Gemeenteraden. 2000* Alblasurdam. Ho. TOO- Nl Vonk-Noor- „Bultobak”. bü de wordt aan- BeWto hwmM schuM. motten worden opgenomen. Overigens zegt of». mode, ■tater van Vrijdag van Beeck het een sympathiseerde als wel d. o_ oelde voor een verlaging ingrijpenden aard. dat po li et oogenblik in Den Haag berust. Hierna sluiting. met het voorstel van den heer W sympathiseerde als wel dat hij j van A B O N N E 'fl, Di Alblasserdac lezers geven i de verordenin; belasting, zoof raad in zijn li steld. Onder t bouwde eigent hoorende erve wegen en lam als bijdrage in derhoud, verli en vuil. Belastingplic In- de rubric mer zal men zonder kenmer tijden, welke w een wetsontwer bij de machii handwerk vooi We laten 1 sproken, we n< garenmakers d ben en dat d handwerkers evenals destijd geland de huis ’t h er alleen tijd dis het m lastige, omsla productie te v kelijke, eenvou en die in een duur dan een Wij zijn niet ke besluiten v< den schreef d< get teld: ^Sopl in hij een aan geheel toepas handwerk te chinale arbeid Bastiat laat vertellen, dat houwen en ha kost kan kom timmerman zii stu ver goedko hij het werk, dat er geen i den op timme een ander pla voor een verl gebruik van s dan het verbo laken, ten eii bevoordeelen i bijlen. „U zult niet minister, dat Frankrijk een weefstoelen i (dat te de bot ruilden tegen wijn (dat te c onnoodige arl: door botte bijl werk en duur volksrijkdom. Wees dan c de perso- Hi ermee Gem» Alblasserdai leden van dei werden de vo Christ. His aftr., J. v. d. Stellaard, A. Corn, den Ou Roukema. K. A. Schroder, hart. Anti Rev. p de Jager aftr. ser, K. Bakkc Middelkoop en Staatk. Gert J. van Veen 8 Heer, F. van A. de Kluijva Gemeentebel B. Visser, aft jVliet, J. D. 1 Baan, W. v. d Haar. S.D.A.P.: 1 H. Knuisting Lustgraaf, N Veen, T. Verb waal en C. K De heer zich niet meei Burgerlijk Armbertuw een subsidieverheoging noodig hoeft De subsidie op de begrooting bedraagt f 11.280. Hiervan is de eerste vier maan den reeds f 6844,18 gebruikt. De raming voor de volgende acht maanden te f 10.670 Dit vindt zijn oorzaak voornamelijk in de ondersteuning van de categorie werkloos» vuilschippers met schepen beneden 20 ton- die wel bij de bevrachting te Rotterdam staan ingeschreven, maar nimmer werk krijgen opgedragen. Alleen in de bieten campagne hebben zij iete te doen. Ondes den rijksstenn kunnen zij niet vallen, en dus zijn zij op het Burgerlijk Armbestuur aangewezen. B. en W. stellen voor om de subqidM aan het BA. derhalve met f 6000 te ver- hoogen. De totale subsidie die het B.A dit jaar dus krijgt, bedraagt f 17280. Z. b. st. worden de gevraagde gelden toege staan. Verder wenschen Ged. Staten het ongedekte bedrag op de begroeting, bedra gende pl. m. f 12.500 ondergebracht te zien bij hoofdstuk 12 als vermoedelijke bij drage van het werkloosheids-subsidie- fonds, waartegen de naad geen bezwaar heeft. De heer Ant den Duyf vraagt, et de vuilschippers ook buiten de werkver schaffing vallen, waarop de voorzit ter antwoordt, dat zij daarin wel kun nen spr. dat op eventueels werkverschaffing zelf in deze vergadering niet nader kan worden ingegaan. Met enkele af- en overschrijvingen op de begrootlng 1934 gaat de raad accoord. De voorzitter deelt mede dat hf thans nog een punt wil behandelen dat niet op de agenda voorkwam, n.l. een aan vulling van de politio-verordening, waar bij wordt verboden en strafbaar gesteld het aanplakken van verkiezingsreclame op particuliere eigendommen en gebouwen zonder toestemming der eigenaars. Nadat de heer Den Duyf de verze kering heeft