[Nu is 't tijd
4,
voor 'n nieuwe, moderne
\ybllen Japon
Mijnhardtjes
Typeerende voorbeelden
onzer Wol-collecties!
Uit ons Regeeringshuis
Nederland
en de oorlog
Gemengd nieuws
FEUILLETON.
Gedistingeerde
combinatie van
zijdenGeorgette
en kantLet op
de aparte, mo
derne blad-ap
plicaties. - Prijs
Een ideaal mo
del voor de mo
derne backfish!
Vlot, jeugdig en
sportief! Yersey
Soie met fraai
smock-werk
Chique Avond
japon van Zij
den kant met
combiné v.eoucf
brócaat. - Cein
tuur en knoop
jes garnv. satijn
Nog een Arheri-
kaansch model,
uitgevoerd in
zuiver wollen
Duvetire. - Met
bijzonder fraaie
biezen - garn
Een ander voor
beeld uit onze
ongeévenaard-
rijke collecties.
Zuiver wollen
Duvetine m. mo
derne tres-garn.
Amerikaansch
model v. Bisam-
Angora met mo
derne, elegante
Swing-rok. Jeug
dig, vlotèn
zéér voordeelig
Victoria Stijl in
Angora Bouclé
met fraaie Sou
tache-bröderle
Snoezig,flatteus Vlot en modern!
model van Wel- Zuiver wol Cos-
linéstof m. mo- tuumpje in Ma-
derne plissé-rok rine-Wit Slechts
Prima wol. Zeer
fraaie gamee-
ring v. bloemmo
tieven op tulle
Een luxueuse
knoop-en koord-
garn. verrijkt dit
pr. wollen model
Smaakvolle Na
middagjapon m.
rijke garn. van
biais op tulle
5 tweede blad.
irmrntrSBLAD VOOIt ZPIP-HQl,tAKl> FN UTRECHT 8ch<»>nhoTen»eli» Courant
WOENSDAG J NOVEMBER IS!»
VOORLOOPIG GEEN BROODKAAR
TEN.
En geen oorlogsbrood.
De regeering heeft bevestigd, dat er
geen aanleiding is om te verwachten.dat
op korte termijn broodkaarten ingevoerd
zullen worden. Men zal trachten de in
voering zoolang mogelijk uit te stellen.
De tarwepositie is van dien aard, dat er
op het moment ook geen aanleiding is
tot het voorschrijven van het z.g. oor*-
logsbrood.
Intusschen laat de regeering nog voort
durend nieuwe bakproeven nemen met
brood, n.l. met tarwewitbrood, tarwebruin
brood en roggebrood. In het algemeen
acht zij de resultaten gunstig.
DE BENZINE.
Over twee maanden distributie
Minister Steenberghe heeft medege
deeld, dat naar verwachting over twee
maanden tot invoering der distributie
van benzine zal kunnen worden overge
gaan.
De volgorde .van voorkeur bij de ben
zinedistributie zal in het algemeen zijn,
dat de openbare diensten in de eerste
plaats komen, daarna het bedrijfsauto-
verkeer en tenslotte het particuliere ver-
n. rnnfinjiA»jl la I airlcfhonH 3lt1
Uv rOuimOuitl TB UcllRwnBniiBiiii
BELANGRIJK SPOOR LEIDT NAAR
DE OMGEVING VAN GOUDA.
De vraag: één of twee daders
wordt spoedig opgelost.
Bij het verdere onderzoek naar de da
ders van de te Leidschendam gepleegde
moord op den veekoopman C. van der
Horst, worden, naar verluidt, thans be
paalde sporen gevolgd.
Een spoor leidt naar een gemeente on
der de rook van Gouda. De hier verkre
gen aanwijzingen Worden door Justitie
en politie dermate belangrijk geacht.dat
men verwacht, in staat te zullen zijn,
binnen enkele dagen te weten of het
misdrijf door één, dan wel door twee per
sonen is gepleegd.
