22
Tegenwoordig is er geen strijd meer tussen de autobusbedrijven onderling, en de
tijd dat er bijvoorbeeld op lijnen langs de Lek zeven verschillende ondernemingen
reden, die de mensen de pont afdroegen wanneer ze aankwamen, ligt gelukkig
ver achter ons. Maar nu gaat de strijd eigenlijk tussen particulier en het semi-
overheidsbedrijf, overigens een ongelijke strijd, maar daar peinst niemand over.
Daarom moeten de particuliere bedrijven zich tot het uiterste inspannen om de
grootst mogelijke service te kunnen bieden.
Het 'groene gevaar', zoals toch zeker de niet particuliere bussen genoemd kunnen
worden, verdringt steeds meer de vriendelijk gekleurde particuliere wagens. Groen
wordt wel eens de kleur van de hoop genoemd. Laten wij het voor het Van Gog-
gebied ook maar hopen dat het groen regeert, maar dan het donkergroen met
rood en een geel dak.
Dit hele verhaal is niet bedoeld als het steken van de loftrompet over Van Gogs
autobusbedrijf, maar het is slechts een opsomming van feiten die naar voren ko
men bij bestudering van andere bedrijven. Een tweede bedrijf als dat van Van
Gog is er eigenlijk niet te vinden.
Natuurlijk zijn er nog meer particuliere bedrijven die van grotere omvang zijn, dat
wil dan zeggen dat het aantal wagens groot is. Maar hoe zien de bussen er dan uit
- hoe oud zijn ze - hoeveel hebben ze gelopen - hoe zijn ze technisch? Op al deze
vragen komt dan maar een beschamend antwoord. Verder kijken we dan naar de
frequentie van de dienstregeling, de service en niet in het minst naar de plaats
waar de bussen 'gehuisvest' zijn. Een garage met een dergelijke outillage en ruim
te als die aan de Capelseweg is er niet te vinden.
Zoals reeds eerder verteld is het materieel dat gebruikt wordt over de gehele linie
uitstekend, nergens rijdt er een minder mooie bus. Bovendien zijn bijna alle nog
overgebleven particuliere autobusbedrijven gegoten in de vorm van een N.V.,
waarvan dan bijna alle aandelen geplaatst zijn.
De ondernemingen met lijndiensten en touringcars leggen zich doorgaans het
meeste toe op het tourgedeelte. Het materieel voor de lijndienst raakt dan in de
verdrukking en op de minder rendabele lijnen en voor het groepsvervoer - overi
gens een vervoersvorm die zich de laatste jaren enorm uitbreidt - rijdt dan het
schroot van zo'n bedrijf en dat is uiterst gevaarlijk. Niet alleen komen de veiligheid
en het comfort van de passagiers in het gedrang, maar ook de naam van een
dergelijk bedrijf, en dat is haast even erg. Deze ondernemers denken dan: 'Het
publiek slikt dat wel'. De grote massa denkt daar ook niet verder over na en mop
pert alleen af en toe wanneer ze met hoofdpijn thuis komen. Concurrentie, zo
redeneert de onderneming dan verder, hebben we alleen te vrezen voor de tour,
maar dat slecht dienstmaterieel nooit een reclame voor het tourgedeelte kan zijn,
schijnen ze niet te beseffen.
Enige tijd geleden verloor een bus van een bedrijf dat Gouda ook als eindpunt
heeft een voorwiel. Nu kan een ongelukje de beste overkomen, maar nadat de
wagen in beslag genomen was, bleek hij nog veel meer andere gebreken te
bevatten en eigenlijk was hij totaal ongeschikt. De onderneming kreeg een grote
boete.