N1EUWERKERKSE SCHOOLMEESTERS IN DE 17E EEUW
door A.M. den Boer
22
°P
en
achter de plaatse-
selve ambaght en
door de burgerlijke
ke controle van het
zeer voorsienighe heeren Burgermeesteren der steede
van de heerlijckheeden van Capelie en Niewerkerck
1. INLEIDING
Zowel voor als na de overgang tot de Hervorming stond het onderwijs op
het Hollandse platteland ten dienste van de kerk. Die overgang verscherpte
de eisen, die aan de school werden gesteld. Volgens de bekende Dordtse Sy
node van 1618/1619 mocht niemand uitgesloten zijn van de 'weldaet der scho
len'. Tot in de Franse tijd kon de organisatie van het onderwijs van plaats
tot plaats verschillen. De ambachtsheerlijkheid Nieuwerkerk op den IJssel
groeide van 161 huizen in 1632 naar 300 huizen in 1732 (l).ln 1659 bouwde
men een multi-functioneel ambachts- en schoolhuis (2). Deze combinatie zou
tot in de 19e eeuw blijven bestaan. De zorg voor het schoolgebouw werd zo
als taak voor de burgerlijke overheid gezien. Inhoudelijk zag men in het
17e eeuwse Nieuwerkerk het onderwijs als een aangelegenheid voor de kerke-
raad. Van de vergadering van het consistorie van 21 maart 1671 werd geno
tuleerd: "...zijn mede door de E kerckenraed besogt de schoole onder het-
hebben alles welgevonden". Nieuwe schoolmeesters werden
en kerkelijke overheid samen gekozen, onder de publie-
horen' van de kandidaten in de kerk. Men stond
dat recht. De stad Gouda kocht in 1666 de ambachtsheerlijkheden Capelle
Nieuwerkerk op den IJssel (3). Zes jaar later kwam men
lijke gebruiken inzake het onderwijs.
2. DE MEESTERS VERBURCH EN VRIEND
In 1666 overlijdt Hestergen Clock, de echtgenote van Claes Cornelisz. Ver-
burch, schoolmeester te Nieuwerkerk. De weduwnaar blijft dan met drie kin
deren achter, waaronder de 12-jarige zoon Rutgeris. Zijn zwager, ds Isaac
Clock, ook te Nieuwerkerk, wordt dan op verzoek van de meester voogd. Bij
de regeling daarvan werd zijn beroep vermeld en zo is Verburch ook de
oudste mij bekende schoolmeester uit de 17e eeuw (4). In 1672 overleed de
schoolmeester zelf. Op 4 december besloten de kerkeraad, ambachtsbewaar
ders en kerkmeesters nog eens nadrukkelijk om nauw samen te werken bij
het aanstellen van de schoolmeester-koster-voorzangerMaandag 12 december
1672 besloten de Goudse burgemeesters echter ook over deze zaak. "Over-
midts het overlijden van coster voorlezer schoolmr: Nieuwerkerckis in
desselfs plaats bij dAmbachtsheeren gesurrogeert Robertus d'Mol, op sooda-
nigh tractemente voordeel als bij d'overleedene is genooten geworden, en-
de sal van dese copije gesonden worden aen den gerechten predicant van
nieuwerkerck voorsz. omme te dienen tot derselfs naricht," aldus hun Ka
merboek (5). Zo gemakkelijk ging dat niet. Wat notuleerde ds Jacobus
Schuylenburgh - in Nieuwerkerk als kandidaat bevestigd in 1668 - er wat
later over? "Den 14 Decemb. is ons ter hant gestelt een extract uijt het ca-
merb.(oek) der steede Gouda, waerbij ons word bekent gemaeckt, dat de Am-
bachtsh. (eeren) van Nieuwerkerk, de heeren Burgemeesteren der steede Gou
da hebben gesurrogeert eenen Robertus de Mol in plaets van de overleedene
Coster en Schoolmeester waarin de vergaderinghen wederzijds geen genoegen
scheppende zoo in de manier van procedeeren als in de gaaven en bequaem-
heden van de voornoemden, hebben geoordeelt dit naervolgende Request haer
A:A: te praezentere t welck luijd als volgt:
Aande Achtb: wijse,
Gouda, Ambachtsheeren
op den ijzzel.
Geeven met eerbiedigheijt te kenne, de Ambachtsbewaerders, kerckenraden,
en kerckmeesteren in Nieuwerkerck hoe zij na het overlijden van haer
Coster, Voorlezer en Schoolmeester Claes Cornelisse Verburch achtervolgens
haer schuldighe pligst en na het exempel harer voorzaten van oude tijd
af daertoe ten vollen geregtigt en genoegst hebben gesien na een bequae-
me persoon, omde vacerende voornoemde plaetze tot de meesterdienst van
kercke en school te bekleeden, hebben tot dieneijnde ontboode oock in on-