De gearresteerde R. A. houdt vol dat
niet hij, doch een ander van der Horst
om het leven heeft gebracht.
In samenwerking met de Leldschen-
damsche- en plaatselijke politie, is de
Rijksrecherche sinds Maandagochtend
doende de verschillende verkregen aan
wijzingen in de bedoelde gemeente te
De persoon, dien men nu zoekt,
en van wien men het vermoeden heeft,
dat hij op de middag van de moord in
gezelschap van den gearresteerde A. was
zou eveneens in militair uniform gekleed
zijn geweest.
Hij zou in een veeauto hebben geze
ten, welke wagen van de Rijksweg Den
Haag—Bodegraven is afgegaan, in de
richting van Gouda
De arbeider van den Heuvel, die het
tuniek uit de spoorsloot opvischte, heeft
omstreeks half vijf op de middag van
twee auto's zii
een veeauto en een personenauto.
A. heeft toegegeven over Bodegraven,
Lelden naar Amsterdam te zijn gereden
en veekoopers op de Leidsche markt her
inneren zich, dat tegen het sluiten van
de markt een veeauto is weggereden, in
de cabine waarvan een militair was ge
zeten. In het belang van het onderzoek
kunnen nog geen nadere mededeelingen
worden gedaan.
Het schijnt, dat de Leidschendamsche
politie voor het volgen van bovenge
noemd spoor, zeer belangrijke gegevens
heeft verschaft.
In geruchten is de arrestatie van een
bekend strooper te Leidschendam, doch
deze aanhouding heeft niets met de
moordzaak uitstaande.
De Haagsche rechter-commlssaris
heeft medegedeeld, dat binnenkort een
reconstructie van de moord ter plaatse
zal worden gehouden, waarbij dan na
tuurlijk de gearresteerde tegenwoordig
zal zijn.
DE UNIFORMEN-SMOKKELARIJ.
Een tweede arrestatie.
In verband met de smokkelarij van
Het onderzoek, dat sindsdien is inge
steld, heeft uitgewezen, dat hier niet aan
misdaad behoeft te worden gedacht.
De politie neemt aan, dat er sprake
is van een verkeersongeluk. De man is
die nacht vermoedelijk tijdens hevige
storm en regen met zijn fiets van de ka-
op het scheepje gesmakt, waarbij het
'rijwiel in het water is gevallen. Bij z\jn
buiteling heeft de man ee» wonde aan
het hoofd gekregen, waaraan de doods
oorzaak geweten moet worden. Op het
scheepje vond de politie een stuk van een
fietslantaarn, dat ontbrak aan de fiets.
Deze is uit het water opgehaald.
tegen Hoofdpijn, Kiespijn, Migraine
hij later naar Dultschland werd gezon
den. In November 1918 keerde hij naar
België terug.
Mag heelt ala liberaal zitting gehad In
de Belgische Kamer, waar hij voorzitter
was van de fractie der llnks-geörlënteer-
de liberalen. HIJ was minister van staat
en verder gekozen ild van de Belgische
academie.
Na de wereldoorlog hervatte hy zijn
functie als burgemeester van de hoofd
stad.
In Maart van dit jaar kreeg Max van
Koning Leopold opdracht een nieuw ka
binet te vormen. De heer Max wees ech
ter de opdracht af.
DE NOBELPRIJS VOOR DE VREDE.
