RONDOM GOEJANVERWELLESLUIS: EIND JUNI - BEGIN JULI 1787 87 Die actie liet niet lang op zich wachten. Op 12 juni 1787 werd, op voorstel van Am sterdam, door de Staten van Holland een Defensiecommissie gevormd. De voor naamste taak was het herstel van het kordon. Hiertoe werden ook de vrijkorpsen opgeroepen. Op 21 juni vertrok ook het Goudse vrijkorps naar het kordon en pos teerde zich aan de Goejanverwellesluis. Overigens ontkrachtte het vertrek van het vrijkorps wel de reeks veiligheidsmaatre gelen van de magistraat van 9 en 11 juni 1787, die immers grotendeels op deze be trouwbare macht was gebaseerd. Gouda verloor hiermee haar bescherming tegen orangistische onlusten. Na 12 juni werden er geen nieuwe rekesten meer ingediend.20 Op die datum dien den orangisten uit vele Hollandse steden, ook uit Gouda, rekesten in bij de Staten van Holland met verzoek om de resoluties over het aan de stadhouder ontnomen commando van het Haagse garnizoen, alsmede diens schorsing als kapitein- generaal, in te trekken.21 Blijkbaar kwamen beide kampen na 12 juni tot de conclusie dat het politieke druk middel van rekesten niet meer voldoende was, kortom, dat de tijd was aangebroken om de pen neer te leggen en naar krachtiger, radicalere actiemiddelen te grijpen. De feiten wijzen in die richting. Op 2 juli 1787 dienden de Goudse burgergeconstitueerden, namens een fiks aantal van hun medeburgers, bij de vroedschap een adres in waarin zij hun goedkeuring uitspraken over het gebeurde rond de aanhouding en de terugzending van prinses Wilhelmina van Pruisen op 28 juni 1787.22 Men doorzag de intentie van de reis heel goed: een aankomst te Den Haag zou de gemoederen van het lagere volk in het regeringscentrum niet weinig hebben opgestookt, met alle gevolgen vandien. Men sprak zelfs de vrees uit voor de jammer/ijkste massacre van de beste Staats/eeden, en verwees verder naar de gebeurtenissen te Zutphen, Arnhem en elders, waarvan de rampvolle tijdingen dagelijks binnenkwamen, zo liet men er somber op volgen.23 Men verzocht tot slot aan de vroedschap de gedeputeerden ter dagvaart last mee te geven het optreden van de Defensiecommissie goed te keuren. Dit verzoek nam de vroedschap over. 20 Op 2 juli werd nog wel een adres (dus in feite geen rekest) ingediend door de burgerge constitueerden, over instemming met de aanhouding van prinses Wilhelmina. 21 Bouwens, Aan zijne committenten, 59-60 22 Zie noot 20. SAMH, OAG, inv.nr. 78, Vroedschapsboek, 2 juli 1787, 175r-177r; OAG, inv.nr. 4276, Aantekeningen Bisdom van Vliet, 2 juli 1787 23 In de dagen na de aanhouding vonden te Arnhem en Zutphen orangistische plunderingen plaats, uitgevoerd door het militaire garnizoen en het gepeupel. In Middelburg gebeurde iets dergelijks. Colenbrander III, 228

Kranten Streekarchief Midden-Holland

Schatkamer | 2006 | | pagina 17