2.1. Uitgaven voor de bouw van de waag in de rollen van de fabriekmeesters.
62
Betaelt aen jan walichsen straetmaker over 't straten van 1263 voet dat is 8 3/4 roede en 3
voet de roede tot 42 st. verdient op de marckt in en bij de loose waeg 18-9-0.
(roede, lengtemaat, die in Rijnland duodecimaal was verdeeld, in 12 voet. Met 'roede' wordt
hier de vierkante roede aangeduid, van 12 x 12 voet.)
Betaelt aen Jillis palmboom en andere slepers over 18 reijs te slepen de reijs 3 st. noch van
de wicht en schalen uijt de oude waeg te brengen en het schavot heen en weder te rijden
4-0-0- samen 6-14-0.
(reijs, reis, keer, maal wicht, gewichten/noch, bovendien van libra of pond, een term die
herinnert aan de vroege Middeleeuwen, toen uit een gewichtspond zilver 240 penningen
werden geslagen; 1 gulden, van 20 stuivers a 12 penningen.)
Betaelt aen 4 kalckdragers, meter, ophouwer, en ronde maet van 26 1/8 hoet kalck om aen
de nieuwe waeg te gebruijcken 18-5-8
kalckdragers waren behulpzaam bij het lossen van kalk meter, iemand die zijn werk
maakt van meten ophouwer, een persoon wiens taak het is bijvoorbeeld ledige zakken op
te houden, waarin men de kalk stort die wordt gelost hoet, een inhoudsmaat voor droge
waren, voor kalk was de in houd daarvan ongeveer 970 liter.)
Betaaldag 11 februari 1668
Betaelt aen Evert de houtsager met sijn maet over 5 3/4 d. tot 48 st.d. verdient met sagen
aen de nieuwe waeg 13-16-0.
('tot' komt van 'tot loon': tegen betaling van std., stuivers daegs 13-16-0 lezen als 13 gul
den, 16 stuivers, 0 penningen.)
Betaaldag 25 februari 1668
Betaelt aen Evert den houtsager met sijn maet over 11 d. tot 48 st.d. verdient met houtsagen
tot de nieuwe waeg 26-8-0.
Betaaldag 28 februari 1668
Betaelt aan Jan van Ginckel over verscheijde ijserwerck aen de loose waeg en elders per quit.
39-9-0
(quit, quitantie.)
Met betrekking tot de bouw van de door Post ontworpen waag maakte Geselschap
onder andere uittreksels uit de rollen van de fabriekmeesters en uit de thesau-
riersrekeningen. Dit materiaal verschijnt hier, met toestemming van mevrouw J.J.D. Gesel-
schap-van der Eist, voor het eerst in druk. Er bestond in het Nederlands destijds geen vaste
spelling en het kwam voor dat de ambtenaar voor hetzelfde woord verschillende schrijfwij
zen hanteerde. Ook het gebruik van hoofdletters en leestekens was zonder systeem. De
teksten zijn in chronologische volgorde gerangschikt en de cursief gedrukte toelichtingen zijn
van de bewerker. Het zal u opvallen dat 2 juni 1668 vooraf gaat aan 21 mei 1668, maar dat is
in het origineel ook het geval: de betalingen die gedaan werden op 2 juni zijn vermeld mid
denin de Rolle vande Maendt Mey: 1668. Waar in de tekst staat is weggelaten datgene
wat wel aan de stad werd geleverd, maar niet voor de nieuwe waag was bestemd. De kosten
daarvan werden ook niet meegeteld. Sinds 1553 waren er in Gouda twee 'tresorier-fabrica-
gemeesters', die de dienst van fabricage (openbare werken) beheerden en daarvoor een
eigen kas hadden. Daarnaast was er sinds 1658 één thesaurier-ontvanger.