President Roosevelt zou hem
niet
dammer gearresteerd. Het is de man, die
in zijn woonplaats in gezelschap van den
reeds eerder aangehouden Aibrink Jr. op
1 en 2 Nov. bij den koopman M. Blom de
uniformen heeft gekocht, welke Aibrink
later trachtte naar Dultschland over de
grens te brengen. Aibrink bleef hier in
de auto zitten, de Amsterdammer kocht
de diverse uniformen en na
lijk met de gevraagde prijzen gene
Bij het verhoor kon een inspecteur der
recherche dezen tweeden verdachte op
tal van onjuistheden in zijn verklaringen
betrappen en de onhoudbaarheid aan-
toonen van het verhaal, als zou hij in
de meening hebben verkeerd, dat de uni
formen gebruikt moesten worden bij een
tooneelvoorstelling te Osnabrück. Ver
dachte bleef evenwel ontkennen, dat hij
het werkelijke doel van de aankoop der
uniformen keiide. Niettemin is de man
voorlooplg in polltle-arrest gehouden.
Te Denekamp is gebleken, dat er grond
is voor het vermoeden, dat A. al weken
achtereen uniformen over de grens heeft
gesmokkeld en men acht de kans niet
uitgesloten, dat er nog medeplichtigen
in deze zaak zullen worden gearresteerd.
Omtrent hetgeen A. en zijn trawanten
inzake spionnage ten laste kan worden
gelegd, bewaren de autoriteiten zoowel
in Twente als in Den Haag en Amster
dam een volstrekt stilzwijgen.
Geschorst door de N.S.B.
De gearresteerde Aibrink Jr. is lid van
de N S B. Hangende het onderzoek in de
zaak, waarvoor hij thans in voorlooplg
arrest zit, heeft de districtsleider der Nat.
Soc. Beweging te Enschedé hem geschorst
als N.SB.-lid, op grond van het feit, dat
hij Nederlandsche uniformen vervoerde,
toen hij per auto de grens bij Rammel
beek wilde passeeren, hetgeen de N.S.B.
leiding tegen het landsbelang acht.
GEEN MISDAAD.
Zooals gemeld, is te Groningen op een
scheepje, dat gemeerd ligt tegen de" muur
in het Schultendiep, door den brugwach
ter van een nabij liggende brug het lijk
van een man gevonden, met een wonde
aan het hoofd.
BURGEMEESTER MAX OVERLEDEN.
De burgemeester van Brussel, Adolphe
Max, is Maandagmiddag overleden.
Max werd op 31 December 1869 te
Brussel geboren en is dus bijna 70 jaren
oud geworden. Van 1894 tot 1903 was hij
onderscheidenlijk lid van de provinciale
staten van Brabant, lid van de gemeen
teraad en schepen van Brussel. In 1909
werd hij burgemeester van Brussel.
Toen de Duitsche troepen in 1914 te
Brussel aankwamen, onderhandelde hij
over de overgave van de stad, om de his
torische gebouwen te sparen. Hij weiger
de onder het Duitsche gezag zijn functie
voort te zetten, werd gearresteerd en in
de vesting Namen opgesloten, vanwaar
Het Zweedsche blad „Tidens Tegn"
schrijft in verband met de toekenning
van de Nobelprijs voor de vrede, dat het
uit verschillende betrouwbare bronnen
heeft vernomen, dat er geen reden is er
aan te twijfelen dat de Nobelprijs voor
de vrede zal worden toegekend aan Roo
sevelt als die prijs namelijk dit jaar
wordt toegekend. Eenige leden van het
Nobelcomité zijn reeds bezig, te werken
voor de toekenning van de prijs aan den
president der Vereenigde Staten; ande
ren echter willen de prijs dit jaar niet
Naar de „United
verneemt, wenscht Roosevelt de prijs
niet te aanvaarden. Andere bekende can-
didaten zijn Chamberlain en BenesJ.
(Vergadering op Dinsdag.)
Verhooging crediet voor werk
verruiming.
Aan de orde was de stemming over het
wetsontwerp tot verhooging van de be
grooting van financiën voor 1939 (ver
hooging van het crediet voor werkver
ruiming met f 30 millioen). Het wetsont
werp werd met algemeene stemmen aan-
Inenting tegen pokken.
