Goudsche Courant, 28 januari 1872 65 len door dergelijke lieden voor zich te laten werken, daar zij. behalve het mindere loon dat gerekend wordt, ook van dagdieverij verschoond zijn en veelal ‘t werk dus spoediger zo genaamd gereed zien. Enigszins wordt dit nadeel getemperd door de omstandigheid dat deze kleine bazen ner gens krediet kunnen krijgen en dus ook gedw'ongen zijn steeds contante betaling te bedin gen; bij kleine werken maakt dit echter niet veel uit. Veelal ontbreekt dus aan de knappe baas het werk en moet hij zijns onsdanks geschikte en bekwame werklieden óf minder uren doen werken óf hen geheel buiten werk stellen. In beide gevallen komen de meer bekwamen dan in concurrentie met de minder bekwamen, hetgeen tot beider nadeel strekt en ook voor de bazen onvoordelig is. Konden de particu lieren besluiten zich van dergelijke beunhazen nimmer te bedienen, maar steeds het werk aan geschikte bazen te gunnen dan zou het voor allen voordelig zijn; het werk zou dan niet zo dikwijls slordig en gebrekkig zijn; de goede bazen zouden meer werk hebben en in de gelegenheid zijn knappe werklieden meer te bevoordelen, terwijl ook hun zedelijke in vloed veel groter zou kunnen zijn, omdat de werklieden dan meer ontzag voor het woord baas zouden hebben, hetgeen voor de bekwame werkman bij de tegenwoordige toestand onmogelijk is. Thans menen wij te kunnen overgaan tot 2. De fabriekarbeiders. Ook hier zullen wij beginnen een overzicht te geven van de lonen, die in verschillende fa brieken worden verdiend. Wij kunnen hier echter omtrent de opgegeven cijfers niet zo overtuigd zijn van hun juist heid, daar de verschillende inlichtingen niet altijd met elkander overeenkwamen. Wij me nen te hebben opgemerkt dat de fabrikanten nog al eens gaarne een hoog cijfer noemden, terwijl de arbeiders juist in de meeste gevallen een laag cijfer opgaven. Het middelcijfer achtte de commissie niet juist genoeg, omdat het hoogste loon zeer zeker een grote uitzon- Waar het dus de verhouding betreft tussen baas en werkman kan slechts voor ‘t grootste gedeelte verbetering van de bestaande niet zeer gunstige toestand worden verwacht door ‘t krachtig optreden ten deze van de particulieren. (wordt vervolgd)” “Verslag over de toestand der arbeidende klasse alhier (vervolg).

Kranten Streekarchief Midden-Holland

Schatkamer | 2000 | | pagina 27