ontvangen, dat het met toe stemming der eigenaars wel geoorloofd te, wordt tot bedoelde aanvulling z. h. st be sloten. Verder deelt de voo-TBdttor dat de raadsverkiezingen hier worden gehouden op 10 Jtmi. De heer den Duyf vindt dat dft jtarf in den drukstee tijd ven den landbouw is. De voorzitter zegt, dat men toch niet zoo lang uit z*n werk behoeft te loopen om even te gaan stemmen. De beer den Duyf aagt 'Jta dit wta geldt voor ben die ia het ntiunh—w tak ten. Das enz tatatta* zaal WOEKSOAB W W st raat betasting. De heeren Jonker en de Jager heb ben eenige ^bezwaren tegen het door B. en W. gekozen, systeem. In hoofdzaak ko men die bezwaren hierop neer, dat de on bebouwde eigendommen niet belast wor den, waardoor de gebouwde eigendommen zwaarder worden belast Beter achten zij het boven de grondbelasting een zeker percentage te heffen. Breedvoerig wordt het standpunt van B. en W. toegelicht door den voorzitter, weth. Boersma en den secretaris. De door B. en W. voorgestelde verorde ning wordt met 9 tegen 3 stemmen aan genomen. Tegen de heeren P. G. Jonker, J. de Jager en N. Stout. De voorzitter stelt voor, terwill» van de houders van koffiehuizen te trach ten voor hen een verlaging van neele belasting te verkrijgen, gaat de raad accoord Daarna volgt d.e rondvraag. De heer Smit wijst erop, dat het on aangenaam te voor die menschen, die ouderdomspensioen trokken, dat zij daar van 1/3 mochten behouden, wanneer zij in de steun waren. De definitie die de minister geeft van ge zinshoofd, heeft tot gevolg, dat de men- ochen het allen kwijt raken. Nu is om trent dip zaak een adres gericht aan B. en W., doch het bevreemdt spr., dat dit niet te doorgegeven naar Den Haag. Men kan hebben gelaten. Het waa geen cumulatie zeiden zij. Nu echter zeggen ze: Het is wel cumulatie. Daarmede kunnen B. en W. niet accoord gaan. De heer W. de Jong staat op het standpunt, dat, hoe men de zaak ook be kijkt, het toch een feit blijft dat de voor gestelde verlaging zeer gering te. De voorzitter sluit de discussies over dit punt en brengt in stemming het voorstel van B. on W. om het statute van De heer Termeulen klaagt, dat de beloofde punten, die zoo belangrijk zijn, nog niet op de agenda voor dezen avond stonden. Spr. noemt reorganisatie B. X, en conversie leeningen, terwijl de heer Smit ook nog even gevraagd heeft naar de kwestie der huurverlaging. Wat blijft er zoodoende over, zegt de heer Vermeu len, van een belofte? Het doet pijnlijk aan, dat noch het een, noch het ander ge beurt, terwijl het belang der gemeente er zoo mee gemoeid te. De voorzitter zegt, dat de heer Vermeulen zeker de moeilijkheden weet. De belofte in de vorige vergadering te ge heel ter góeder trouw gedaan, maar men moet niet verwachten, dat spr. tooveren kan. Als hem 10 ambtenaren gegeven worden, dan komt het spoedig voor el kaar. Spr. maakt zich al 4 jaar bezorgd oyer den gang van zaken op de secreta rie, maar daarvan moet men niet iemand de schuld geven, die er niets aan doen kan. Spr. kan geen ijzer met handen bre ken. Hij vindt het optreden van den heer Vermeulen tegenover hem niet flink. De heer Vermeulen zegt, dat hier altijd gesproken wordt over „geen tijd", maar het is hem bekend, dat de secretaris iederen morgen om halfelf naar de secre tarie gaat; als wij dit deden, dan gingen we direct de laan uit. De voorzitter zegt over den ijver van den secretaris geen enkele aanmer king te hebben. Dat de secretaris *s mor gens niet op tijd te, komt omdat er ’s avonds gewerkt wordt. Spr. te het niet eens met werkverdeeling op de