4-- s It H O 35 De titelprent in het eerste deel van de Opera omnia van Erasmus (Leiden 1703-1706) De oudere uitgave was al in 1540 in zeven delen uitge geven door Erasmus’ vriend en lijfdrukker Froben. Dat was vier jaar na het overlijden van Erasmus. Die uitgave was dus al ruim 180 jaar oud toen de li brije de nieuwe editie kreeg. De oude uitgave had de librije al vóór 1637 in haar bezit. Nog in 1690 zijn de zeven delen op nieuw ingebonden door de boekhandelaar Rutger Broek man, die op de Korte Tiende- weg woonde. Dat kostte maar liefst 10 gulden. Toen de librije in 1722 de nieuwe uitgave kreeg, hebben ze de oude niet meteen weggedaan. Die heeft nog jaren in de kast gestaan. In 1736 vonden de librijemees- ters uiteindelijk dat die in de weg stond. Maar wat er mee te doen? Daar is ernstig over nagedacht, en men besloot het ding te laten veilen. Op 27 augustus 1736 heb ben de librijemeesters daarvoor toestemming gekregen van het gemeentebestuur. Die veiling heeft nog heel wat voeten in de aarde gehad. Eerst heeft men zich bij veilinghuizen in Leiden en Den Haag op de hoogte gesteld van de mogelij ke opbrengst. Die bleek 12 tot 14 gulden te zijn; maximaal 20 gulden als de boeken mooi ingebonden zouden zijn. Dat vonden de librijemeesters te weinig, dus is het werk niet ingebracht. Een jaar later, in 1737, besloten ze alsnog om het werk te la ten veilen in Den Haag, maar wel voor minimaal 20 gulden. De zeven delen wer den door Abraham van der Staal (boekverkoper op de Markt) verpakt en ver scheept naar Den Haag. Maar de gevraagde prijs werd natuurlijk bij lange na niet gehaald en dus keerde het pak boeken weer terug naar Gouda. Daar bleven ze ver volgens toch nog ruim tien jaar ergens in de librije in de weg staan. Uiteindelijk werden ze in 1749 naar Leiden gebracht, om tegen een redelijke prijs verkocht te worden. Blijkbaar werd er op deze veiling ook geen redelijke prijs gehaald, want op een volgende vergadering besloot men om het werk tegen iedere prijs te laten veilen. Pas in 1750 werden ze verkocht, maar ze brachten niet meer dan zeven gul den en acht stuivers op - na aftrek van de vrachtkosten.

Kranten Streekarchief Midden-Holland

Schatkamer | 2004 | | pagina 37