1. Houtzaagmolens.
2. Gelegen onder de heerlijkheden der stad.
4. wind.
5. 3 bazen, 13 knechts, 5 jongens.
6. Binnenlands.
7. Florerend.
8. Personele ijver.
9. -
10. Zou meer floreren, door vermindering van
belasting op buitenlands ongezaagd hout
en vermindering van patent.
4. Door water.
5. 2 bazen, 1 jongen.
6. Plaatselijk.
7. Kwijnend.
8. -
9. Vermindering der handel in touw en
vissersgaren.
10. Als de garenfabrieken.
4. 1 wind, 1 paarden.
5. 2 bazen, 2 knechts.
6. Binnenlands.
7. Matig.
8. -
9. -
10. -
6. Plaatselijk en binnenlands.
7. Florerend.
8. Door de lage prijzen der granen.
9. -
10. -
1. Kunstcementmolens
2. -
1. Koekbakkerijen.
2. -
3. 10.
4. -
5. 10 bazen, 10 knechts, 6 jongens.
1. Kaarsenmakerijen.
2. -
3. 6.
4. -
5. 6 bazen, 6 knechts.
6. Plaatselijk.
7. Kwijnend.
8. -
9. Algemeen verval.
10. -
1. Hoedenmakerijen.
2. -
4. -
5. 1 baas, 4 knechts, 1 jongen.
6. Binnenlands.
7. Matig.
8. -
9. -
10. -
4. -
5. 3 bazen, 1 knecht.
6. Plaatselijk.
7. Kwijnend.
8. -
9. Algemeen verval der fabrieken en handel.
10. -
1. Kuiperijen.
2. -
1. Korenmolens.
2. -
4. wind.
5. 7 bazen, 8 knechts, 2 jongens.
6. Plaatselijk.
7. Kwijnend.
8. -
9. Algemeen verval en belasting op
het gemaal.
10. -
1. Laarzenmakerijen.
2. Zijnde tegelijk schoenmakerijen.
3. 12.
4. -
5. 12 bazen, 16 knechts, 16 jongens.
6. Plaatselijk.
7. Kwijnend.
8. -
9. -
W.Herstel der gilden enz.
83