secretarie, daarin heeft spr. ook altijd alleen ge staan, maar op den ijver van den secre taris heeft hij niets aan te merken. De heer Honker vraagt of het jurk diach we] mogelijk te, de straatbelasting ook nog te heffen over 1934. Weth. Boersma antwoordt bevesti gend. De heer J. de Jager informeert naar een boetestelsel, dat op steuntrekkenden te toegepast; spr. méént, dat men daar voorzichtig mee moet zijn. De voorzitter zegt bet te zullen onderzoeken. De heer De Jager spreekt zijn spijt uit, dat huurverlaging nog niet aan de orde kon komen; er zijn gemeenten, die het verleden jaar al gedaan hebben. I De voorzitter zegt dat de zaak op I den eersten ambtenaar ter secretaris van f 2300 met pensioenverhaal en korting te rug te brengen op een vaste wedde vate f 2100 waarop dan geen verhaal of kor ting verder van toepassing mag zijn. Het voorstel wordt met 6 tegen 3 stem men aangenomen. Tegen de heeren W. de Jong Johzn., J. de Jong Czn.„ en Ant. den Duyf. Het voorstel van den heer W. de Jong komt derhalve te vervallen. De heer Den Duyf motiveert zijn stem, door te verklaren dat hij niet zoo zeer n,v. de Jong f meer gevo< meer ingrU Vervolgens deelt de voorzitter me de dat Ged. Staten aandringen op een verdere verlaging van het salaris van den doodgraver. B. en W. stellen voor dit te- rüg te brengen van f 475 op f 400, waar mede het college van meening is, dat, ge zien de werkzaamheden, deze functie nog voldoende beloond is. Zonder discussie wordt hiertoe besloten. Verder zegt de voorzitter, dat Ged. Staten weder terugkomen op het uit- keeren van wachtgeld voor nevenfunctie’s. Dit is echter iets, waarin B. en W. geen verandering wenschen, daar zij het een aantasten van de rechtspositie der amb tenaren achten. Alleen stellen zij voor, de desbetreffende verordening in dien zin te wijzigen, dat het uitkeeren van wachtgeld voor nevenfuncties in de toekomst niet meer zal geschieden. De heer W. de Jong Johzn. infor meert of de wijziging niet van terugwer- kende kracht zal zijn. Weth. C. J. Hoogendijk betoogt, dat zooals de bepaling thans luidt, mej. de wed. Rook op deze uitkeering recht heeft. B. en W. willen echter dit artikel zoo wij zigen, dat de uitkeering van wachtgeM voor nevenfuncties in de toekomst niet meer kan voorkomen. Maar om deze be paling van terugwerkende kracht te doen zijn, acht hij onbillijk. Overeenkomstig het voorstel van B. ea W wordt daarop Ijoslotan Nog memoreert de voorzitter, dat naast eenige opmerkingen van admini- strlieven aard Ged. Staten wenschen dat op het salaris van den secretaris-penning- meester van het Burgerlijk Armbestuur pensioenpremieverhaal zal plaats hebben. B. en W. zijn echter van oordeel dat dit salaris te gering te, om hiervan premie- verhaal te korten. Daarom stellen zij voor wel aan den wensoh van Ged. Staten te voldoen, maar tevens het salaris te ver- hoogen van f 125 op f 140. Bovendien zijn de werkzaamheden van bedoelden functi onaris dermate toegenomen, dat deze veen hooging gerechtvaardigd te. Zonder dis cussie wordt hiertoe besloten. Daarna deelt de voorri tter mede, dat het De heer J. de Jong Gzn. wensch t ook iets verder te gaan dan het voorstel van B. en W. om meer aan den wensoh van Ged. Staten tegemoet te komen. Spr. vraagt of het niet beter zou zijn om het salaris te bepalen op f 2200, maar dan premieverhaal en korting handhaven öve rigens vindt spr., dat Ged Staten zich toch weinig storen aan de besluiten van den raad, gezien de geschiedenis van de salarissen van de ambtenaren van den Burg. Stand. De voorzitter betoogt, dat