93 Een Gouds detachement infanterie voegde zich tezelfdertijd bij het leger, twee stuk ken geschut als veldartillerie met zich meevoerend.41 Dit betekent dat het Goudse vrijkorps vanaf het begin betrokken was bij de activiteiten van het Burgerleger. Uit een persoonlijk verslag van De Lange van Wijngaarden42 blijkt dat hij het deta chement zelf aanvoerde. Tegelijk meldt hij in dat verslag, dat bijna 50 leden van het Goudse vrijkorps onder hem dienden in het Burgerleger. Het eerste getal wordt grotendeels bevestigd door mr. W.H.L. Slingerland. Deze was secretaris van de Burgercommissie en hield als een aanwezige in het Burger leger een dagverhaal bij van de gebeurtenissen. Op 17 september 1787 noteerde hij dat De Lange van Wijngaarden om één uur 's middags, vergezeld van 40 man van het Goudse vrijkorps, het Burgerleger verliet met de bedoeling zich naar de Goejanverwellesluis te begeven.43 De conclusie mag mijns inziens zijn dat het getal dat De Lange noemt - bijna 50 - correct is.44 Het Goudse vrijkorps telde 120 manschappen, dat wil zeggen dat een derde tot de helft zich bij het Burgerleger had gevoegd. Het restant lag nog steeds aan de Goe janverwellesluis in bezetting, een dertig man in totaal, zo meldt De Lange. Kan ook het Goudse aandeel in het geheel worden becijferd? Hiervoor moeten we de omvang van het Burgerleger weten, maar de bronnen spreken elkaar op dit punt te gen. Er wordt een getal van 70045 genoemd, en er waren zelfs schattingen, oplopend tot 800 en 1200 man,46 maar lagere getallen van 270 of 300 werden ook genoemd.47 Een indicatie geeft Pieter Vreede, lid van de Burgercommissie. In zijn gepubliceerde herinneringen48 meldt hij dat zij onder hun bevel een aanzienlijk aantal goed geoe fende, bewapende manschappen kregen, afkomstig uit verschillende vrijkorpsen, met daarbij cavalerie en artillerie in de vorm van vier stukken geschut. 41 NNJ, augustus 1787, 4138 42 NA, Collectie Dumont-Pigalle, 17 43 NA, Collecie Dumont-Pigalle, 92 (Dagverhaal van het Burgerleger). Zie aantekening 17 sep tember 1787. 44 De namen van deze 40-50 personen konden niet worden achterhaald. Wel zijn de namen van de officieren bekend. 45 Uit een verslag over de remotie te Delft, 21 aug. 1787: ...want het Leeger onder Comman do van den Heer A. G. Mappa, nu tot nabij de Stad gekoomen zijnde, cirka 700 Mannen sterk, met Tenten, Bagagie-Waagens, Leeger-Karren, een meenigte Paarden, Canon en wat meer noodig was tot Krijgs-Gereedschap wei voorzien, Campeerde zig nu in twee Stukken Lands aan de Haagweg.... Eenvoudig Dagverhaal Delft, No. 2, 20 [Knuttel 21684]. Het getal van 700 staat ook in: NNJ, juli 1787, 3001; NNJ, augustus 1787, 3162; Colenbrander III, 247; Geyl, Patriottenbeweging, 182 46 Vanuit Den Haag rapporteerde de Goudse pensionaris Wijn, ter dagvaart in de Staten van Holland, praktisch op dagelijkse basis, over de situatie in Holland. Op 18 augustus noemde hij inzake de geschatte grootte van het Burgerleger een getal van 400 tot 500, en op 20 augus tus meldde hij zelfs een getal van 800, met een mogelijke aangroei tot 1200. Hij schreef er echter wel bij: waer bij men zeide. SAMH, OAG, inv.nr. 174, 179r en 180v 47 De Wit, Nederlandse revolutie, 189; Schama, Patriotten en bevrijders, 155. Beide vermel dingen zijn helaas zonder annotatie. In de bronnen konden deze beide getallen door mij vooralsnog niet exact worden getraceerd. 48 Vreede, Levensloop, 54

Kranten Streekarchief Midden-Holland

Schatkamer | 2006 | | pagina 23