rFMULETONTl
Binnenland
j Gemengd nieuws
Plaatselijk nieuws
Het einde van de Jamboree.
DE Wu RGER
3 TWEEDE blad.
NIEUWSBLAD VOOR ZUID-HOLLAND EN UTRECHT Schoonhovcnsche Courant
WOENSDAG II AUGUSTUS I!OT
INDISCHE PADVINDERS OP HET LOO.
Défilé voor de Koningin en
Prinses.
Ten Paleize Het Loo hebben gistermor
gen de Indische padvinders voor de Ko
ningin en de Prinses gedeiileerd.
Toen de padvinders stonden opgesteld,
zette liet Amboneesche orkest het „Wil
helmus" in en oncier luide toejuichingen
der vele duizehden, die zich voor het
Paleis bevonden,, trad de Koningin het
hordei af, teneinde de padvinders te in-
specteeren. Deze inspectie duurde gerui
me tijd. Na afloop uitte H.M. z.ch in zeer
waardeerende woorden tot hopman Ran-
neft. Na een eere-saluut marcheerden de
padvinders af. In het Paleis nuttigden
de padvinders met smaak eenige aan
geboden verfrisschingen en de lunch
werd gebruikt ln de wapenzaal.
Spel an zang ten Paleize.
Des middags gaven de padvinders in
tegenwoordigheid van de Koningin en
de Prinses, benevens veel leden der hof
houding een uitvoering in de groote eet
zaal. Het was een herhaling van het spel
„De vijf geschenken van den Sultan".
Alvorens het spel begon, traden drie
padvinders naar voren, een van Oost-
Indië, een van de West en een van Sa
ba, die bloemen aanboden, o.a. een
schitterende bloemenmand, uitgevoerd in
rood, wit- en blauw.
De padvinders van de West gaven
een zangnummer, waarna die van Saba
eenige liedjes zongen. Na afloop betuig
de de Koningin Hare groote tevreden
heid over het spel en de demonstratie.
Zij onderhuid zich geruimen tijd met de
padvinders, evenals de Prinses. Onder
leiding van jhr. Kinschot werd vervol
gens het landgoed bezichtigd.
DE RIJKSBEGROOT1NG.
Een tekort van f 115 millioen?
Naar gemeld wordt, zal het tekort
op de Rijksbegrooting 1938 ongeveer f 115
millioen bedragen, tenzij nog tijdig de
middelen worden gevonden, waarmede
dit officieel verwachte tekort zou kunnen
worden gedekt.
AFSCHEIDSWOORDEN VAN DE HOOFD
VERKENNER.
Het vorstelijk Paar zorgt voor
een verrassing.
De wereldjamboree behoort tenminste
voor wat 't Vogeienzangsche gedeelte be
treft, weer tot het verleden. Vóór de de
finitieve afmarsch der verkenners zullen
nog eenige excursies worden gemaakt,
maar Maandagavond heeft de officleele
sluiting reeds plaats gehad. Tot de groo
te gebeurtenissen van de laatste dag be
hoorde een défilé van alle padvinders.
De padvinders die langs de eeretribune
gedefileerd hadden, sloten zich later weer
aa"h bij degenen,'die het veld opmar
cheerden en zoo werd de rij steeds dik-
ker. De Nederlandsche verkenners namen
met 11.Q00 man aan het défilé deel. Ach
tereenvolgens kwamen de diverse con
tingenten de arena binnen, honderden
plaggen, vaandels en emblemen mee
voerend. Na het défilé namen alle pad
vinders op het grasveld in de arena
plaats en lord Baden Powell beklom de
„raadsrots" voor het uitspreken van zijn
Afscheidsrede. Na luide toejuichingen
keerde de stilte weer en nam de hoofd
verkenner het woord. Hij zeide o.a.
De Jamboree is
een „jongenskruistocht"
genoemd, „een kruistocht der jeugd",
maar een kruistocht voor den vrede en
dat is een goede karakteriseering.
