Inleiding
Nadat Gerard Benjamin van Goor in de leer was gegaan bij uitgeverij Joh. Noman
en Zoon te Zaltbommel, stichtte hij in 1839 een eigen uitgeverij te Gouda.' Het
uitgeversbedrijf Van Goor (1839-1951) onderscheidde zich van meet af aan door
een zeer breed fondsaanbod. Niet alleen literatuur was vertegenwoordigd, ook
taalkundige, geografische, juridische en huishoudkundige boeken werden uitgege
ven. In de loop der tijd werd de handel uitgebreid tot ver buiten de landsgrenzen.
Boeken werden geëxporteerd naar onder meer Kaapstad, Parijs, Berlijn, Brussel en
de Nederlandse koloniën. Uitgeverij G.B. van Goor is uiteindelijk de geschiedenis
ingegaan als de uitgeverij van onder meer de woordenboeken van Kramers Jzn., de
Prachtbijbel, een bijbel in folio met tachtig staalgravures, en het Koningrijk der
Nederlanden van Terwen, een geschiedkundig werk over Nederland.2
In dit artikel staat één van de buitenlandse handelsgebieden centraal: de ko
lonie Nederlands-Indië. Aan de hand van vier concrete vragen heb ik getracht de
handel tussen uitgeverij G.B. van Goor uit Gouda en Nederlands-Indië gedurende
de jaren 1852 tot en met 1872 in beeld te brengen. In de eerste plaats is dat de
vraag naar de oorsprong van de handelsrelaties. Het zal blijken dat de eerste con
tacten tussen Van Goor en de Nederlandse kolonie samenlopen met de komst van
Nederlandse boekhandelaren in Indië. Vervolgens heb ik de vraag gesteld: hoe
werden de boeken gedistribueerd? Dit heeft betrekking op kwesties als hoe de
boekhandelaren geïnformeerd werden over het fonds van Van Goor, hoe de boeken
vervolgens vervoerd en ten slotte betaald werden. De derde en vierde vraag hebben
betrekking op het publiek en de door hen gekochte boeken. Deze vragen hangen
nauw samen met Indië als kolonie. Immers, de daar woonachtige Nederlanders be
stonden in de eerste plaats uit overheidsfunctionarissen zoals onderwijzers en resi
denten. Waren nu enkel praktische handboeken gewild of werd ook werk van meer
vermakelijke aard geëxporteerd?
De beantwoording van deze vragen geschiedt met behulp van materiaal uit
het streekarchief van Gouda. Hierin zijn vele handelsstukken bewaard gebleven,
die betrekking hebben op het reilen en zeilen van de Goudse uitgeverij. Ik heb
voornamelijk gebruik gemaakt van de Copieboeken, de Brievenboeken en de Copi-
eerboeken, waarin veel uitgaande post is gekopieerd; en de Boekverkopersboeken,
waarin werd genoteerd welke boekhandelaar welke boeken bestelde. Hierbij moet
worden aangetekend, dat de archiefstukken soms zeer gebrekkig of onleesbaar wa
ren. Uit de door mij onderzochte periode waren bijvoorbeeld slechts drie Boek
verkopersboeken overgeleverd, waarin niet meer dan zes in Indië woonachtige
1 Kruseman (1886), p. 599-601
2 Voor verdere informatie over de geschiedenis van uitgeverij Van Goor verwijs ik naar Drie
generaties Van Goor, 1839-1951Samengesteld door P.A.F. van Veen. Dordrecht, 1951
2