47
Uitgaande van een gemiddeld bedrag van 200 1b. per klooster overtreft alleen
de bijdrage van St. Marie dit bedrag, maar dit gemiddelde wordt enigszins vertekend
door de hoge bijdragen van de vier vrouwen-abdijen21.
Om een nog duidelijker beeld van de financiële positie van het St. Marie op de
Gouwe te verkrijgen, kan deze bezien worden tegen de achtergrond van de organisa
tie waartoe het convent behoorde. St. Mane was namelijk aangesloten bij het Kapit
tel van Sion, ook bekend als het Hollands Kapittel22. Dit kapittel bestond uit zeven
mannen- en zeven vrouwenkloosters. De mannenkloosters waren Sion bij Delft,
Emmaus in Stein, het St. Maria Magdalena in ‘s-Gravenzande, het St. Willibrord in
Heiloo, het Heilig graf in Amemuiden, het St. Martinus op den Donck in Brandwijk
en het klooster St. Michiel in Den Hem in Schoonhoven. De vrouwenkloosters bin
nen dit kapittel waren Mariënpoel in Oegstgeest, het St. Marie op de Gouwe en het
St. Margaretha in Gouda, het St. Agnes en St. Maria Magdalena in Amsterdam, het
St. Agnes in Delft en, als laatste, het Zijlklooster in Haarlem. Op de lijst van de aan
slagen waren de kloosters van dit kapittel goed voor een totaalopbrengst van meer
dan 3404 1b. 7 sc.23, procentueel dus vrijwel gelijk aan dat van de abdij van Rijns
burg.
Van het Kapittel van Sion betaalde Den Hem in Schoonhoven 506 1b. 5 sc.
(14,9 en het St. Marie op de Gouwe 319 1b. 6 sc. (9,4 Van de dertien aan
slagen van het Kapittel van Sion nam het St. Marie de zesde plaats in.
Wat is nu de financiële positie van het St. Marie op de Gouwe als alleen de
vrouwenkloosters van het kapittel in ogenschouw genomen worden? De zusters of
wel reguliere kanunnikessen van het kapittel van Sion moesten gezamenlijk 1521 1b.
19 sc. opbrengen ofwel 44,7 bijna de helft van het bedrag dat het gehele kapittel
moest fourneren. Van deze 1521 1b. 18 sc. nam het St. Marie-klooster 21 voor
haar rekening en kwam na het St. Agnes in Delft en Mariënpoel in Oegstgeest in de
financiële hiërarchie binnen de vrouwenkloosters van Sion op de derde plaats.
23 In dit bedrag van 3407 lb. 7 sc. ontbreekt de aanslag van het regulierenklooster Het Heilig Graf te
Amemuiden. Deze aanslag in tot op heden onbekend omdat dit klooster namelijk niet in Noorthol-
lant ligt.
22 Zie voor het kapittel van Sion: A.G. Bontenbal, Mariënpoel, de observantie van de clausuur in een
Hollands klooster (RU-Leiden 1997). Niet uitgegeven doctoraalscriptie, gedeponeerd in het Ge
meente Archief Leiden. Met name de literatuurverwijzuigen met betrekking tot dit kapittel.
21 Rijnsburg 3407 1b. 5 sc., Leeuwenhorst 1809 1b. 7 sc., Coninxvelt 1113 1b. 10 sc. en Loosduinen
met 874 1b. 2 sc.