8 Diephorst was dus weliswaar al in 1637 overleden, maar een neef van Diep- horst vocht de confiscatie aan. Het heeft een aantal jaren geduurd, maar ten slotte trok de neef aan het kortste eind: in 1642 zijn de boeken overgedragen aan de librije. - Welke boeken van de oude kern zijn er nu nog aanwezig? - Is na te gaan wanneer die boeken binnengekomen zijn? - Wat is hun herkomst? Dat lijkt eenvoudiger dan het is. Maar men kan niet klakkeloos aannemen dat de oudste boeken die nu aanwezig zijn ook al in 1600 of 1645 present waren. Zo is een aantal incunabelen die nu in de bibliotheek zijn pas in de 19e eeuw aangeschaft. Je kunt ook niet simpelweg Cat. 1645 vergelijken met Cat.l874\ in de tussenliggende 230 jaar kunnen boeken vervangen zijn door boeken met dezelfde titel, maar van een andere uitgave. De beantwoording van de vragen welke boeken van de “oude kern” wanneer zijn binnengekomen, vergt dus een vergelijking van de confiscatie!ij sten uit de periode 1600 tot 1645 met de integrale catalogus uit 1645 (Cat.l645G en Cat.l645K). Daarnaast kan Cat. 1637 informatief zijn, omdat daarin naast sommige titels genoteerd staat of het boek geschonken is, en door wie, of dat het aangekocht is. Maar tevens moet men (met behulp van de notulenboeken, de catalogi en/of de rekeningen) nagaan of een bepaald boek, dat in 1645 aanwezig was, in de loop der tijd vervangen is. Daarmee was de confiscatie van de kerk- en kloosterbibliotheken - voor zover de magistraat ze te pakken kon krijgen - voltooid. Meteen nadat de bibliotheek van Stein binnen was, heeft men de dubbele en onnutte boeken geveild, zodat de catalogus van 1645 het integrale en geschoonde boekenbezit van de stadslibrije beschrijft. Tenslotte dient opgemerkt te worden dat 1611/1612 een belangrijk jaar was: vanaf dat moment dateert de bestuurlijke bemoeienis van de magistraat om de organisatie van de stadslibrije op poten te zetten. Het zal geen toeval zijn dat juist vanaf 1611/1612 de boekaankopen en de particuliere schenkingen een aanvang nemen9. Uit 1612 dateert ook het eerste librije-reglement.10 Bij een onderzoek naar de herkomst van de “kern” van de stadslibrije moet men de volgende drie vragen zien te beantwoorden: maer alleenlijk eerbare luijden 400 jaar Goudse 9 Hierop kom ik in een latere aflevering terug. 10 Zie J.W.E. Klein, Geen vrouwen ofte kinderen, librije 1594-1994. Delft 1994, m.n. p. 29.

Kranten Streekarchief Midden-Holland

Schatkamer | 2002 | | pagina 10