Dezelfde avond nog werden de circa 90 personen in gesloten vrachtauto's getransporteerd naar een kamp in de Schoorlsche duinen.3 Het kamp te Schoorl Het barakkenkamp te Schoorl was eenige maanden te voren gedeeltelijk bevolkt met gearresteerde communisten, zoowel mannen als vrouwen. Dit gedeelte was afgescheiden van de andere barakken, wat niet verhinderde dat eenig contact werd gemaakt. Zoo kon het gebeuren, dat een bekend communistisch kamerlid als Lou de Visser, via corveediensten, ontmoetingen had met antirevfolutionaire] kamerleden en oud-ministers. De anti- revfolutionaire] groep, waaronder ook enkele chr[istelijk]- historischen zich bevonden, hadden de positie van gijzelaars. Zij genoten zekere voorrechten. Beperkte briefwisseling en de ontvangst van pakketten was toegestaan. Al spoedig werden wegen gevonden om ook clandestien met de buitenwereld in contact te komen, dank zij ook de gewaardeerde hulp van den kampkok, een hotelier uit het naburige Schoorl. Verblijfplaats was de barak no. 11a en 11b onder één dak. Tegenover deze barak bevond zich een dito, waarin gehuisvest een groep gearresteerden uit Maassluis. De Maassluische burgemeester was met twee hervormde en één gerefformeerde] predikant aanwezig. Tusschen deze beide barakken bevond zich de met trottoirtegels bedekte kampstraat. Dit was de wandelplaats en tevens de plaats waar de openluchtsamenkomsten, de appèls, etc. werden gehouden. De oppervlakte was niet al te ruim, precies geteld 212 bij 28 tegels. Dit was de z.g. "Oranjeboulevard". Barakcommandanten waren Dr.[A.A.L.J Rutgers en Ds.jB.AJ Knoppers. Dezen deden elke morgen hun "rijzen heeren!" en elke avond hun "en nu slapen heeren!" hooren. Dit laatste commando werd niet altijd vlot opgevolgd, zeer tot ergernis van de Duitsche bewaking. Het is wel voorgekomen dat deze eenvoudig de uitgang dichtspijkerde, waartegen dan natuurlijk protest rees, vanwege het brandgevaar en anderszins. De stemming was uitstekend. De oorlog met Rusland, kort tevoren uitgebroken, gaf hoop op een spoedige verlossing; menigeen voorspelde vóór Kerstmis 1941!!! De dagverdeeling was zoodanig, dat verveling was uitgesloten. Scheren (Philips zond electrische apparaten), wasschen, ontbijt, aardappelen schillen, middageten werden afgewis seld met schaak- en damwedstrijden, lezingen, avondwandelingen achter accordeonmuziek en avondsluiting. Bij de avondsluiting gingen bij toerbeurt alle aanwezige predikanten voor. Aan tafel kreeg iedere kampbewoner de beurt als voorganger bij Schriftlezing en gebed. Des zondags werd tweemaal een kerkdienst gehouden. Bijbels en zangbundels waren in ruim voldoend aantal toegezonden. Lezingen en bijbelcursussen vonden regelmatig plaats. Zelfs werd tweemaal plechtig een "doctorsbul" uitgereikt. Alles op dezelfde wijze als in de vrije wereld geschiedt, met dit verschil dat het hier in de openlucht plaats vond. Zelfs de gebruikelijke costuums werden geïmiteerd.4 3 In het Gedenkboek Gijzelaarskamp ’Beekvliet’ (1946) 383, staat per abuis dat de internering van Polet in schoorl begon op 8 juli 1941, in plaats van op 30 juni 1941. 4 A. Dubois, De muren spreken,(Den Haag 1946) 31 en 32, geeft nog de volgende bijzonderheden. De Amsterdamse predikant Dr. Knoppers werd eerst "ont-doctord”. De kostuums werden geïmiteerd met toga's van omgekeerde jassen en witte beffen van papier. De pedel met zijn staf ontbrak evenmin. In de stellingen kregen verschillende barakgenoten speciale aandacht Stelling 10 was gericht aan het adres van W. Wagenaar, directeur van De Nederlander, het dagblad van de CHU en stelling 11 had betrekking op het Tweede-kamerlid Chr. van den Heuvel, die zich bij het schillen van de aardappelen meestal op de achtergrond probeerde te houden en liever ging schaken met burgemeester Mr. G. van Baren van DelftVan den Heuvel kreeg bij de tweede gespeelde promotie te horen, dat dit voortkwam uit een "doopersche mijding". Stelling 12 sloeg op C. Smeenk, de tweede voorzitter van de Tweede Kamer. C. B. van der Wal, "die nogal de gewoonte had, veel zekere -niet ernstig gemeende- voorspellingen te doen, waarom in het kamp de ronde deed, dat ie nog al loog", werd in het zonnetje gezet door het inzenden van een verzoek voor een erepromotie. 28

Kranten Streekarchief Midden-Holland

Schatkamer | 1995 | | pagina 6