er voor de redeneering van den heer J. de Jong iets te zeggen zou zijn, indien men met eenige zekerheid kon vóórspellen, dat de huidige tijdsomstandigheden zich binnen enkele jaren ten goede zouden wijzigen. Dit kan men evenwel niet. Daarom wil spr. met die tijdelijke kortingen breken. Weth. C. Evegroen, staat op het standpunt, dat de raad bij de benoeming van dezen ambtenaar weleer een ruime keuze had. De voorwaarden bij de aan - stelling bepaald, moet men dan ook zoo veel doenlijk nakomen. De meerderheid van den raad heeft hem toch benoemd. Overigens vindt spr. dat de salarissen zelfstandig moeten worden beschouwd. Weth. G. J. Hoogendijk wijst op de inconsequente houding van Ged. Staten Eerst waren zij van oordeel dat het sala ris van gemeente-ontvanger op zichzelf stond en werd het door hen niet als cu mulatie beschouwd. Nu zijn zij evenwel geheel veranderd en spreken van cumu latie, als zij zeggen dat het ambtenaars salaris, gezien het salaris van gemeente ontvanger, verder verlaagd moet worden. De heer W. de Jong: Dus B. en W. beroepen zich op de eerste beschouwing van Ged. Staten. Weth. Hoogendijk antwoordt toe stemmend, aangezien men hen hun schrif telijk kenbaar gemaakte meening kan voorhouden De heer J. de Jong Cz. komt even terug op het door Weth. Evegroen ge- De bedoelde ambtenaar is niet bij meerderheid van stemmen, doch strooming is waar te nemen, die dit wel als cumulatie beschouwt. De voorzitterwijst er op. dat het salaris van f 2300 toch verminderd wordt tot f 2100. De heer.W. de Jong blijft evenwel de zaak practisoh bezien, en zegt, dat slechts in werkelijkheid neerkomt op verlaging van plm. f 25. Daarom stelt hij voor, het salaris van den eersten ambte naar ter secretarie terug te brengen op f 2000. De voorzitter: Maar dat gaat in tegen het voorstel van B. en W. en tegen het advies van den Ned. Bond van Ge meenteambtenaren. De heer J. de JongGzn. Ook zegt spr., dat men in den woning bouw in de Kinderdijk soms rare en ook wel weer vroolijke tooneelén beleeft. Er is daar een bepaald persoon., d e ze ker niet goed weet, hoe men tegen de jeugd moet optreden. Spr. heeft vroeger ook wel eens optochten van de jeugd voor zijn woning gehad, maar heeft daar altijd op verstandige wijze op gereageerd. Sinds eenigen tijd te daar het woord „bul lebak” in de mode geraakt en de persoon wien dat woord geldt, zit elk oogenblik bij de marechaussee, met het gevolg, dat iemand, die dat woord gebruikt heeft, te veroordeeld tot een boete van f 8. Maar de hoofdzaak te, wat wordt gezegd voor de rechtbank. Daar zegt die persoon dat twee bestuursleden van de bouwvereeni- ging zijn geroyeerd; wat heeft dat er mee te maken? Voorts beleedigt die persoon de ouders van do jongens, die het woord bullebak gebruikt hebben, door te zeggen, dat zij komen uit een totaal verwilderd gezin en ook zegt hij dat noch de burgemeester, noch de politie er zich mee bemoeit Voor de woorden: „Daar zit een bullebak op mijn neus”, werd er een voor f lö en een andere jongen voor f 8 beboet. De ouders zijn de dupe, die moeten dokken. Maar de hoofdzaak is: wat denkt de burgemees ter van wat die persodn over hem en de gemeentepolitie heeft gezegd, ais zouden die hun taak verwaarloozen. De voorzitter zegt omtrent het ge val van den steun, dat B. an W. zich ge wend hebben tot economische zaken. Spr. is overtuigd, dat er alles aan gedaan ia. De eenige weg te, dat bijzondere gevallen door de menschen persoonlijk worden ge meld. Over het algemeen vreest spr. dat het woinig zal baten. Besloten te de dis