O
Blazoen van de Rederijkerskamer De Goudsbloem te Gouda
18
voorkomt in de bundel Mengelwerken der Kamer van Rhetorica, genaemd De
Goudsbloemen Gouda, Verblaauw, 1792. Een steviger bewijs dat het
blazoen dat van de Goudse kamer is, is niet te geven.
Terzijde zij opgemerkt dat ook het randschrift van het blazoen dat
afgebeeld is in het derde deel van C.J. de Lange van Wijngaerdens geschiedenis
van Gouda (bewerkt door N. Scheltema) een datumvers kan zijn. De tekst luidt
(de romeinse cijfers zet ik in kapitaal): ‘VerheVen rhetorICa Door VVysheyt
trIVMpheert beneV[e]n haer Katrina en naerstICheyt fLoreert’.