Vervolgens was aan de orde het wets
ontwerp tot vaststelling van nieuwe be
palingen betreffende de .inenting tegen
pokken (neerkomende op een gereg'e-
menteerden drang tot vaccinatie van
kinderen beneden den leeftijd van één
Jaar).
Mevr. BAKKER—KORT (V.D.)
wees erop, dat het gevaar voor een be
smetting door pokken door den oorlogs
toestand in Europa zeer is toegenomen.
De vaccinatietoestand van ons land is
zeer slecht, getuige het feit, dat 1 milli
oen kinderen niet zijn ingeënt en de
her-vaccinatie van volwassenen is ver
slapt.
Gezien het nog bestaande encephalitls
gevaar is het echter niet verantwoord om
den lndirecten vaccinatiedwang te doen
herleven. Alhoewel de kosten van den ad-
mlntstratieven rompslomp wel grooter
zullen zijn dan is geraamd en spr. liever
vaccinatiedwang weder ingevoerd had ge
zien, zou zij, onder de gegeven omstan
digheden, haar stem aan dit wetsont
werp geven.
De heer K R IJ G E R (C.-H.) zeide, dat
de voorgestelde drang hem nog te ver
ging en dat hij vermoedelijk daarom zijn
stem niet aan 't ontwerp zal kunnen ge
ven, alhoewel hij den ernst van den toe
stand erkende. Hij betoogde, dat het nog
bestaande encephalitlsgevaar tot groote
voorzichtigheid maant, zelfs indien men
de kinderen binnen den eenjarigen leef
tijd inent. Hij had ernstig gevaar tegen
den verschijnlngsdwang en eveneens te
gen den administratieven rompslomp,
welke veel kosten meebrengt.
Bij de verschijning ten stadhulze moe
ten de ouders door voor- en tegenstan
ders van de inenting worden Ingelicht.
De heer ZANDT (S.G.P.) betoogde,
daf de voorstanders van de vaccinatie
nooit het verzet van de tegenstanders
hebben kunnen
Spr. critlseerde vervolgens de omvang
rijke administratieve maatregelen, welke
worden vereischt en betoogde, dat de ge
meente-secretarieën overbelast zullen
worden.
Spr. wees vervolgens op het nog be
staande encephalitlsgevaar en betoogde,
dat het bewijs, dat Inenting beneden één
jaar onschuldig is, niet is geleverd, zoo
dat de gecamoufleerde dwang ongeoor
loofd is.
De heer RUYS DE BE.EREN-
BROUCK (R.-K.) zeide, dat'aan het
stelsel van gereglementeerden indivldu-
eelen dwang de R.K. fractie gaarne haar
stem zal geven, uit het oogpuht van alge
meen belang.
Spr. wees op het pokkengevaar, dat
vooral in oorlogstijd grooter is.
Mevr. DE VRIES—BRUINS (S.D.
A P betoogde, dat het pokkengevaar in
de laatste Jaren sterk is toegenomen.
De aangeboden oplossing is knap ge
vonden. Het is zéér belangrijk, dat die
beslissing éénstemmig door de Staats
commissie is genomen.
Er schuilen algemeene voordeelen in
het wetsontwerp, o.a. dat het publiek
meer belangstelling voor het vraagstuk
zal krijgen en dat de geneesheeren zich
meei rekenschap zullen geven van den
elsch van een nauwkeurige selectie.
Dr. V O 8n(L.) wees erop, dat het wets
ontwerp is een compromis; al is het wei
nig bevredigend, tóch brengt het een
verbetering in den bestaanden toestand,
èijn geen practische bezwaren verbonden
aan den toekomstplicht van honderddui
zenden ouders in de groote steden?
Zullen de geneeskundige diensten niet
te zwaar belast worden? De heer Vos gaf
in overweging voor elke verschijning 50
cent te verlangen.