tributie van goedkoope groenten nog niet tor hand to nemen, aangazieu Mer zooveel volkstuintjes zijn. Het derde punt is een politiezaak. Spr. meent dat de rechtbank voldoende op de hoogte is en wel weet welke waarde aan dergeljjke woorden van den getuige moe ten worden gehecht. Het spijt spr., men zich niet wendt tot het hoofd der litie, maar men meent zich wel aldus over hem te moeten uiten voor de recht bank. Doch spr. zegt dat het hem per soonlijk langs zqn koude kleeren gaat. zeggen: „och, je hoort er toch niets van”, maar dan komt er vanzelf niets van te recht. Het is de weg, zich tot den minister te wenden. Spr. hoopt, dat men in het vervo'g deze dingen met meer ernst zal behandelen. Voorts betreurt spr. het, dat de inwoners nog niet in de gelegenheid zijn gesteld om goedkoope groenten te be trekken. Ouderkerk a. d. IJssel. Gemeenteraadsvergadering 3 Mei. Voorzitter mr. F. J. Galkoen, burgemeester. Afwezig de heeren Andr. degraaf en A. M. Hoogendijk. De notulen worden na opening met ge bed. onveranderd vast gesteld. Onder de ingekomen stukken is de goed keuring door Ged. Staten van het raads besluit tot het aangaan van een kasgeld- leening van f 100.000 door bemiddeling van de fa. Staal en Go. te ’s Gravenhage, benevens de goedkeuring van de gewijzig de verordening tot verdeeling van de ge meente in twee stemdistricten met aan wijzing der lokalen. Verder bericht dit college dat het salaris van den eersten ambtenaar van den Burg. Stand is vast gesteld op f 45 en dat van den tweeden ambtenaar op f 90 ‘s jaars. De raad be paalde dit salaris op f 150. Vorder dringen Ged. Staten aan op de intrekking van de verordening inhouden de dat een onderwijzer, die optreedt als plaatsvervangend schoolhoofd, een maan- delijksohe toelage van f 25 geniet, aan welk verzoek zonder navraag wordt vol daan. Daarna deelt de voorzitter mede, dat de gemeentebegrooting 1935 niet goed gekeurd van Ged. Staten is terugontvan gen, vergezeld van een reeks op- en aan merkingen. Allereerst dringen Ged. Sta ten aan op een verdere verlaging van het salaris van den eersten ambtenaar ter secretarie. Spr. memoreert de geschiedenis van dit salaris. Tot 1 Jan. 1932 was het f 2400 met vrij pensioen zonder korting; na dien datum werd het f 2400 met pet pre mieverhaal en 5 pot. tijdelijke korting en bij de jongste verlaging werd het f 2300 met 10 pet. premieverhaal en 5 pet. kor ting. Als ambtenaar van den Burg. Stand liep het salaris van dezen zelfden persoon terug van f 200 tot f 90. Als motief voor deze verdere verlaging brengen Ged. Sta ten thans naar voren het feit, dat de persoon in kwestie ook gemeenteontvanger is. Als zoodanig geniet hij een salaris van f 1650 min 81/» verhaal van pensioens- premie. Aangezien de werkzaamheden niet in dezelfde tijdsruimte geschieden, daar het secretariewwk overdag en het werk van gemeenteontvanger des avonds ge beurt, kan hier naar het oordeel van B. en W. niet van cumulatie worden gespro ken. Dit deden Ged. Staten voorheen ook niet, doch thans wordt er wel op deze wijze over gerept. Dit achten B en W. onjuist Ook de Ned. Bond van Gemeen teambtenaren wiens advies werd ingewon nen. acht verdere vyylaging onbillijk. De totale personeelsbezetting van de gemeen tesecretarie is in vergelijking met andere gemeenten niet groot, zoodat door de ambtenaren gedurende de laatste jaren meer overwerk moet worden verricht dan elders. De conclusie van B. en W. is der halve, dat zij om «enigszins aan den wensch van Ged. Staten tegemoet te ko men, voorstellen het salaris van den eer