Stadsvroedvrouwen in Gouda, 1756 - 1806 Bibliotheek SAHM Door Carin Gaemers Inleiding Toen stadsvroedvrouw Antje Nagel in de nacht van 28 op 29 mei 1797 achter het Oudemannenhuis de ongehuwde jonge dochter Hendrina Benders in hevige barens nood aantrof, vroeg zij voordat ze hulp bood eerst naar de naam van de vader van het nog ongeboren kind. Niet dat Nagel zo hardvochtig was, ze deed haar plicht. Volgens de reglementen van het College der Vroedkunde van de stad Gouda was zij verplicht een ongehuwde kraamvrouw de eed op het vaderschap af te nemen alvorens bij de bevalling te assisteren. Hendrina Benders echter duwde Nagel een briefje in de hand waarin de baljuw verklaarde dat zij de eed niet hoefde af te leggen, omdat de naam van de vader hem bekend was. Antje Nagel hielp vervolgens Hendrina Benders zon der verdere discussie, omdat zij vond dat leven van moeder en kind gevaar zouden lopen als zij door aan te dringen nog meer tijd zou verliezen. Niet lang daarna kreeg ze een boete van 25 gulden aan haar rokken wegens overtreding van de reglementen. Haar herhaalde weigeringen die te betalen liet ze onveranderlijk vergezeld gaan van de boodschap dat men de boete maar bij de baljuw moest gaan innen. Uiteindelijk betaalde zij onder dwang van het gemeentebestuur.' Toen stadsvroedvrouw Egberdina Reiters op de avond van 19 september 1772 tussen tien en elf uur de ongehuwde prostituee Lijsbeth Nieuwkasteel in hevige barensnood aantrof op de stoep van bakker Van Houten in Vogelenzang, weigerde zij haar te helpen, omdat Nieuwkasteel de naam van de vader niet wilde noemen. Niet dat Rei ters zo plichtsgetrouw was, ze was hardvochtig. Omstanders hadden haar tegen de vrouw horen schelden en tieren. Twee vrouwen wilden Nieuwkasteel naar een leeg huis brengen, maar nog voor ze binnen waren, werd het kind geboren en viel op de grond. Onder druk van de verzamelde menigte werd het kind het huis binnenge bracht. Terwijl Nieuwkasteel nog buiten tegen een muur geleund stond, verwijderde Reiters de nageboorte.Vervolgens ging Reiters het lege huis in om bij het kind te gaan kijken, de pas bevallen vrouw liet ze zonder verdere zorg op straat achter. Nadat Nieuwkasteel anderhalf uur later door medelijdende omstanders binnen was gedra gen, zei Reiters: “Legt het beest daar maar op de planken.” 1 Gouda, SAHM, archief chirurgijnsgilde inv. nr. 18 fols. 110 - 112 33

Kranten Streekarchief Midden-Holland

Schatkamer | 2002 | | pagina 3