3
SO
51
S
Voedselbereiding
Het buiten de distributie om verkregen voedsel werd onregelmatig en vaak in grote
hoeveelheden ineens verworven; ook in niet direct bruikbare vorm, zoals ongema
len tarwe, rogge, en suikerbieten. Vlees was afkomstig van zelf gefokte (maar ook
gestolen) konijnen, kippen en schapen, en ook van vis die uit de plassen, rivieren
en kanalen kwam. Ook doen allerlei verhalen de ronde over het verorberen van
honden, katten en mussen.29
Dit voedsel moest zo goed mogelijk worden bewaard en vervolgens bereid.
Groente werd ingemaakt, peulvruchten en appeltjes gedroogd. Graan werd gema
len in de koffiemolen of in zelf gemaakte molens. Van het meel werd meestal pap
gekookt, of er werd door mensen zelf of door een bakker in de buurt brood van ge
bakken. Suikerbieten, die zowel op de bonnen werden verstrekt als buiten de dis
tributie om werden gekocht, hoorden tot het hoofdvoedsel tijdens de hongerwinter.
Het raspen, schaven of in de vleesmolen malen van suikerbieten kostte veel tijd.
De massa werd gekookt, waarbij siroop vrij kwam. De pulp werd vervolgens ge
malen en, met wat meel en melk vermengd, als koekjes gebakken.30
In de loop van
de herfst werden de nr
levering van gas en
elektriciteit stopgezet,
de levering van brand
stof aan particulieren
werd verboden.31
Het bemachti
gen van brandstof om
het voedsel te berei
den was vaak even
moeilijk en tijdrovend
als het halen van eten.
Bomen langs de stra
ten en parken werden
gekapt, hekken ge
sloopt. Sommige men
sen hielpen elkaar, terwijl anderen oude vrouwen en kinderen beroofden.
Op spoorwegemplacementen en fabrieksterreinen werden kooltjes geraapt. Ook
veel brandbaars uit eigen huis of uit leegstaande panden verdween in de kachel.
jlRgg
Kolentransport naar de Kaarsenfabriek in de hongerwinter.
Gezicht op de Bogen vanaf de Mallegatsluis, 1944.
Gouda, SAHM, stamnr. 20336.
f
29 Trienekens, Voedsel en honger in oorlogstijd, p. 90
30 Ibidem, p. 91
31 Kruijer, Hongertochten, p. 69