sten ambtenaar ter secretarie te bepalen op f 2100 ’s jaars, doch daarbij geen ver dere verlaging in den vorm van pensioen- verthaal of korting toe te passen. De heer W de Jong Johz. memo reert, dat het salaris thans f 2300 be draagt. Er gaat evenwel als tijdelijke kor ting 5 pet. af. is f 115, waardoor het sa laris nu practisch f 2185 bedraagt. Daar om vindt spr. dat hiermede slechts weinig aan den wensch van Ged. Staten wordt tegemoet gekomen. En alles bijeen geno men heeft de bedoelde persoon toch een goed salaris. De voorzitter zegt, dat de heer De Jong deze salarissen niet bij elkaar moet nemen, hetgeen B. en W. ook niet doen. Er kan hier niet van cumulatie wordeh ge sproken. De heer W. de Jong. Nu goed, maar het wordt toch verdiend. Weth. C. J. Hoogendijk wijst er op dat voor deze persoon het salaris als ambtenaar van den burgerlijken stnad van f 200 is teruggevallen op f 90 ’s jaars. De heer W. de Jong berekent dat de ze ambtenaar totaal f 3875 salaris geniet. Pensioenspremieverhaal wordt door spr. beschouwd als uitgeeteld salaris. De voorzitter zegt, dat die opvat ting voorheen reeds voldoende is weerlegd De heer W. de Jong Johz.: Die theorie kunt u wel van mij cadeau krij gen. Spr. herhaalt dat hij van meening is, dat het voorstel van B. en W. te weinig aan den wensch van Ged. Staten tegemoet komt. ,De voorzitter wijst, evenals weth. Hoogendijk, op de belangrijke verminde ring van bet salaris als ambtenaar van den Burgerlijken Stand. Bij het jongste raadsbesluit adviseerde de raad aan Ged om het salaris te bepalen op f 150 ’s jaars en het besluit is. dat het wordt vastge steld op f 90. Spr. wil het salaris op f 2100 bepaald zien, en afgezien van ver dere kortingen. Bovendien achten B. en W. de argumentatie van Ged. St onjuist, als zij zeggen, dat gezien hot salaris als gemeenteontvanger het ambtenaarssalaris kan worden verlaagd. De heer W. de Jong memoreert, dat er reeds geruimen tijd ia dr” raad een Vergadering van den gemeenteraad op Dinsdag 30 April. Afwezig mét kennisge ving de heer J. v. d. Merwe. Na opening door den voorzitter, burgemeester J. van Scheers, herdenkt deze dbn verjaardag van prinses Juliana, en u t den wensch, dat zij nog lang ge spaard moge blijven voor land en volk. Daarna worden de notulen onveranderd goedgekeurd. Ingekomen zijn o.a. diverse goedge keurde raadsbesluiten, waaronder dat tot verlenging van de concessie met de N.V. Alblasserdamsche Waterleiding. Voortskon de voorzitter thans mededeelen, dat de begrooting 1934 was goedgekeurd door Ged. Staten. Enkele verslagen, o.m. van den keuringsdienst van Waren, en van de commissie tot het geven van cursussen aan jeugdige werk- loozen, zijn nog ingekomen. De heer -Vermeulen vraagt hoe het mogelijk s. dat reeds voorbereidende werkzaamheden zijn getroffen voor het maken van de muziektent, hoewel de bo- grooting 1935 nog niet is goedgekeurd. Weth. Boersma wijst erop, dat deze post ook reeds voorkwam op de begroo ting 1934. Thans is deze begrooting door Ged Staten goedgekeurd, zoodat men kon beginnen. Van den heer G. Taaie is een schrijven ingekomen, dat hij ontslag neemt als lid en voorzitter van het burg, armbestuur, wegens vertrek uit de gemeente. De voorzitter stelt voor, dit ont slag eervol onder dankzegging te verlee- nen, waartoe wordt besloten. Het burg, armbestuur deelt in een begeleidend schrijven mede, dat nu tot voorzitter is benoemd de heer B. Koot Een belangrijk ingekomen stak komt nog aan de orde, n.L een te teekenen ver klaring dat ook deze gemeente met de be palingen, die aan noodlijdende gemeenten worden gesteld, accoord gaat. B. en W. stellen voor dit stuk te teekenen. Behalve de S.D.A.P.