Br. ft "Tabula 5 f .6r dicit". Reliëfbuste van Erasmus in medaillon. Hout met polychro mie, anoniem, 16e eeuw. Waarschijnlijk afkomstig uit de boedel van het klooster van de Augustijner kanunniken. Later kwam het reliëf terecht in de Librije. Nu in het ste delijk museum "Het Catharina- Gasthuis” te Gouda. CVert.: Desiderius Erasmus, verwekt te Gouda, in Rotter dam geboren, 28 oktober 1467. Gestorven te Bazel 12 juli 1536.) "B" laten verleed. Mainz voor het eerst meer een biografie van 30r-32v), waarna, tussengevoegd wordt (11). samenvallen met van de persen rolde. Uit dit laatste werk wordt onder Erasmus overgenomen (in hs. 924 staat die op f. op f.33r-36r, een eigen Erasmusbiografie van copiist "B" We kunnen dus met geen mogelijkheid schrijver Allardus van Amsterdam, die immers in 1544 o- in de Librije-collectie terechtgekomen? P.S. Al- dat ze via de papieren van Herman Leth- Deze papieren, waaronder een eigen handig geschreven brief van Erasmus, zijn pas eind 1653 uit de erven van Lethmaet aan de Librije geschonken (12). Het is echter te bewijzen dat de beide Erasmiana-hss(en de beide andere genoemde hss. 485 en 924) in 1641 in de Librije kwamen. Ze zijn namelijk afkomstig uit de meest voor de hand liggende plaats: de bibliotheek van het klooster Stein. Aan het eind van de 16e eeuw had Herman Jacobsz. Blij, één der laatste kloosterlingen van Stein, de bibliotheek van het klooster onder zijn hoede. Blij was, na de overgang van Gouda naar de prins (1572), in de stad blij ven wonen, in tegenstelling tot de meeste van zijn medebroeders. Na de dood van Herman Jacobsz. Blij in 1599 is de voormalige kloosterbibliotheek, na geconfisceerd te zijn, in twee etappes overgegaan naar de Stadslibrije. Een gedeelte is direct in 1599 ten huize van Blij geïnventariseerd (maar pas in 1611 in de Librije gekomen) en een tweede gedeelte is overgegaan in handen van de laatste reguliere kanunnik van Stein, Cornells Adriaensz. Diephorst. Na de dood van Diephorst, in 1637, is ook dit gedeelte geïnven tariseerd, maar pas in 1641 in de Librije gekomen (13). Bij dit tweede ge deelte zaten de genoemde handschriften, want ze komen voor in de boeken inventaris die de magistraat in 1637 ten huize van Diephorst vervaardigd heeft (14). In deze inventaris komt hs. 1323 voor op f.7v en wordt om schreven als "Erasmiana quedam scripta manem"; hs. 1324 wordt genoemd op f.6r: "Liber scriptus incipiens Erasmus Roterodamus pio lectori salutem Het hs. 485 komt postolorum per Clementem onder de titel eveneens op f.6r voor onder de titel "Canones A- manu scripta" en hs. 924 is te vinden op f-13r doctorum virorum hulus temporis manu scripta". Hoe zijn de Erasmiana-hss. len meende (dl. 1, p.612-613), maet in de Stadslibrije gekomen zijn.

Kranten Streekarchief Midden-Holland

Schatkamer | 1986 | | pagina 7