Brand kaarsenfabriek De brand van de kaarsenfabriek in 1936 24 Op de avond dat de kaarsenfabriek in brand vloog lag ik al een poos slapend op bed, maar werd toch op een gegeven moment wakker van een ongewoon rumoer op straat, zó ongewoon dat ik uit mijn bed stapte en naar beneden ging om te vra gen wat er aan de hand was. Dat werd me uitgelegd, maar ik mocht niet de straat op om naar de brand te gaan kijken. Er was gevaar voor ontploffingen. Ik moest gewoon weer naar bed gaan en dat deed ik ook. Eenmaal weer in bed, viel ik bijna onmiddellijk weer zó vast in slaap, dat ik van die latere ontploffingen totaal niets gewaar werd. Wel zag ik de volgende morgen toen ik naar school ging een dikke zwarte rookkolom achter de huizen van de Vest naar de Bogen omhoog kolken, maar pas na een week ongeveer zag ik de kans er tussenuit te knijpen en kon toen, op de Schielands Hoge Zeedijk staande, de geweldige ravage zien die was aange richt. Men had een stuk van de muur weggehaald om ook van die kant de brand te kunnen bestrijden. Ik kon zo alles zien. Natuurlijk was het niet altijd mooi weer als je vakantie had en dat gold ui teraard ook voor de gewone speeltijden na schooltijd en op de middagen datje vrij van school was. Kinderachtig wasje daarbij beslist niet, maar het kon ook zulk slecht weer zijn, dat je je binnenshuis moest zien te vermaken. Meestal lukte dat wel, maar het kon toch ook wel voorkomen dat de kreet: ‘Ik verveel me! niet van de lucht was.

Kranten Streekarchief Midden-Holland

Schatkamer | 2004 | | pagina 26