Bezitters van een eigen tuin of een volkstuin kweekten, naast groenten en fruit, ta
baksplanten. Deze ‘eigen teelt’ was bestemd voor eigen gebruik, maar het was ook
een zeer waardevol ruilmiddel.
In de Hongerwinter was de maatschappelijke ontwrichting zodanig en
werd deze zwarte handel zó lucratief, dat deze de voedselvoorziening ging bepa
len. Daarvóór was het een min of meer getolereerde, aanvullende voorziening.22
Geleidelijk kwam de zwarte handel in een kwader daglicht te staan. Velen vonden
dat er woekerwinsten werden gemaakt en dat de distributie bedreigd werd. Zwarte
handel betekende niet langer zich niet aan de regels houden, maar het achterhou
den van voedsel met het doel het prijspeil op te voeren. De gezamenlijke kerken en
de illegale pers veroordeelden de zwarte handel. De regering in Londen riep de
boeren op hun producten af te staan voor de voedseldistributie. Deze oproepen le
ken weinig succesvol.23 De prijzen voor boter, kaas en vlees stegen tot 1943 met
gemiddeld 81% per jaar, in 1944 met 85% en in 1945 bedroeg de prijsstijging
90%. Ook in de tuinbouw bereikten de prijzen in de Hongerwinter extreme waar
den. Door het stagneren van de aanvoer na september 1944 nam de vraag en daar
mee de zwarte handel in akkerbouwproducten, zoals graan en aardappelen, sterk
toe. In 1944 verzevenvoudigde het zwarte prijspeil. In de eerste maanden van 1945
steeg het prijspeil verder. Rogge leverde zo’n ƒ3.500 per mud op, tarwe 4.000,
aardappelen kostten 6 a 10 per kilo.24 Voor veel mensen waren deze prijzen on
betaalbaar. Meestal werden persoonlijke bezittingen, zoals textiel, sieraden, maar
ook schilderijen of antieke voorwerpen, aangeboden; bijna alles werd in
goederen afgerekend. Zwarte prijzen moeten daarom worden gerelativeerd.25
Boeren en zwarthandelaren eisten zelfs vaak betaling in goederen; zij hadden er
weinig vertrouwen in dat hun zwart verdiende geld na de oorlog zijn waarde zou
behouden.26
Het aantal economische misdrijven nam sterk toe. Voedsel, maar ook fietsen
en brandstof waren het doelwit. Er was niet alleen sprake van het stelen van kleine
hoeveelheden voor eigen gebruik, ook grote hoeveelheden voedsel werden gestolen
uit opslagplaatsen en voedseltransporten werden overvallen.27 Deze levensmiddelen
werden verkocht op de zwarte markt. Maar ook personeelsleden van instellingen die
voedsel verwerkten maakten zich schuldig aan diefstal, en verkochten de buit.28
22 Klemann, ‘Die koren onthoudt, wordt gevloekt door het volk’, p. 560
23 Ibidem, p. 534
24 Ibidem, p. 544
25 Klemann, p. 546-547
26 Trienekens, Voedsel en honger in oorlogstijd, p. 84-85
27 Kruijer, Hongertochten, p. 91-92
28 Klemann, ‘Die koren omthoudt, wordt gevloekt door het volk’, p. 541
50