Jullie kruistocht is in menig opzicht
gelijk aan die van de kinderen van en
kele eeuwen geleden. Ook jullie komen
uit Verschillende landen maar.... alleen
om vrienden te maken! En daar komt
het juist op aan, want wanneer er mis
schien over enkele jaren verwikkelingen
tusschen sommige landen zouden mogen
f komen, herinneren jullie je de dagen,
waarop je hier tezamen bent geweest en
de vriendschapsbanden, die er toen zijn
gesloten en de goodwill-gedachte, die deze
Jamboree-bijeenkomsten kenmerkt.
De Jacobsstaf is jullie hier op de Jam
boree tot een totem geweest en het zal
ook jullie totem kunnen blijven in je
latere jaren. Dit teeken zij jullie evenals-
in vroeger eeuwen den zeevaarders een
kompas voor je verderen levensweg. De
tien punten, die de ladder heeft, mogen
jullie herinneren aan de tien artikelen
van de padvinderswet.
Lord Baden Powell heeft daarna aan
alle leiders der contingenten een kleine
Jacobsstaf overhandigd.
Daarna zeide de hoofdverkenner: „De
tijd is J»u aangebroken om elkaar vaar-
we te zeggen. Ik wensch jullie allen een
gelukkig leven toe. Velen zullen elkaar
in de wereld nooit meer ontmoeten en
zéker mij niet, die nu 81 jaar wordt. Ik
wensch u allen veel succes toe. Ge kunt
dit bereiken door uw best te doen. Tracht
vriendschap te bewaren met allen met
wien ge nu vrienden zljt geworden. Ga
met een goede gedachte aan deze Jam
boree naar huis en herinnert u de goede
vrienden in Holland. Ik wensch u allen
vaarwel. God zegene u allen."
Onder luide toejuichingen en gevolgd
door de leiders der verschillende contin
genten ging de hoofdverkenner weer
naar zijn plaats op de eeretribune terug.
Na een kort vuurwerk namen de pad
vinders met wuiven met hoed en stokken
afscheid van hun leider. „Drie hoera's
voor den hoofdverkenner klonk het steeds
weer en dan barstte de kreet los uit dui
zenden keelen, tot de laatste verkenner
het terrein had verlaten.
Des avonds heeft
het laatste kampvuur
plaats gehad, hetwelk voor het publiek
niet toegankelijk was. Dit heelt een on
vergetelijke maruk gemaakt. De grootste
verrassing evenwei was de plotselinge
verschijning van Prins Bernhard en
Prinses Juuana, die de geheeie avond bij
het kampvuur vertoefd nebben. De avond
werd heel prettig doorgebracht met het
zingen van üedjes, en het Vorstelijk Paar
8
„Onder welke omstandigheden?" vroeg
ik. „Bedoelt U in verband met wat he
denavond Wallace Cunningham hier is
overkomen?"
..Dat nu juist niet," zei ze. „U tast hier
geheel in het duister, Mr. Muirhead, en
ik oacht natuurlijk niet, datik dacht
aatdat ik
„Als U mij/ zoudt kunnen helpen, Miss
Sargent," zei ik, „dan zou ik U nauwe
lijks kunnen zeggen, hoe prettig ik dat
zou vinden. Maar hoe stelt U zich eigen
lijk dat voor?"
„Ja, kijk U eens," zei zé langzaam, cn
terwijl zij sprak kon ik zien,, dat zij bij
de herinnering aan het gebeurde ver
bleekte, „zoo juist is mij iets overkomen,
dat U eigenlijk moet weten."
Natuurlijk was ik plotseling zeer ge-
ïnteresserd, hetgeen nog meer uit mijn
blik, dan uit mijn woorden bleek.
„Is U wat overkomen?" vroeg ik, „en
waar, als ik weten mag?"
