig. „"Wat bedoel m, informeerde ik ver baasd. „Nou de spoor krijgt ook zijn zin niet met de opheffing van de lijn Gouda Schoonhoven en daarom gaat ze nu een aantal stopplaatsen op de lijn Rotter damGouda al vast opheffen. Daarin moet nu door een antobusdienst voorzien worden. Non vraag ik je? Dat noemen ze nou bezuiniging. Heb je ooit van zooiets gehoord? De spoorlijn is er. de stations en de halten zijn eh de treinen rijden, maar vanwegp de bezuiniging laten ze de reizigers aan de stations staan en de trei nen er voorbij rijden en dan sturen ze een aparte auto om d-'e reizigers af te halen. „Waarom denkt u dat die opheffing van de lijn GoudaSchoonhoven niet doorgaat, informeerde ik. „Omdat Gedeputeerden gezegd hebben dat eerst de nieuwe wegen voor de auto bussen klaar moeten zijn. Nou dan heb ben we nogal een paar jaar den tijd, zou ik zeggen. „Er 18," sprak Jod geheimzinnig, „nog een veel gewichtiger reden, waarom die opheffing voorloopig niet zal plaats heb ben. Iets waaraan óog niet veel gedacht is. U moet weten dat er in Sohoonhoven nog altijd een kazerne, een kanonnenloods en een opslagplaats-van munitie zijn. Al die gebouwen hebben een doel. Als er weer eens oorlog of mobilisatie zou ko men, dan zullen die gebouwen in gebruik worden genomen en dan zullen er naar Schoonhoven een groot aantal troepen komen. „Jaen? vroeg tante. „Dat is duidelijk, vervolgde Jod. Als immers Schoonhoven een «enigszins be langrijk punt is bij mobilisatie, is het niet denkbaar dat het departement van defensie de opheffing van die lijn zal ge- doogen. En u weet wel, dat wat defensie Wil ook gebenrt. „Dat is zoo gek niet geredeneerd, zei ik. Ik geloof dat een enkele gebaar van het departement van defensie heel wat meer beteekent dan hot grootste verzoek schrift. „Verzoekschriften, zei Jod. beteekenen nooit iets Geen enkele ambtenaar of over heidspersoon, die zich ooit iets zal aan trekken van een verzoekschrift, al staan er ook honderdduizend handteekeningen onder. Daar heb je bijvoorbeeld dat ver zoek van een groot aantal gemeenten in de Alblasserwaard aan het electrisch be drijf te Dordrecht oiq, verlaging der ta rieven Alle gemeenten betuigen adhaesie: aan hef adres van het gemeentebestuur van Arkel, maar je moet qiet gelooven. dat het iets zal baten „Ik weet nietr sprak Teun. hoe of dat *t in de Alhlaaservraard is met die tarie ven ik ben daarNiiet zoo particulier be kend. maar ik weet wel dat d» gemeen ten die»van Goudg fyun electriciteit krij gen gevild en gestrnont worden Als je in Schoonhoven woont betaal je 27 cent voor een watt of een halfwaft of een k;!owntf of een ki'owaMuur of een volt of een am pere dat weet ik n'et. maar in ie«*er geval voor zoo'n portietje electriciteit En ga je dan heen eb je gaat 100 meter ver der wonen in de provincie Utrecht, dan betaal je 3 v»ut voor zoo'n zelfde portie tje. Denk je nou dat als die goeie klantjes van Gouda gaan vragen: ach electrische meneer, wil u onze prijs van 27 cent niet een bee'je verlagen denk je dan dat Gouda dat doet? Hij lacht en zegt: 27 ct. of geen electriciteit. Nou en daarom zeg ik zooiets moeten ze regelen voor het geheele land. door Dr. KAREL WALLBOER Op een der laatste avoóden, vóórdat wij ons kamp in het oerwoud opbraken, kwam de Caciqu6 Audrada bij mij. Hij sprak eerst een beetje in gebroken Spaansch over het mooie weer. over de groote jachtbuit. En toen: of ik niet vannacht met Fel z op jacht wilde gaan. Hij G&c que Audrada zou ons natuurlijk drijvers meegeven. Ik zei hem, dat ik liever bij de duivelsdans, die dien nacht plaats zou vinden, tegenwoordg was. Maar bij maakte mij er aarzelend opmerk zaam op, dat de Medicijnman mij n et graag bij de duivelsdans zag. Daarbij keek Audrada mij zoo hulpo- loos aan, dat ik hem toen maar >eloofde, dat k op jacht zou gaan. zoodat hijjjeen moeilijkheden met zijn Medicijnman zou krijgen. Audrada ging toen heel opge lucht en getroost heen. En ik kon, op jacht zijnde, toch best in de buurt van de plek waar de duivélsdans gedanst zou worden, blijven en zonder zelf gez.en te worden, de dans gadeslaan. Ik wilde en zou n.l. die duivelsdans zien, want mijn begele der Felz had er zich als volgt over uitgelaten. „Oude gewoonte Indianen hoofd af snijden. Heel oude gewoonte. Regeering zegt pee, wil n et hoofd afsnijden. Wan neer Indianen hoofd afsnijden, de regee ring schieten, branden, gevangen nemen. Daarom Indianen niet hoofd afsnijden. Caroepi erg boos op Indianen, omdat geen hoofden. Caroepi stuurt overstroom' ngen, stuurt droogte. Ind anen dansen en vragen Caroepi niet boos te zijn op Indianen, boos op regeer.ng. Indianen onschuldig* willen graag hoofden afsnijden, slechte regeering zegt neel Wil met!" De naam „Caroepi" drukt uit het be- gr p van den booze, van den duivel En de dans, d e ter eore van hem werd op gevoerd. was dus niets anders dan een boetedoening, omdat de Indianen geen hoofden meer offeren aan Garoepi. De aanblik van zoo een ceremonie wilde ik in geen geval door1 'de neus geboord zien, ondanks de vijandige houding van den Medicijnman, die alleen maar voort kwam uit het fe't. dat ik minder geschen ken aan hem dan aan Audrada gegeven hAd. De antipathie was overigens woder- keerig. t Een paar uur nadat ft met Audrada dat gesprek gevoerd had, hadden Feliz en ik reeds twee zwijnen neergeschoten en we hadden ons weer op den terugweg kunnen begeven. Inplaats daarvan wenkte ik Feliz mij te volgen en Feliz begreep wat ft wilde. Het duurde niet lang of het lawaai, dat de feeatv erenden maakten, drong reeds tot ons in het boech door. Spoedig daar op stond ft, na een zware wande]'ng in de 'duisternis onder de laatste boomen en had een mooi gezicht op het door fak kels verlichte tooneel. Eerst werden de gewone, mij reeds be kende dansen door de Indianen, onder leid ng van den Medicijnman opgevoerd en ik begon me nu langzamerhand wel wat te vervelen. Het duurde geruimen tijd, en er scheen geen einde aan te komen. Ik was juist van plan ongemerkt weer te verdwijnen, toen de wijde kring, die de Indianen vormden, kleiner werd en allee kwam plotseling tot stilstand. Zelfs de tromme's en de schrille fluiten zwegen. En de Medicijnman, met een vreeselijk du velsmasker voor, trad 'op een knaapje toe, dat in bet midden stond en feeste lijk beschilderd was. In zijn*b&ndëa droeg hij een mee. Hij wierp zich op den knaap Ik stiet opeens een kreet uit, die in de d'epe stilte, die alom heerschte." schril klonk en overal weergalmde. Allen, die aan de vreeselijke ceremon e deelnamen, alle gez:chten keerden zich naar mij toe Ik was zonder het te weien een paar stappen naar voren gekomen en stond nu niet meer onder de boomen. Ik was in mijn witte pak tegen het donkere bosch natuurlijk duidelijk zichtbaar Ik hoorde de Indianen roepen. Zij waren half ver rast, half boos. Ik hoorde de stem van den Medicijnman, krijschend van woede; hij «oheen de geloovigen op te roepen mij te erijnen. Zijn woorden verstond ik niet, maar ik zag dat Audrada trachtte te be middelen, doch zonder succes. Toen zetten de Ind anen zich met den Med'cijnman voorop, in beweging. Zij kwamen recht op mij af. Ik zag dit zij steenen opraapten. Ik hoordtf pijlen om mij heen vliegen. Maar ik moest blijven staan, want vluchten zou onzinnig zijn. De geweren hadden wij met r¥ze buit bij de rivier achtergelaten, en ik had ook geen revolver bij mij. Dat alles waren bliksemsnelle waarne mingen en gedachten. Daarbij was ik verontrust alsof er geen veel erger dingen waren waarover ik bang zou kun nen zijnl over de vraag, wat zal de