De heejr TERPSTRA (A.R.) be
toogde, dat men niet met zekerheid kan
zeggen, dat vaccinatie van kinderen be
neden den 2-Jarigen leeftijd ongevaarlijk
is, om niet te spreken vah andere com
plicaties, welke het gevolg van de inen
ting kunen zijn. Is het dan zoo verwon
derlijk, dat vele ouders tegen het laten
inenten van hun kind opzien?
Het voornaamste bezwaar van spr. was
gericht tegen den verschijningsplicht; hij
vreesde, dat daardoor aan de vrijheid der
ouders geweld zou worden afgedaan. Vol
staan moet kunnen werden met het in
dienen van een verklaring, of men zyn
kind al of niet heeft laten inenten.
De. heer DUYMAER VAN TWIST
(a.r.) maakt enkel« opmerkingen over de
samenstelling van de1 staatscommissie.
Waarom heeft er geen homoeopaath zit
ting in gehad? De minister was van oor
deel, dat er voor zoo'n arts geen plaats
wijs. De minister is partijdig tegenover
de homoeopathie. De homoeopathen wij
zen thans de oplossing aan langs een
anderen weg.
Antwoord van den minister.
De MINISTER VAN SO
CIALE ZAKEN, de heer Van den
Tempel, verdedigt dit ontwerp, ondanks
de verdergaande adviezen, con aiqore,
vooral in dezen tijd. Het brengt het mi
nimum. Spr. had kunnen hopen, dat het
de algemeene instemming had gekregen.
In de meeste landert is een vaccinatie
dwang; wij zijn echter individualistisch.
Men heeft nu een compromis gevonden,
dat nu nog bestrijding vindt. Had men
niet mogen vragen, of pokken een ge
vaarlijke ziekte is. Men lette niet alleen
op wat de ouders willen. Van een levens
gevaarlijke kunstbewerking ia geen spra
ke. Wij moeten meer nadruk legggn op
de belangen van de gemeenschap dan
op die van" het invividu.
Verliest men ook niet uit het oog, dat
Inenting op lateren leeftijd grootere ge
varen meebrengt dan beneden twee ja
ren. Dit weegt, als men eventueel tot in
enting op groote schaal moet overgaan.
Men mag het gemenschapsbelang niet
verwaarloozen.
De aangehaalde gevallen van postvac
cinal encephalitis in ons land betroffen
kinderen van 4 jaar en ouder. Doch dit
is slechts een kant van het groote pro-
<2
11
DE GESTOLEN BROCHE.
door
REINHOLD ORTMANN.
27
Zij had dus Rudolfs aanzoek afge
wezen, hoewel zij hem liefhad en hoewel
dit aanzoek voor haar alles beteekende,
wat haar op aarde begeerenswaardig toe
kon schijnen.
Waarachtig, dit meisje was een hel
din, en Volkmar had een prinses van
koninklijken bloede niet met meer ach
ting en onderscheiding kunnen bejege
nen, zooals hij haar vanaf dit oogenblik
behandelde.
Hij stelde haar over Rudolfs toestand
in zooverre gerust, als hij met zijn ge
weten kon overeen brengen. Maar het
was toch altijd nog maar een weinig
hoopvol nieuws, dat hij haar mocht ge-
Ten.
De professor had Juist des morgens
verklaard, dat de vooruitzichten om den
patiënt in het leven te houden, lederen
dag beter werden, dat hij echter zelfs in
het meest gunstige geval waarschijnlijk
voor zijn geheele verder leven een kreu
pele zou blijven.
Van alles, wat er bij deze mededeelln-
ten in Greta's ziel omging, verried nau
welijks een trek op haar gelaat. Zij
weende ook niet, maar zij verzocht Volk--
mar slechts haar zoo snel mogelijk aan
een rijtuig te helpen, dat haar aan het
doel van haar treurige reis zou brengen.
„U bent dus werkelijk alleen om zij
nentwille gekomen?" vroeg Volkmar. „En
la het uw bedoelio* bij h»m te blijven?"
