1 am ip Portret van mr. Maarten van Tou/on 40 Het was het laatste machtsmiddel dat de regering kon gebruiken sedert de wanorde compleet was. Het gepeupel, dat zich niet op hem kon wreken, vernielde en plunderde het huis en dat van de twee patriottische buren. Daarna dacht men aan de commandant van het vrijkorps, en men schreeuwde dat men naar zijn huis moest gaan. Een molenaarszoon, Maartens, die vroeger al eens in het tuchthuis was geworpen door het stadsbestuur vanwege straatschenderij en openbare belediging, schreeuwde dat hij hem wilde gaan straffen zoals hij dat met hem had gedaan. Een menigte die uitging vóór de troep die nog bezig was met die drie huizen op de Markt, belde aan aan het zijne, en vroeg of mevrouw er was. De meid ant woordde dat zij er niet was, zij was buiten de stad. Zij had die verklaring te dan ken aan hen die hadden rondgestrooid dat zij heel aristocratisch was en tegen de invloed van de burgerij; men deed het onmogelijke om tussen haar en haar echt genoot onmin te zaaien, teneinde hem te verliezen. Na verslag uitgebracht te hebben aan hen die de troep plunderaars aanvoerden, kwam men terug om de deuren te forceren met bijlen, maar omdat dit immers te veel tijd en moeite zou kosten, namen de schippersknechten van een schuit uit Middelburg de loopplank, waarmee zij het gepeupel hielpen om de deuren in te slaan, terwijl hun meester De Bruin onverschillig toekeek. Meteen maakte de woedende menigte alles kapot, de ramen, de glazen, de meubelen en kamers, en zij gooiden alles wat ze maar konden in de gracht,9 zij haalden de kelder leeg, zij stalen vooral zilverwerk, dat aan de plunderaars werd aangewezen door een oude koetsier, die vanwege zijn invaliditeit was aanbevolen bij burgemeester Van Eijck, om een kleine betrekking te verkrijgen, en die zich er later op voor liet staan dat hij daardoor de Vorst van Kleef en zijn familie had gediend. Nu waren er dappere mensen, die zich in de menigte hadden begeven en zich beij verden, om door een list wat ze aan kost baarheden zagen te verbergen onder de veren en de opengesneden bedden, zodat zodoende nog wat stukken zilverwerk werden gered. Terwijl de ene bende zich bezighield met zoveel vernielen als men kon, waren anderen bezig hetzelfde te doen bij andere patriotten en regenten: bij de oud-baljuw Plemper van Bree, bij de schepen Van den Kerckhoven van Groe nendijk en bij de burgemeester Van Tou lon, waar zij voorwendden de Commisie van Woerden te vertegenwoordigen. Zijn echtgenote had het geluk gehad dat zij een paar dagen van te voren, met een schuit, nog veel effecten10 had kunnen redden. ■S i

Kranten Streekarchief Midden-Holland

Schatkamer | 2006 | | pagina 6