vent met mijn verrekijker gaan doen? De „vent" was de medicijnman. Voor mijn ge voel duurde het een eeuw in werkelijk heid zal bet een paar seconden zijn ge weest en de Indianen waren nog een heel stuk van mij verwijderd. Zoo onge veer op de helft. Maar ik moest wat doen, ik moest met mijn armen zwaaien, met hen overleggen, anders zou het te laat zijn! Maar ik kon geen beweging maken Geen geluid uitbrengen. Uit het oerwoud achter mij weerklonk een zware, wilde, onbekende bas, De stem riep een paar maal iets in Ketshoea, en van deze woor den verstond ik slechts het telkens her haalde wooTd „Caroepi! Garoepi!" (de duivel). De Indianen hoorden dezen roep en ze bleven staan Ze fluisterden met eikaar, kwamen geen stap meer naderbij. Ze schenen met meer te weten wat ie doen. En telkens weer riep de stem: „Caroepi!" Toen keerden de Indianen zich om en vluchtten. De Medicijnman wilde hen nog tegen houden, maar dat lukte n et. Ook Audrada schreeuwde met de menigte te gen de Medicijnman. Maar toen de stem uit het bosch op een vreeselijke manier begon te huilen en te schreeuwen, besloot ook de Medicijnman terug te keeren. Door een panische schrik bezeten renden de Ind anen weg. k Ije groote dansplek was leeg. Fél ia kwam uit het bosch en zei: „Diepe sfj'm maken. Schreeuwen CaroepiI Weg. Weg geen stap verder. Anders allemaal sterven, y nua muerte may mala (een vreeselijke dood)! Caroepi! Ind anen krij gen angst. Bij de blanken is de duivel zwart Wij Indianen hebben een witte duivel." Nu begreep ik alles. Mijn witte pak had heel wat bijgedragen tot mijn redding. Uit dankbaarheid gaf ik Feliz. d'e door zijn groote tegenwoordigheid van geest mijn leyen redde, de bnks en de verre kijker. waar ik kort te toren geen raad mee wist. Feliz wist niet wat hij moest, doen van trots en blijdschap. Maar later vertelde hij mij nojp verder over de wreede cere monie: „N et werkelijk hoofd afsnijden! Niet werkelijk hoofd afsnijden Maar joo doen alsof! Teatro no serol" FELLE BOERDERIJBRAND TE DRIMMELEN. 31 stuks vn omgekomen. Maandagmorgen in del vroegte het was omstreeks vier uur, ontdekte men te Drimmeleu brand in de kapitale boerde rij, bewoond door den heer P. de Bruin met zijn gezin. Het rosse schijnsel van een vuurgloed maakte benige bakkers, die in de buurt in hun bakkerij werkzaam waren, op den brand opmerkzaam. Zij spoedden zich naar de brnndflhde woning om de bewoners te redden, die nog ifi dlopen slaap lagen Het gezin bestaande uit man. Vrouw en zes jeugdige kinderen kon Zich nog slechts door een overhaaste vlucht, in nachtgewaad redden Zij moee- ten door het raam vluchten, daar de uit gang naar bu ten «Idthts door een smalle deur in een groote "stalpoort mogelijk ii. en de schuur reeds in lichterlaaie «toni Het gezin werd In het dorp onderge bracht Er kwamen 28 stuks hoornvee er. drie paarden in de vlammen om en ook de inboed/l en vele landbouwwerktuigen c.nfcan verloren De gebouwen brandden geheel uit, xoo- aat slechts de müren over bleven IV oor*aak ran den brand wordt M kortsluiting gepocht TREINRAMP IN DEN KERST NACHT. Achttien dooden lei Ontario. In den nacht van den eersten op twee den Kerstdag reed op 12 K M. afstand van Hamilton in den staat Ontario (Ca nada; een expresstrein van de lijn Chi cago—Ottawa ten gevolge van verkeer den wisselsand met volle snelheid op een trein met Kerstgangers, die op een zijspoor op bet paaseeren van den express stond te wachten. De achterste houten wagons van den locaaltrein werden door de locomotief en de ar op volgende stalen wagons van den exprestrein volkomen verbrijzeld. AJJe slachtoffers van de ramp waren dan ook reizigers uit den trein met Kerstgangers, die van een bezoek aan fa- milie of vrienden naar buis terugkeer den. Onder de reizigers van den