„Ja," antwoordde zij eenvoudig, „zoo
lang, tot dat hij mij niet meer noodig
heeft of tot totdat hij mij wegzendt."
„En uw moeder, Juflrouw Willisen?
Hebt u haar toestemming en kan zij u
missen?"
„Zij heeft mij voorlooplg niet noodig,
want zij is bij een bloedveswant gast
vrij in huis genomen, met wien zij zich
onlangs na een lange vervreemding heeft
verzoend. Ik kan wat haar betreft heel
gerust zijn."
„Gaat u dan maar mee," zei hij, „en de
hemel geve, dat mijn arme vriend nog
eenmaal in staat moge zijn, u voor liet
grootsche offer te danken, dat u hem
thans brengt. Maar voor enkele oogen-
bllkken moet u mij nog verontschuldi
gen."
Hij had de gestalte van Mevrouw Hal-
ler ontdekt, die in de onmiddellijke na
bijheid stond en half verwonderde, half
verontwaardigde blikken op hem en op
haar vroegere gezelschapsdame wierp.
Hij ging op haar toe om eenige woorden
met haar te wisselen, die betrekking
hadden op Lili's aanwezigheid en om haar
zijn bezoek in den loop van den middag
aan te kondigen. Daarop geleide hij Gre
ta naar een der voor het station gepos
teerde rijtuigen en ze reden snel weg.
Toen Rudolf Imberg voor de eerste
maal de trouwe verpleegster herkende,
die nu ftl sedert dagen van onvermoeide
toewijding met hem bezig was. gleed er
een zonnig licht over zijn bleek, ingeval
len gelaat.
Maar hij liet toch nog eenige minuten
voorbijgaan, alvorens hij zachtjes vroeg:
,.Is dat geen droom? Bent u het werke
lijk, juffrouw Greta?"
„Ja, mijnheer Imberg. Ik ban het." zei
ze verlegen, terwijl zij zich onwillekeurig
een weinig van zijn bed verwijderde,
waarbij zij beurtelings bleek en rood
werd. „U bent toch niet boos op my, dat
ik bij het hooren van het u overkomen
ongeval ongeroepen hierheen gekomen
ben, niet waar?"
„Ik. zou boos op u zijn?" Hij deed een
zwakke poging om te glimlachen. „Neen,
waarlijk niet. Maar ik kan het nog maar
niet goéd begrijpen. Hoe hebt u dat toch
feitelijk kunnen bewerken? En wat
wat zullen de menschen ervan zeggen?
„O, daarover moet u zich niet bezorgd
maken," antwoordde zij snel, „en later
zullen wij daar wel verder over praten.
In de eerste plaats moet u nu alle moeite
doen gezond te worden, verder niets."
„Maar geeft u mij dan tenminste uw
hand en buigt u zich wat meer over mij
heen. Ik kan mij immers niec oprichten,
en ik zou u zoo graag wat willen zeg
gen."
Zij deed, zooals hij /erlangde en hij
hoorde het hevige kloppen van haar hart,
toen haar gezicht het zijae naderde.
„Ik heb den dief gevonden," fluisterde
hij, nog slechts korten tijd moeten we
geduld hebben, dan zult u rein en ge
rechtvaardigd voor de gansche wereld
staan
„Och, denkt u toch niet om zulke din
gen," smeekte zij, „dat laat ons nu toch
onverschillig. Wat is er aan mij gelegen
en hoe de menschen over mij denken?"
„Wat daaraan gelegen is?" Hij keek
haar in de oogen en bet was hem, alsof
hij in den stralend blauwen voorjaars
hemel blikte. „Alles is my daaraan ge
legen, Greta, allfs! Aan u, uw eer en .uw
smetteloozen goeden naam teruggeven,
dat is de laatste wensch, dien ik nog op
aarde koester."