„Zoo juist, in mijn kleedkamer. Ik was
alleen, had mij verkleed en mijn kame
nier weggezonden. Ik zat voor mijn spie
gel en keek of mijn hoed goed-stond en
wilde juist opstaan, toen het gebeurde.
Het mag dwaas klinken, maar het speel
de zich vlak onder mijn oogen af."
Onzeker hield zij even op, alsof zij zag,
dat ik geen geloof aan haar woorden
schonk. Haar kleur keerde langzaam te
rug ofschoon ik kon zien, dat zij beefde.
Na alles, wat hier gepasseerd is, ver-
wondef ik mij over niets meer, Miss Sar
gent," zei ik, „er zijn hier zooveel vreem
de dingen gebeurd en toch hebben wij
zong dapper mee. De aankomst van de
hooge gasten werd met donderende toe
juichingen en het zingen van het Wil
helmus begroet. De diverse contingenten
gaven nog eenige staaltjes van hun kun
nen. Er was groote vroolijkheid en een
huiselijke, feestelijke stemming, waaraan
de aanwezigheid van den Prins en de
Prinses wel niet vreemd zal zijn. Om tien
uur werd het kampvuur gesloten ver
klaard.
Een bruine zomerieint
staat sportief en charmant en beschut
tevens tegen de brandende ultra-violette
stralen der zon. AMILDA-zonnebruin-
créme bevordert een snelle, mooie
natuurlijke huidbruining.
Flacon 90 ct. Tube 60 ct. Doos 50 en 25 ct.
ONTPLOFFING OP NEDERLANDSCH
SCHIP.
Bij Soerabaja.
In het Westervaarwater bij Soerabaja
heeft zich gistermorgen, even voorbij 't
loodsschip, een ontploffing voorgedaan
aan boord van het onder Nederlandsche
vlag varende tankschip „Manvantara",
van de stoomvaartmaatschappij „La Co
rona".
De ontploffing, welke in tank 2 ge
beurde, vaagde den geheelen achter
mast van het schip weg, waarbij aan
dek een groote vernieling werd aange
richt. De materieele schade is zeer
groot. Naar verluidt zijn verscheidene
'Chineesche leden der bemanning ge
wond, terwijl twee andere, eveneens Chi
neesche bemanningsleden, worden ver
mist.
De sleepboot „De Jong" van de Ned.
Ind. Steenkolenhandel Mij. is uitgevaren
van Soerabaja naai; de voor anker lig
gende Manvantara", om hulp te verlee-
nen.
De tankboot, welke door de ontplof
fing niet lek is geslagen, werd in 1931 te
Amsterdam gebouwd.
TIENDUIZEND SCHAPEN REIZEN
DOOR DE LUCHT.
Tienduizend schapen zullen per vlieg
tuig van Asjchabad, de hoofdstad van
Turkmenistan (Midden-Azië) naar Gas-
jaoez, een afstand van 560 K.M., ver
zonden worden ter verdeeling onder de
plaatselijke schaapherders. De/ autori
teiten zijn van meening, dat men scha
pen het voordeeligst per vliegtuig kan
transporteeren. Hierdoor toch zullen ve
le zwakke dieren, die wanneer zij te voet
de reis maken, onvermijdelijk sterven, ln
het leven blijven.
SCHEEPSRAMP IN VENEZUELA.
Ongeveer 200 slachtoffers.
Naar uit Caracas wordt gemeld, is in
de golf van Maracaibo (Venezuela) het
motorschip „Donna Cecilia" met 200
passagiers aan boord omgeslagen en ge
zonken. Ofschoon direct na het ongeluk
een groot aarttal kustvaartuigen uitvoer
om hulp te verleenen, konden slechts
enkele personen gered worden. Op de
plaats des onhells wordt verder gezocht,
doch er bestaat slechts weinig hoop, dat
nog overlevenden zullen worden gevon
den.