-fractie kan de raad zich hier mee vereen i gen. Daarna stellen B. en W. voor, *t maxi mum aantal verloven A op 10 te stellen. De heer Jonkers wijst erop, dat er p zijn; waarom gaan B. en W. dit aantal na verhoogen. De voorzitter acht dit getal voor deze gemeente juist; bovendien mag sr ZijM inziens wel eenige speling zijn. Weth. Boersma meent, dat het goed is, het aantal verloven niet al te krap te stellen, om den clandestienen verkoop niet in de hand te werken. Juist daartegen waarschuwen ook dankwet inspecteurs. Het voorstel van B. genomen. Volgt het voorstel van B. en W„ inhou dende, dat stilstaande ante’s in den avond niet behoeven te worden verlicht. De heer deJager zou er aan toe wil len voegen: „gedurende den verlichtings- tijd”, due als de straatlantaarns branden. Door verschillende leden wordt dit voor stel afe onpractisch ontraden. Het voorstel de Jager wordt met 11 tegen 1 stem verworpen en het voorstel van B. en W. wordt aangenomen. Voorte heeft het rijk aan deze gemeente opgedragen een regeling te treffen met de gemeente Nieuw-Lokkerland tot toelating van leerlingen op school 2 in verband met de in die gemeente opgeheven school aan den Veerdam. Een verordening werd hier omtrent van Nieuw-Lekker land ontvan gen, doch B. en W. dezer gemeente kun nen met die regel’ng niet accoord gaan, waarom zij een andere regeling voorstel len. Het voorstel van B. en W. wordt aangenomen. Vervolgens komt aan de orde de hef- fingsverordening op de Verachijnl en Vrijdag ling: rooi maanden Met verxe sprokene. ju? loting benoemd. Weth. Evegroen: Hij is in elk ge val benoemd en dat hij e'en nevenbetrek king vervulde wist men toen ook, zoodat men eigenlijk daarop thans geen aanmer kingen kan maken. Devoorzitter wijst er weder op, dat de personeelsbezetting van de secretarie niet groot is, waardoor nog ai veel over werk moet worden verricht. Daarom moet het salaris ook van dien aard zijn, dat dit.mogelijk is. De heer W. de Jong is het in zoo verre met B. en W. eens, dat de tijdeijke kortingen verdwijnen. Maar over het geheel genomen vindt hij dat deze ambtenaar een te groot inko men heeft. Meesters in de rechten verdie nen het niet. De heer Ant. den Duyf vraagt of Ged. Staten ook voor de vaststelling van dit salaris een zekere basis aangeven. De voorzitter antwoordt ontken nend. De heer Den D u yf verklaart van mee ning te zijn, dat men een van beiden moet doen. Als men van oordeel is dat hier niet van cumulatie kan worden gespro ken moet men het salaris laten zooals het is; en wanneer men van tegenovergestelde meening is moet men verder gaan dan het voorstel van B. en W. De verlaging die thans wordt voorgesteld is te gering dan dat Ged. Staten er mee accoord zou den gaan. ,De voorzitter bestrijdt dit, De heer Den Duyf is van meening dat men moeilijk met zoon luttel bedrag van verlaging bij Ged. Staten kan aanko men. De voorzitter betoogt, dat men zich niet moet laten leiden door een eventu eels beslissing van Ged. Staten, doch dat men zelfstandig moet oor deden De heer A. J. Boogeardt betoogt, dat Ged. Staten evengoed hun wensch ge heel kunnen voorschrijven, dan dat wij aldus spr. dit hier nu moeten zeggen. In de practjjk ziet hij er toch niet veel verschil meer in. De voorzitter wijst er op, dat Ged. Staten het salaris als gemeente-ont vanger voorheen steeds buiten beschouwing

Kranten Streekarchief Midden-Holland

Schoonhovensche Courant | 1935 | | pagina 6