„Zoo mag u niet spreken, mijnheer Im
berg, als u mij niet bedroefd wilt maken.
U zult nog heel veel wenschen kunnen
uitspreken, en u zult ze allemaal in ver-
vulling^ien gaan, alvorens de tijd voor
uw' laatsten wensch is aangebroken."
HIJ zweeg een oogenblik, alsof hij ovër
iets nadacht. Maar hij keek haar voort
durend aan en liet ook haar hand niet
los, zoodat zij gedwongen was, beweging
loos in haar houding te volharden.
„Ja, ik heb nog een anderen wensch,"
zei hij eindelijk, maar het is een wensch,
die stellig niet vervuld zal worden."
„Ja. Ik wenschte, dat bij mij s*! Vij
ven, totdat het einde daar is, &pd*t Ut u
steeds voor mij zie. Maar het is onmoge
lijk, dat weet ik."
„Dat is in 't geheel niet onmogelijk.
Zoo lang ik mij hier nuttig kan ma
ken, blijf ik stellig hier."
Maar deze belofte was Rudolf lang niet
voldoende. „Dat zegt u maar, om mij ge
noegen te doen. En het is u toch niet
ernstig gemeend."
„Wat moet ik dan doen, om u het te
gendeel te bewijzen? Wat verlangt u dan
opdat u mU zult gelooven?"
„U moet mij zweren, dat u mij niet
zult verlaten, zoolang ik leef, opdat u in
mijn laatste uur bij my zult zijn, zooals
u thans bU my bent!"
'Een angstige spanning lag in *yn trek
ken en in den blik, waarmee hy het ant
woord van haar gelaat trachtte te lezen.
Zy echter zeide: „Ik zweer u, dat ik
niet zal weggaan, totdat u zelf beveelt,
dat ik gaan moet."
„O, dan gaat u nooit nooit!" Jubel
de hy. O, hoe dankbaar ben ik u! Wat
maak je me daarmee gelukkig, Greta I"
Op dit oogenblik ging de deur zachtjes
qpen en de gebogen gestalte ran den
pandhouder gleed geruischloos over den
drempel. Maar toen hy de verandering
ontdekte, die er met zyn eenige uren
geleden nog geheel bewusteloozen zoon
had plaats gehad, toen hy het glimlach
je om zyn lippen zag en de ievetdige
uitdrukking van de tot nu toe zoo slappe
gelaatstrekken, vergat hy in zyn over
gelukkige verrassing alle voorzichtig
heid.
„Rudolf, myn jongen, myn beste, on
deugende Jongen!" riep hy snikkend uit.
„Herken Je me dan nu? En zul je nu eln-
deiyk eeiW een woord tegen my zeggen?"
„Ja vader, ik herken u, en ik verheug
me van ganscher harte u te zien. Nu kan
ik u toch om vergiffenis vragen voor al
het verdriet, dat ik iri myn dwazen
hoogmoed heb aangedaan."
„jy om vergiffenis vragen my?
Neen maar, dat zou beteekenen de din
gen op den kop te zetten, jy had immers
geiyk, volkomen gelyk. Ik heb, zy het
dan ook zonder het te weten en te wil
len, werkeiyk een valschen eed afgelegd,
en Je bent nog*veel te toegevend tegen
my opgetreden ln je kinderiyire liefde."
„U weet het dus?" vroeg Rudolf ver
wonderd. „Hoe bent u het te weten ge
komen?"
August Imberg duldde met een hoofd
beweging op Greta Willisen. „Hoe ik dat
weet? Wel, zie ik het dan niet van den
vroegen morgen tot den laten avond voor
myn eigen oogen, het edele Jonge meis
je, dat door my in het ongeluk is .ge
stort? En zou ik haar nog langer voor
een dievegge houden haar? Maa» maak
je geen zorgen, myn Jongen! Ik heb het
al lang met mezelf overlegd, wat my te
doen staat.
(Mot