Nrf-vwc» iOm-V
het mei eigen oogen gezien. Niets is te
vergezocht, niets te onwaarschijnlijk. En
vergeet niet, dat morgen vroeg het ge
recht een onderzoek zal instellen naar
den dood van den armen Augustin Ar
nold
Even waren wij beiden stil, alsof wij
in gedachten teruggingen naar die ver
schrikkelijke scène, waarvan wij niet al
leen getuigen waren geweest, doch waar
in wij ook een rol hadden gespeeld."
„Ja, U hebt gelijk," zei ze eindelijk. „Ik
zei U zoo juist, dat ik net wilde opstaan
van de kleedkamer, waarvoor ik zat, toen
het gebeurde. Mijn moeder had mij van
avond voor de opvoering nog bezocht.
Het was haar niet mogelijk geweest het
stuk zelf te zien, omdat mijn oom, haar
broer, ernstig ziek is en zij naar hei zie
kenhuis moest, om te zien hoe heT met
hem ging. Zij had echter haar broche
achtergelaten als talisman. Ik moet
even vertellen, dat mijn moeder nogal
ouderwetsch is; zij hecht nog altijd aan
de oude gewoonte om een brdche te dra
gen, waarin zich een portretje bevindt.
Het was een kleine broche, die gemakke
lijk in de palm van een hand verborgen
kan worden en de foto die er in zat, is
een oud portretje van mij. Zij is er nog
al op gesteld, dat goede oudje en in on
ze familie wordt de legende verteld, dat
dergelijke dingen geluk aanbrengen. Daar
om liet zij het op mijn kleedkamer lig
gen, opdat ik bij de première succes zop
hebben. Ik stond juist op het punt weg
te gaan, toen ik de broche zag liggen en
herinnerde mij, dat ik ze mee moest ne
men. Ik strekte mijn hand er naar uit
en wildé ze opnemen, toen de broche in
eens verdwenen was."
„Verdwenen was?" vroeg ik.
Zij knikte.
„Ja, verdwenen was," herhaalde zij. „Ik
was er ongeveer een centimeter of vijf
van af, denk ik, toen het kleinood er
plotseling niet meer was, alsof het iemand
had weggenomen." Weer knikte zij. _Iu
de kamer was niemand dan ik. Ik dafiht
eerst, dat ik het op de een of andere
wijze van de tafel had gestooten, hoewel
ik wist, dat dat niet gebeurd was. Ik
keek rond op den grond, zocht onder de
kleedtafel, maar het was weg."
„Vreemd," zei ik, „en denkt U, dat het
dezelfde hand is
„Zonder op mijn woorden An te gaan,
ging zij verder: „Maar dat /is nog niet
alles."
„Wat gebeurde er nog meer?" vroeg ik
snel.
„Toen ik opkeek, nadat ik mij onder
de kleedtafel had gebukt en naar de
plaats keek, waar de brdche had gelegen,
was er een roode vlek en toen ik die wat
dichterbij bekeek, zag ik, dat het
bloed was."
„Bloed?"
„Ja," zei ze. „Begrijpt U daar iets
van?"
Ik was even stil, het kwam mij voor,
of er een kille wind door het theater
woei, die ons beiden deed huiveren.
Mijn geest was dof, maar ik trachtte met
geweld tot klaarheid te komen. Opeens
ging mij een licht op.
„Dus U wilt zeggen, dat het dezelfde
hand was, „die vroeg ik.
„Dat dacht ik direct," gaf zij toe en
een rilling voer door haar leden bij de
gedachte, dat die hand zoo dicht bij
haar was geweest. „Maar dat kan toch
niet, wel?"
Zij was als een klein kind, dat in het
donker zijn weg tracht te vinden, terwijl
zij mij aankeek om te zien,wat ik er van
dacht. Ik schudde mijn hoofd.