locaaltrein heerschte biteraard een vroolijke stem ming. Gedurende het wachten op het zij spoor, verdreef -men zich den tijd met bet gemeenschappelijk zingen van liederen. Plotseling verkeerde de feestvreugde echter iu ontzeUing. Met een ontzettende schok stortte de exprestrein zich inplaata van te passeeren op den wachtenden lo caaltrein. Het licht ging uit en op het zelfde oogenblik hoorde men het gekerm der gewonden, die in de diepe sneeuw om hulp smeekten. De diepe duisternis bemoeilijkte de ber ging der talrijke dooden en gewonden tea zeerste en pas nadat uit Hamilton en an dere plaatsen ambulances waren aange komen. kon men met het vervoer der slachtoffers beginnen. De ongedeerd ge bleven en Kchtgewonde reizigers van den locaaltrein werden door den exprestrein meegenomen, waarin ook de bagage werd overgeladen, die bijna geheel uit Kerst geschenken bestond Men vond I8IM00- den, terwijl 40 a 50 reizigers zwaar wer den gewond. DE WERKLOOSHEID IN AMERIKA. Schrikbarende cijfer*. Het aantal werkkween ia de Vereenif- de Staten bedroeg ia Octobor volgens me dedeel ing van de American Federation of Labor 10.671.000 tegen 10.122.000 in Oo- tober 1933. Het Amerikaansche vakverbond ie van oordeel, dat de industrie er niet ia ge slaagd is, haar productie op te voeren. DerhalTe acht het vakverbond het thane de taak der regeering, er voor te zorgen dal de werkloo2en werk krijgen. Het totale aantal gesteunden ia achter aanzienlijk grooter dan het aantal geheel werkloozen; het bedraagt namelijk op het oogenblik alweer volgens de Federa tion of Labor 18.402 000 personen oi ruim 15 pCL der bevolking. Dit cijfer ia 5.000.000 hooger dan dat van verleden jaar. Volgens de raming van het vakver bond zijn voor ateunverleening maande lijks 480 /nill.oen dollar noodig ei het dubbele van verleden jaar. NEW Y0RKS STRATEN. Wat mea kwijt wil De gemeenteraad vaa New York heeft 17 pleinen aangewezen waarop auto-eige naren hun oude wagens kunnen achterla ten. De gewoonte om onbruikbare wagens op «traat achter te laten ie in New York tot een plaag geworden. In de afgeloo- pen twaalf maanden moesten 10.960 oude auto's van de straten worden gesleept, wat de gemeentekas 75.000 dollar kostte. Een andere schadepost voor de gemeente 1 s het weghalen van doode dieren d'e op straat gevonden worden. Dit kostte 100000 dollar. In het geheel werden 15.000 groote doode dieren weggehaald (voor namelijk paarden). Er was één olifant bij, die achtergelaten was door een circus. DE KERSTDAGEN EISCHEN HUN TOL. Vael slachtoffers in Amerika De beide Kerstdagen hebben ditmaal in de Vereenigds Staten een buitengewoon groot aantal dooden geëischt Niet minder dan 166 personen zijn bij ongelukken om bet leven gekomen Van deze 166 slachtoffers kwamen 88 bij verkeersongelukken te land om het leven. 22 bij branden en 7 bij vliegonge lukken Voorts werden 26 personen ver moord. terwijl 24 de h^nd aan zichzelf sloegen De talrijke auto-ongelukken waren voor een groot deel te wijten aan dronken schap der bestuurders Zoo reed te Los Angeles een dronken bestuurder met zijn wagen, waarin ook zijn vrouw en twee kinderen gezeten waren, van een der pie ren de zee in Alle vier inzittenden ver dronken. DE MALARIA OP CEYLON. Ook de hoofdstad bedreigd. Thans wordt ook Colombo, de hoofd stad van Ceylon, bedreigd door de op het eiland woedende malaria-epidemie. Reeds is het stedeJjjk ziekenhuis geheel gevuld met malaria-patiënten Daarentegen begint de ziekte in som mige districten te verdwijnen De bevol king dezer gebieden is echter zeer ver zwakt. termijl het gevaar bestaat, dat de epidemie opnieuw zal opvlammen Bo vendien her recht er een ernstig levens- paddelen tekort. f -

Kranten Streekarchief Midden-Holland

Schoonhovensche Courant | 1934 | | pagina 5