Het spijt me, ik wil natuurlijk niet
graag hebben, dat U zich onnoodig on
gerust maakt," zei ik, „maar toch denk
ik, dat het wel dezelfde hand was, want
ik zou zeggen, dat een onzichtbare hand,
die een man kan wurgen, toch zeker wel
een broche van de tafel zou "'kunnen op
nemen, en het bloed...." ik hield even
op en ging toe' voort: „....het bloed,
DROEVIG ONGELUK TE ALBLASSER-
DAM.
Ameidenaar verdronken.
Alblasserdam. Gistermorgen om half-
twaalf is op het fabrieksterrein van de
in-aanbouw zijnde Wals- en Draadtrek-
kerij van de Nederlandsche Kabeifabriëk
te Delft een droevig ^ongeluk gebeurd.
Onlangs waren in de rivier De Noord
palen te water gevallen, welke met een
hijschblok van de firma J. Smit Czn. op
de wal waren gebracht. Thans was men
bezig deze palen op een zolderschuit te
leggen. Vermoedelijk tengevolge van de
deining van de rivier door een passeeren-
de sleepboot, is de zolderschuit gaan
schommelen en gingen de palen aan het
'rollen. Op de zolderschuit bevonden zich
de arbeiders G. Vrcon uit Ameide en T.
Verhey uit Alblasserdam. De mannen
zagen de palen rollen en trachtten zich
dadelijk in Veiligheid te brengen, doch
Vroon geraakte bekneld en verdween met
de palen in de diepte, waar hij vast bleef
zitten.
Twee arbeiders van de firma Neder-
horst uit Gouda, n.l. P. de Wit en P.
Janmaat, ginfeen per roeiboot naar de
plaats van het- ongeval. De Wit sprong
eerst te water, daarna Janmaat en het
gelukte hen aanvankelijk den drenkeling
te grijpen. De man zat evenwel zoo be
kneld tusschen de palen, dat zijn red
ders hem weer moesten laten schieten,
ondanks alle pogingen, die zij in het
werk stelden hem boven water te houder},
De E H B O. en dr. Snijders de Vogel wa
ren spoedig tor plaatse, do<-h konden
geen hulD verleenen. Onder leiding van
den burgemeester, den heer J. van
Scheers, bebb»n rijks- en remeenteDOlltle
een onderzoek ingesteld. Het slachtoffer
was gehuwd en vader van twee kinderen.
De brand op de „Hendrik".
Alblasserdam. Omtrent de brand die
hier Zateredagavond ontstond op het
sleepschip „Hendrik" kunnen we nader
mglden, dat ln dezelfde nacht een pomp-
boot van de firma Van der Tak's Ber
gingsbedrijf gearriveerd is, die het schip
leeg pompte. Na enkele uren kwam het
sleepschipweer vlot, waarna de reis met
de pompboot langszij: naar Zwijndrecht
werd voortgezet. Doordat de schipper zijn
schip op een zandplaat heeft laten zet
ten, bleef van de lading „Copra" nog
ruim 1/3 ongeschonden, terwijl een ge
deelte na bewerking weer bruikbaar is.
Slechts 1/3 van de lading moet als ver
loren worden beschouwd. De kajuit is ge
heel uitgebrand. De vrouw met 4 kinde
ren konden bijtijds aan de wal worden
gezet. Voorzichtigheidshalve zijn op last
van de assurantie een tiental menschen
gezet als wacht, om, indien noodig, bij
uitslaan van verdere branden weer maat
regelen te nemen.
Bij kon. besluit van 19 Juli is uitge
sproken de onteigening van perceelen,
noodig voor de aanleg van de provinciale
weg AlblasserdamMeerkerk met 2 zij
takken, naar Oud-Alblas en naar Vuilen-
dam.
ja, U weet zelf, dat ik met dezen dolk
nog maar een korten tijd geleden in een
hand heb gestoken, dus is het niet on
mogelijk, dat die hand nog steeds
bloedt."
„Als dat zoo ls," zei ze langzaam( „hoe
kan ik dan ooit veilig zijn. Hoe kan ik
dan ooit gerust zijn, als ik niet weet,
welke machten om mij heen,i\zweven."
Opnieuw verbleekte zij. „Wat ik ook doe,
waar ik ook heenga, ik zal nooit zeker
zijnhaar stem begaf haar voor het
eerst sinds ik haar kende en met haar
gesproken had. Ik knikte.
„Ik denk niet dat U persoonlijk veel te
vreezen zult hebben, Miss Sargent," zei
ik rustig en kalmer dan ik mij wel voel
de, want ik wilde haar niet onnoodig
bang maken. „Op de briefjes afgaande,
denk ik dat het dezelfde persoon is. Maar
omdat hij van U houdt, zult U toch wel
de laatste in de wereld zijn, die hij kwaad
zal willen doen. Het gaat niet direct te
gen U, maar tegen hen, die dikwijls in
Uwe nabijheid zijn en zich voor U inte
resseeren."
Zij knikte langzaam. „Dan moet ik
voorzichtig zijn om geen nieuwe vrienden
te maken en oude vriendschapsbanden
verbreken, in niemand belang stellen, uit
vrees dat.
„Dat zou ik niet direct willen zeggen,"
antwoordde ik, „als ik U was, zou ik ge
woon blijven voortgaan, zooals tot op he
den. Men heeft mij deze zaak opgedragen
en het ligt dus op mijn weg de eerst
komende dagen in Uw omgeving te blij
ven, als U dat zou kunnen geruststellen."
„O, dat zou zeker een heele geruststel
ling voor mij zijn, meneer Muirhedd," zei
ze, „maar zal dat voor U geen gevaar op
leveren? Ik zou zeggen, dat onder deze
omstandigheden
„Maar mijn beste Miss Sargent," zei
lk, „zoo erg ls 't niet. In ons vak loopt
men nu eenmaal veel gevaar, Bovendien
is dit geen gevaar,-maar eeh zeer aange
name samenloop van omstandigheden,
Het begint weer.
Arkel. Bij de politie werd aangifte ge
daan dat van enkele rijwielen die 's
nachts bij de jeugdherberg bulten waren!
biijven staan, de belastingmerken waren
ontvreemd.
Arkcl. Zaterdag behaalde het kinder
koor E. N. M. op het te NieuWendijk ge
houden concours met 309 punten een le
PrUs. ,r/
Giessendam. Bij den agent der arbeids
bemiddeling staan nog 181 personen als
werkloos ingeschreven. Het aantal neemt
de laatste weken voortdurend toe.
De afd. GiessendamHardinxveld
van de V.A.R.A. besloot tot oprichting van
een spaarfonds voor een bezoek aan het
V.A.R.A. Zomerfeest, dat in 1938 gehou-
den zal worden. De contributie is be
paald op 5 cent per week.
Gevonden: een breiwerk, B 221.
Het chr. dameskoor „Sursum Cor-
da" behaalde op het te Woudenberg ge
houden concours in de eerste afdeeling
een-eerste prijs met 330 punten, terwijl
ook een eerste prijs in de eere-wedstrijd
I werd behaald. Directeur der vereeniging
is de heer G. A. R. Nocken van Siie-
i drecht.
i
Giessendam. In hotel Dekker werd ten
I overstaan van notaris H. A. Dekker, al-
hier, de verkooping gehouden bij afslag
van de volgende woningen:
Perceel 1. Een woonhuis, broodbakke-
rij en winkel ,van den heer A. Meerkerk,
Nieuweweg 119; ingezet door M. Stout
op f 3800, werd niet gemijnd,
j Perceel 2. Een perceel grond langs de
Nieuweweg; ingezet door N. Verwoerd
op f 400, werd niet gemijnd.
Combinatie van de beide perceelen 1
en 2; ingezet op f 4200. Gemijnd door
Gebr. de Kok, alhier op f 90. Koopsom
f 4290.—.
Perceel 3. Een perceel bouwgrond langs
den Nieuweweg; ingezet door J. de Jong
op f 1050. Gemijnd door W. de Ruiter op
f 230. Koopsom f 1280.
Perceel 4. Voor den heer C. H. Bogers
van Werkendam. Een huis met groote
aangebouwde schuur en erf, C 85, groot
1 A., 3 c.A.; ingezet door D. Brouwer op
f 400. Gemijnd door Gebr. Timmer, al
hier op f 170. Koopsom f 570.
Perceel 5. Voor de erven van den heer
G. van Es. Een huis met aangebouwde
schuur en erf aan de Lange Steeg, C 47
groot 2 A„ 36 c.A.; ingezet door A. Kers
bergen Jr. op f 310, werd niet gemijnd.
Perceel 6. Voor de erven van den heer
P. Ooms. Een huis met aangebouwde
schuur en erf B 175, groot 2 A„ 37 c.A.
Ingezet door G. Muis op f 1050. Gemijnd
door A. van Bcuzekom, alhier op f 600,
Koopsom f 1650.
De postduivenvereen „Stormvogels"
hield een wedvlucht vanuit Libramont
(België), over een afstand van 214 K.M.
De duiven werden des moTrgeiüJi om half
elf met Zuid Westenwind in .vrijheid ge
steld en bereikten de hokken als volgt:
D. A. van Rijsbergen 1, 4. 7 en 11; J.
Potters 2, 3,en 16; D. Vogel en O. Ver-
spuij 5; T. Roza 6 en 14; W. de Boon 8,
12, 13 en 15; W. van Bergeijk 9 en 10.
Aankomst eerste duif des namiddags om
1 uur 58 min., 33 sec.; laatste duif 2 uur
49 min. 51 sec.
als U mij veroorlooft dit te zeggen."
Ik keek haar even scherp aan, omdat
mijn antwoord wel eenigszins anders
was, dan men van een rechercheur zou
verwachten en ik constateerde met
vreugde een blijde tinteling in haar öogeu
doch dadelijk sloeg zij haar lange wim
pers neer.
„Dat weet lk wel," sprak ze. „Maar er
ls -heusch veel gevaar." Ze zei dit op een
toon, die mij alles om mij heen deed
vergeten, behalve dat ik het voorrecht
mocht hebben in haar nabijheid te zijn.
Zij vervolgde: „Ik denk niet, dat U erg
veilig zult zijn/'
„KfSm, kom," zei ik weer. „Ik ben het
niet dien hij zoekt. Waar hij al zooveel
weet, zal hij ook begrijpen, dat ik maar
een detective ben en niet een persoon, die
naar Uw hand dingt." Ik hield even op
en een glimp van vermaak in haar le
vendige oogen was haar eenige antwoord.
„Tot nu toe," vervolgde ik, „ls hij alleen
voor die mannen gevaarlijk geweest, die
dichter in Uw nabijheid zijn gekomen,
dan hem goed dacht; die U hun liefde
verklaard hebben, al is het dan ook maar
tooneelliefde. In ieder geval neem ik het
risico op mij, dat moet lk wel en het is
goddank ook een deel van mijn plicht."
„Dank U", zei zij, „U is zeer vriende
lijk. „Ik geloof echter, dat ik U niet zal
behoeven te zoeken, want lk ben niet
bang, weet U. Wat moét het opwindend
zijn. detective te wezen, meneer Muir-
head."
„Ja, van verveling sterven wij nu Juist
niet," vlei ik haar lachend in de rede, dat
zult U wel begrijpen en toch krijgen wij
niet dikwijls 'n geval dat zoo mysterieus
is, als dit. Een moord is iets waarmee we
dagelijks te maken hebben, want ook in
ons vak geldt het motto: Plus a change}
plus ga reste meme chose".
„Steeds verandering en toch steeds
hetzelfde," vertaalde zij. k
(Wordt vervolgd).